WINTERTOCHT DOOR DE RIETVELDEN
VAN OOSTELIJK FLEVOLAND
kou gevat?
ZATERDAG 9 FEBRUARI 1983
DE LEIDSCHE COURANT
OP ZOEK NAAR DE SNEEUWUIL
J f*
Door
Joop Warmenhoven
uit Voorhout
Ja, met pater Sasse van YsseLt.
O Joop, wat zeg je.Of ik mee ga
naar Flevoland?
Ik hoorde 'n onbeschrijflijk kabaal
en hing daarom de hoorn maar op
de haak. Hij ging natuurlijk mee, U
kent hem, een vogelkenner en
gezelligAls U hem niet kent dan
mist U werkelijk iets.
De andere morgen zaten we al
vroeg in de wagen. Het was 'n arm,
maar gezellig gezelschap.
De pater, die over zijn vele lagen
kledingstukken omhangen was met
allerlei kijkers, lenzen en camera's,
Cor, de man die vroeger met zijn
buks berucht was in elke spreeu
wen-familie en nu reeds 6 weken
lang elke dag voedsel verzamelt voor
de vogels.
Henny, wiens vogelkennis niet
groot is, maar hij chauffeurt uitste
kend. Volgens hemzelf kent hij ech
ter élke vogel! En terwijl wij koers
zetten naar Harderwijk, vertelt hij
uitgebreid over blinde vinken en
gladde vogels, dit om zijn vogelken
nis te bewijzen!
Zelf doe ik op het ogenblik dienst
als „uitgevroren" bouwvakker en zo
snelt het rode volkswagentje over
goed berijdbare wegen.
Als de zon achter de bomen op
komt, zien we overal het zelfde ver
killende beeld. De Vecht, zo mooi
hij anders kan zijn, ligt stijf toege-
vro'ren. Een leverancier gaat met
zijn bestelauto over het ijs de woon
schepen af en kan rechts en links
tegelijk bêdienen. De Vinkeveense
plassen één witte sneeuw- en ijs
vlakte. Maar op één plek ziet het
zwart van de vogels, zwart omdat
het merendeel bestaat uit meerkoe
ten.
Niet uitstappen, doorrijden, want
wie weet hoe slecht of de wegen nog
worden.
De rode zon speelt verstoppertje
achter bomen en huisjes, die wij
reeds passeren en als hij een half
uurtje later wat hóger staat, zien wij
dat het „rijp" gevroren heeft.
Duizend kristalletjes ijs aan elk
takje en twijgje, niets is overgesla
gen en alles reflekteert het zonlicht
in duizend kleurschakeringen.
Harderwijk! Ik schrik op, ik had
zitten denken aan de sneeuwuil en
de zeearenden, die daar te zien zou
den zijn. „Drinken we eerst nog kof
fie?" „Geen tijd, als je de kracht nog
hebt, riid dan door!" was het kom-
mentaar.
Zonder de Vispoort gezien te heb
ben, reden wij in de richting /an
Knardijk. Rechts en links zaten dui
zenden spreeuwen op takken en dra
den, zulke zwermen hebben wij in
de winter nog nooit gezien. Nu wordt
de weg glad en we draaien de nieu
we polder in.
Bij de sluis van het Veluwe-meer
stoppen we. Een felle Oostenwind
slaat ons in het gezicht, als we met
voorzichtig' passen naar de steigers
gaan. Gelukkig, open water! Wat een
schouwspel Duizenden vogels roeien
in de stroom, rekkend naar ieder
mens die da"1.komt.
Gelukkig, Henny en Cor hadden
thuis de koffer-ruimte volgestampt
met brood. En terwijl zij voederden,
keken wij eens rond. „Elke dag, me
neer" zei de sluiswachter, „laten wij
wat water schieten, daarom is er zo'n
groot stuk open!"
„Daar zit heel wat aan vast, elke
tien minuten moet ik de stand con
troleren." De vogels kwamen nader
bij. Voorop statig de knobbelzwanen,
alle wilde exemplaren. De jonge vo
gels hebben nog een wat donker ve
renkleed.
Leidse zwaan
verkoos de vrijheid
Eén zwaan droeg een halsring en
de vriendelijke sluiswachter vertelde
dat deze uit de „Stad Leiden" kwam.
