HET Ei
<- IN DE KRANTENTUIN
Het knutselhoekje
Vademecum der gemeente
Hazerswoude is verschenen
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1964
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 13
DE ALLERARMSTE
Zij legden dus hun koeken in de
handen zonder zich af te vragen: „Is
dat een Duitse of een Franse hand?"
Trouwens zij zouden het moeilijk ont
dekt hebben, hier waren de geschil
len tussen twee verschillende volken
volkomen weggevallen. Hier was
broederschap in de plaats getreden
van haat en vijandschap. Je moest
zien, hoe die mannen zich moeite ga
ven om elkaar te begrijpen. Zij be
ijverden zich zelfs om elkanders taal
te leren door allerlei dingen aan te
wijzen en dan het woord te noemen
en te herhalen, dat daarbij in hun
spraak paste. En dan lachten ze soms
uitbundig om de kromme vaak onmo
gelijke uitspraak van de aan te leren
woorden.
Andere zag je bezig met elkaar
portretten en kiekjes te tonen van
hun huis in 't vaderland, van hun
familieleden en van vrouw of meisje.
Sommigen lazen elkaar zelfs brieven
voor, die ze van hun ouders of van
vrienden ontvangen hadden, kortom
de beide kinderen waren ten zeerste
verbaasd, dat ze in dit verblijf van
ellende nog zoveel tevredenheid en
zelfs vreugde op de gezichten der pa
tiënten zagen weerspiegeld.
Geen wonder dus, dat zij elkaar
na de beëindiging van de koekuit-
deling vragend aankeken. Wie moes
ten zij als de allerarmste beschou
wen om hem de appel te schenken?
Toen zij hun blikken nog eens door
de hele zaal lieten gaan, zagen zij
in de uiterste hoek een jonge Frans
man aan een tafeltje zitten. Hij scheen
wel de gezondste van allen te zijn,
want hij droeg geen enkel verband
meer. En toch vertoonde zijn gelaat
een triestheid, die deed veronderstel
len, dat hij zich, ondanks zijn licha
melijke genezing, verre van gelukkig
voelde.
„Zuster, wat scheelt die man toch?"
fluisterden ze zachtjes.
„Ja, kinderen, hij is wel genezen,
maar zijn hart is niet blij.-Hij mag
morgen 't hospitaal verlaten, maar
als hij in zijn geboortedorp en in zijn
ouderlijk huis terugkeert, is er nie
mand om hem blijde te verwelko
men. Zijn ouders zijn beide gestor
ven, toen hij in 't leger diende, broers
en zusters bezit hij niet en niemand
staat hem verder zo na, dat hij zich
bij zijn terugkomst in zijn armen kan
werpen".
Met tranen in hun lieve kinder
ogen zagen de kleinen een ogenblik
de zuster aan en haastten zich toen
naar de eenzame soldaat. Zij hadden
de allerarmste gevonden en drukten
hem, als ware 't een grote schat, de
dikke blozende appel in zijn hand.
Niemand begreep beter dan de zus
ter de waarde van dit kleine ge
schenk. Bij de uitgang drukte zij de
kinderen aan haar hart en gaf hun
een klinkende zoen op hun koontjes.
EINDE
CORRESPONDENTIE
WEER EEN VERRASSING
Weer een dikke brief in de brie
venbus, met opstelletjes van de kin
deren uit de derde klas St. Antonius-
tchool. Ik heb ze pas even doorge
bladerd, maar ik heb al gezien dat
er keurig gewerkt is. Ik vind het knap
hoor, want jullie komen toch pas uit
de tweede klas. Weet je wat ik ga
doen? Ik bewaar jullie verhaaltjes
en wanneer jullie dan over een half
jaartje weer iets insturen, dan kan ik
zien of jullie vooruit zijn gegaan. Zul
len we dat doen? En dan willen jullie
zeker ook wel 'n boek winnën, waar
uit juffrouw De Leeuw voor kan le
zen? Nou dat gebeurt, maar eerst
moet ik ze allemaal doorgelezen heb
ben. Dag klnders.
Thecla van Heugten, Leiden
NAAR HET KRISTALBAD
We gingen met ons zevenen naar
het kristalbad. Daar was een glijbaan
in het water. De jongste, Jan-Jozef,
zat in het babybadje en Annemieke,
Paul en Bert zaten in het 85 bad.
