KATHOLIEKE MIDDENSTANDSVERENIGING IN LISSE
GAAT GOUDEN JUBILEUM VIEREN
ZATERDAG 20 OKTOBER 1962
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 10
Nu de r.k. Middenstands vereniging te Lisse 24 oktober het gouden
Jubileum gaat vieren is het wel interessant om eens in de historie
van deze voor Lisse belangrijke vereniging te grasduinen. Wij
werden daartoe op royale wijze door het bestuur tegemoet getreden,
doordat men ons de beschikking gaf over de notulenboeken vanaf
de oprichting. Het doorlezen van vier dikke notulenboeken is geen
sinecure en eist veel geduld, doch anderzijds is het ook een genoegen
om vele oude bekende namen in de bladzijden der historie tegen te
komen en voorts ook interessant om te kunnen waarnemen, hoe
men vroeger over verschillende zaken dacht. Het doorlezen werd
gelukkig vergemakkelijkt door de prettige manier, waarop de
sekretarissen uit het verleden de zaken te boek hebben gesteld in
zeer keurig handschrift. De jubilerende Middenstandsvereniging
mag met trots op haar sekretarissen terug zien. Zij, die op deze
wijze hebben meegewerkt aan het boekstaven van een deel der
plaatselijke historie hebben de werkers van het heden een onschat
bare dienst bewezen.
Het is niet mogelijk om van alles, wat in die vijftig jaar in de ver
eniging gepasseerd is een vlot leesbaar verhaal te maken, daarom
meenden wij het beste te doen om uit de notulen, ontelbare blad
zijden- groot, momentopnamen vast te leggen.
Momentopnamen uit werkzaam verleden
25 MAART 1912:
OPRICHTINGS
VERGADERING
Aan alle toenmalige katholieke
winkeliers van Lisse werd een uit
nodiging gezonden om tot een sa-
menspreking te komen over de even
tuele oprichting van een Midden
standsvereniging. Zo rondom de op
richting kwamen we steeds de na
men tegen van bekende oude Lis-
sers, als Theod. Weber (banketbak
ker), J. Zandvliet (schoenmaker),
C. Langeveld (boter- en kaashandel),
F. Vink (manufacturer), J. G. Bruy-
nen (smederij en rijwielhandel), A.
W. v. d. Meer (schilder en behanger)
en C Caspers (slager). Zonder an
deren tekort te willen doen mogen
wij deze groep heren wel als de pro
motors aanduiden, hetgeen ook wel
duidelijk bleek uit de notulen van
de eerste vergadering, waarin ver
meld staat, dat de heer C. Langeveld
tot voorzitter werd benoemd, de
heer J. G. Bruynen tot 2e voorzitter,
de heer C. Caspers tot secretaris. De
naam van de penningmeester heb
ben wij niet kunen ontdekken. Men
besloot zo spoedig mogelijk de Bis
schoppelijke goedkeuring aan te vra
gen, doch daarvoor moesten er sta
tuten zijn.
INCASSO EN INFORMATIE
8 Mei 1912 werd voor de tweede
maal vergaderd voor de vaststelling
van deze statuten en een huishoude
lijk reglement. Men ging al direct
verder met de voorbereidende werk
zaamheden, waartoe als eerste be
hoorden de installatie van een in
cassobureau en een informatiebu
reau. Voor deze functies moesten 2
directeuren worden benoemd; dat
waren de heren J. G. Bruynen en
C. Langeveld,. die resp. als directeur
van het incassobureau en als direc
teur van het informatiebureau wer
den benoemd. Dat was al meteen 'n
zakelijke kijk, want men bedoelde
daarmede zo breed mogelijk ge
ïnformeerd te kunnen worden op 't
terrein „Klant". Voorts werd in deze
vergadering tot geestelijk adviseur
benoemd kapelaan Burwinkel, die
reeds twee jaar geestelijk adviseur
was van de r«?eds opgerichte Volks
bond. De vraag werd gesteld, of dit
wel samen kon gaan, doch de kape
laan zeide, dat beide organisaties
recht hadden op bijstand en de sa
menwerking vriendschappelijk kon
zijn, omdat beiden als doel voor ogen
hadden: alles terug winnen voor
Christus! Deze kapelaan werd later
in Haarlem, waarheen hij vanuit Lis
se was overgeplaatst, om zijn sociale
activiteiten wel eens de „rooie ka
pelaan" genoemd. Hij is gestorven als
pastoor van Vogelenzang.
