Geen overeenstemming meer
mogelijk met Vaticaan
BEELD VAN MAO TSE TOENG
VLAK NAAST HEILIGENBEELD
Nieuw gelaat
van r.k. kerk
Heeft Mao Tse Toeng gelijk? (IV)
CHINESE KATHOLIEKEN TIIDENS CONCILIE
Ik had mij voorgenomen een aantal vertegenwoordigers van de rooms-katholie-
ke kerk in China te ontmoeten: in Peking Mgr. Ignace Pi Tsjoe-sji, voorzitter
van de vereniging van de patriottische Chinese katholieken, Mgr. Joseph Jao, E.
H. Ma en E. H. Wang; in Sjanghai Mgr. Louis Sjang Tsjia-sjoe; in Woehan,
Mgr. Bernardin Toeng en Mgr. Ignace Joean. In Peking vertelde men mij eerst,
dat Mgr. Pi Tsjoe-sji ziek was, Mgr. Jao ongesteld was en E. H. Ma met een
beenbreuk in het ziekenhuis lag. Alleen E. H. Wang zou mij te woord kunnen
staan. Chinese dokters moeten echter werkelijk wonderen kunnen verrichten
want de volgende dag waren Mgr. Pi Tsjoe-sji en E. H. Ma weer helemaal her
steld.
In Woehan werd mij meegedeeld, dat Mgr. Bernardin Toeng op
bisschopsreis was maar ik ben ontvangen door de plaatselijke
bisschop, Mgr. Joean, in aanwezigheid van Mgr. Antoine Toe
Sji-hoea, bisschop van Hanjang. In Sjanghai heb ik Mgr. Tsjia-
sjoe niet kunnen spreken omdat hij „ziek" was. Ik kon slechts
een onderhoud krijgen met de secretaris van de bisschop, die
voor deze gelegenheid door een andere geestelijke werd geas
sisteerd. In Sjenjang tenslotte heb ik de adjunct ontmoet van
bisschop Pi Tsjoe-sji, die ik in Peking had moeten treffen. Ik
kreeg echter geen toestemming om de laatste Amerikaanse
missiebisschop, Mgr. Walsh, in de gevangenis van Sjanghai
te bezoeken.
Al deze gesprekken mocht ik
slechts voeren in tegenwoordigheid
van mijn tolk, van één of meer ver
tegenwoordigers van het instituut
voor buitenlandse betrekkingen en van
talrijke andere Chinese autoriteiten.
Daarom begreep ik uiteraard al spoe
dig, dat geen van hen vrijuit zou kun
nen spreken en ik heb dn ook niet
geprobeerd van hen inlichtingen te
verkrijgen. Ik heb telkens zelf het
woord genomen en mijn zegslieden de
hoop en de vrees uiteengezet van een
katholieke Europeaan met betrek
king tot de Chinese kerk.
Mijn toespraak kwam ongeveer al
tijd hierop neer: ,,De Chinese kerk
Is de enige die geen vertegenwoordi
gers heeft gestuurd naar het Conci
lie waarvoor zij was uitgenodigd.
Maar mogelijk heeft u de uitnodiging
niet ontvangen. In dat geval zaL Ro
me u natuurlijk opnieuw kunnen uit
nodigen en uw regering laten weten,
dat het met grote vreugde uw bis
schoppen zou onthalen. Als uw bis
schoppen naar Rome zouden komen,
dan zou de wereld weten, dat uw
kerk vrij is. Bovendien zouden uw
bisschoppen de misverstanden uit de
weg kunnen ruimen, die door een ze
kere isolering van uw kerk zijn opge
stapeld.
Zou het niet goed zijn, dat de paus
uw kerk beter zou leren kennen? Als
het u echter niet mogelijk is naar
Rome te reizen, zou de paus u gaar
ne een vertegenwoordiger sturen. En
waarom zoudt u die vertegenwoordi-
President Ajoeb Chan van Paki
stan verklaarde de schrijver van
deze artikelenreeks: Pakistan
verontrust door de hulp van het
westen aan India. Het moest, om
zich te beschermen tegen de mach
tige Indiase nabuur, steun zoe'
bij Rood-China!"
ger weigeren te ontvangen onder het
voorwendsel, dat de paus steeds een
vertegenwoordiger heeft gehad op
Formosa? U weet toch wel, dat de
paus zijn vertegenwoordigers overal
heen stuurt waar katholieken zijn
zelfs naar de Verenigde Staten, een
staat waarmee het Vaticaan geen
diplomatieke betrekkingen onder
houdt.
