MINIATUUR ZEEMONSTERS
1
buit
van
Newfoundlandse
vissers
DE LEIDSE COURANT
PAGINA^
Inktvissen zijn griezelige monsters. Sommige
soorten kunnen zeer oud worden en vrijwel on
beperkt groeien. De „kraken" of „poliepen",
die de zee wel eens op het strand deponeert,
hebben lichamen met een spanwijdte tot acht
tien meter. De inktvisjes echter, die de New
foundlandse vissers bij honderdduizenden van
gen, zijn niet groot en niet griezelig. Wel maken
zij de vissers en hun jeugdige helpers erg vies.
ZAKGELD EN ZWART GEZICHT
VOOR DE JONGE HELPERS
tig (vandaar hun naam!) vocht, sepia geheten. Zodra
het dier zich bedreigd voelt of aangevallen wordt,
spuit het die sepia-zak leeg. Het legt dan als het ware
een „inktgordijn", waardoor het onzichtbaar wordt en
de kans krijgt om te ontsnappen. Zodra de „inktvis
visser" een inktvis je ophaalt, stelt dit zijn verdedi
gingsinstallatie in werking. Dit heeft tot gevolg, dat
een inktvisvisser zelden (neen, zeggen de echte New
foundlanders en zij kunnen het weten, nooit) onbe
zoedeld thuiskomt van de vangst. Reeds aan boord
moeten de handen en gezichten enigermate schoon
worden gemaakt. De kleren krijgen dan thuis een
schoonmaakbeurt. Is het inktvisje bijzonder goed in
vorm, dan spuit hij zijn sepia-straal in oog, oor of
mond van die visser! Dat is geen prettige gewaarwor
ding, die men echter op de koop toe neemt, wijl inkt-
visjes zo belangrijk zijn voor de kabeljauwvisserij!
(Bijzondere medewerking)
ZODRA DE INKTVISJES in grote scholen in de New
foundlandse kustwateren verschijnen, heersen er
vreugde en opwinding in vele vissersdorpen. Immers,
als de vissers er in slagen om een voldoende hoeveel
heid inktvisjes te verschalken, betekent dit een zeer
goede kans op een rijke kabeljauwoogst. Waarom?
Omdat een kabeljauw niets lekkerder vindt dan een
stevig maaltje inktvis. Als de vissers dus de gevangen
inktvisjes verwerken tot kabeljauwaas, beschikken
zij over het beste lokmiddel om de kabeljauw te van
gen. En de kabeljauwvisserij is een der belangrijkste
inkomstenbronnen van de Newfoundlandse bevol
king.
„JIGGING".
„SQUID JIGGING" (inktvisjes vangen) is een bij
zonder merkwaardig, ja, misschien wel een uniek vis
serijschouwspel. Het is bovendien een zeer (donker-)
kleurig gebeuren. Overal in de Newfoundlandse kust
wateren drommen de inktvisjes samen. De beste „jig-
ging"-gronden liggen in de Conception Bay. Zodra de
monstertjes gesignaleerd worden, gaat de kreet „De
inktvisjes op komst!!" als wildvuur door de dorpen.
Alle vissers, jong en oud gelijkelijk, haasten zich dan
met hun bootjes naar de plaatsen, waar de diertjes het
talrijkst zijn. Dan heerst er alom een koortsachtige
bedrijvigheid. Alle mannen en jongens spannen zich
tot het uiterste in om een zo groot mogelijk aantal
inktvisjes-aan de zee te ontfutselen. Er zijn er en
zij zijn de ervaren „inktvisvissers"' die met vier
„jig-lijnen" tegelijk aan de vangst deelnemen.
De „jigger", die de Newfoundlanders gebruiken, is
eigenlijk een stukje kunstaas. Hij bestaat uit een rood
geverfd stuk lood van acht a tien centimeter lengte.