In de loop der volgende maanden
sprak de vergadering zich uit voor
het instellen van een boekhoudcur-
sus, doch men moet dit plan nog
even opgeven, omdat er geen leraar
te vinden was! Later slaagde men
daar wel in en men kon cursist wor
den voor 3,- per cursus! Tot leden
van de Comimssie van Toezicht wer
den benoemd de heren Lagerberg
(Sassenheim) en de heren Th. Weber,
C. Caspers en A. van Zeist.
Men ging verder en achtte 't nood
zakelijk om een vakafdeling voor
de manufacturiers in het leven te
roepen, hetgeen dan ook geschied is
met toetreding van 6 leden, terwijl
gelijktijdig een afdeling Bouwvak-
patroons werd opgericht met 9 le
den. Beide afdelingen werden ge
constitueerd in de vergadering van
12 november 1912.
Deze vergadering stond wel bij
zonder in het teken van de princi
piële gedachte omtrent zondagsrust
en zondagsheiliging. Een lezing werd
over dit onderwerp gehouden, waar
in betoogd werd, dat het noodzake
lijk is om tot zondagsrust te komen
door het gesloten houden van de
winkels en het laten zakken van de
etalagegordijnen. Tevens werd ai 'n
poging gewaagd om tot een sluiting
van de winkels om 9 uur te komen,
want de winkelsluiting was onbe
perkt. Men verkocht zolang men
dacht dat er klanten konden komen!
Op zondag ging men echter sluiten
onder voorbehoud van „onvoorziene
omstandigheden".
SPOKEN
Op een propagandavergadering van
24 februari 1913 werd reeds de nood
zakelijkheid van het georganiseerd
zijn goed aangevoeld. Men zag twee
spoken: het grootkapitaal en trusts
en aan de andere zijde de opkomen
de arbeiderscoöperaties, die dan van
onderaf de middenstand met onder
gang bedreigden, naar men meende.
De heer F. Zwetsloot drong er in
een volgende vergadering op aan,
dat de middenstanders onder elkaar
eens wat vlugger moesten betalen
wanneer er geleverd was! Voorts
drong hij er op aan, dat de midden
standers zoveel mogelijk elkaar zou
den bevoordelen. In dat verband
werd een vraag gesteld over het ver
voer en daarop zeide de voorzitter,
dat „als er een rijtuig nodig is, de
leden niet zullen worden voorbijge
zien". Ook toen al werd het nogal
eens laat en begon men te laat (het
bekende „Lisser kwartiertje"), om
welke reden de heer Barnhoorn aan
drong om op tijd te beginnen en te
eindigen!
Een vergadering werd speciaal aan
de winkelsluiting gewijd, welke ver
gadering blijkens de notulen ook
werd bijgewoond door niet-katholie-
ken, want we kwamen namen tegen
van de heren E. Tissing en C. den
Hollander, voorts Mijnders, Nieu-
kenhuis, De Vries, terwijl ook win
keliers uit Sassenheim er bij waren.
Men zag de winlielsluiting als een
zeer ingrijpend vraagstuk. De heren
Tissing en Den Hollander achtten
9 uur sluiten zelfs onmogelijk! Toch
werd met 38-3 stemmen besloten tot
9 uur-sluiten. In deze geest werd een
verzoek gericht tot de gemeente
raad voor het invoeren van een ver
ordening.
Het ingestelde Incassobureau had
al goed gewerkt, want begin 1914
waren van de dubieuze posten (tot
een bedrag van f 2605,60) 1804,15
binnen. Men kwam intussen voor 't
feit te staan, dat voor het Inctasso-
bureau een nieuwe „Directeur" moest
worden benoemd en men vond deze
in de persoon van de heer F. K. Dan-
kelman, hoofd der school, die deze
benoeming aanvaardde op een sa
laris van zegge en schrijve 25,-
's jaarlijks en daar heeft hij het nog
vele jaren lang voor gedaan ook!!
Met lof van de vereniging, aldus de
notulen van latere jaren!
