Herders,
DE LEÏDSE COURANT
Maria was innig gelukkig met haar eerstgeboren zoon en dacht diep
na over de woorden, die de engel had gezegd.
NA IEDERE LEZING volgt een responsorium of
antwoordgezang.
Na de eerste lezing:
Heden heeft de Koning der Hemelen zich ge-
waardigd voor ons uit een Maagd geboren te
worden, om de gevallen mens tot het hemelrijk
terug te roepen. Het leger der engelen verheugt
zich, omdat het eeuwig heil aan het menselijk
geslacht verschenen is. Ere zij God in de hoge,
en op aarde, vrede aan de mensen van goede
wil.
Na de tweede lezing:
Heden is ons de ware vrede uit de hemel neer
gedaald. Heden vloeien de hemelen over van
honing over de gehele wereld. Heden is voor
ons aangebroken de dag van een nieuwe ver
lossing, van de oude herstelling van een eeuwige
gelukzaligheid.
Na de derde lezing:
Wie hebt gij gezien, herders? zegt en verkon
digt het ons wie op aarde verschenen is!
Wij hebben een pasgeboren kind gezien en ko
ren van engelen, die God loofden.
Zegt wat gij toch wel gezien hebt en verkondigt
de geboorte van Christus
PAUSELIJKE PREEK
De psalmen die nu volgen, zijn wederom met zorg
gekozen evenals de antifonen, waarna lezingen volgen
üit een preek van paus Leo I, die aldus eindigt:
Derhalve leggen wij de oude mens af met zijn
werken, en deelachtig geworden aan de geboor
te van Christus, verzaken wij aan de werken
van het vlees. Christenmens, erken uw waar
digheid, en wil u, deelachtig geworden aan de
goddelijke natuur niet meer tot uw vroegere
toestand verlagen door een onwaardig gedrag.
Gedenk van welk hoofd en van welk lichaam
gij een lid zijt. Gedenk, dat gij ontrukt aan de
macht der duisternis, overgeplaatst zijt in het
licht en het Rijk Gods.
|"\E BIJPASSENDE responsories zijn gewijd aan de
geboorte:
O groot mysterie en bewonderenswaardig geheim; de
dieren mochten de pas geboren Heer aanschouwen,
liggend in een kribbe. Gelukzalig de Maagd wier
schoot Christus de Heer mocht dragen. Gegroet Maria,
vol van genade: de Heer is met u.
De heilige Moeder Gods Maria, wier maagdelijke
schoot ongeschonden blijft, heeft heden de Verlosser
der wereld gebaard. Zalig zij die geloofd heeft; want
alles is volbracht, wat haar door de Heer gezegd is.
Heilige en onbevlekte Maagdelijkheid, ik weet niet
hoe u naar waarde te loven. Immers die de hemelen
niet kunnen bevatten, hebt gij in uw schoot gedragen.
Gezegend zijt gij onder de vrouwen, en gezegend is
de vrucht van uw schoot.
Na wederom drie psalmen volgen lezingen uit preken
van paus Gregorius I, Ambrosius en Augustinus.
De Metten eindigen met het gebed, dat in de Nacht
mis wordt herhaald.
DE LAUDEN
^A DE NACHTMIS worden de Lauden (van laudes:
lofprijzingen) gezongen, een reeks psalmen, waar
aan op Kerstmis de volgende antifonen voorafgaan:
Wie hebt gij gezien, herders? zegt en verkondigt
het ons, wie op aarde is verschenen. Wij hebben
een pasgeboren kind gezien en koren van engelen
die God loofden, alleluja
Een jonge moeder heeft een Koning gebaard,
wiens naam eeuwig is, en zij paarde de vreugden
van het moederschap aan de eer der maagdelijk
heid; vóór haar werd haar gelijke niet gezien en
zal nimmer na haar gezien worden, alleluja
De engel zeide tot de herders: ik boodschap u
grote vreugde, dat u heden de Zaligmaker der
wereld geboren is, alleluja
Bij de engel bevond zich een menigte uit het
hemelse heir, die Gode lof zongen en zeiden: Ere
aan God in den Hoge en op aarde vrede bij de
mensen van goede wil. Alleluja
Een knaapje is ons geboren en het zal God, de
Sterke genoemd worden. Alleluja
Tot slot van de Lauden de lofzang: „Vanwaar de
zon. waaraan wq ontlenen:
Hij wil op stro gelegerd zijn
en schuwt de armzaal'ge kribbe niet.