Het optreden van Johannes XXIII
bewijst overigens, dat de rooms-ka-
tholieke kerk de gehele wereld wil
omarmen. De huidige paus is in alle
opzichten de erfgenaam van zijn over
leden voorganger: hij wil de betrek
kingen tussen de kerk en de commu
nistische landen verbeteren. Op het
gebied van de leer is de houding van
de kerk niet veranderd. Maar
veroordeling van het communisme
brengt m.i. niet noodzakelijk de ver
oordeling mee van alle activiteiten
alle daden van uw regering. Men
moet onderscheid maken en zo u, zo
als vele Westelijke waarnemers
ik in Peking ontmoet heb, van me
ning zijt dat de prestaties van uw
regering in menig opzicht weldadig
zijn waarom zoudt u dat dan niet
mededelen aan de paus? Ik vraag
u dit met klem omdat ik bang ben,
dat u in een schisma terecht komt
en dat de kloof tussen uw kerk en de
universele kerk breder wordt, wan
neer zij na het Concilie geleidelijk *n
nieuw aanzien krijgt".
daarmee te schande heeft gemaakt?
En opzettelijk zo heeft gehandeld om
de Amerikanen genoegen te doen wier
imperialistische politiek het dient?
Heeft het Vaticaan de rassendiscri
minatie zoals die in Amerika wordt
toegepast, al veroordeeld? En is het
niet omdat het in Amerikaanse dienst
staat, dat het Vaticaan geen woord
van afkeuring heeft gehad voor de
vervolging van de Boeddhisten door
de regering van wijlen president
Diem?
U vertelt ons niets dan goeds
over Johannes XXiil maar wij
hebben vernomen, dat deze paus
ons land heeft belasterd toen hij de
aanspraken van Tibet erkende. Wij
weten ook, dat deze paus in een
consistorie reactionaire bisschoppen
heeft geprezen, die tegenover ons
land een bijzonder onaangename
houding hadden aangenomen. En
heeft Johannes XXm het nie* ge
waagd te bevestigen, dat onze rege
ring verantwoordelijk is voor de
rampen die ons land hebben ge
troffen?
Het onbegrip van de kerk voor ons
land is overigens geen recent ver
in naam van de Chinese kerk op te
treden. Die vroegere missiebisschop
pen dienen zich nog altijd aan als de
plaatselijke bisschoppen van de zetels
die zij hier hebben bezet en het Va-
ticaar droomt ervan ze naar hier te
rug te sturen ofschoon de Chinese
christenen nooit meer andere religieu
ze leiders zullen aanvaarden dan bis
schoppen uit hun eigen volk.
De naaste die Christus ons oplegt
te beminnen is voor ons China en de
regering van Mao Tse Toeng. Wij
ziji. die regering dankbaar voor al
het goede, dat zij voor ons land ver
richt. Als de kerk ons verbiedt die
naaste te beminnen, volgt zij niet lan
ger de leer van Christus. Tussen de
leer van Christus en de leer van
de kerk kunnen wij echter zonder
door Raymond Scheyven
(oud-minister van Economische Zaken in België)
schijnsel. In de oorlog van Japan te-moeite een keuze maken. Er is geen
Requisitoir
Die woorden bleven nooit onbeant
woord. De antwoorden, die ik noteer
de, kan ik als volgt samenvatten:
„Zeg ons niet, dat de paus overal
apostolische delegaties stuurt; naar
sommige landen (naar Formosa bij
voer be eld) stuurt hij ook nuntiussen
of internuntiussen. Is het werkelijk 'n
toeval dat de apostolische nuntius
bij de regering van Formosa van
1952 tot 1959 aartsbisschop Riberi
was die in 1951 in Nanking werd
gearresteerd en op het einde van dat
jaar uit China werd gewezen? Mogen
wij dan niet zeggen, dat Rome ons
China moedigde de nuntius in To
kio de Japanse katholieken aan om
tegen óns te strijden maar de nuntius
in Peking gaf de Chinese katholieken
de raad een afwachtende houding aan
te nemen. Mgr. Koeng Pin Maio die
bisschop was van Sjanghai, werd in
1955 gearresteerd nadat bewezen was
dat hij zich had verzet èn tegen de
strijd tegen de imperialisten in Korea
èn tegen de landhervorming èn tegen
de deelneming van de katholieken
aan de communistische beweging
Niets wijst er op, dat het Vaticaan
ooit zijn houding zal herzien. Paus
Paulus VI heeft onlangs eens te meer
het communisme veroordeeld. Kardi
naal Spellnian blijft een systemati
sche en hatelijke vijand van ons land
en van onze regering.