Pappa en mamma gingen ook in hun
badpak maar niet in het water. Ik
ging met Jan-Jozef spelen.
Later op de middag mochten we
een ijsco van 25 cent halen. Toen we
weg gingen reed pappa nog naar een
bos, waar we bramen en paddestoelen
konden plukken, maar toen we van
het bos naar huis gingen waren we
zó moe, dat Jan-Jozef in slaap viel.
We moesten vlug naar huis want
oma paste op mijn kleinste zusje Nel-
leke. Mamma zorgde vlug voor het
eten en toen mochten we nog even
opblijven. Daarna moesten we vlug
naar bed.
Lia Koree, Leiden
DE KABOUTERKONING
IS JARIG
Daar komt een koets aan. Het is
de gouden koets en die gouden koets
is van de kabouterkoning. De ko
ning is vandaag jarig. Het is groot
feest, de kabouters hebben hun beste
pakjes aan. Daar komt de koning
langs gereden en iedereen roept:
„Lang zal hij leven, leve de koning"
De koning zegt: „Jullie mogen van
avond om 10 uur allemaal op 't feest
komen".
Het is avond. De klok slaat 10 uur.
Daar komen de kabouters al aan. Wat
zien ze er mooi uit. In de zaal van
het paleis staan tafeltjes en stoeltjes.
Ze krijgen eerst bier en dan komt
er taart, gebak en koek. Iedereen is
blij. Er wordt nog wat gepraat. De
klok slaat 11 uur en 't feest is uit.
De kabouters gaan allemaal naar huis.
Welterusten.
Margareth Waayer, Leiden
KABOUTER KATTEKOPJE
Op een dag kwam 't kabouter
meisje Kattekopje laat en heel boos
uit school. Dat kwam zo: Ze vroeg
aan de juffrouw of ze water mocht
drinken. Dat mocht. Maar wat deed
ze toen? Ze stak haar vingertje in
het tuitje van de kraan, zette de kraan
open en oei, alles spatte kletsnat, ook
de juffrouw die er vlakbij stond.
Maar dat was nog niet alles wat er
die morgen gebeurd was. 't Was speel
kwartier en alle kabouter-kinderen
mochten naar buiten behalve Katte
kopje, die had straf voor die spui
tende kraan. Ze zat voor het open
raam en keek naar buiten. Een ka
boutermeisje kwam langs, zag haar
zitten en stak haar tong uit. Daar
werd Kattekopje vreselijk kwaad. Ze
sprong uit 't open raam en vloog het
meisje in de haren. Toen liep dat
meisje huilend naar de juffrouw en
Kattekopje moest nu ook nog om 12
uur schoolblijven. Nu weten jullie
waarom Kattekopje zo boos en zo
laat uit school kwam.
Marthie Roelandse, Leiden
EEN PAARD EN
EEN VARKEN
Op een grote boerderij woonden
een paard en een varken. Deze twee
waren dikke vrienden en dat gebeurt
maar heel zelden. Ja maar! 't waren
geen gewone dieren, het waren won
derdieren.
Want het varken durfde niet in
de modder te gaan liggen en het
paard wou niet op stal staan.
Op een mooie zomerdag, toen de
haan 6 uur kraaide, was het een her
rie van jewelste: 't varken liep maar
van z'n hok naar de stal en het paard
van de stal naar het hok. De boer en
de boerin hadden de haan niet ge
hoord en sliepen rustig door. Na een
uurtje werd het stil.
„Kom gaan we nu slapen?" vroeg
het varken aan het paard. „Goed. Dan
kom ik in jouw hok en jij in mijn
stal slapen". Even later klonk het in
't varkenhok: „hinnik, hinnik!" en
uit de paardestal: „knor, knor!"
Daar kwam de boer naar buiten
en zag wat er gebeurd was. Hij riep
zijn vrouw en die zag het ook.
„Kom help eens mee, alles op z'n
plaats zetten", zei de boer.
Na een uurtje was alles op z'n
plaats en als jullie nu gaan kijken,
staan ze er nog.
Leo v. d. Westen, Leiden
NAAR HET STRAND
We gingen op een dag naar het
strand. Toen we er waren begon het
te stormen van jewelste. De golven
van de zee gingen huizen hoog en
het schuim spatte overal rond.
Maar het was gelukkig gauw af
gelopen. We gingen het strand op en
vader zette de tent op. We wilden
gauw in het water maar het was veel
te koud om te zwemmen. De zon be
gon door te komen en was al sterk
genoeg om het water te verwarmen.
