CUBA na de grote schok de „Achter onze rug hebben Sovjets over ons beslist" Cuba heeft zeer moeilijke dagen in 't vooruitzicht Arts streed voor Castro C^»^!BS^XXXXXXXXVXXX\X\XXXX\X><XXXXXXX^ *m\\\\\\\\\\\\\\\\^ Havana vol met zwaar bewapende militairen De „Brittania" van de Cubaanse luchtvaartmaatschappij cirkelt in een sierlijke boog boven een bos met palmbomen en een ogenblik later landt het toestel op het vliegveld bij Havana. Nauwelijks zijn de deuren van het vliegtuig geopend of er verschijnen tientallen nerveus heen en weer dravende soldaten en mannen van de G 2 (de geheime politie van Castro)Iedere passagier wordt als het ware opgevangen. Zij, die uitgenodigd zijn door de Cubaanse regering, worden vlot door de afsluitingen op het vliegveld gebracht maar de koffers van de overige passagiers, waartoe ook ik behoor, worden aan een zeer nauwkeurige inspectie onderworpen evenals de paspoorten. Hetzelfde gebeurde nogmaals in het gebouw op het vliegveld en boven dien werden we daar ontvangen met een regen van vragen: „Waarom komt U naar Cuba?" „Heeft U ook een bezoek gebracht aan de Ver. Staten?" „Wat is het juiste doel van Uw bezoek?" enz. Toen ik in Mexico met de „Brittania" naar Cuba vertrok hadden vrienden mij uitvoerig ingelicht over het onthaal, dat mij in Havana te wachten zou staan, maar, dat ik meer dan een uur zou worden „doorgelicht" had ik toch niet verwacht treft. De ir.eesten, die uit Oost-Euro pa naar Cuba kwamen verborgen hun verbazing en misnoegen over de Cubanen niet. Geen koek en ei Tussen de Oost-Europese commu nisten, die op Cuba verblijven, en de Cubanen is het dan ook geenszins koek en ei. En daar is ook wel reden voor. De voorbeeldige communisten uit de Oude Wereld kijken namelijk met een zekere minachting neer op de Cubanen en Castro, die het soci alisme willen opbouwen met holle slagwoorden en veel lyriek. Het com munisme vindt bovendien geen goede bondgenoot in het romantisme Voorts valt een vergelijking tussen de houding van de gastheren (de Oosteuropese communisten) en de vroegere (de Amerikanen) bij de Cu banen bepaald niet in het voordeel van de Russen uit. De Cubaanse be volking deelt ook geenszins het vaak kinderachtige anti-Amerikanisme vai. de Castro-regering. De massa in Cuba zag de Amerikaan als „de toe rist", de rare vogel, die vroeger een bom geld achterliet bij zyn vertrek. Hoewel de propaganda op Cuba de Amerikanen thans met veel geweld als „gewetenloze imperialisten" wil afschilderen, blijven vele Cubanen toch aan hen denken als aan vrijge vige mensen en soms maakt men, wat dit aangaat merkwaardige din gen mee in Havana.... Zo wandelde ik op een dag, met in mijh hand een tas van de „Pan American Airwys", langs de Prado, de machtige hoofdstraat en voornaam Overal in Cuba ziet men militai ren. Zelfs het busverkeer wordt gecontroleerd zoals uit deze foto blijkt- Ik voelde mij dan ook bepaald opgelucht toen ik eindelijk in een taxi over de prachtige autostrada reed op weg naar de hoofdstad Havana. Een autostrada, waarvan de bermen vrijwel volledig benut zijn voor het aanbrengen - van propaganda-leuzen op borden. Leuzen als „Leve de eenheid tussen arbeiders en boeren." „Het vaderland of de dood", „Wij zullen samen winnen met Castro" enz. Auto's van Amerikaanse afkomst en met soldaten achter het stuur snorden mijn taxi voorbij; militaire vrachtwagens (van Chinese makelij) reden in lange konvooien. Myn chauffeur, die mij. via de achteruitkijkspiegel voortdurend in het oog hield, vloekte op deze soldaten, dat hjj uitmaakte voor slechte chauffeurs en voor mannen, die menen, dat zjj alles mogen doen. Op uitgestrekte velden, links en rechts van de autostrada, zag ik honderden per sonenauto's in