DE WOLKENETERS
Avonturen
CORRESPONDENTIE
SAGEN UIT DE TIJD VAN FRODE FREDEGODS
SATERDAG 21 JANUARI 1961
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 9
VAN
door oom Toon
Zo ging dus lord Wolsey op een af
standje gevolgd door zijn huurling mee
naar de haven. Hij zocht een geschikt
punt uit, vanwaar hij alle gebeurlijk
heden van en naar de St. Laurent prach
tig kon bespieden zonder zelf in het oog
te lopen. Nog steeds lag de lege bark
naast het schip. Het scheen, dat de per
sonen, die ermee gekomen waren, vol
strekt geen haast hadden. De hele mor
gen ging heen, zonder dat er iets be
langrijks gebeurde. Alleen meende hij,
voorzover het op een afstand van enkele
honderden meters waarneembaar was,
te zien dat er koffers en kisten in het
vaartuigje geladen werden. Wat hij ech
ter verwachtte, gebeurde voorlopig niet.
Ongeduldig wachtend en af en toe
vloekend van teleurstelling en ergernis
zag de Engelsman uur na uur verstrij
ken. Wie weet, of hij niet tot donker toe
op de uitkijk zou staan en dan was al
zijn wachten vergeefs geweest.
Maar halvermiddag ontstond er op
eens meer beweging op het dek. Het
leek hem, of er aanstalten werden ge
maakt voor het vertrek van de Sain-
Laurent. „Wel allemachtig, daar gaan
ze me weer ontsnappen" siste hij tus
sen zijn tanden. „Maar we zullen ze
weer achtervolgen, waar ze ook gaan".
Nauwelijks echter had hij dit gesprek
je met zichzelf gehouden of hij zag, dat
er op het dek afscheidsgroeten gewis
seld werden, waarna twee personen de
ladder afdaalden naar de bark. Dankzij
zijn goede verrekijker zal Wolsye duide
lijk, dat het van Walden en de onaf
scheidelijke gehate Parijzenaar waren.
Zijn hart sprong op van vreugde: zij
vertrokken dus niet en maakten daar
door zijn wraakplannen makkelijker. Hij
zocht zijn beide helpers op, die elders
op de uitkijk hadden gestaan. Ik heb ze
gezien, het zijn de personen die ik zoek.
En nu is het jullie taak ze te volgen, als
het moet dag en nacht. Je zoekt uit, waar
ze heen gaan en ze wonen en zodra je
dat weet, komt één van jullie het mij
berichten.
Ik ga nu naar mijn kamers en hoop
daar spoedig te horen van jullie be
vindingen. Doe je best, verlies ze geen
moment uit het oog en als alles ditmaal
goed verloopt, zul je rijkelijk beloond
worden. Diep bogen de huurlingen voor
hun meester en mengden zich tussen de
menigte om hun opdracht uit te voeren.
Vergenoegd installeerde Wolsey zich
in zijn kamer, stak een welriekende si
gaar op en overwoog zijn plannen, die,
zo zwoer hij bij zichzelf, ditmaal niet
zouden mislukken.
Hij schoof een makkelijke stoel voor
het raam, van waaruit hij duidelijk de
Saint-Laurent kon zien liggen. Nu waren
de voorbereidingen voor een spoedige
afvaart onmiskenbaar. Het was een
voortdurend af- en aanlopen op het dek.
Oh, ging ze toch maar weg: hij vreesde
zo, dat van Walden en Bambo bij avond
of morgenvroeg toch zouden terugkeren
en mee vertrekken. Hij kon de gedachte
niet verdragen: ze maakte hem zo on
rustig, dat hij niet meer kon blijven
zitten. Om beter het oog op de drie
master te kunnen houden, ging hij weer
naar buiten bij het vallen van de sche
mering en zocht zyn oude uitkijkpost
weer op.
H?t werd donkerder en stiller aan de
haven. Het publiek, dat overdag bij
honderden het vertier van het laden en
lossen, van het komen en gaan had ga
degeslagen, had zich in de stad terug
getrokken om daar zijn vermaak te zoe
ken. Wolsey echter kon maar niet be
sluiten om zijn post te verlaten.
Het was omstreeks 10 uur in de avond,
dat hij meende het geplons van riemen
in het water te horen. Hij wendde zijn
blikken in de richting van het geluid en
zag in de weerschijn der havenlichten
een bark, die recht op de Saint-Laurent
scheen aan te sturen. „Vervloekt, daar
gaan ze, ze ontsnappen toch weer". Een
zucht van verlichting ontsnapte hem
echter, toen het bootje een andere rich
ting insloeg en aanlegde bij een vreemd
schip, dat ook voor anker lag. Voor
lopig gerustgesteld zoch hij haastig de
stad en zijn hotel weer op in de hoop,
dat zijn handlangers nu misschien spoe
dig met goede berichten zouden binnen
komen. Van de spanning en het verblijf
in de koele buitenlucht, viel hij al spoe
dig in een diepe slaap.
(Wordt vervolgd)
NIEUW RAADSEL
Haal uit elk der onderstaande zinnen
één woord. Die elf woorden vormen 'n
spreekwoord. De volgorde is goed. Welk
R A /Vf Ril is ^at spreekwoord?
Het schrijven gaat steeds beter.
Geef hem een aalmoes.
Zie je daar die grote vogel?
Ze daalden af in de put.
De poes loopt in de kamer.
Zij houdt kleine zus bij de hand.
Loop dan toch door.
Hij wint tien knikkers.
Zij lopen netjes in de maat.
Het boek ligt op de tafel.
De lucht is betrokken.
De oplossingen insturen aan: Tante
Jo en oom Toon, Krantentuin Leidse
Courant, Papengracht, Leiden. Er wordt
weer een mooi boek verloot.