We probeerden het weer en het wa
ter was al gauw lekker. Jammer dat
er zoveel kwallen kwamen, toen was
het nog niet leuk in het water.
Reggie Douwes, Leiden
RINTY ONS HONDJE
Ik zou een hondje krijgen. Het was
vrijdag en 's avonds zou mijn oom
komen. Ik Lag al in bed toen de bel
ging. Dat was mijn oom. Hij kwam
naar boven en zei: „Ik heb een hond
je besteld. Het is een collie".
Ik sprong dadelijk uit bed en holde
de kamer in.
„Oom hoe oud is hij?"
„7 Weken. Het is nog een beestje".
Moeder vond het ook leuk.
„Hoeveel kost hij? 7 gulden?" vroeg
moeder.
„Kun je denken, 70 gulden".
't Was wel duur.
De volgende dag mocht ik met oom
mee naar Rotterdam om 't hondje te
halen.
„Gaan we met de trein?" vroeg ik.
„Ja, met de trein".
Eerst gingen we met de bus naar
't station en toen met de trein. In
Rotterdam moesten we nog een eind
je lopen, naar het huis van mijn oom.
Daar moesten we een tas halen, waar
het hondje in moest.
Samen gingen we hem halen. O,
wat een lief diertje. Daarna gingen
we weer naar Leiden. Alle kinderen
vonden mijn hondje mooi. Hij is nu
11 weken en hij heet Rinty.
Monique Post, Leiden
BRAMEN ZOEKEN
We gingen 's morgens vroëg wdg
en we namen brood mee. Vader wist
een plek waar veel bramen groeiden.
Al gauw begonnen we te zoeken. M*n
vader en zusje plukten handen vol,
ik vond bijna niets.
Je zult misschien vragen, waar
mijn moeder was. Nu luister dan maar
eens. M'n moeder was een eind ver
der aan het plukken, toen ze opeens
iets hoorde. Ze schrok even, maar
toen ze van de schrik bekomen was,
ging ze eens kijken wat dat geweest
was. Ze keek voor zich en achter
zich, maar zag niets. Ze ging weer
door met plukken Gek toch. dat ze
niets zag.
Opeens riep vader, dat hij honger
had en toen kwam ze vlug naar ons
toe en vertelde de hele geschiedenis.
Ansje Righart van Gelder.
DE VAKANTIE
In de vakantie zijn we veel weg
geweest. De laatste dag gingen we
naar het dierenpark in Rhenen. Wat
zag je daar veel dieren: leeuwen, tij
gers, olifanten en kleine aapjes in
de bomen. De chauffeurs gingen ook
mee. Want dat weten jullie nog niet,
v/e waren met 5 bussen en we had
den veel plezier. De band van bus 2
was geklapt.
Onderweg kregen we van alles
krentebollen, cola, pinda's, nut-cor-
ners enz. O, wat was dat lekker. In
de dierentuin kon je ook heel wat
kopen. Er was ook een speeltuin. O,
o, wat was dat leuk. De leeuwen
leken wel tam, zo stil waren ze en
toch waren ze wild. Er waren ook
giraffen en die liepen in het gras
zonder hekken.
Er was een groot terras, daar kon
je natuurlijk op zitten.
Dag allemaal. De volgende week
gaan we verder met de verhaaltjes.
TANTE JC EN OOM TOON
Uit kleine witte mosselen, een vei
ligheidsspeld, wat watten en een
stukje van een lucifer, kun je een
ooievaar in elkaar knutselen.
Buig de veiligheidsspeld, zoals in
de figuur is aangegeven, bevestig er
't stukje gepunte lucifer aan en kleur
het rood de snavel! Omwikkel de
speld nu met watten en lijm er de
twee helften van de mosselschelp
omheen. Steek de naald vervolgens
in een schijf kurk of in een klompje
boetseerwas en de ooievaar staat
er. Maar... vergeet zijn oogje niet
en'n neusgaatje! O ja, 't beestje
vraagt ook nog 'n staart!
EEN ELECTRISCHE
SPEURHOND
delijke luchten kunnen vormen, de
kwade dampen kunnen „ruiken"
hun aanwezigheid kunnen vaststel
len).