BAKKERSNACHTARBEID
De heer C. J. Fleriks, bakker, vond
het niet meer zo prettig om alle nach
ten nachtarbeid te verrichten en
diende in maart 1915 een motie in
Fr. v. d. Eerden, als voorzitter op- om ïot afschaffing van nachtarbeid
vni'Ar van C. T.smreveld (1919-1935) te komen. Dit ging er door, maar
de motivering doet thans wel wat
vreemd aan: „dat nachtarbeid van
patroons en gezellen een nadelige
invloed op hen uitoefent en voor
het bedrijf hygiënisch nadelig is".
Het besluit werd toegejuicht (van
wege de zindelijke gedachte die er
in lag??!). De wens werd uitgespro
ken dat de afd. Lisse „Patrimonium"
(voorloper van de Chr. Landarbei-
dersbond) en de R.K. Volksbond
hieraan hun medewerking zullen
willen verlenen.
In samenwerking met Sassenheim
e:i Hillegom werd besloten af en toe
een propagandablad te doen uitge
ven met principiële voorlichting m
gelegenheid tot adverteren. Het eer
ste nummer verscheen in oktober
1915. De geestelijk adviseur liet daar
in zijn waarschuwende stem horen
tegen het „poffen". In dit verband is
het aardig te lezen, dat besloten werd
aan de gemeente Lisse een schrijven
te richten om de rekeningen eerder
betaald te krijgen en deze binnen 3
maanden te voldoen! Contante be
taling werd dringende noodzaak ge
acht.
VAANDEL
Een „vaandel-actie" werd opgezet.
Spontaan werd een collecte gehou
den welke7,60 opbracht! La
ter nog eens f 7,75 en 6,22, waarna
men besloot aandeeltjes uit te ge
ven om het vaandel aan te schaffen.
Toen het vaandel er was, kreeg ie
heer Weber te horen: „Waarom liep
je niet achter het vaandel toen het
ingewijd werd?" Waarop hij ant
woordde: „Ik wilde niet onbeschei
den zijn en mij niet opdringen!"
Men kreeg in die tijd, dat was 1916,
nog presentiegeld wanneer men een
vergadering bijwoonde en een boete
als men er nie. was. Op voorstel van
de heer Zandvliet werd besloten om
het presentiegeld uit te betalen aan
het einde der vergadring, vermoede
lijk om „verloop" tegen te gaan! La
ter werd op een vergadering beslo
ten het presentiegeld in een feest-
kas te deponeren voor het komende
eerst lustrum.
Toen de eerste etappe van 5 jaren
ten einde was, heeft men dat spon
taan gevierd met een geweldige spre
ker, die „een schoone rede" hield
volgens de notulen! Voor vertering
was 1,- per man te betalen, wair-
uit geconstateerd mag worden dat
„recht op en neer" toen nog niet zo
duur was!! Het gemeentebestuur was
vertegenwoordigd door burgemeester
Von Bönninghausen en wethouder
Jaap Riggel. De geestelijk adviseur
hield een gloedvol betoog en waar
schuwde op zijn tellen te passen als
middenstand, want men werd be
dreigd door kapitaal en proletariaat!
Krachtige organisatie van de mid
denstand is noodzakelijk, zo beweer
de men toen reeds en zo «is het ook
nu nog! Op deze rede, die zeer schoon
was, aldus de notulen, kwam een
daverend applaus. Ook toen was het
al zo: het middernachtelijk uur ras
reeds larfg voorbij toen men dank
baar huiswaaris keerde!! Dat waren
de eerste 5 jaren!
C. W. Barnhoorn, voorzitter van 1935
tot pl.m. 1950
HET GROEIDE
Het is schier onmogelijk de ge
schiedenis van de Middenstands ver
eniging op dezelfde voet te volgen
zoals wij dit nu gedaan hebben over
de eerste vijf jaren, hoewel de no
tulen rijke stof bieden om er in
teressante verhalen uit te distilleren.
Dat de stichting van een coöpe
ratie velen dwars zat moge blijken
uit een mededeling uit de vergade
ring van 30 januari 1918, toen de
heer Rooij akkers de vraag stelde aan
de geestelijk adviseur of de geruch
ten juist waren betreffende de op
richting van een coöperatieve win
kel en of het waar was, dat de G.A.
daarvoor geijverd had? Deze deelde
mede, dat het een niet met het an
der in strijd was en ook niet streed
tegen de naastenliefde alsook, dat
de oprichting van een winkel nog
geen feit was (voorlopig). De geeste
lijk adviseur zeide volgens de notu
len, dat de middenstand door coöpe
ratie de arbeiderscoöperatie moest
voorkomen!