Het Concilie heeft als enig doel de
versterking van het imperialistische
kamp in de strijd tegen het commu
nisme. Het wil alle kerken verenigen
tegen het communisme en tegen de re
gering van Mao Tse Toeng. Het be
wijs daarvan is, dat de vroegere mis
siebisschoppen, die in China hebben
geleefd en die door Rome nog steeds
als vertegenwoordigers van de Chine
se kerk worden beschouwd, aan het
Concilie deelnemen, hoewel alleen de
Chinese bisschoppen recht hebben om
overeenstemming meer mogelijk tus
sen ons en het Vaticaan!
Sch isma-gevaar
Om dit artikel niet nodeloos lang
te maken, zal ik hier niet herhalen,
wat ik op al die argumenten heb ge
antwoord. Gedachtig aan de scherp
zinnige notities van wijlen kardinaal
Constantini over de missionering in
China, heb ik op een aantal punten
weliswaar schuld bekend maar meest
ai heb ik mijn zegslieden gezegd, dat
zij van de politieke opinies van de
katholieken in het Westen - en speci
aal in de Verenigde Staten - niet meer
afwisten dan wat die katholieken we
ten over de politieke houding van de
Chinese katholieken. Ik beklemtoonde
voorts, dat tal van problemen meer
een kwestie waren van traditie en van
vormen dan van kerkelijke doctrine
en leer. En altijd wees ik op het ge
vaar van een schisma. Telkens ook
hield ik staande, dat de kerk niets
anders kon leren dan wat Christus
haar had opgedragen te leren. Ik kon
de uitwerking van mijn woorden
moeilijk nagaan. Hoe zou ik daarover
ook iets kunnen weten: Mijn zegslie
den lieten nooit hun, wat ik noemen
zou „officiële" houding varen, ten de
le wel omwille van de aanwezigheid
van de hiervoor vermelde getuigen...
Ik zou veel betekenis kunnen hech
ten aan de aarzeling, die ik soms kon
bespeuren op het gelaat van de Chi
nese geestelijken, die ik ontmoet heb.
Ik zou ook evengoed kracht kunnen
putten uit de overtuiging, dat mijn
zegslieden niet meenden, wat zij op
merkten. Helaas, als ik de houding
van de vertegenwoordigers van de
Chinese kerk van nu vergelijk met
die welke zij bij mijn eerste reis in
1957 aannamen, moet ik wel toegeven
dat de twijfel, die ik zes jaar gele
den nog kon waarnemen, nu verdwe
nen is. In 1957 kon ik aanvoelen, dat
mijn zegslieden slechts met tegenzin
aanvaarden wat de propaganda hun
voorhield te geloven. Dit keer had ik
de indruk een gesprek te voeren met
geïnd octrineerden".
Het verbaast mij eigenlijk ook
niiet, dat de propaganda het ver
zet van de katholieke cleras heeft
kunnen overwinnen. Er is geen re
den waarom de Chinese geestelijken
anders zouden zijn dan de overige
Chinezen. Ik kan mij niet Voorstel
len, dat de katholieke priesters zou
den aanvaarden, wat hun volk af
wijst, bijvoorbeeld het naast el
kaar bestaan van twee China's, de
aanwezigheid van een apostolisch
nuntius en geen legaat
mosa enz.
