HET tmMM Ei „DE TREFFERS" KWAMEN MET 19 PRIJZEN UIT DEN HAAG ZATERDAG 27 MAART 1965 DE LEIDSE COURANT PAGINA 13 Na afloop kregen we nog een ver rassing. Weet je wat dat was? Nou ik zal het maar verklappen anders raad je het toch nooit. Het was een reep chocolade en ieder kind kreeg nog een speeltje mee naar huis. Ik had een armband gehad. Wat was dat toch een leuke morgen. Ik kom er niet over uitgepraat. Leo van Cleef, Leiden ONS GROTE FEEST Op 27 februari was het voor onze school groot feest. We gingen eerst naar de kerk en toen naar het feest. Er was een goochelaar. Hij had een soort beker en er moesten drie kin deren bij hem komen. Ze kregen ieder een doekje, de kleuren waren rood, groen en blauw. Hij deed de doekjes in de beker en gooide er wat watjes op. Hij stak die watjes aan en deed de deksel er op. Even later toen hij de deksel er weer af deed, kregen de kinderen ieder een glaasje. Wie een rood doekje had ge had kreeg rode limonade, de ander groene limonade en nummer drie blauwe limonade. Er werden foto's gemaakt. Ook de vijfde klas heeft mooi gezongen. Er werd ook nog poppenkast gespeeld, dat ging zo: Er was een aap gevlucht en Jan Klaassen had hem gevangen. Daar voor kreeg hij duizend gulden. Het was wel een leuke morgen hoor! We kregen allemaal limonade en toen we naar huis gingen ook nog een reep chocolade. Er liggen nog meer verhaaltjes over het grote feest. Ik zoek er de beste uit en dan maar in de krant kijken. Wie van de jongens komt met een verhaaltje over: „Mijn leventje". Jullie hebben toch wel eens iets be leefd met hondjes, poesjes of duiven? Dag allemaal. TANTE JO EN OOM TOON Jeugdige onbezonnenheid Drie Franse militairen werden tij dens een veldtocht ingekwartierd bij 'n: oude dame in de Elzas. Toen ze zich meldden aan haar woning, toon den zij hun inkwartieringsbiljet. De oude vrouw bekeek het even, zei 'n paar woorden in het Duits en ging vervolgens de 3 nog jeugdige jon gens voor. Deze hadden niets begre pen van wat 't oudje zegde, alleen 't woordje „witwe" (weduwe) had. den ze van haar gemompel opgevan gen. „Zeg Jean, weet jij wat dat is?" „Nooit van gehoord, ik weet niet of 't poes gf koe betekent". Gelach na tuurlijk. Intussen bracht de oude dame hen in een grote kamer en beduidde hun met 'n simpel handgebaar, dat zij om 'n grote, ronde tafel konden plaats nemen. Ze deden terstond of ze zich mpeds meer dan thuis voelden. Zon der iets te vragen begonnen ze te roken en luid te praten en te lachen. De weduwe deed geen poging om nog een gesprek met hen aan te knopen, omdat ze al begrepen had, dat ze toch niet verstaan, maar mis schien eerder uitgelachen zou wor den. Ze opende een linnenkast, haal de er schone lakens uit voor de bed den en ging ermee naar boven. In geen der drie hoofden kwam de ge dachte op haar te helpen het vracht, je voor haar de trap op te dragen. Eèn hunner was zelfs zo vrijpostig het buffet te openen en er 3 wijn glazen uit te halen. Zij vulden ze uit hun veldflessen en begonnen te druï den. Al gauw werden ze toen steeds luidruchtiger. Toen de oude dame weer binnen kwam, droeg zij een grote kan hete koffie en zette die op een klein ta feltje. „Ha, koffie, dat valt mee van die ouwe". Ze hieven hun glazen op en een der „lieve" jongens riep: „Ge zondheid toverheks!" Heerlijk, als je niet verstaan wordt, dan kun je je zulke geestigheden veroorloven! Het oudje glimlachte en trachtte enkele woorden in 't midden te brengen. Maar een schaterend gelach was 't antwoord. Opeens begon een der soldaten hartstochtelijk te tieren en te schreeuwen: „Haar koffie is natuur lijk1 vuiligheid, mogelijk wel vergif". Een tweede antwoordde: „Ja, ze is stellig een gifmengster". De laatste vond, dat de maat nog niet vol was en hij gooide een vol glas wijn over de vloer uit. Daarop begonnen ze met z'n drieën weer wijn te drinken tot hun veldflessen leeg waren. En toen maar