Op een vraag van de heer Zwet
sloot of men met niet-katholieke
winkeliers mocht samenwerken, zei
de de geestelijk adviseur, dat de sta
tuten „dit niet verbieden". Geluk
kig maar ook, want de latere blad
zijden geven wel blijk, dat samen
werking met de andere later
opgerichte middenstandsvereniging
enorm goed gewerkt heeft.
Men begon zo zachtjes aan eens
te denken aan het nut van electrici-
teit, want in de vergadering van 15
april 1918 werd aanbevolen eens
contact op te nemen met gemeente
besturen uit Lisse en omgeving.
In dezelfde vergadering werd be
sloten dat het bestuur stappen zou
ondernemen tot oprichting van een
r.k. patroonsbond in de bouwvakken.
De heer Zwetsloot kreeg in die ver
gadering de kous op de kop toen hij
vroeg om op de jaarvergadering ook
de vrouwen mede te brengen. Daar
kwam niets van in!
De 9 uur winkelsluiting was reeds
enkele jaren een feit, en in oktober
1918 werd de eerste stem uit de ver
gadering vernomen om tot een 7 uur
sluiting te komen.
SAMENWERKING
Er kwam samenwerking tussen de
plaatselijke Middenstandsverenigin-
gen, want de notulen van 20 novem
ber 1918 vermelden, dat de oprich
ting van een centraal comité plaat
selijk een feit was geworden, waar
in zitting hadden de voorzitters der
verschillende verenigingen.
Maar een ander gevaar dreigde in
die dagen, nl. het „rode gevaar",
want op de vergeelde bladzijden
staat onuitwisbaar vermeld, dat een
lijst werd samengesteld van perso
nen, die zich beschikbaar willen stel
len om zich bij een eventuele revo
lutie ter beschikking van de regering
te stellen en voorts bracht de heer
Van der Eerden hulde aan de man
nen, die van Lisse opgetrokken wa
ren „om de roode bende in Den Haag
te keeren. En mocht het zijn, dat
men schade ondervonden heeft, ge
tracht zal worden deze te vergoe
den!"
Grappig is het te lezen, dat de
heer Van Ruiten in de vergadering
van 17 december 1918 vroeg of men
er iets tegen kon doen, dat de avond
post bij het station Lisse zo maar uit
de sneltrein werd gesmeten en men
dan maar moest zien waar deze te
recht kwam!! Inderdaad gebeurde
dit vroeger zo. Wanneer een snel
trein omstreeks 4 uur naderde, werd
het perron van reizigers vrij gehou
den, want uit de sneltrein ploften
dan een paar zakken post neer die
vele meters met sneltreinvaart mee
vlogen!
Toen de heer Weber eens een le
zing hield over „Adverteren" kreeg
hij te horen van een lid: „of de in
leider ook salaris geniet van een of
andere krantenbaas.
COMMANDO-WISSELING
De vereniging had tot nu toe nog
steeds onder leiding gestaan van .le
heer C. Langeveld, doch 15 juli 1919
was er een schrijven, dat hij offi
cieel bedankte. Men moest 'n nieu
we voorzitter hebben en men was
daar gauw mee klaar, want 'n lijst,
door 16 personen ondertekend, droeg
de heer F. v. d. Eerden voor en deze
kwam er met vlag en wimpel door.
Hij bracht hulde aan de afgetreden
voorzitter „dien de eer to komt een
der oprichters te zijn" aldus de no
tulen van 15 juli 1919.
De heer Var der Eerden kwam op
de brug te staan en vroeg medewer
king der leden, maar men mocht ook
met critiek komen. Daar was de heer
Van der Eerden als strijdvaardig
man niet bang voor want hij „stond
zijn mannetje wel"! Dat heeft hij
bewezen volgens de notulen van vele
vergaderingen. Er kwam een kwes
tie ter tafel over door de firma Van
Parijs (beurtschipper) vervoerde
partij suiker naar de Handelsraad,
waar nogal wat stof over opgewaaid
is, maar De Hanze kwam aan zijn
trekken, omdat de Handelsraad dit
artikel niet als een normaal artikel
moch' voeren.