lange rijen achter elkaar geplaatst. Ze zijn op non-actief gesteld want het Cubaanse autopark, dat vrijwel uitsluitend uit Amerikaanse wagens bestaat, wordt van dag tot dag kleiner omdat reparaties niet meer uitgevoerd kunnen worden in verband met het ontbreken van onderdelen Moeilijk op dreef Er zijn nog meer dingen, die een vreemdeling in Cuba onmiddellijk op vallen en dat zijn in het bijzonder de kanonnen en geweren. Overal in Ha vana loopt men namelijk tegen zwaar bewapende militieleden aan. De stad schijnt als het ware in een staat van beleg te zijn. Bij alle pu blieke gebouwen staan militieleden op wacht - zowel mannen als vrouwen evenals voor bioscopen en restau rants... Het heeft er alle schijn van, dat de Cubanen moeilijk ->p dretf kunnen komen na de hevige schok, die ze moesten doorstaan. Natuurlijk blijft de regering onverdroten meedelen, dac de L-nden, die de Sovjet Unie en Cuba verbinden, onve: breekbaar zyn maar de charme van deze coa litie is er voor de meeste Cubanen toch duidelijk af-. Zelfs de meest ver stokte Cstro-aanhanger geeft dat toe Dee brief van Niikita Chroesjtsjov, waarin hij de Amerikaanse president bevestigde, dat de Russische raket ten op Cuba zich bevonden in handen van „tuchtvolle" Russische officieren wordt in Cuba algemeen 'als een be lediging opgevat. Meer nog: deze brief verplichtte Fidel Castro toe te geven, wat hij nooit had willen doen, namelijk dat zich Russische officie ren in zijn land bevonden! „Wij be- grij^e.. best", ~o vertrouwte een jon ge Cubaanse ingenieur (hi, stond op het punt om naar Tsjecho Slowakije te vertrekken) mij toe, „dat de Rus sen geen wereldoorlog konden riske ren voor ons land maar wat we niet begrijpen is het feit, dat achter onze rug om over de toekomst van Cuba is gehandeld...". Trouwens overal op Cuba is na enkele maanden een nauwelijks ver holen anti-sovjetstemming tot ui ting gekomen, vooral in Havana. De Russen worden de zondebokken voor een bevolking, die zich vaak zelfs het meest noodzakelijke moet ontzeggen. Men had de Russen ge woon aanvaard op Cuba maar een oprecht gunstige weerklank had hun komst toch niet verwekt bij de bevolking. Kortom, de Russen waren gekomen uit een ver en mach tig .and om een jonge en onervaren revolutie te steunen maar zij kwa men terecht in een onbeschrijfelijke warboel Een Russisch technicus, die zeer goed Duits sprak, zei mij hierover: „Die mensen leefden in de verwach ting, dat wij alles voor hen zouden gaan doen. Maar zelf praten en pra ten zjj maar en als ze moe gepraat zijn, dansen ze onbekommerd de cha- cha-cha op de maten van de „Inter nationale".... De Cubanen schijnen geenszins te begrijpen, wat het soci alisme in werkelijkheid is en welke inspanning van elk van hen onvermij delijk moet worden gevraagd om hun land op te bouwen. Bovendien, tussen ons gezegd en gezwegen, heb ik in de Cubanen geen echte communisten gezien. Zij zijn bezeten door een geest van anarchisme, die aan Trotski doet denzin,..!" En deze technicus staat zeker niet alleen wat zijn op vattingen aangaande de Cubanen be- Hysterisch zijn de toejuichingen na redevoeringen van Castro maar achter de schermen steekt het ver zet tegen hem toch meer en meer de kop op! ste verkeersader van het oude Ha vana, toen ik plotseling omringd werd door een groep vrouwen ,dle als het ware in koor uitriepen: „Vivan los yankquis" („Lang leve de Yankces..."). En bet kostte mij nog al moeit en tijd om hen duidelijk te maken, dat ik geen Amerikaan was. Vrijgevigheid Ik heb tijdens mijn verblijf op Cu ba sterk de indruk gekregen, dat de overgrote meerderheid van de bevol king met inbegrip van de allerarm sten er zo over denkt als deze vrou wen. De schoenpoetser en de taxi