Het toestel is gebouwd (gemaakt)
op het beginsel, dat enige luchtsoor
ten meer ultra-violette stralen opvan
gen dan andere. Men heeft daartoe
een bijzondere lamp vervaardigd, die
ultra-violette stralen op een detector
(gevoelig voor electro-magnetische
golven) uitstraalt. Wanneer nu ge
vaarlijke damp zich tussen detector
en lamp schuift, ontvangt de detec
tor minder stralen dan bij normale
luchtverhoudingen, omdat die dam
pen een gedeelte ervan heeft tegen
gehouden of opgevangen heeft. Van
de detector gaat nu die boodschap
naar een alarmplaats of een motor,
die dan een ventilator in werking
stelt en zo de lucht reinigt. Het hele
toestel is zo gevoelig, dat 't uit mil-
lioen deeltjes gewone lucht, èèn gif
tig luchtdeeltje reeds opspoort.
De uitvinder hoopt, dat deze
„speurhond" de levende (dus echte)
Li vele dingen nabij komt. Hij heeft
in ieder geval ook een fijne „neus",
is vertrouwbaar en trouw en maakt
onmiddellijk alarm, wanneer er iets
niet in orde is. Men zou haast wil
len vragen of hij ook net als een
jachthond met de staart kan kwis
pelen.
Hier ziet men 3 dikke banden (boe
ken) zeeroverromans. Kortgeleden
merkte Piet, dat een boekenworm
zich van de eerste bladzijde van deel
I tot aan de laatste bladzijde van
deel III geknaagd had. Nadat Piet
zich flink geërgerd had over die be
schadiging, ging hij voor de aardig
heid eens meten, hoeveel cm de worm
op zijn vernielingsweg had afgelegd.
Proberen jullie dat eens uit te reke
nen als je weet, dat de boeken na
tuurlijk met de rug naar je toestaan,
d t er tussen de banden (kaften) een
laag bladzijden van 5 cm zit en dat
de omslagbanden elk 'n Va cm dik
zijn.
De weg wascm lang? Een
pracht puzzel!
Wie 't juiste aantal cm raadt en
instuurt mag mee loten om een boek.
Ik mag niet dansenen boven
dien nog met een meisje!
Amerikaanse ingenieurs hebben 'n
electrische speurhond geconstrueerd
(in elkaar zetten), die in laboratoria
(ums), ziekenhuizen, reinigingsin
richtingen en overal waar zich scha-
Veilig Verkeer in
Duitsland met
appels op de weg
In West-Duitsland gaan het
„Groene Kruis" (Bond van Vei
lig Verkeer), de Automobiel-
club Duitsland en de wegen
wacht samen een actie voeren
gericht op de automobilist. Men
wil de automobilist beter leren
eten en wed vooral lichte kost
De appel is nu uitverkoren als
symbool voor deze actie.
In het kader van deze actie
die op 30 september a.s begint
en op 1 oktober a.s. eindigt zal
in zesentachtig auto wegrestau
rants in West-Duitsland aan de
gasten een plastic zakje met
twee appels en een foldertje
uitgereikt worden. Bovendien
zal op 29 september a.s. in een
der autowegrestaurants een
persconferentie gehouden wor
den om deze actie in te luiden
De genoemde instellingen wil
len op deze wijze bereiken dat
er in de toekomst minder dikke
heren achter het stuur zullen
zitten. In de plaats van deze
welgedane heren hoopt men
steeds meer slanke mannen
appeletend langs de Autobahn
aan te treffen.
Vraagbaak voor de
dorpelingen en
voor hen die
het willen worden
Dezer dagen kunnen de inwoners
van de gemeente Hazerswoude de
ontvangst tegemoet zien van een
Vademecum der gemeente Hazers
woude. Deze gids, aangeboden door
gemeentebestuur en uitgever DEBA
te Alphen aan den Rijn, beoogt een
schat van gegevens te verschaffen
aan de inwoners en een welkom te
zijn voor hen die zich zullen vesti
gen in de nieuwe woonwijken in
Hazerswoude.
VOGELVLUCHT
Onder de kop „Hazerswoude in
vogelvucht; een gemeente in ont
wikkeling" wordt aandacht besteed
aan de structuur van de gemeente.
Hier in valt onder meer te lezen,
dat het plan Zuid, langs de provin
ciale weg naar Rotterdam, plaats
zal gaan bieden aan ongeveer twee
duizend inwoners. Nadat er is ge
wezen op het feit, dat de realisering
van het ontsluitingsplan Rietveld
thans wordt voorbereid, wordt in
kort bestek stilgestaan bij het uit
breidingsplan Rhynenburch aan de
Rijndijk.
