GEEN GEZIN IS ZO EENZAAM ALS DAT VAN „PANNESTEELI" Honderd kilometer naar dichtsbijzijnde winkel DE LEIDSE COURANT IN HET HART van de Canadese provincie Bribs-Columbia staat, temid den van bergketenen, een boerderij. Het is de meest afgelegen en een zaamste boerderij van gans Noord- Amerika. De afstand tot het naast bij zijnde postkantoor en de naastbij- zijnde winkel langs primitieve wegen slechts zelden begane sporen. De be woners van deze boerderij leven vrij wel het gehele jaar door in bijna vol strekte afzondering. Bezoek krijgen zij niet vaker dan twee of drie keer in de twaalf maanden. DE BEWONERS OP DIE BOERDERIJ of ranch wonen boer Floyd Phillips, zijn vrouw Betty Philips en hun drie kinderen. Dat boer Philips de voornaam Floyd draagt, weten maar weinigen. Vrij wel iedereen kent hem bij zyn bij naam „Pamhamdüie" („Pannesteel"). Waarom men hem Pannestee 1 is gaan noemen, is vrijwel niemand bekend. Floyd weet het natuurlijk wel, maar hij spreekt er niet over. Trouwens, hy is in de regel een zwijgzaam man. In zijn jonge jaren was Pannesteel ooyboy en veeboer in de Amerikaanse staten Texas en Wyoming. Ruim twintig jaar geleden besloot hij naar eenzamer streken te trekken. Hij koos Brits-Columbia en vestigde zich daar op de eenzaamst gelegen boer derij van 't Noord-Amerikaanse con tingent. Daar leeft hij nu het gehele jaar met zijn gezin. „Zeker, het is wel eens een beetje primitief, maar het leven op de ranch is prettig en goed. We zijn er met zijn allen ge lukkig en dat is de hoofdzaak", zeg gen zowel Pannesteel ails Betty Phi lips. Slechts tweemaal per jaar verlaat het gezin Philips de ranch. De eerste keer in juli. Dan trekken Pannes tee i en de zijnen zuidwaarts naar het Anahdm Meer om daar de grote stampede bij te wonen, een feestelijk samenzijn van Indianen, cowboys en veeboeren, waar men kan genieten van staaltjes van rijkunst en van kermisvermaak. Daar ontmoet Panne steel oude vrienden en hebben hij en Betty de mogelijkheid om met velen wat dan heet eens bij te praten. DE GROTE TOCHT DE GROTE JAARLIJKSE tocht valt enige weken later, als de zomer ten einide spoedt. Dan ontstaat er enige onrust op Pannesteels ranch. Dan moet het vee bijeengedreven en ge monsterd worden. Dan treft men de nodige voorbereidingen voor het transport der dieren naar Quesnel. waar het in handen der kopers over gaat. Transport? Eigenlijk is 't woord transport' hier een beetje misleidend. In feite reizen de koeien met ,Lijn Vier', daar zij ,per vier poten' zich zelf naar Quesnel brengen onder toe zicht van boer Pannesteel, die zich dan ontpopt als een uitstekende cow boy. Al vóór zonsopgang is het op de vertrekdag een en al leven en bedrijf op de ranch. De paarden zadelen. De wagen reisvaardig maken. Proviand en andere noodzakelijke dingen in laden, Het vee in het gelid opstellen. Is dit alles gebeurd, dan geeft Panne steel het vertreksein. Een zweepslag. Een kort woord en die stoet zet zich in beweging. Oostwaarts gaat de reis. Het doel is de plaats Quesnel, gele gen op 325 km afstand van die ranch. Het is een zware trek! irDe langste en hardste vlees-trek' van heel Ca nada", zeggen de cowboys en vee boeren. Nu, zij weten waarover zij spreken. Maar Pannesteel Philips maakt die tocht met de zijnen reeds vele jaren en zij genieten er steeds van. De weg slingert zich over ber gen en door dalen, over verraderlijke moerasgebieden en door brede rivie ren en veel stroompjes. Soms is het weer mild en gunstig, kort daarna echter koud en guur. Dit hangt mede af van de hoogte, waarop het gezel schap zich op het kronkelende spoor over de Itcha-bergen bevindt. Mevrouw Philips, de jongste zoon Robert (ruim twee jaar oud, maar toen hij zes maanden was, ging hij ook mee) en het dochtertje Diana maken de tocht in de wagen. Panne steel en zijn veertienjarige zoon Wil liam zorgen voor de kudde. Zij doen prachtig en inspannend werk als cowboys. Snel gaat de tocht niet, want meer dan vijftien kilometer per dag mag