Hij had het verschillende keren ge
zien als deze vogel als „enige" de
kant op kwam om voedsel. Een extra
stuk wittebrood was voor de „gerin-
de", met de boodschap erbij dat de
haring alleen in de stad zélf uitge
deeld wordt. Maar misschien trekt
hij wel weg, met zijn wilde soortge
noten. Daar tussen door de meer
koeten en heel veel kuifeendjes,
prachtig met dat knalgele oog en dat
zwart-witte verenpak. Ook tafeleen
den met hun wijnrode koppen.
Maar de mooiste waren de zaag
bokken. Nota bene, alle drie de soor
ten! De grote zaagbek, met kuif en
typisch gevormde snavel. Wee elk
visje, dat tussen de gekartelde ran
den van de snavel komt. De uitein
den van de snavel zijn naar beneden
gebogen. De vrouwtjes kwamen het
dichtste bij om voedsel te bemach
tigen, terwijl de prachtige mannetjes
afwachtten wat de stroom hun
bracht, 't Deed mij aan de mensen
donken bij een uitverkoop!
Wij hebben déze
zeldzame vogel, wel
ke daar was gesigna-
leerd, niét gevon
den. Maar het was
zo'n prachtige tocht, j
dat ik er gaarne iets i
over schrijf. Dit als i
dank aan al dege- j
nen, die de vogels j
(onze vogels) niet i
in de steek lieten. De i
vogels in en rond
Leiden zijn de win- j
ter, dank zij deze
zorg, vrij goed door
gekomen.
(Foto 1)
De middelste zaagbek was niet zo
talrijk, maar wel de kleine zaagbek
Deze wordt ook wel „Nonnetje" ge
noemd! Prachtig deze zwart-witte
tekening, wat zijn ze snel
Smienten, met hun oranje kop
streep, vlogen op, om later typisch
fluitend met een schuimstreep weer
te landen.
Daar was de Harderwijkse politie
met voedsel! Vele balen, door aller
lei onbekenden verzameld, werden
leeggestort. Om niets verloren te laten
gaan werd de sluisdeur even dicht
gedraaid. „Ga maar eens achter ons
aan", zei een gemoedelijke agent:
dan zal je nog wel meer zien". En
terwijl we de camera's inpakten, zag
ik zowaar nog een eidereend. Deze
is op de „wadden" bekend om het
vele dons dat hij in de nesten achter
laat. Dit wordt dan ook op Ameland
verzameld.
Weer stopten we bij een heel groot
gemaal. Het krijsen van de meeuwen
klint ons tegemoet. Daar zie ik wa
rempel een kramsvogel in een doorn
struik, de bessen zijn er tot de laat
ste afgevretenAls we over de
leuning heen kijken schrik je van
de vogels!
(Foto 2)
Vele, vele soorten wachtend op
wat de mens, hun redder in de
nood, hen brengt.
Kisten vis (schelvis) worden uit
geladen en aan de kade laat men de
kisten naar de bodem zakken. Té
diep voor ie meeuwen en juist op
diepte "oor de reigers.
Reigers? Als we met de kijker de
walkant afzoeken, ontdekken we er
ongeveer 30 stuks. Vlak bij -ons de
schuwe roerdomp. Hij is een van de
eerste die op de vis afkomt, maar
een blauwe reiger wint het laatste
sprintje en slokt 5 schelvissen naar
binnen. Dit is het sein voor alle vo
gels. Ieder zoekt zijn eigen deeL
(Foto 3)
IJsgorzen op de (tweede kwali
teit) tarwe, eenden en zwanen op
brood en mais.
aangekomen, wijzen ze op een kerk
uil, die op een ketting bij de sluis
deur zit.
„Die sneeuwuil zult U wel niet
vinden meneer", zei ons een man,
die dik ingepakt boven op de sluis-
overgang stond. „Ik ben hier al een
week en heb hem maar één keer ge
zien." En met zijn hand naar 't riet
veld wijzend; „Dat daar heeft een
oppervlakte van honderden kilome-
ver.
„Dan rijden wij maar eens wat op
geluk af," zei onze chauffeur. Daar
gingen we de wildernis in, kilometers
vers.
Tientallen grote roofvogels „hin
gen" boven de bevroren woestenij.