De notulen van 11 oktober 1920
vermelden als bijzonderheid, dat een
lid ging emigreren, nl. de heer Van
Lierop. De voorzitter wenste hem
toe, „dat God hem in de nieuwe we
reld moge sparen, hem rijkelijk zijn
hulp en zegen moge schenken en
hem als eer tweede Rothschild mo
ge doer terugkomen".
De eerste wereldoorlog ging aan
de middenstand niet zonder meer
voorbij en toen in 1920 vergaderd
werd, herinnerde de voorziter er
aan, dat wel de lang gewenste vre
de gekomen was, doch de herleving
in het zakenleven nog lang niet.
In de notulen van 25 april 1921
staat geschreven dat de heer Zand
vliet er op aandrong om aan de mi
nister te verzoeken de 10-urige werk
dag weer in te voeren.
Op 16 mei 1922 deelde de heer We
ber mede „dat de voorzitter (Van
der Eerden) in zijn zilveren „brui-
gomsdagen" leefde" en hield 'n war
me hartelijk speech.
GLORIE VAN LISSE
Zo langzamerhand kwam een tijd
perk van glorie voor de midden
stand van Lisse, want de notulen
van verschillende vergaderingen
staan vol over samenwerking met
de Chr. Middenstandsvereniging om
te komen tot het houden van geza
menlijke winkelweken enwin-
kelt> urzen. En die winkelbeurzen
met name hebben in wijde omtrek
grote belangstelling getrokken. Het
was ook een hele onderneming, maar
met een doorzetter als de heer Fr.
v. d. Eerden aan de kop van het op
gerichte Comité „Lisse Vooruit"
moesten dc winkelbeurzen wel sla
gen! Er werd een enthousiasme aan
de dag gelegd die zjjn weerga nog
niet gevonden heeft!
Als bijzonderheid staat in de no
tulen van 19 januari 1926 vermeld,
dat de vergadering toe kwam aan het
„radiogedeelte". Er werd namelijk
gedemonstreerd met een radio-toe
stel!! Niet om de bouw van een mo
dern meubel, maar om door „zo'n
ding" eens muziek te horen!
Er kwam concurrentiestrijd tussen
de stoomtram en een particuliere
busonderneming. De middenstand
wilde de bus er uit hebben, omdat
de ingezetenen van Lisse wel eens
graag met zo'n bus meegingen en
dan tegelijk inkopen in de stad gin
gen doen. Men heeft het echter niet
kunnen verhinderen, want de bus
heeft jaren lang gereden naast de
tram! De autobussen reden teveel en
men trok naar de steden, tot einde
lijk de electrische tram kwam en de
bus er it ging, doch toen vond men
het weer leuk eens met de nieuwe
tram te gaan!
Een gloriepunt in de geschiedenis
van De Hanze was de oprichting van
de R.K. Handelsavondschool. En met
recht, want de in 1928 opgerichte
school heeft bewezen een prachtig
instituut te zijn, dat heden ten dage
nog met groot succes werkzaam mag
zijn aan de ontwikkeling van de
jeugd van de middenstand en an
deren.
Vanaf 1929 spreken de notulen
van de Autotochten voor Ouden van
Dagen, welke door „Lisse Vooruit"
georganiseerd werden, vele jaren
lang, tot het Oranje Comité deze taak
ging overnemen.
VERLIES
Nadat in 1934 de oud-voorzitter,
de heer C. Langeveld, was overleden,
aan wie met de grootste eer werd
teruggedacht als zijnde een der op
richters, die enorm veel voor de mid-
denstana van Lisse gedaan heeft,
ontviel de vereniging de heer Fr.
v. d. Eerden, die zovele jaren met
elan de zaak als voorzitter gediend
had. De secretaris van die dagen, de
heer G. Randsdorp dorst zich er in
het jaarverslag niet aan te wagen
de verdiensten van deze man te
schetsen, omdat dit niet onder woor
den te brengen was!
Over een opvolger bestond weinig
twijfel, want met eenparigheid van
stemmen werd de heer C. W. Barn
hoorn gekozen. Hij gaf zijn volle
krachten en mocht in het voetspoor
van zijn voorgangers de middenstand
in Lisse helpen leiden.
