L 1 In de Krantentuin /I Het knutselhoekje Sjeik El Rojenbiet ZATERDAG 23 NOVEMBER 1963 DE LHRDSE COURANT PAGINA 15 %tdemetujd GROOTVADEWS PORTRET (Vervolg) „In welk ziekenhuis?" vroeg de matroos weer. „Ja, in 't armenziekenhuisje". antwoordde 't vrouwtje ietwat verle gen. „De man heeft een droevig lot gehad. Niemand zou bij zijn wieg verwacht hebben, dat hij zo zou ster ven. Zijn vader stond algemeen be kend als een rijk man. Toen deze echter plotseling kwam te sterven, vond men in zijn nalatenschap noch geld noch waardevolle zaken. Maar er verschenen wel schuldeisers, die beweerden nog belangrijke bedragen van hem te vorderen te hebben. Om de eerlijke naam van de gestorven vader te redden betaalde de zoon al deze schulden. Daardoor werd deze echter zelf zo arm, dat hij zijn nog jonge zoon als scheepsjongen naar den vreemde moest laten gaan. Hij zelf nam nu weer van alles ter hand om te kunnen leven, maar alles mis lukte hem, zodat hij ten laatste ont moedigd en levensmoede in het ar menziekenhuisje zijn toevlucht moest zoeken". De matroos keerde zich om ten einde zijn hevige ontroering te ver bergen. „En waar ligt de arme man begraven?" Natuurlijk op 't armen- kerkhofje", veronderstel ik. 't Moe dertje knikte slechts van ja. Geheel ontzet maakte de man aan stalten om weg te gaan. Maar daar zag hij aan de achtermuur van het hangen. „Wil u mij dat verkopen", zeg maar wat 't kosten mbet". „Ja, wat zal ik u zeggen? Ik heb het jaren geleden op een uitverkoop gekocht voor enkele stuivers. Ik hoopte het met een klein winstjes wel aan de één of ander weer te kunnen verkopen, maar niemand heeft er ooit een bod op gedaan, hoewel 't ge laat van die oude man zo echt vroom en vriendelijk naar je kijkt. Als het schilderij u aantrekt, mag u zelf be palen, wat u ervoor geven wilt, 't is altijd goed". De matroos opende zijn beprs en legde een goudstuk in de gerimpel de en gegroefde hand 'van het oude moedertje. „Maar mijnheer, dat kan ik onmo- felijk wisselen, want ik heb al drie agen niets meer ontvangen". De zeeman stapte op het schilderij toe en nam het van de muur af. „Moedertje, zo is het goed; ik ben zelf ook niet rijk, maar als ik mijn laatste geldstuk voor dit beeld had moeten betalen, ik zou het met liefde gedaan hebben". Het oudje hoorde met verbazing de ontroering in de woorden van de vreemde man. Met betraande maar liefdevolle blik be schouwde hij het portret en zed toen: Ja, moedertje, alles zal u niet zo vreemd toeschijnen, als ik u zeg, dat dit 't portret is van mijn grootvader Wat ben ik u dankbaar, dat 't bij u bewaard is gebleven". Verstomd bleef het oudje achter. Zij wendde en keerde het mooie goudstuk in haar handen, als kon zij maar niet geloven, wat er gebeurd was. Zou alles geen droom geweest zijn? (Wordt vervolgd) CORRESPONDENTIE Lyda Angevaare, Voorhout. Wat fijn dat je al zo vlug je Sinterklaas verhaaltje gemaakt hebt. De klein tjes zullen er van smullen. Maar eigenlijk is je verhaaltje nog niet af. Er hoort nog een vervolg bij n.m.: „De pakjesavond", met Benjamin er bij. Zou dat nog niet kunnen? Maar dan snel Lyda. Dag meiske, tot schrijf s. HET JONGSTE KNECHTJE VAN SINT NICOLAAS Het is een paar avonden na de aankomst van Sint Nicolaas in Ne derland. De goede man rust in een gemakkelijke stoel wat uit van de vermoeiende dag. Plotseling wordt er aan de deur geklopt en komt één BESTE CONNIE van zijn knechten binnen. jk j^en over 14 dagen jarig en nu „Wat kan ik nog voor je doen Piet, heeft moeder gezegd, dat ik mijn *n Hp avond?" beste vriendinnetjes uit mag nodi: zo laat in de avond?' „Ach Sinterklaas", zegt hij. „Ik had u zeker niet gestoord, maar het is zeer belangrijk". „Vertel dan maar Piet". ,Wel