chauffeur leefden destijds immers voor een belangrijk deel va de fooi en van de vrijgevige Amerikanen. De Russen daarentegen maken er helemaal geen gewoonte van fooien te geven en het gevolg is dan ook, dat veie Cubanen fluisteren: „De Russen zijn slechts naar Cuba ge komen om zich rijk te maken. Zij wonen in de mooiste paleizen en hotels en baden in zwembaden van miljardairs. De hulp, die zij Cuba geven, moet duur betaald worden.." Maar er is nog meer, dat deze stemming bevestigt. Zo worden in haven van Havana bij herhaling meubels, weggehaald uit woningen van de naar Miami gevluchte Cuba nen, naar Rusland verscheept. Ik ben trouwens zelf ook ooggetuige geweest van zo'n voorval en Mj die gelegen heid bleek mij maar al te duidelijk, hoe de Cubanen over deze versche pingen dachten. Ik hoorde namelijk overal kreten van afkeuring opgaan en velen uitten ook hun woede on danks de aanwezigheid van vele sol daten. Deze soldaten schenen daar overigens wel aan gewend te zijn want zij reageerden nergens op... Kortom, niettegenstaande de vele propaganda in de kranten, die eens gezind zijn in hun lofuitingen aan het adres van de Russen, ontstaat een steeds bredere kloof tussen het Cu baanse volk en de Oosteuropese com munisten. De trouwe aanhangers van Castro blijven echter optimistisch over de toekomst. „Een klein land als het onze", zo zeggen zij, kan niet in leven blijven zonder bondgenoten. India bijvoorbeeld kan zich wel de weelde van de neutraliteit veroorlo ven maar ons eiland bevindt zich op nauwelijks driéhonderd kilometer af stand van het machtigste imperialis tische land ter wereld. Onze revolu tie is veel meer dan gewoc^ een doel ze moet voor geheel Latijns Ameri ka een voorbeeld zijn. De Amerika nen zouden reeds lang een inval heb ben gedaan op Cuba indien de Sovjet- Unie er niet geweest was om ions., té beschermen-f" Intussen echter hebben Caatro en zijn aanhangers enorme tegenslagen en ontgoochelingen te verwerken ge kregen. Vanzelfsprekend blijven zg deze ver doezelen maar feiten zijn feiten en die kunnen niet voor de massa en de we reld verborgen blijven. Cuba is voor zyn bitterste onder vinding geplaatst sinds de Castro-re- volutie. Met een ongehoord cynisme heeft Chroesjtsjov ten aanschouwe van de gehele wereld laten blijken, dat Castro voor hem een kleine pion is op het wereld-schaakbord en dat hij zich aan de revolutie van de Cu baanse dictator even weinig gelegen laat ligg°-i als aan de teelt van chry santen.... Hoewel de Cubaanse autori teiten het hardnekkig ontkennen, zijn er zeer velen op Cuba, die geloven in een grote koehandel: „Cuba tegen Berlijn". De twee grote macht hebbers ter wereld erkennen zwijgend eikaars invloedzones en misschien gaat de wereld daardoor wel naar een zeker politiek evenwicht waardoor kleine landen als Cuba het gelag zullen betalen.... Zo komt het, dat mannen die hun toekomst bouwden op beloften van anderen, al direct voor de harde wer kelijkheid worden geplaatst, wrange bedenkingen te verwerken krijgen en zich vee] eenzamer gaan voelen dan ze ooit tevoren zijn geweest. Zij meen den, dat zij ongestraft de Ameri kaanse reus mochten tarten, zeker als zij waren van de hulp van de machtige Sovjet-Unie maar het re sultaat was bijna als een fabel van La Fontaine: „De twee reuzen gaan samen aan tafel zitten om het bezit van de kleine maar lastige bondge noot te verdelen..." Zal Fidel Castro steun zoeken bij Rood-China? Meer kans voor oppositie De oppositie heeft meer mogelijk heden gekregen de kop op te steken en er is zeker aanleiding voor de ver onderstelling, dat de Cubaanse bevol- Vanzelfsprekeud heeft Chroesjtsjov zjjn „bondgenoot" Cuba na de crisis niet zomaar laten vallen als een steen. Hy