De datum van 15 april 1937 staat
met gouden letteren in de historie
van De Hanze vermeld als herden
kingsdatum jvan het 25-jarig bestaan.
Men voelde het gemis van de berde
voorgaande voorzitters, de heren Lan
geveld en Van der Eerden. Deze
herdenking werd een waardige her
denking met kerkelijk ceremonieel
en een gezellige feestavond. De naam
van de heer A. J. v. Zeist als voor
zitter van het feestcomité is met
ere genoemd in de annalen.
De moeilijke jaren van de crisis
waren voorbij maar een nog moei
lijker periode kwam aan: de twee
de wereldoorlog. Van de NSB moest
de middenstand niets hebben omdat
een goed katholiek zich daarmee
niet kon verenigen. „Blijf lid voor
de volle 100 pet., staat in de notulen
van 1940 te lezen. Wie vreest schade
ts lijden in zijn zaak, maar in hun
hart een andere richting is toege
daan, pleegt verraad aan de organi
satie en is niet langer waard lid te
zijn. Laten we tonen middenstanders
te zyn en te blijven, die weten, wat
onze plaats is!"
De jaren na de viering van het
zilveren bestaans jubileum in 1937
zijn niet de beste jaren geweest voor
de Middenstandsverenigingen. Oor
log en bezettingsjaren hadden ook
het organisatieleven grote schade
toegebracht. Zoals alles, werd ook
het organisatorisch leven van de mid
denstand totaal ontwricht. Het is
haast overbodig te zeggen, dat de
Middenstandsvereniging zich niet
door de bezettende macht liet mis
bruiken. Als organisatie kon men
openbaar niet doorwerken. Het werk
werd lamgeslagen, doch in stilte
werd de zaak onderhouden. Maar
ook aan de narigheid kwam gelukkig
weer een einde, al heeft de midden
stand nog verschillende jaren de el
lende van het distributiesysteem en
het opplakken van massa's bonnen
moeten voortzetten. Het heeft jaren
geduurd alvorens de middenstand de
gang er weer in kreeg. Jaren van
moeizame arbeid en wederopbouw
voor het zakenleven braken aan. Het
was alsof de gang geheel gebroken
was, maar dank zij het doorzettings
vermogen van het bestuur richtte de
organisatie zich weer op. De heer C.
W. Barnhoorn zag zich door drukke
werkzaamheden genoodzaakt als
voorzitter te bedanken. Zeer veel
heeft de middenstand aan hem te
danken. Rustig en welbewust wist
hij de middenstand leiding te geven
en met hem ging een man achter
de groene tafel weg van gedegen za
kelijke kennis en wij beleid.
De vereniging heeft echter weer
een guede keus gedaan door als voor
zitter te kiezen de heer G. A. Rans-
dorp. Ook het secretariaat onderging
wijziging door het overlijden van de
heer G. Ransdorp, die werd opge
volgd door de heer J. Langeveld,
zoon van de oprichter der organisa
tie. Voorzitter en secretaris verstaan
elkaar goed om in alle zaken leiding
te geven, met de heer N. Castien als
penningmeester.
Er wordt ook nu nog een prettige
teamgeest gevonden in de kring van
het bestuur. Met helder inzicht weet
het leiding te geven en als de be
langen van de middenstand bedreigd
worden, kan men in het bestuur op
felle tegenstand rekenen. Dat is wel
duidelijk gebleken, toen de kwestie
„busverkeer dooi Lisse" op het ta
pijt kwam. Onvermoeid heeft men
in samenwerking met de andere ver
eniging voor de belangen van de
middenstand op de bres gestaan en
men heeft het genoegen mogen sma
ken het thans zover te hebben ge
kregen, dat de bussen toch weer de
oude dorpskern zo dicht mogelijk
naderen, terwijl men niet rusten zal
voordat de bussen weer over 't Vier
kant lopen!
In de na-oorlogse jaren kwamen
de jaarlijkse winkelbeurzen van vóór
de oorlog niet meer terug. Daarvoor
kwam in de plaats „Holland's Glo
rie", doch deze tentoonstelling met
een zo machtige en grootse opzet
werd slechts enkele keren na de oor-
iog gehouden.