het is een lang verbaal, maar gen. We spraken er gisteravond juist over. Jij bent ook een tijd mijn vriendin geweest, maar toen je ver- - huisd bent, ging dat niet meer. Toen J1©* laatjes. Het geheel bfPl^ zei moeder, dat ik je een brief moest dan. met gekleurd papier. Heeft j daar is nu eenmaal niets aan te doen. schrijven en daarom heb ik de pen zusJe 2een poppenhuis? Wel, maak Eergisteren werd er op de snoep- genomen en zit je nu te schrijven, er dan een van een stevige schoe- afdelmg snoepgoed vermist. Gisteren g-om ook9 A|s ie moeder het goed nendoos. Knip of snij er raampjes werd er weer snoep vermist maar vind^ schrijf dan even terug We in- Plak er gordijntjes voor. Maak buiten dat ook speelgoed, van mijn kome'n je dan met de fiets halen, er een schoorsteentje in en teken op afdeling dus. Dit konden we natuur- Daaaag tot ziens de wanden aardige schilderijtjes. Wat lijk niet door de vingers zien en De hartelijke groeten van: Ella. zal zusje daar blij mee zijn! Wat je daaromnog meer van een schoenendoos kan „Maar hadden jullie overal eerst WE GAAn SINT NICOLAAS EEN maken? 5e naald: 15 steken recht breien twee eikeldopjes en een lucifers- er los over heen gelegd wordt Voor- i dIus 1 steek. houtje? dat je met het schroeven begint, moet Zo gaan we verder, steeds recht POPPFNRFDJE j6 e<Irs't het k.ist^e 1Jet een klein breiend, tot we weer 30 steken heb- EEN POPPENBEDJE boortje een gaatje maken hen Daar gebruik je een leeg sigaren- Uit moeders lappenmand of doos, Nu een ander kleurtje. kistje voor. Vier lege garenklosjes zoek je wat lapjes voor het bedde- Weer 30 steken recht breien. worden als poten onder het bedje goed en hoe je zelf een popje kan Weer 22 steken recht breien; 8 gelijmd. Tegen de binnenwand van maken, dat heeft oom loon jullie ai steken laten staan. de achterkant wordt een stokje vast- verteld. Het bedje kun je mooi ver- Weer 14 steken recht breien; 8 geschroefd, waarop we weer een ven met plakkaatverf en je plakt er steken laten staan. dwarslatje spijkeren met een heel dan wat aardige plakplaatjes op. Weer telkens 1 steek meer breien, klein spijkertje. Daar komt straks Dag allemaal. Tot de volgende tot we weer 30 steken hebben. het gordijntje over heen te hangen, week, dan gaan we weer verder met Nu een ander kleurtje. Het gordijntje kan een lapje zijn, dat knutselen. Tante Jo en Oom Toon Dit doen we twaalf maal. Dan vullen we het balletje met watten, schuimrubberstukjes of zachte lap jes en dan dicht naaien. NU IETS VOOR DE JONGENS Verzamel eerst maar een heleboel lege lucifersdoosjes. Daar kun je van alles van maken. Denk maar eens aan meubeltjes voor het poppenhuis van de zusja b.v. zo'n aardig kastje nog gezocht naar het vermiste? Het kan wel ergens tussen geraakt zijn" viel Sint Nicolaas hem in de rede. „Ja, we hebben eerst overal ge keken". „O, dan is 't goed. Ga maar verder Piet'" „Wel, daarom spraken we af om steken, vanavond op wacht te gaan staan bij de verschillende afdelingen. Zo stond ik met nog drie anderen van avond op wacht. Tegen een uur of tien kregen we een seintje van de andere afdeling dat ze iets of iemand hoorden aankomen. En ja hoor, even later kwam die iemand ook naar onze afdeling. Zo doende kregen we hem te pakken. Het was het was helaas ons jongste knechtje Benjamin". Er ver scheen een verdrietige trek op 't goede gezicht van de Sint. „Waar is Benjamin?" vroeg hij toen. „Hij staat nog voor de deur". „Laat hem even bij my komen". „Tot uw dienst Sinterklaas". Even later kwam hij weer met de boosdoener binnen. Met gebogen hoofd liep het knechtje naar Sinter klaas toe. Toen hij vlak voor hem stond riep hij half huilend uit: „Ik had niet willen stelen Sint Nicolaas, echt