„Daar!" wees de pater, en ja vlak
voor ons zweefde een ruigpootbui-
zerd weg. Geen 50 meter verder een
blauwe kiekendief, dan de bruine en
zo ging dat door van de ene verba
zing in de andere. Net toen ik zei:
„Toch sta je er nog van te kijken
waar ze de muizen en ratten van
daan halen," „viel" een blauwe kie
kendief als een steen tussen 't riet,
het was raak, slechts een tiental me
ters bij ons vandaan at hij een dikke
veldmuis op.
Weer wat verder had een bruine
buizerd een grótere buit. Waar
schijnlijk een wezeltje, maar de bon
te kraaien en roeken die op alle pa
len een uitkijkpost hadden, maakten
het hem zó lastig dat hij zijn buit
liet vallen.
Bij Lelystad zagen wij de eerste
ganzen. Het was een soort uit Rus
land! Men schijnt daar een kolgans
te hebben gefokt met witte borst-
strepen, welke weer in de natuur
gebracht zijn. Hier zagen wij vijf
exemplaren van. Ook daar in die
eenzaamheid kwam een man met
drie balen voer. Hij had géén tijd
voor een praatje. Hij deed dit even
in schafttijd! Ook daar stond 'n roer
domp en ook het kleine dodaarsje
was vertegenwoordigd, met enkele
brilduikers erbij.
(Foto 5)
'n Gak-gak, hoog in de lucht, deed
ons de blauwe lucht in kijken, daar
zagen wij zowaar de Canadese gan
zen.
Weer wat verder konden wij na
heel voorzichtig kruipen over 't ijs
en de sneeuw enkele brandganzen
benaderen.
(Foto 6)
Toch konden wij niet gauw genoeg
krijgen van de tocht, te meer omdat
we in een terrein kwamen met zand
en riethopen. Op vele hopen zaten
grote roofvogels. En eehmaal zelfs
twee torenvalkjes stijf tegen elkaar.
Toen wij onze telelenzen richtten,
vlogen ze weg, om onmiddellijk bid
dend (stil staan in de lucht) voed
sel te zoeken.
Het torenvalkje en zijn gróte broer,
de ruigpootbuizerd, behoren tot de
weinige vogels die in deze barre tijd
nog altijd moeten „bidden" voor 't
eten.
Helaas is een zo'n dag te kort en
om niet nodeloos in donker te moe
ten rijden gingen we weer bijtijds
terug. Vroeg genoeg om toch nog
„snert met leuning" te kunnen eten.
Henny wist een puik adres! En in
derdaad, na weinig praten en veel
eten, leken onze hoofden veel op die
van de tafeleenden. knalrood.
„Die snert was goed!" zei er een,
oen we in de wagen stapten. Nie-
nand antwoordde, maar misschien
lachten ze allemaal hetzelfde:
Die man die in schafttijd voerde,
lie was goed, of die agenten of
die boeren die speciaal in deze on
gebruikelijke tijd gaan dorsen voor
de vogels of dat kind of dat me
vrouwtje elke morgen bij U aan de
?racht met dat zakje brood.
Misschien zijn we toch nog niet
.ulke grote materialisten?
Radio Veronica gaat aan en doet
gezellig, de wagen zoemt ons naar
nuis. We gaan er echt lekker bij zit
ten. Ieder met zijn eigen gedach-
En net als mijn maagstreek een
beetje ontspant zegt er een met een
:ucht. „Misschien heeft mijn
vrouw wel erwtensoep gemaakt
Hout lijmen?... CETAFLEX Ceta-Be»0r
(Advertentie)
(Foto 4)
Een scholekster staat op een ba
saltblok in het water te staren, ken
nelijk duvrt de winter ook hém te
lang. Als ik wat verder de rietvel
den inga,, kom ik de wilde zwanen
tegen. Nu hebben déze géle snavels
en missen de knobbels van hun an
dere sierlijke kollega's. Als ik met
een boog terug kom, zie ik mijn
vrienden zwaaien en buiten adem
Ook extra uitkering voor
uitgevroren schilders
H'et bestuur van het risicofonds
voor het schildersbedrijf heeft be
sloten, dat evenals de uitgevroren
bouwvakarbeiders ook de schilders
een extra uitkering van maximaal
50 voor gehuwden en kostwinners
en van maximaal 25 voor de overi
gen zullen ontvangen. De werkne
mers zuilen komende week door het
fonds worden ingelicht. De uitkering
aan de bouwvakarbeiders geschiedt
eveneens volgende week. De werk
gevers zfjn door het Sociaal Fonds
Bouwnijverheid van de verdere gang
van zaken op de hoogte gesteld.