heeft alleen maar raketten en een aantal manschappen weggehaald op Cuba op voorwaarde, dat de Amerikanen hun plannen tot inspectie van de Russische schepen zouden opgeven. Belangrijker is echter, dat Fidel Castro en de zynen tot hun eigen schade hebben moeten ervaren, dat de Russen niet veel risico's wensen te nemen voor de Cubanen. Bij het besluit tot terugtrekken van de Russische raketten dreigde de totale ineenstorting van de Castro-regering en hoewel Castro zich staande heeft weten te houden zijn er toch velen op Cuba, die menen, dat het terugtrekken van deze Russische raketten het begin van het einde betekent voor Castro. king zich op een gegeven moment te gen Cas'ro gaat keren en hem ver antwoordelijk zal stellen voor de gro te politieke nederlaag. Kortom, Fi del Castro moet op het ogenblik het hoofd bieden aan een dubbele beproe ving waarvan niemand thans reeds de uitslag kan voorspellen. Zal hij btfv. voor het zoeken van een uitweg een aanval wagen op de Amerikaanse basis van Guantanamo op Cuba om door dit zelfmoordgebaar een oorlog uit te lokken! Sommigen in zijn naaste omgeving schijnen dit wel te wensen gezien de zinspelingen hierop in hun redevoeringen tot de be volking.. Toevlucht zoeken bij Rood-China? Fidel Castro weet maar al te goed, dat Chroesjtsjov geenszins gesteld is op een dergelijke gewaagde onderne ming maar toegegeven moet worden, dat Castro weinig uitwijkmogelijkhe den heeft. Ook wordt er op Cuba tegenwoor dig veel gesproken over Rood China. Maar Castro heeft zyn beweging vol ledig afgesteld op het marxisme le ninisme Hij kan derhalve thans moei lijk een andere richting inslaan want hij heeft de sohepen achter zich ver brand. Voor iedereen is het wel dui delijk, dat Castro en de zynen moei lijke tijden In het vooruitzicht hebben en ook voor hen Is de toekomst één grote duisternis. Over Havana hangt een onheilspel lende stilte en niemand weet, wat er na deze stilte zal komen. Castro en zijn gebaarde mannen hebben zich steeds mogen verheugen in de welwil lendheid van de meeste Westerse kranten die aanvankelijk in vry le vendige bewoordingen de weldaden van de Castro-revolutie geprezen heb ben. Thans is daar echter geen spra ke meer van want, ondanks hun voort durende inspanningen, zijn de Cubaan se leiders er niet in geslaagd hun volk, dat een afkeer schijnt te hebben van een bestendige en georganiseerde arbeid, enige tucht bij te brengen. Voorts kan Moskou het moeilijk ver werken, dat de laatstgeborene van de socialistische landen, er behagen in schept openlijk zijn onafhankelijkheid tegenover het socialistische moeder land te verkondigen. Deze onafhanke lijkheid is overigens maar schijn en om zich daarvan te overtuigen be hoeft men slechts een Cubaanse krant te kopen of de knop van het radio toestel om te draaien. De redacteuren van de revolutie ontlenen vrijwel hun gehele woordenschat aan het Krem lin. Zo heb ik bijvoorbeeld kunnen lezen, dat „de Franse reactionairen, die zdch verbonden hebben met de op wraak beluste Westduitsers, drie mil joen kleine landbouwers tot een hon gersnood en wanhoop veroordeeld hebben" en dat „de Franse milita risten en kolonialisten er van dromen Algerije weer te veroveren en, om hun dool te bereiken, zich klaar ma ken orn de oorlog te verklaren aan geheel Noord-Afrika. Voegt men bij deze berichten en commentaren, die door de gehele Cu baanse pers worden opgenomen, de sympathieboodschappen, die toestro men uit alle Oosteuropese landen, de gelukwensen voor de modelarbeidens enz., dan krijgt men meteen een vrtj juiste indruk over hetgeen men de dwaasheid van een regime zou kun nen noemen, dat zich bovendien als „onafhankelijk" durft te bestempelen. En waarom zou men nog