niet". „Waarom deed je het dan?" vroeg de oudere Piet boos. Maar een wenk van de Sint deed hem beschaamd zwijgen. „Waarom pakte je het dan toch weg? Je weet, dat ik er verdriet van heb Benjamin". „Ja Sint Nicolaas, dat wist ik ook wel maar ik ik heb „Kom hertel maar verdef", pipe- digde de Sint aan. „Nil dan. Kort geleden ontmoette ik een meisje uit een groot gezin en daar hadden ze nog nooit iets van Sint Nicolaas gekregen en u begrijpt dat ze daar ook graag iets wilden krijgen van u. En toen toen be loofde ik haar dat ze dit jaar vast en zeker iets van u zouden krijgen" „Maar dan had je dat toch gewoon kunnen zeggen. Dan hoefde je het toch niet weg te pakken?" „Ja... nee. Alleen de tien oudste knechten mogen maar de namen zeg gen van de kinderen, die een ca deautje krijgen en daar hebben de anderen niets over te zeggen. Ik ze ker niet, want ik ben de jongste". „Dat is waar", beaamde Sinter klaas. „Ik vind het natuurlijk mooi van je, dat je zo goed om dat meisje HANDJE HELPEN EEN KRUIDENIERS WIN KELTJE Hier is van de schoenendoos een lange zijwand afgehaald. Een heie verzameling lege lucifersdoosjes We hebben nodig 2 breinaalden en staat er in gelijmd. In de laden van een paar restjes wol. Opzetten: 30 die kleine kastjes worden kralen of Voor de meisjes EEN GEBREIDE BAL spelden gestoken, bij wijze van hand- Ie naald: recht breien. vatten. 2e naald: 22 steken recht breien; Lege pleisterdoosjes dienen voor 8 steken laten staan. bussen en potten. De toonbank en 3e naald: 14 steken recht breien; de kassa worden van repen karton 8 steken laten staan. er in geplakt. En wie zou er kans 4e naald: 14 steken recht breien zien, een klein weegschaaltje te ma plus 1 steek. ken van hele kleine dekseltjes of Help de muis de dobbelsteen te vinden, die verschilt van die 6 an dere. ZIJ LEREN AL SLAPENDE V t 1 t k /,r "1 '1 11 ij ,V i 1 t 1 |i i r P r 1 7/ ij tl i ii fl' i| ij tj s. Vv 'n VERANDERBARE POP Als je aan de polsen gekomen bent, schuif je de handen van de pop tus In een Kloosterschool in Berga mo in Noord-Italië heeft men enke le verbazingwekkende proeven geho- ijien. 30 Schooljongens tussen 13 en 16 jaar waren de „proefkonijnen". Ze kregen les van.een onderwijzer dlie hun b.v. een gedicht voor las, het hun uitlegde, over de dichter sprak enz. Op elke tafel stond een bandrecor der, dat zijn woorden opnam. Als het uur om was, lieten de leerlingen de band teruglopen tot de plaats, waar een hypnotiseur enkele woor den er tussen gevoegd had om hen in slaap te maken. Weldra sliep de hele klas en elke leerling werd door 'n eigen luidspre- je dienst doet, dat ook alweer opge- ker de hele les aan de slapende nog plakt wordt. eens ingestampt (herhaald). Na het Voor 't Kerstmannetje brei je een ontwaken zou zelfs de slechtste en klein, rood mutsje. Je zet 12 steken minst belangstellende leerling het ge- op en brei gewoon rechts een strook dicht van buiten gekend hebben en (bandje), dat zo lang moet worden, wist hij nog elk woord, dat de onder- dat-'t precies om 't poppenkopje past. wijzer gesproken haü. Het hoofd van t - j. De einden naai je overhands vast, de school was zelfs van mening, dat gedacht hebt. Maar kom voortaan va/deze pS^en hiermee kun je dan en naait ze ckin vast. trek de muts boven tot een punt sa- alle leerlingen, die aan de proef had- maar meteen naar mii toe dat he- Qeze e men en naai er een klein kwatsje op. den deelgenomen, beter geworden spaart jou en ook de anderen een n ene- 't V°°r gezichlt sniJd ee" kcht Met een paar steken naai je de muts waren dan vóór de test. heléboel vervelende ^Ungen Vind en. knip het naar t m0; aan hooMje vast, «xia, te niet af ook niet? kleden of versieren. ,Ja Sint Nicolaas Koon wait, viltresties in allerlei - Thans overwegen de school en de de figuren. Ogen en raond kan vallen. Als je 't baasje nu nog professor in de psychologie, die de knip je eveneens iiit en plakt (lijmt) een zakje naait, een paar schoentjes onderzoeking leidde, of men door De oude Piet fluisterde even met ,Koop J?