weer schreeuwen en spot ten, dat horen en zien verging. Wat kon de oude vrouw daartegen doen? Ze ging rustig bij het fornuis zibten en deed verder, alsof al die herrie haar niet aanging, 't Leek wel wel of de aardigheid er nu voor de vlegels af was. Maar daar zag de grootste belha. mei op een tafeltje in de hoek van 't vertrek een portret staan van een jongeman, 't Leek wel of zijn ernstig gezicht hen onvervaard aankeek, als of hij zeggen wou: „Verbeelden jul lie je maar niet, dat ik bang ben voor jullie". „Ha, dat heeft dat oude wijf zo' neergezet om ons te pesten". Daarop begon 't „leuke" stel daar hielden ze zichzelf vast voor allerlei spot- gebaren en hatelijke opmerkingen te maken tegen 't portreten maar lachen. Met hun vuisten sloegen ze op de tafel, dat de glazen begonnen te dansen en te rinkelen. Dat ver hoogde hun pret nog meer en porde hen op tot nog ruwer gelach en ge schreeuw. CORRESPONDENTIE Erik van Dorp, Sassenheim heeft zich gewaagd aan een vervolgver- haaltje, tenminste het tweede deel zou hij nog sturen. We wachten met spanning hierop, Erik. AVONTUREN (le deel) We maken eerst kennis met de drie vrienden Erik, Henk en Fred. Ze vormen een clubje waarvan Henk de voorzitter is. „We motten de club een naam ge ven", zei Erik. Dat vonden ze best en na veel heen en weer gepraat zouden ze de club noemen: „Bruno's hoefijzer". Nu willen jullie natuurlijk weten wie Bruno was. Wel Bruno was een veulen, wadr de jongens veel van hielden maar jammer genoeg was het een poosje geleden verkocht. Op een dag zouden op de boerderij de schapen gewassen worden. „Mogen wij ze schoonmaken?" vroeg Erik. „Best", zei de boer, „daar staat de kuip". „Weet je wat we doen? We rollen ze in de sloot. Veel gauwer klaar" zei Henk, de voorzitter. „Hoe doen we dat dan?" wilden de jongens weten. „Nou we gaan zelf ook in de sloot staan". Fred durfde niet, maar ging er toch in. „Leuk hè?" riep Erik. Ze vonden het wel erg leuk, maar merkten niet, dat ze steeds verder van de boerderij afgingen. Fred zag het 't eerst en riep: „Jongens waar gaan we heen?" Dat horen jullie de volgende week van Erik van Dorp. Marian Opdam, Oude-Ade stuurde ons: HET GELD De school ging uit. Joke en Nelly kwamen samen uit school. Ze pak ten haar fietsen en reden naar huis. Onderweg zei Joke: „Nelly kom je me om 4 uur halen, dan gaan we spelen, achter bij ons". „Goed, ik kom bij je", zei Nelly dadelijk. Toen Nelly thuis kwam zat de deur op slot. Ze wist de sleutel wel te lig gen. Moeder legde de sleutel altijd in het raampje. Nelly vond de sleu tel, deed de deur open, ging naar binnen en zag op de tafel een briefje liggen. Ze pakte het briefje en las hardop: „Nelly wil je bij de kruidenier een busje vim. een doosje zwarte schoen smeer en 2 ons toffees halen. Het geld ligt op de tafel en het mandje staat achter". „Bah! Wat zal Joke wel denken als ik niet op tijd bij haar ben", dacht ze boos. Ze pakte haar fiets en dacht op eens: „Ik ga Joke halen, dan gaan we samen de boodschappen doen". Ze belde aan bij Joke's huis en Joke deed open. „Ik moet naar de kruidenier", ver. telde Nelly. „Willen we samen gaan, dan kunnen we daarna nog wel spe len". Ze pakten de fietsen en reden naar de kruidenier, 't Was bij de kruidenier erg druk, ze moesten lang wachten. Eindelijk waren ze dan toch aan de beurt. Nelly gaf het briefje aan het winkelmeisje en die maakte alles klaar. „Moet je het betalen of zal ik het opschrijven?", vroeg de winkeljuf frouw. „Nee, ik betaal wel", zei Nelly en ze zocht in haar mandje maar hoe ze ook keek, ze vond het geld niet. „Zeker verloren", zei Nelly. „Dan schrijf ik het wel op. Zeg maar aan moeder dat het f 2,78 is! Ze kregen allebei een snoepje en reden naar huis. Moeder was thuisgekomen in die tijd en hoorde het hele verhaal. „Je had het geld op de tafel laten liggen", zei moeder lachend en gaf ze elk een toffee. Ze konden nu toch