Tweetaligheid knaagt aan Canada's eenheid
Teenagers
kloven ie
proberen
overbruggen
:a:
DE LEIDSE COURANT
Provinciale
besturen moeten
actiever zijn
(Bijzondere medewerking)
Wat van België geldit, te weten,
dat er in dat land twee bevolkings
groepen wonen, die twee verschil
lende talen - Nederlands en Frans -
Spreken, geldt ook van Canada, met
dien verstande natuurlijk, dat de
mensen in Canada niet Nederlands
en Frans, maar Engels en Frans spre
ken.
De meeste Canadezen zijn Engels
talig, een minderheid - van Franse
afkomst - is trouw gebleven aan de
Franse taal. In België wonen de
franstalige mensen voornamelijk in
Wallonië en de nederlandstalige in
hoofdzaak in Vlaanderen. In Canada
wonen de franstalige Canadezen in
meerderheid in het gebied van de
Provincie Quebec, terwijl in de an
dere Provincies van Canada de en
gelstalige Canadezen verre in de
meerderheid zijn.
In België leidde en leidt de twee
taligheid des lands tot wrijving en
binnenlands-politieke moeilijkheden.
In Canada was en is er op grond
van de tweetaligheid eveneens wrij
ving tussen de bevolkingsgroepen.
Zo waren de franstaligen Canadezen
steeds ten scherpste gekant tegen
invoering van militaire dienstplicht,
mede, omdat zij niet onder bevel
van engelstalige officieren wilden
staan. De strijd om de invoering van
de dienstplicht leidde in Canada zo
wel tijdens de eerste als tijdens de
tweede wereldoorlog tot ernstige po
litieke crises op hoog niveau.
In België heeft men de laatste tijd
de wens horen uiten om een schei
ding tussen Wallonië en Vlaanderen
te verkrijgen. In Canada spreekt men'
ook wel, zij het voornamelijk bin
nenskamers, over de mogelijkheid
van een scheiding in enigerlei vorm
tussen het franstalige en het engels-
talige deel des lands.
Wij willen hier niet dieper ingaan
op de „taaiwrijving" in Canada. Ge
lukkig wordt - als elders - in Cana
da de pap minder heet gegeten dan
opgediend. Nochthans worden meer
en meer Canadezen er zich van be
wust, dat zij het talenprobleem in
hun land beslist niet en bagatelle
mogen zien en behandelen. Een doel
treffende oplossing is voor de toe
komst en voor de eenheid des lands
beslist noodzakelijk.
De Provincie Quebec is de „Con
tinentaal-Europese Kern" van Cana
da. Dit komt, omdat dit deel van
Canada als „Nieuw-Frankrijk" van
het midden der zestiende eeuw af
tot 1763 (Vrede van Pairijs) een ko
lonie van Frankrijk was. In 1763 werd
het een Engelse kolonie. De voorzaten
der huidige franstalige Canadezen
waren met deze verandering allesbe
halve ingenomen. Het Britse Parle
ment legde echter een pleister op
de wonde, toen het in 1774 de Que-
bec-wet aannam, die de bevolking
van de op Frankrijk veroverde Ca
nadese gebieden het recht gaf, de
eigen taal, godsdienst en bestuurs
organisatie te houden. Aan deze wet
en aan de „franskiljonse" gezind
heid der Quebeccers is het toe te
schrijven, dat de Provincie Quebec
Onderwijs en - ruimer - opvoe
ding ('education') vallen in Canada
hoofdzakelijk binnen de bevoegd
heid der Provinciale besturen. Wij
kunnen ons voorstellen, dat tal van
Canadezen, die de ernst van de uit
de tweetaligheid des lands voort
vloeiende problemen begrijpen, van
mening zijn, dat de Provinciale re
geringen meer moeten doen dan zij
doen om die problemen uit de weg
te ruimen. De feitelijke toestand is
op het ogenblik zo, dat tamelijk
veel franstaligen een min of meer
goede kennis hebben van Engels,
maar dat het aantal engelstalige Ca
nadezen, dat in voldoende mate met
de Franse taal overweg kan, te klein
is. Begrijpelijk is dit wel, want zo
als wij, Nederlanders, als klein volk
vreemde talen moeten leren om ons
te handhaven, moeten de numeriek
tamelijk zwakke franstalige Canade
zen zich het Engels eigen maken om
zich te handhaven. Het verschil met
Nederland is echter, dat, bijv. Frans,
Duits en Engels in ons land vreem
de talen zijn, terwijl Frans en En
gels Canadese talen zijn. Zwitser
land leert dat een volk meertalig
kan zijn en toch een eenheid vor
men. Canada, vernamen wij uit Ca
nadese mond, kan op het gebied der
twee- of veeltaligheid wel iets van
de Zwitsers leren, want zeer veel
ontwikkelde Zwitsers spreken zowel
Frans als Duits, terwijl er veel ont
wikkelde Canadezen zijn, die slechts
een taal spreken. Anders gezegd:
Onderwijs in Engels en Frans op
ruime schaal zou Canada beslist
zeer ten goede komen.