voortgaan te ontkennen, hetgeen Castro zelf plechtig heeft Verklaard: zyn ideolo gische verknochtheid aan het marxis me - leninisme? Regelmatig worden in Cuba mee tings gehouden, waarbij de com munistische leiders hun volgelin gen moed inspreken en verzekeren dat Cuba een goede toekomst tege moet gaat... Thans ontgoocheld! Ik ontmoette hem aan het strand van Havana: Ramiro X. Hij is 34 jaar en hij is arts geweest. Hij ver telde mij, dat hij aan de zijde van Fidel Castro had gestreden en o.a. had deelgenomen aan de slag te Villas. „Wij waren jong," zegt hy, „ver- sohrikkelyk jong". „Wy hadden geen juist idee over hetgeen van onze be weging zou worden na de overwinning We wisten alleen tegen wie en tegen wat we vochten: de tirannie en de hatelyke dictatuur van Batista." „Men kan zich als buitenstaander niet voorstellen," zo vervolgt hy zyn relaas, wat Cuba wa^ ten tg de van Batista. Ons land was niet meer dan een reusachtig speelhol, één enorm ca sino, dat het gehele land beheerste. De toeristen kwamen enkel hierheen om hun driften uit te leven en zich geheel over te leveren aan uitspattin gen. Het leger was corrupt; de poli tie folterde en moordde... Een klein# minderheid leefde in grote weelde, waarvan men zich in Europa geen voorstelling kan maken..." Ramiro wijst daarop naar de wy- ken van Vedado, Miramar en - ver der weg - Copacabana. „Daar", zegt hy, „werd de ene villa na de andere gebouwd en de een nog luxueuzer dan de andere. Elke villa had bovendien sprookjesachtige tuinen en één of meer zwembaden. Ze wedijverden met eLkaar in weelde en het was helemaal niet uitzonderlyk, dat de bewoners van deze paleizen beschikten over een tiental butlers en drie of vier dure auto's... Deze bevoorrechte minderheid vul de de nightclubs, had zijn eigen stran den en zyn byzondere clubs, die voor kleurlingen verboden waren. En ln die tyd leefden onze boeren op het platteland in hun armzalöge „bohios" - lemen krotten bedekt met palmbla deren. Zy moesten van 's morgens vroeg tot 's avonds laat op een lap je grond zwoegen, dat niet eens het hunne was en wellicht ook nooit hun eigendom zou worden... Duizenden „guajiros" (landarbei ders - sters) trokken als de suiker- oogst voorbij was naar de steden om zich als werkloos te melden dan wel om zich over te leveren aan de pros titutie. De studenten die met hun di ploma ondar de arm de universitei ten verlieten, konden vrijwel niet aan de slag komen De dictator Batista maakte zich in tussen ryk De .loterij" werd een na tionale instelling, die diende om hem en zyn volgelingen in weelde te laten zwemmen. De soldaten persten de boeren af, mochten hun zelfs mis handelen als zij ln verzet kwamen... Het parlement was toen aan handen en voeten gebonden „Deze toestand." aldus Rannro X., „werd ook my te erg. Uok ik be sloot om te gaan vechten voor de om verwerping van het regime van Ba tista, zoals zovele anderen reeds voor mij hadden gedaan. Alllemaal hadden we slechts één doel voor ogen: „de parlementaire instellingen van 1940 weer oprichten en een rechtvaardige democratie instellen Wy wilden weer algemene verkiezingen" „Maar helaas, zo verzuohl Ramiro „het is allemaal anders geworden dan wij dachten Er is niets var» de idea len terechtgekomen en de toestand op Cuba is thans erger dan ten tijde van Batista. Castro weet dit ook en hij laat zich omringen en beschermen door duizenden soldaten, zowel man nen als vrouwen maar hoelang nog? De ontevredenheid groeit met de dag on als de aandacht van de grote mi litaire macht even verslapt, kan er een opstand uitbreken. Ik ben er ze ker van, dat Castro spoedig zal zyn verdwenenaldus Ramiro X.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1963 | | pagina 15