Ik kan niet zegg of de Chinezen
harde nationalisten zijn of alleen
maar op loyale staatsburgers. In ie
der geval schenen de Chinese pries
ters, die ik ontmoet heb, erkentelijk
voor het werk van Mao Tse Toeng
zijn regering. Hun „vaderlandslief
de" neemt soms onverwachte vormen
aanIk heb bij een priester twee beel
den naast elkaar opgemerkt: een H.
Hartbeeld en een beeld van Mao Tse
Toeng.
Zeer levendig
Ik kan dit artikel niet besl en zon
der een beeld te hebben gegeven van
het leven van de Chinese kerk zoals
ik dit heb kunnen waarnemen. Het
valt onmiddellijk op, dat de liturgi
sche praktijk zeer levendig is. Over
al waar er katholieke kerken zijn
heeft men elke dag een keuze tussen
verscheidene missen. In Peking heb
ik de zondagsmis bijgewoond te mid
den van een grote menigte. In Sjang
hai daarentegen waren er maar wei
nigen maar het was dan ook de
vroegmis van 5 uur...
Ik heb geen enkele preek gehoord.
Sommigen hebben mij gezegd, dat
prediken niet verboden w anderen,
dat de meeste priesters liever zwe
gen dan van de -reekstoel een poli
tieke tribune te maken.
Naar verloop worden veel doopsels
toegediend hoewel het verboden is om
kinderen te dopen. Alleen het doopsel
der volwassenen is toegestaan. Ook
huwelijken worden kerkelijk ingeze
gend maar er zijn minder dodenmis
sen dan absouten in het sterfhuis.
Ik heb veel jonge priesters gezien
maar het seminarie van Sjanghai is
naar men mij vertelde, gesloten in af
wachting, dat Peking een centraal se
minarie opent.
Na zijn gesprekken met de Chi
nese bisschoppen en priesters ver
zocht de schrijver van deze artike
len, Raymond Scheyven, steeds om
een herinneringsfoto en dit werd
hem nooit geweigerd. Op deze foto
de schrijver in gezelschap van omt.
E. H. Wang (links).
Genuanceerd
De kerken die ik bezocht heb le
kei. mij goed onderhouden. Dit ge
schiedt zo zei men mij, op staatskos
ten en de kerk mag vrijelijk beschik
ken over haar goederen en de giften
Een eenvoudige Boeddhistische
tempel, welke evenals de r.k.-ker-
ken door de staat worden onder
houden.
der gelovigen. Het is onmogelijk te
weten te komen of het aantal katho
lieken stijgt of daalt in China!
Wat ik gezien en gehoord heb geeft
mij de indruk dat men zich vergist
als men beweert dat de katholieke
kerk in China dood is. Het lijkt mij
niet waar dat alle priesters en bis
schoppen gevangen zitten en dat de ker
ken slechts gevuld zijn met figuran
ten, die een vertoning van andere fi
guranten bijwonen.
Waarom zouden, alles welbe
schouwd, de Christenen ook niet ge
nieten van de godsdienstvrijheid - hoe
gering ook die de Boeddhisten
bezitten en wier pagoden druk bezocht
worden? Waarom zou ik in Sjanghai
een nagenoeg lege kerk hebben gezien
en op werkdagen in de kerken slechts
enkele bejaarde mensen?
Vanzelfsprekend geloof ik
evenmin, dat kerk en gods
dienst vrij zijn in China. Kort
om, mijn oordeel moet genuan
ceerd zijn. Niets belet mij te
geloven, dat de Chinese kerk
haar martelaren telt in de
concentratiekampen en de ge
vangenissen. Maar anderzijds
belet ook niets mij aan te ne
men, dat andere Chinese bis
schoppen en priesters Christus'
getuigen in de wereld zijn, in
grootheid en in ellende, soms
een akkoord met het regime
bereikend maar altijd probe
rend het geloof onverminkt te
bewaren.
(Copyright Opera Mundil.