Gelukkig zijn er hoopvolle aspec
ten. Het dringt meer en meer tot de
Canadezen door, dat er een „talen
verplichting" ligt opgesloten in de
volgende feiten:
a. Canada is wat oppervlakte be
treft het grootste land, waar Engels
wordt gesproken;
b. In Canada ligt Montreal, op een
na de grootste franstalige stad ter
wereld;
c. De Provincie Ontario en Que
bec (wij bepalen ons nu maar tot
dit tweetal) grenzen aan elkaar en
maken beide deel uit van Canada,
maar toch zijn er zeer veel Que
beccers en Ontarianen, die elkaar
niet kunnen verstaan en die van el-
kaars culturele leven maar heel wei
nig weten.
Tot de hoopvolle aspecten, waar
op wij hiervoren doelden, rekenen
wij de bereidheid van veel jongeren
- „teenagers", zoals men hen thans
pleegt te noemen - om belangstel
ling voor de taal en de cultuur van
„de andere Canadezen" aan te kwe
ken. Sedert een jaar of vijf worden
er - om die belangstelling te stimu
leren en tot concrete resultaten te
Iedere Canadeesmoet binnen af
zienbare tijd in staat zijn om Engels
èn Frans te verstaan en te lezen,
alsmede, om zich in beide talen ver
staanbaar te maken. Zou aan deze
eis niet worden voldaan - aldus een
goede kenner van Canada - dan is
het gevaar niet denkbeeldig, dat Ca
nada's tweetaligheid Canada's een
heid gaat ondermijnen.
laten uitgroeien, „interprovinciale"
bezoeken voor scholieren van 15 tot
18 jaar georganiseerd. Jonge Que
beccers en jonge Ontarianen gaan
bij elkaar logeren. Zo leren zij de
taal en het gezinsleven, de menta
liteit en de scholen van „de ande
ren" uit eigen aanschouwing en er
varing kennen. Er worden boven
dien vriendschapsbanden aange
kweekt. Er ontstaat begrip voor el
kaar. Kortom, de „uitgewisselde
teenagers" slaan bruggen over klo
ven tussen de engelstalige en frans
talige Canadezen. Dit is een ver
heugend iets, dat ook in Canada als
verheugend kan worden beschouwd.
En met recht, want op den duur
kunnen die uitwisselingsbezoeken
van veel belang zijn voor de een
heid van de Canadese natie.
Natuurlijk is het niet zo, dat de
Ontariaanse en Quebecse jongens en
meisjes na zo'n bezoek van een paar
weken eikaars taal goed spreken.
Maar het eerste begin is er toch.
Dan hoort men een engelstalige
blondine onberispelijk Frans zeggen
„J'exite de te voir", en haar don
kerharige nieuwe Franse vriendin
antwoorden in even weinig onbe
rispelijk Engels: „I am exciting to
see you". Foutloos? Neen, fout
loos niet, maar toch een begin, een
goed begin zelfs. Een beetje gecom
pliceerd wordt de situatie, als de
franstalige en de engelstalige Ca
nadese jongelui samen op bezoek
gaan bij Roodhuiden en dan uit de
mond van een der Indianen - aan
wie zij iets verteld hebben over
hun streven - vernemen: Bedenkt
wel, dat mijn voorouders in dit land
de baas waren voor er maar sprake
was van Ontario en van Quebec en
dus van taalproblemen!" Ja, die
Roodhuid spreekt de waarheid, maar
hij is gelukkig minder hard dan zijn
voorzaten en dus hanteert hij in de
omgang met de jonge bleekgezich-
ten zijn glimlach instede van "zijn
toniafïawk en scalpeêrmes. p
Canada moet vobr dat problèem
van de tweetaligheid een oplossing
vinden. Zou het daar niet in slagen,
dan Zou dit voor de eenheid des
volks op den duur tot onwenselij
ke gevolgen kunnen leiden. Het is
verheugend, dat men dit in steeds
ruimere kring in Canada gaat inzien
en dat er bereids stappen zijn ge
nomen om die oplossing naderbij
te brengen. De jeugd van Canada
kan en wil tot die oplossing veel
bijdragen.
FOTO BOVEN: Suzanne Paul uit Longueuil (Quebec) lee#1 van Op
perhoofd Eenzame Wolf en Jim Pattinson hoe ze het best een
draaglast op de rug kan bevestigen. «T*-
MIDDEN: De bevolking van Quebec is overwegend Kathoh^- Dit
weerspiegelt zich ook in dit toneeltje.
LINKS ONDER: De fiets is een nuttig hulpmiddel om eikaars ,woon-
provincie' te leren kennen. (Blik op de Saguenay).
RECHTS ONDER: Zo'n Franse krant te lezen, dat valt njet mee,
vindt April O'Neil, maar haar Franstalige vriendin Christine Trem-
blay helpt haar over de moeilijkheden heen.