nog heerlijk samen spelen. Babs Lebens, Leiden MIJN BROERTJE VAN BABY TOT NU Het was 4 oktober toen ik 's mid dags om 4 uur geboren werd. Juist op die dag was mijn broertje 4 jaar geworden en daarom zijn we tege lijk jarig. Bij mijn geboorte woog ik 5>/2 pond en was 4'8 cm lang. Mijn doopnamen waren Barbara Elizabeth. Mijn eerste tandje kwam al heel vroeg uit. De hele zomer zat ik in de box. Als mijn moeder even naar boven ging begon ik te gillen om een koekje. Als er een klein vliegje op de rand van de box zat begon ik ook te huilen. Na 15 maanden deed ik mijn eerste stapjes. Later werd nog mijn zusje Xandra geboren. Toen ik vier jaar was, ging ik naar de kleuterschool, daar had ik veel pret. Met mijn zesde jaar ging ik naar de eerste klas en daar vond ik het ook leuk. Toen ging ik over naar de tweede klas en daar was het toch wel een beetje moeilijk. Daarna ging ik naar de derde klas, bij juffrou-v De Leeuw en daar vind ik het het fijnste. De verjaardagen vieren we daar heel prettig. En nu hoop ik dat ik vlug in de zesde klas kom. TOEN IK KLEIN WAS Ik werd in 1955 geboren in Cura sao. Toen ik pas één jaar was, was ik al heel ondeugend. Weet je wat ik een keer heb gedaan? Ik was toen net 2 jaar geworden. Ik ging naar de kast. Langzaam lopend liep ik naar de kast, maar halverwege stond ik stil, want ik was er voorbij gelo. pen, dus liep ik terug. Ik stond bij de kast maar het was de verkeerde kast, hij was dicht. Ik ging terug en ging naar de andere kast en die ging open. Ik zag drie hemden liggen, die waren natuurlijk van papa, maar ik wist amper of het wel of niet hem den waren. Ik pakte met mijn kleine handjes een hemd en deed het aan. Had je mij eens moeten zien jö. Mijn hoofd stak ik door het armsgat en mijn arm door het hoofdgat. Mijn moeder heeft er erg om gelachen. Mijn eerste tandjes waren de twee middelste en na één jaar deed ik mijn eerste stapjes. Ik was een lieve baby, maar wel ondeugend. Ik ging met mijn vierde jaar naar de kleuterschool en met mijn zevende naar de grote school. Nu zit ik in de derde klas bij juf frouw De Leeuw en die is de liefste De verjaardagen op school zijn altijd erg leuk. Joop Vorst, Leiden vertelt ons over het fijne schoolfeest. ONS GROTE FEEST Het was op 27 februari Het begon al op het schoolplein. Daar moesten we allemaal in de rij gaan staan, klas bij klas. We gingen eerst naar de kerk en daarna in een lange rij naar de grote zaal van Royal-Mac- Bee. De fietsers en de auto's moesten wachten tot we voorbij waren. We waren er gauw en spoedig begon het feest. Eerst kwam de goochelaar. Een meisje mocht op het podium komen. De goochelaar vroeg: „Ben jij ver kouden?" Het meisje zei: „Ja me neer". En toen gebeurde het. De gooche laar pakte een rond klein stokje en een vierkant stokje en een doekje, Hij bond alles bij elkaar. Toen mocht er een jongen uit de tweede klas komen. Hij mocht dokter zijn en moest zeggen: „Sim, sala, bim". De goochelaar maakte het doekje los en er zat een reep en een rol drop in. Toen moesten juffrouw Detrie en mijnheer Montanus op het podium komen. Ze moesten op een houten paard gaan zitten en springen. Er achter hing een ballon. Juffrouw De trie had het gewonnen. Nou we heb ben heel erg gelachen. De tijd ging veel te gauw om. Het is een leuke morgen geweest. Greetje v. d. Poel, Leiden vertelt ook over dat mooie feest. Ze krijgt van mij nog een pluim voor het keu rige schrijven. ONS GROTE FEEST We hebben op 27 februari een heel leuk schoolfeest gehad. Ik zal er eens over vertellen. We gingen eerst met z'n allen naar de H. Mis om God te danken dat Hij ons die dag, zo mooi, weer gegeven had. Daarna gingen we naar de Roy- al-Mac-Bee. Daar was het heel leuk. We kregen eerst goochelen. De goo chelaar moesten we oom Wim noe men. Hij goochelde zó goed, dat we niet konden zien hoe hij het deed. We kregen een heel leuk nummer. Het heette: knalpaardenrace. Enige jongens en meisjes uit de zesde klas moesten op het podium komen. Ze moesten op een wippend paard gaan zitten. Terwijl ze aan het wippen waren, moesten ze een ballon opbla zen. De ballonnen zaten achter aan de paarden. De meisjes hadden ge wonnen. Ook moest er een jongen en een meisje komen. De jongen was dok. ter en het meisje was verkouden. Ze kreeg een papiertje waarin een houten blokje en een stok zat. De jongen moest drie keer roepen: Sim- Sala-Bim en toen hij dat gedaan had, deed oom Wim het papiertje open en er zat een reep chocolade en een rol drop in. Toen kwam juffrouw Chorus lied jes zingen. Dat was ook erg mooi. DE BAVIAAN-JONGEN LUKAS BH Velen van jullie kennen zeker de sage (verhalen die al sinds oeroude tijden van 't ene geslacht aan 't an dere zijn overgeleverd (oververteld) en waarvan niet meer te achterhalen is, wat er van waar is) van de twee lingbroeders Romulus en Remus, die in de Tiber de rivier waaraan Rome ligt werden geworpen, maar die door een wolvin gered en door haar grootgebracht werden. Eèn der twee n.l. zou later de stichter van Rome geworden zijn. Er zijn nog tal van andere ver halen van kinderen, die onder dieren geleefd hebben. Zo b.v. zou Tarzan te midden van apen opgegroeid zijn. En van vele jongens en meisjes wordt 'N SOORT GEZELSCHAPS SPELLETJE Als jullie eens met z'n vijven of zessen zijn, zou je, als je niets beters weet, 't volgende spelletje kunnen doen. Je gaat in een kringetje zitten en begint met te nummeren tot 5 of 6. Nr 1 zegt b.v. „Ik zag eens een enkele olifant". Nr 2 herhaalt dit en voegt er b.v. bij -f „2 tweevoetige tweelingen". Nr 3 herhaalt woorde-- lijk wat 1 en 2 gezien en opgenoemd hebben -f b.v. ,een steigerend paard'. Zo gaat 't door tot iemand wat ver geet of wat verkeerds zegt of niet meer mee wil doen. Wie tenslotte 't laatst overblijft zonder vergissing is winnaar. Als er bij dit spelletje kleine prijs jes beschikbaar gesteld worden, moe digt dat de deelnemers aan om hun geheugen goed in te spannen. verteld, dat ze bij schapen en var kens, ja zelfs bij vissen zijn groot geworden en door hen werden ver zorgd. Maar dat mogen jullie gerust met een korreltje zout nemen d.w.z. dat je het erg onwaarschijnlijk vindt. Zo heeft een aantal jaren geleden in tal van kranten het verhaal in 't wereldnieuws de ronde gedaan van een Baviaan-jongen Lukas. Deze zou in Zuid-Afrika zo lang bij de Bavi aan-apen hebben doorgebracht, dat zijn gebroken Afrika-Hollands zich zö vermengd had met allerlei aap achtige keelgeluiden, dat zijn ver haal over dat verblijf erg verward en ongelooflijk aandeed. Als hij merkte, dat men zijn ver halen maar voor verzinsels hield, dan toonde hij een groot litteken, dat hij van een trap van 'n struisvogel had overgehouden. Een ander maal at hij, om te bewijzen dat hij echt dier- achtig geleefd en gegeten had, 89 kaktussen op (ze zullen wel niet zo heel groot geweest zijn!!). Het onwaarschijnlijke verhaal heeft echter nauwelijks een jaar de we reld in spanning gehouden. Een gron dig onderzoek wees n.l. uit, dat zijn lange afwezigheid niet veroorzaakt was door leven met de dieren in de wildernis, maar door 'n straftijd in de gevangenis. Daar had hij prachtig de tijd gehad, om allerlei zotte din gen te verzinnen en zich aan te le ren. Toen bracht men hem maar gauw naar een gesticht voor geeste lijk gestoorden, waar men misschien na verloop van tijd weer een gewone jongeman van hem kon maken. INDIA EN DE OLIFANT Terwijl in Europa en ook in Ame rika het paard als trekdier geen grote rol meer speelt, ja hier en daar reeds bijna geheel uit de tijd is, heeft in India de olifant zich nog steeds als levende traktor gehandhaafd. Hoe komt dat toch? Wel, daarvoor heeft de Indiër drie redenen: 1. omdat een goede olifant maar het vierde deel kost van het bedrag, dat je voor een traktor moet uit leggen; 2. omdat hij bovendien