Aan de bovenkant is de „jigger" vastgemaakt aan een
dunne lijn. Aan het andere eind is hij bezet met een
krans weerhaakloze haakjes. De ervaren „jiggers"
zorgen er voor, dat de „jig-lijnen" niet dieper dan
twee meter liggen. Het rode lood prikkelt waarom
weten de biologen nog niet de roof- en vraatzuch
tige instincten der inktvisjes. Zij werpen zich op het
lokkende lood en zetten er zich met hun zuignapj es
op vast. Al wat de visser dan te doen heeft, is fluks
op te halen en vervolgens met een enkel snel hand
gebaar het miniatuur zeemonster in de boot te gooien.
Het inktvisje is dan gevangen. Zeker, maar het heeft
zich niet lijdelijk in zijn lot geschikt! Het beschikt
namelijk over een verdedigingsmiddel, dat soms erg
doeltreffend is en altijd „vies". Dat verdedigingsmid
del is een blaas, die gevuld is met een zwart inktach-
CHINEZEN ETEN ZE GRAAG.
DE EERSTE SCHOLEN inktvisjes verschijnen reeds
eind augustus voor de Newfoundlandse kusten. Zij
blijven er tot eind oktober. Al die tijd zijn de inktvis-
vissers in touw. Zij werken voornamelijk met „jig-
lijnen", maar ook met netten vangen zij menige „inkt-
schelm". Zij verkopen hun vangst per pond. De prij
zen schommelen zo nu en dan, omdat de omvang van
de vangst sterk kan variëren. De grootste kopers zijn
de aashandelaren. Zij verwerken de inktvisjes en be
waren ze dan in koelhuizen tot de vissers uitvaren
voor de kabeljauwvangst. Men slaat de plank niet te
ver mis, als men zegt, dat 99% der gevangen inktvis
jes belandt in de magen der kabeljauwenmet
dodelijke gevolgen voor deze vissen.
Het resterende zeer kleine deel van de inktvisjes-
vangst wordt verkocht naar New York, San Fran
cisco en Vancouver. Hier worden de inktvisjes
opgedist als speciale lekkernij in de Chinese res
taurants en op de Chinese familiedis. Het is na
melijk zo, dat zeer veel Chinezen dol zijn op inkt
visjes. Deze voorkeur was de oorzaak, dat in de
jaren van de tweede wereldoorlog grote partijen
voor de kusten van Newfoundland gevangen inkt
visjes gedroogd en vervolgens naar China geëx
porteerd werden.
Verschijnen de scholen inktvisjes voor de kust, dan
gaat ook menig Newfoundlands jongenshart sneller
kloppen. Immers, de vissers komen dan handen te
kort en geven daarom stoere jonge knapen de kans,
als helpers op te treden en zo een extra-zakgeld te
verdienen. De zwarte handen en vieze gezichten
nemen de jongens graag op de koop toe. Tussen de
bedrijven door genieten zij van de sterke verhalen
„weet je, Jack, d'r was eens een monster-inktvis met
tentakels van acht meter lengte en zuignappen zo
groot als een. autowiel!" der vissers en van de
soliede maaltijden, die hun bazen verstrekken. Kort
om, inktvi9tijd is een blijde tijd voor oud en jong op
Newfoundland.
Een dichterlijk aangelegde Newfoundlander heeft
zelfs een ballade van tien coupletten gemaakt over de
vangst en de vangers der inktvisjes. „The Squid Jig
ging Ground" zo heet deze ballade is alom in
Canada bekend geworden. Geen wonder, want „squid
jigging" is een der boeiendste taferelen, die men in
Canada kan zien. Maar als u mee gaat aan boord van
een inktvisvisser, laat dan zoals de dichter der
ballade terecht heeft gezegd „uw witte overhemden
en zijden zakdoeken maar op de wal!" Tenzij u uw
wasserij ook iets wilt laten verdienen aan de inktvis-
Precies één vadem diep hangt mijn 'jigger', vertelt deie Jeugdige helper
der vissers.
Met een oliejas, hoge laarzen en een zuidwester is de visserman bestand
tegen een stootje en tegen de sepia, die de inktvisjes uitspuiten.
Dit is een Newfoundlandse 'Jigger', een stuk rood lood met aan het ene
einde haakjes zonder weerhaken.
Niet slechts met jig-lijnen, ook met netten vangen de Newfoundlandse
vissers de pijlinktvisjes.