RHYNENBURCH
Plan Rhynenburch, waarvan de
naam een historische achtergrond
bezit, zoals ook wordt beschreven,
heeft een capaciteit van ongeveer
achthonderd vijftig woningen. Gere
kend wordt op een verdere uitbrei
ding in een drietal fasen, tot onge
veer tweeduizend woningen met
daarbij behorende voorzieningen.
Op stapel staat er de bouw van de
R.K. uloschool (aanbesteding op 16
september), terwijl de bouw van een
lagere school, een gymnastieklokaal
en de stichting van een landbouw-
huishoudschool in voorbe*iding
zijn. In het voorwoord wordt, behal
ve op het dorp en Rhynenburch, de
schijnwerper gericht op de buurt
schappen 't Zwaantje en de Groe
nendijk. „De eerste buurtschap zal
in de toekomst verdwijnen c.q. ge
heel opgaan in het vergrote plan
Rhynenburch", zo staat er geschre
ven. „Met de buurtschap „De Groe
nendijk" zal dit niet het geval zijn.
Ook hier zal enige uitbreiding niet
achterwege kunnen blijven", wordt
daarna te kennen gegeven.
In de toekomst zal Hazerswoude
worden doorsnede door een tweetal
belangrijke rijkswegen: rijksweg 16
vanaf de Brienenoordbrug bij Rot
terdam in noordelijke richting en
rijksweg 11a vanaf Bodegraven in
westelijke richting naar rijkswer 4a.
Genoemde wegen zullen elkaar on
geveer in het hart van de gemeente
gaan kruisen", aldus het gemeente
bestuur.
BESTUUR EN DIENSTEN
In het Vademecum kunrien de in
woners zich voorts vergewissen van
de functieverdeling in het gemeen
tebestuur, de gemeentediensten en
andere overheidsinstanties; uiter
aard zijn hierbij adressen en wat
dies meer zij vermeld. Een volledige
stratenlijst, met hier bij de aandui
ding „D" (dorp) of /„R" (Rijndijk),
gegevens omtrent kerkgenootschap
pen en kerkelijke verenigingen, on
derwijs, volksgezondheid, winkel
sluiting, het gemeentelijk zwembad,
dienstregeling van de Citosa en di
verse verenigingen en organisaties
zijn erin opgenomen. Een alfabetisch
namenregister tenslotte vult een
groot gedeelte van de gids, die is
verlucht met enkele foto's.
Een vervolgverhaal van Suske en Wiske
7. Op een morgen was Benvenuto
heel vroeg opgestaan om met een
sieraad klaar te komen, dat een bruid
besteld had. Hij had reeds 3 uur ge
werkt, toen het licht werd en wilde
toen een wandelingetje gaan maken.
Hij zette zjjn muts op en daalde de
Julianastraat af. Maar reeds op de
eerste hoek, ontmoette hij de officier
Crespino, die hem toeriep: „Je bent
de gevangene /an de paus!"
„Je ziet mij voor een ander aan",
meende Benvenuto kalmpjes"
„Neen", antwoordde Crespino, „je
bent de goudsmid Cellini, ik ken je
heel goed. Je moet me volgen naar
de Engelenburcht".
Vier korporaals wierpen zich op
Benvenuto om hem zijn dolk te ont
nemen. Maar de officier .snauwde hen
toe: „Waagt 't niet hem aan te raken,
jullie hebben er alleen voor te aor-
gen, dat hij niet ontvlucht".
8. Nu zag Benvenuto voor 't eerst
in zijn 37-jarig leven de gevangenis
van binnen. Op de Engelenburcht
werd hij boven in een kamer inge
sloten.
Toen hij daar 8 dagen vertoefd had,
kwam men hem halen en voerde hem
voor een verhoor naar een grote zaal
in de burcht. De drie heren, waar
van de een gouverneur van Rome
was, spraken eerst heel vriendelijk
en voorkomend tegen de -gevangene,
maar toen ze hem begonnen te be
dreigen zei hij: „Reeds een half uur
lang hebt u mij alleen maar zo'n
beetje aan de praat gehouden, mag
ik nu eindelijk weten, waarom het
eigenlijk gaat?"
(wordt vervolgd)