Hij voedt zich met een weinig melk,
die nooit een vogel hong'ren liet.
Daar stemt der Eng'len hemels koor
Gods loflied aan, en zingt het blij
de herders toe, die het wonder zien:
God, aller heer en vorst, is Hij.
ERSTMIS, het geboorte
feest des Heren, begint
zoals ieder kerkelijk
feest aan de vooravond
met de Eerste Vespers
(van het Latijnse woord
vesperae: avond). Deze
gewoonte is overgeno-
f - m men uit de Joodse tijd-
- JNA rekening, gelijk die
reeds te vinden is in het
Boek der Schepping:
„toen werd het avond
en morgen, de eerste
dag". Gevolgelij k eindigt de viering van Kerstmis in
de namiddag van 25 december. Dan worden de witte
altaarbekledingen vervangen door het martelaarsrood
van Stéfanus. De gehele week blijft niettemin het
Kerstfeest voortduren in het oktaaf (afgeleid van het
Latijnse octo: acht).
rvE LITURGIE van Kerstmis wordt geopend in de
Eerste Vespers met de antifoon of voorzang:
„De vredelievende Koning is verheerlijkt; naar zijn
aanschijn verlangt de gehele aarde."
Daarna volgen de vesper-psalmen van de zondag,
behalve de laatste die vervangen wordt door de zeer
korte psalm 116:
Looft de Heer alle naties,
looft de Heer alle volkeren;
Want vastgesteld is over ons Zijn erbarming
en de trouw des Heren duurt eeuwig.
Iedere psalm wordt voorafgegaan door een antifoon,
die op Kerstavond luiden:
Verheerlijkt is de vredelievende Koning boven
alle koningen der ganse aarde.
Vervuld zijn de dagen voor Maria, dat zij haar
eerstgeboren Zoon zou baren.
Gij moet weten dat het Rijk Gods nabij is; voor
waar ik zeg u, dat het niet op zich zal laten
wachten.
Heft uw ogen op; zie uw verlossing nadert.
1VAARNA volgt een lezing uit de brief van de apos-
tel Paulus aan Titus:
Geopenbaard hebben zich de goedertierenheid en
menslievendheid van God onze Zaligmaker; niet
op grond van de werken van rechtvaardigheid
die wij gedaan hebben, maar volgens Zijn barm
hartigheid heeft Hij ons gered.
Dan de lofzang „Verlosser, Jezus, van het heelal",
waaraan het couplet is ontleend:
En wij die in de zaal'ge vloed
gewassen zijn van het kostbaar bloed,
ons lied U wijden op de dag,
die U voor ons geboren zag.
U, Jezus, roem en heerlijkheid,
die uit de Maagd geboren zijt,
U met de Geest en Vader één,
door aller eeuwen eeuwen heen.
DE METTEN
F)E METTEN (van het Latijnse matutinum: morgen)
worden in de kloosters gezongen vóór de Nacht
mis.
De metten openen op Kerstmis met het invitatorium
of uitnodiging:
Christus is ons geboren. Komt, laat ons aan
bidden (Venite Adoremus)
Daarna volgen psalmen, beginnend met psalm 2, waar
van de aanhef wordt herhaald in de Nachtmis:
„Waarom razen de heidenen en zinnen de vol
keren op ij delheid?"
Evenals de bijbehorende antifoon:
„De Heer sprak tot Mij: Gij zijt mijn Zoon,
heden heb Ik U verwekt."
De Schriftlezingen zijn ontleend aan de profeet Isaias.
De eerste profetie besluit met de mededeling:
Want een Kindje is ons geboren en een Zoon
is ons gegeven, en de heerschappij is op Zijn
schouder gelegd; en Zijn naam zal genoemd
worden: Wonderbare, Raadgever, God, Sterke,
Vader der toekomende eeuw, Vorst des Vredes.
Uit de tweede profetie:
En openbaren zal zich de heerlijkheid des He
ren, en aanschouwen zal het alle vlees; want de
mond des Heren heeft gesproken.
Uit de derde profetie:
Daarom zal mijn volk mijn naam leren kennen
te dien dage, dat Ik het ben, die spreekt: Zie,
hier ben Ik.
Er was voor Maria en Jozef geen plaats in de herberg.
Pater Emile Legault in gesprek over het stuk met de spelers van het
door hem geschreven spel. Op de voorgrond Maria en Jozef.
UIT HET BREVIER OP KERSTMIS
De herders kwamen en aanschouwden het kind met grote blijdschap.
hebben jullie gezien? j