Zo mag de kath. middenstand van
Lisse op een goed verleden terug
zien. Een historie waarin mannen van
naam hebben medegewerkt aan de
voortdurende ontwikkeling van het
middenstandswezen. Dankaar zal men
de arbeid var de voortrekkers blij
ven gedenken en ongetwijfeld zal
men aan de mannen van de historie
ook denken bij de viering van het
gouden jubileum.
Het huidige bestuur bestaat uit de
heren G. A. Ransdorp, voorzitter; J.
Langeveld, secretaris; N. Castien,
penningmeester, L. Bemelman, N. v.
Dijk en E. C. Bemelman.
Ongelukken
op overwegen
Vrijdagavond omstreeks zeven uur
is op de onbewaakte overweg in de
Jukwerderweg bij Appingedam een
nagenoeg nieuwe vierdeurspersonen-
auto door een uit Delfzijl afkomstige
goederentrein gegrepen. De auto
kwam recht voor de diesellocomotief
en werd daarna over een afstand
van ongeveer 300 meter over de rails
meegesleurd. De bestuurder van de
auto, die zichzelf uit zijn zwaar ver
nield voertuig kon bevrijden, bleek
slechts enkele ribben te hebben ge
broken en voorts enkele minder ern
stige hoofdwonden te hebben opge
lopen. Het treinverkeer op de lijn
Appingedam-Groningen is geruime
tijd gestemd geweest.
's Middags omstreeks half vier is
op een niet-beveiligde overweg bij
Esschen een personenauto gegrepen
door een trein, die in de richting
Antwerpen reed. De bestuurder van
de auto werd licht gewond.
HOGER MEDISCH TARIEF.
De ziekenfonrsraad heeft goedkeu
ring verleend aan overeenkomsten
tussen ziekenfonj sen en specialisten,
tandartsen en heilgymnastiek-mas-
seurs, tot verhoging der honorering
per 1 januari 1963.
Voor de specialisten worden de ta
rieven met vijf procent verhoogd
voor de tandartsen met 8.49 procent
en voor de heilgymnastiek-masseurs
resp. van 3.10 tot 3.40 en van 4.55
tot 5.(aan huis).
MACHINIST VERGAT
TE STOPPEN
Met een Brabantse goedmoedigheid
heeft een machinist van de Neder
landse Spoorwegen gistermiddag om
streeks zes uur bij het station Vught
een fout hersteld. Hij vergat domweg
bij Vught te stoppen om reiz:gers uit
te laten, en de stationschef ter plaat
se, die zich reeds opmaakte om de
spoorkaartjes in ontvangst te nemen,
had het nakijken. Maar ook de machi
nist realiseerde zich plotseling dat
hij Vught had uergeten. Hij bracht
de trein tot stilstand, stapte uit en
ging in de achtercabine de handels
omdraaien voor een snelle terugtocht.
De trein had slechts een paar minu
ten vertraging.
MIDDENSTAND WIL
GELIJKE KANSEN
De toekomst voor het midden- en
kleinbedrijf is bepaald niet rooskleu
rig. Wij maken ons ongerust over
het marktaandeel van het midden-
en kleinbedrijf en wij zijn van me
ning, dat de overheid meer inhoud
kan geven aan het beleid van ge
lijke kansen, aldus een artikel in
„Stuwing", het orgaan van de Ne
derlandse Katholieke Middenstands
bond.
Wanneer de overheid inderdaad
meer inhoud aan haar beleid van
gelijke kansen zal geven, zijn wij
graag bereid de vaderlijke verma
ningen over de efficiënte funktie-
vervulling van het midden- en klein
bedrijf te aanvaarden. De minister
van economische zaken vindt dat
het marktaandeel van het midden-
en kleinbedrijf thans niet veel klei
ner is dan voor de oorlog. Dit zegt
ons bijna niets, het zegt ons slechts
dat ondanks een feit, dat het groot
bedrijf de wind mee heeft, het mid
den- en kleinbedrijf bijzonder taai
en vasthoudend is geweest.
Het marktaandeel van het groot
winkelbedrijf groeit met de dag, maar
dit is nog geen bewijs, dat het
grootbedrijf efficiënter en beter zijn
taak vervult dan de distribuant. Dit
is louter een kwestie van kapitaal.
De overheid kan in haar politiek
niet verder gaan dan het bieden van
gelijke kansen. Wij vragen niet meer
maar ook niet minder, aldus het
orgaan van de Katholieke Midden
standsbond.