Bejaarde man na val van
trap overleden
Breestraat, was daags tevoren 79
jaar geworden. Een kennis van hem
had hem uitgenodigd ter gelegenheid
van zijn verjaardag een feestje te ko
men vieren. Toen de heer Drees de
trap naar de eerste etage bijna had
bestegen en de kennis het licht wilde
aandoen, hoorde deze plotseling een
klap. De heer Drees is vermoedelijk
onwel geworden en daardoor naar
beneden gevallen. Na aankomst in het
WG bleek hij te zijn overleden.
Huis sense leraar
zich ook uit tot de Gelderse hoofd
stad.
De heer V. blijft ontkennen iets met
de dood van zijn vrouw te maken te
hebben. Zij zou volgens hem een
onverwachte natuurlijke dood zijn
gestorven.
Berkelse arts voor
Hoge Raad
hliift Ofschoon nog geen datum is vast-
Ui IJ! I lil lil I *591 gesteld, kan worden verwacht, dat
het cassatieberoep van de thans 46-
De ulo-leraar V. uit Huiasen, die ^ts J' A' M.'. °- ul] Berkel
_j.ui. jt j _:d_ inzake de moord op zijn medegevan
gene Lodder, begin maart door de
Hoge Raad in behandeling wordt ge-
verdaoht wordt van moord op zijn
vrouw en nog steeds in het huis van
bewaring te Arnhem is opgesloten,
blijft zolang het onderzoek duurt, in nomen-
voorlopige hechtenis, zo is gisteren in
Huissen meegedeeld.
Dr. O. was tot levenslange gevan
genisstraf veroordeeld wegens moord
De 79-jarige J. Drees uit Amster
dam is gisteravond na een val van
de trap vanaf de eerste etage in een -de Huissense politie is belast, duurt hij verdacht
huis in de Zijlstraat in de hoofdstad voort. De politiefunctionarissen wer- degevangene Lodder, waarvoor hij
overleden. De heer Drees, die woon-
achtig was in een rusthuis in de Van
Hiet onderzoek naar de oorzaak van op zijn echtgenote. In de Leeuwarder
de dood van mevrouw V., waarmee gevangenis zijn straf uitzittend, werr
moord op zijn me-
IHjBBPMi 0dder, waarvoor hij
ken nauw samen met de justitie te eveneens tot levenslang werd ver-
Arnhem. Hun speurtochten strekken oordeeld.
GASONTPLOFFING IN
DOKKUMSE PASTORIE
Pastoor en huishoudster
ernstig gewond
In de pastorie van de kath. kerk
in Dokkum heeft gistermiddag een
gasontploffing plaats gevonden. Na
de ontploffing brak brand uit. De
pastorie stond in korte tijd geheel in
vuur en vlam. De 55-jarige pastoor
A. A. H. v. d. Giessen en zijn 50-ja-
rige huishoudster mej. C. A. van
Schaik zijn na de ontploffing met
ernstige brandwonden uit de woning
gehaald. Zij werden overgebracht
naar het ziekenhuis „Sionberg" te
Dokkum.
De brandweer uit Dokkum be
streed het vuur met groot materiaal,
maar kon niet voorkomen dat de
pastorie, die naast de kerk staat, ge
heel uitbrandde. Er kon vrijwel niets
worden gered. Vele ruiten in de na
bijheid zijn als gevolg van de explo
sie gesprongen.
De ontploffing ontstond kort na
een uur. Allerlei voorwerpen wer
den naar buiten geslingerd en vele
ruiten in de onmiddellijke nabijheid
sneuvelden. De kerk, die met de
pastorie één geheel vormt, bleef ge
spaard.
De oorzaak van de ontploffing is
misschien een lekkende hoofdleiding
van het aardgas in de straat. Door
de bevroren grond kon het gas wel
licht niet naar boven ontwijken en
is het door riool- en andere buizen
in de pastorie gedrongen. Waar
schijnlijk heeft de explosie zich
voorgedaan, toen gas het open haard
vuur bereikte. De bibliotheek en
enkele vrij kostbare schilderij en van
de pastoor gingen bij deze brand in
vlammen op.
H