het vee niet afleggen. Er zijn minstens drie weken nodig om Ques nel te bereiken. Minstens? Inderdaad, waait Pannesteel weet, dat het vee door een te gefor ceerde tocht in gewicht en dus ook in waarde daalt. Daarom blijft hij wel eens een paar dagen rusten. Dan bivakkeert het gezelschap in de vrije natuur of wel het .logeert' in een door de bewoners verlaten Indiaans dorpje. Ook komt het wel voor, dat het vee lastig is of dat enige dieren ontsnappingspogingen doen. Zoiets betekent natuurlijk tijdverlies en extra - oponthoud, want Pannesteel en William stellen er een eer in om met een voltallige kudde in Quesnel te komen. KAMPEREN BeItY PHILIPS en Diana hebben er geen bezwaar tegen om het rustig aan te doen. Zij vinden het wel ge zellig om te kamperen en buiten het huishouden te doen. Samen zorgen zij voor de maaltijden. Diana kan al heel goed koken, ook al beschikt zij niet over moderne fornuizen en an dere keukengerieflijkheden. Betty kookt niet minder smakelijk en is ais koffiezetster zelfs uitzonderlijk goed. „Niemand maakt zo'n lekker bakje koffie als mijn Betty", zegt Pannesteel tegen iedere gast op zijn ranch en tegen iedereen, die hij el ders ontmoet. „En u begrijpt", zegt Betty, terwijl Diana heftig ,ja' knikt, „dat wij geen van allen ooit vlees loos eten Een der hoogtepunten van de vlees- trek' is het steeds weer, als de jongste zoon Robert gebaad en gewassen wordt. Nu gaat het al veel beter, maar een jaar geleden hij was toen amper een jaar oud protes teerde hij vaak heftig, als zijn moe der en zijn zuster hem met zijn voe ten in een wasteil zetten en hem, terwijl gedienstige handen hem ste vig vasthielden, begonnen te schrob ben en te boenen. In Quesnel noemen de mensen de kleine Robert „de jongste cowboy van heel Canada". HUISTOE ZIJN DE ZAKEN in Quesnel gere geld en is het vee overgedragen aan de kopers, dan breken voor Panne steel, Bertty en de kinderen een paar gezellige dagen aan. Dan kunnen zij echt genieten van de onderbreking hunner eenzaamheid. Zij verheugen zich over alles wat Quesnel hun bie den kan. Zij spreken weer eens men- De kleine zoon Robert is de allerjongste cowboy ter wereld Zwaar is het terrein, lang de weg, lastig het vee, maar toch is het gezin van Pannesteel Philips ieder jaar gelukkig, als de verre en moeizame tocht begint. sen en kunnen wat winkelen. Zij horen, wat er in de buitenwereld' is gebeurd en zien oude vrienden en kennissen terug. Kortom, zij hebben een prettige tijd. Een beetje weemoedig misschien ver laten zij Quesnel, als de terugtocht naar de ranch moet beginnen. Na tuurlijk is de reis naar huis gemak kelijker dan de vlees-trek', wamt er is nu geen vee, dat gedreven en bij eengehouden moet worden. Natuur lijk is zo'n rit vam 325 km te paard of in een hobbelende wagen over heel primitieve wegen geen luxe-reis, maar toch vinden alle „Panmestelen" de tocht heerlijk en praten zij er nog vaak over na, als zij weer thuis zijn op hun eenzame boerderij, op de meest afgelegen ranch van geheel Noord-Amerika Ja, en dan verheugen Pannesteel, Betty, William, Diana en misschien zelfs Robert zich maar weer alvasit op de volgende vlees-trek' naar Quesnel. Bij de foto's Rechts boven Betty Philips maakt een voor treffelijk maal gereed. Haar man geniet van een heerlijk bakje koffie. Zo is het leven in het kamp op weg naar Quesnel. Midden Mevr. Philips, de jongste spruit en het dochtertje Diana rijden mee in de wagen. Pannesteel en zijn zoon William doen het werk van cowboys. Te paard! Links onder Pannesteel en de zijnen rustten een paar dagen uit in het ver laten Indiaanse dorpje Kluskus. Maar nu is het ogenblik aange broken om verder te gaan. Het vee is nog keurig in het gelid, maar dat wordt straks wel min der keurig. Rechts onder Op trek hoog in de bergen kan het in september al danig koud zijn en zelfs al een beetje sneeu wen, maar dit deert Pannesteel Philips en zijn gezin niet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1964 | | pagina 8