-JÏUe2ïï ze °P he» Bericht vó6r dit op de fi- (liefst Wompmiiêlj" aan zijn voetjes dezelfde methode karakter en per- de Sint en toe krikte instemmend te iin ïïmïTe ?uur wordt Wat wo1 wikkei fekt, hem nog 'n board geeft en 'n sooniykheid der kinderen kan ont- Een goed ito Pte?" 'nStemmend J*.6™1?6 tov?rep 1ie op één o£ twe£ vingers eR deze paar kouEies ook alweer van wikkïlen. We zullen hopen, dat deze Luister eens Bentemin Wat zou J a naaizyde, wat katoen wordt haartooi (pruik) even- vilt, dan heb je 'n alleraardigst proef mislukt; het zou toch onbe te "er zeg^n^,e,S if^ eens V<7 ee,f °PSePlakt' Kerstmannetje in elkaar geknutseld, haaglijk zijn, als het de school geluk- mee mocht om de cfdeautfeY nïïr W?cJn ïe nm£$1^2 velletjes- a P?P ee" ,Cl0Wn moet woJ" De clown vraagt een wildie'pruik, te alle leerlingen hetzelfde te vor- dat gezin te brengen?" 1 nad,at ïp nn d*. im' ?en' p 36 een ,ag en r011^ een staart van pijpreinigers met nog men en uitmaakte, wat ze moeten Fifn Sinterklaas'" rien het kneeh lög kuopen van en pkkt ze op' ter' 'n kwastJe eraan- Staart aannaaien denken en aannemen of geloven. tjeFo£e"laaS' neP he' *neCh" SeTfe M^o^fijn krijtste^ als h0ad papieren p« „Goed dat is dus afgesproken. En hebt overgetrokken, Nu naai je de 2 ga dan nu maar lekker slapen. Wel- lapjes langs die stippellijn aan elkaar, terusten". Begin aan de ene scouder om de „Welterusten Sint Nicolaas. En nog buik heen tot de andere schouder, wel bedankt". De beide Pieten ver- Voordat je verder gaat, srtop je de fi- trokken en even later genoot ook de guur vol met watten, zodat ze een Sint van zyn welverdiende rust. klein dik buikje heeft. Dan naai je verder dwars over de.hals en langs Ella Olierook, Hazerswoude. Van het hoofd, dat je echter eerst ook met jou ligt er nog een verjaringsbriefje, watten vult voor je 't helemaal dicht Jammer, je was te laat en hebt dus naait (nogal glad zul je zeggen!) In niet meegeloot. de ledenmaten komen geen watten. Een vervolgverhaal van Suske en Wiske „De Zittende Stier" Het Indianenopperhoofd 11. „Zittende Stier" besloot, dat vreemde Indianenstammen van de jachtgronden der Sioux-Indianen verdreven zouden worden. Hij beval zijn krijgers nooit een oorlog tegen de blanken te beginnen. Alleen als zij het eerst tot schieten zouden over gaan, moesten de Indianen zich ver dedigen. „Zittende Stier" ontving daarna de afgezanten van de regering der Ver enigde Staten. Het lukte hem die regering ertoe te bewegen het groot ste deel van westelijk Zuid-Dakota aan de Indianen als reservaat over te laten. Geen blanke man mócht het betreden, behalve dan als vreed zaam handelsman. Het was een goed plain, dat „Zit tende Stier" had uitgedacht en het resultaat was, dat jarenlang vrede en eendracht bleef heersen. 12. Maar de regering der V.S. hield haar woord niet. Zij zond sol daten naar het Indianen-reservaat en één hunner, generaal Custer, hield een expeditie in hun gebied, die er goud ontdekte. Toen Custer terugkeerde, maakte hij zoveel op hef van zijn goudvondst, dat talloze blanke avonturiers erop uittrokken om goud te winnen. „Zittende Stier" trachtte nog steeds 'n oorlog te ver mijden; maar toen de regering van de V.S. een heel leger naar 't reser vaat zond, dat op de Indianen vuur de, brak de strijd tussen Blanken en Roden los. Wordt vervolgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1963 | | pagina 15