aanmerke lijk sterker is dan een traktor en daarbij een veel langere levensduur heeft; 3. omdat een olifant niet evenals de traktor telkens weer buiten ge bruik moet gesteld worden om gere pareerd te worden. De junioren-afdeling van De Tref fers heeft op de afdelingskampioen schappen van Den Haag ongekende successen geboekt. Zowel in de jon gens- als meisjesklas was „Ruiten Troef". Mary van Ruiten won, na met haar team afdelingskampioen te zijn geworden, ook de individuele ti tel, terwijl broer Herman na een grandioze overwinning op Peter Joëls in de finale ook zijn teamge noot Kees Vesseur aan de zegekar bond. In de dames-hoofdklas won nen Marjan van Klink en Jeanne Heemskerk de titel, door een twee games overwinning op Ursula Artz- v. d. Putten. De Treffers was zondag bepaald goed in het teamwork: In het meisjes-dubbel zegevierden Mary Een vervolgverhaal van Suske en Wiske 1BEJZ Alweer: „Waarheen gaat de reis?" Je blijft met 't antwoord maar bin nen onze grenzen. v. Ruiten en Nelly Elstgeest, in de overgangsklas Dick v. d. Meer en Jos v. d. Veer en in de junioren 2e klas, Alfons van Rijn en Bert Akerboom. Weer in vorm Herman van Ruiten, na de overscha keling op sandwich rubber, weer op dreef. Hij bewees dit reeds in de eer ste partij tegen Stevens, welke hij in de competitie verloor. Zijn spel groei de in de halve finale tegen de kop man van Sth. TSB naar een climax. Door deze overwinning werd de jon gens-finale een Treffers-aangelegen heid. Boven alle verwachtingen klop te Herman echter ook kampioen Kees, waarmee hij een fantastische revanche nam voor de clubkampioen schappen. Nelly Elstgeest kreeg geen kans op een finaleplaats, in de halve finale moest zij in haar teamgenoot Mary v. Ruiten de meerdere erken nen. In de finale liep het in het be gin niet zo vlot. Mary moest nog te gen een 20-14 achterstand aankijken, maar daarna was alle leed geleden, zij zegevierde tenslotte met 22-20 en 21-12. Fons v. Rijn zorgde in de 2e klas voor een verrassing, door Holt- kamp uit te schakelen. In de finale moest hij met 23-21 in de derde game genoegen nemen met de 2e prijs. Elly Klein Jd. verraste met een vlijm scherpe back-hand vriend en tegen stander en zag haar moeite beloond met een 2e prijs. Ook in de hogere regionen werd niet slecht gespeeld, Jacques van Ruiten verloor de kwart finale van v. Maarle en Ton L'Ami van Wories. Samen wonnen zij de 2e prijs in het dubbelspel. Het dubbel Vesseur/v. Ruiten moest na felle te genstand genoegen nemen met een 22-20 nederlaag in de derde game, tevens met de 2e prijs. Kees Vesseur won met Nelly Elstgeest eveneens de 2e prijs in het mixed-dubbel. Aan de Haagse kampioenschappen namen in totaal 38 leden deel. Spanning In de competities resten nu nog be slissingswedstrijden. Nadat het meis jesteam vorige week de afdelingsti tel veroverde, heeft het jongensteam de kans zaterdag in eigen hand. Wan neer de laatste wedstrijd, tegen kop loper StH/TSB gewonnen wordt, is tevens de afdelingstitel veroverd. In de eerste ontmoeting werd een ge lijkspel behaald. De Treffers 1 van de heren gaan zich opmaken voor de gradatiewedstrijden. Zeker is, dat de strijd dit jaar zwaarder zal zijn. Ge speeld moet worden tegen Eendracht (Rotterdam), Belcrum (Breda), ter wijl dé winnaar van de beslissings wedstrijd WGA-AMVJ 2 en de laat ste kampioen van de hoofdklas (Atoom of Batswingers) het vijftal zullen completeren. Het 2e dames team heeft een plaats veroverd in de promotie-competitie. LINNAEUSHOF TE BENNEBROEK 10 APRIL VOOR PUBLIEK OPEN De directie van de Linnaeushof te Bennebroek heeft besloten het bloe men en recreatiepark vanaf zaterdag 10 april a.s. voor het publiek open te stellen. De officiële opening zal echter eerst 24 april worden verricht, ditmaal door mr. Sayed Fahmi, de ambassa deur van Egypte in ons land.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1965 | | pagina 13