Nog liggen er goede oplossingen van:
Gé Loos, Oude Wetering; Coble Hoppen
brouwer, Hazerswoude; Rina van Tol,
Ter Aar; Antoon van Santen, Stomp-
wijk; Truus Lenting, Nieuwkoop; Lia
Verbij, Alpheiv Tbeodoor v. d. Poel,
Leiden; Marian de Jong, Zoelerwoude;
Hennie Buis, Leiden, Chris Koek, Zoe-
terwouode; Ineke v. d. Klugt, R, Veen;
Joke v. Haastert, Zoetermeer; Lida
Zonneveld, Noordwyk; Eri Slof, Zeven
hoven; Willie v. Koert, Nieuwkoop;
Leontien v. d. Lans, Voorhouot; Tinie
Onderwater. Stompwijk; Huub Duiven
voorden, Voorhout; Roosje Blom,
Noordwykerhout; Henkie v. d. Ham,
Gelderswoude; Mar ja Detmers. Zoeter-
woude; Corrie v. d. Meer, Berkel; Bep
v. Rijrv Warmond; Lenie Kwakkenbos,
Alphen; Magda Vink, Noordwijk. Johan
de Jong, Leiderdorp: Jan Wijfje, Alphen;
Ida van Vliet, Den Haag; Rla v. Egmond,
Aarlanderveen.
Volgende week verder.
Maria Smit, Hazerswoude heeft een
verhaaltje gemaakt over:
DE GEVONDEN BEZEM
In een donker bos woonden twee ka
bouters. Ze woonden bij elkaar in een
grote paddestoel. Op een keer waren ze
het bos om hout te hakken, om een vuur
te maken. Opeens hoorden ze zacht ge
ritsel tussen de takken.
„Zeg Pam", zei Pim „wat zal dat
zijn?"
„O, dat is gewoon een vogel, die een
nest aan het bouwen is".
„Toch ben ik daar niet zo zeker van.
Ik zie een soort steel".
„Ja warempel het is een bezem. Wat
moet die bezem daar doen?"
„Misschien heeft iemand hem wel la
ten staan. Weet je wat? We nemen hem
mee naar ons huis".
„Ja, dat doen we", zei Pam en ze na
men de bezem mee.
Ze zetten de bezem in het halletje en
gingen toen naar bed want het was al
half 11.
Om 12 uur gebeurde er iets heel won
derlijks. De bezem ging op stap om een
kijkje te nemen in het huisje. Ze vond
er echter niets prettigs en bleef maar in
kamer staan.
Pim was de volgende morgen het eerst
w-akker, en wou het straatje gaan ve
gen met de bezem die ze in het bos ge
vonden hadden.
Hij ging naar het halletje maar de be
zem was weg. Wie zou de bezem weg
gehaald hebben? Hij ging zoeken in de
badkamer, in de keuken en eindelijk zag
hij de bezem in de kamer staan.
„Wie heeft jou in de kamer gezet?"
vroeg Pim.
Hij hoorde nu een fijn piepstemmetje
„Wie praatte daar?"
„Ik", zei de bezem.
„Kun jij dan praten? Van wie heb je
dat geleerd? Ben jij soms de bezem van
de heks?"
„Ja," zei de bezem, „en ik wil terug
naar de heks".
„Nou dat zal wel gaan. Ik zal Pam
even roepen".
„Pam! Pam!" kom eens gauw!"
Pam kwam aangelopen.
„Zeg Pam deze bezem kan praten en
lopen".
„Dat bestaat niet".
„Toch is het zo, het is de bezem van
de heks".
Pam luisterde verwonderd. „Hè, ik heb
honger".
Ze gingen eten en zouden dan de be
zem weg gaan brengen.
Toen ze klaar waren deden ze hun
jasjes aan en nemen de bezem tussen
zich in.
„Ik kan zelf wel lopen", zei de bezem.
„Goed, maar in de buurt blijven hoor"
„Ja, dat zal ik doen".
Daar zagen ze, op het eind van de
laan, een huisje staan.
„Dat is het huisje van de heks", zei de
bezem en „floep" weg was hij.
De kabouters gingen weer naar huis.
Daar komt Rosa van Brenkelen met
NAAR HET CIRCUS
Op een mooie zonnige dag zei raljn
vader: „Wie heeft zin om vanmiddag
naar het circus te gaan?"
Wij schreeuwen en dansten door de
kamer en riepen: „Hoera! ik! ik!"
Een dag tevoren was het circus in de
stad gekomen en iedereen zei, dat het
een mooi circus was. We hielpen moeder
allemaal een beetje, want ze heeft het
altijd zo druk en toen stonden we in een
wip klaar. We woonden niet zo ver van
het circus, want toen we een paar stra
ten gelopen hadden, zagen we de tent
al staan.
Het was een heel grote tent. Er voor
stond een man in uniform met een mooie
pet op. Hij verkocht de kaartjes. Vader
kocht de kaartjes en we stapten de tent
binnen. We waren vroeg en kregen een
plaats vooraan. Het duurde wel even
eer de tent vol' was.
Daar kwam de directeur. Hij zei:
„Hooggeacht publiek. Vandaag zal voor
u optreden het koorddanser esje Ma-
riska. Zij zal u haar kunsten vertonen.
De clown met het fonteintje op zijn
hoed is er ook. De leeuwen en de tij
gers treden natuurlijk ook op en tot slot
komen de hondjes hun kunstjes laten
zien. Ik wens u allen veel plezier!"
Daar danste Mariska al binnen. Ieder
een klapte. Het koord hing er al. Het
danseresje maakte voor het publiek een
diepe buiging en klom het tTapje op. Ze
pakte de paraplu, stapte op het koord
en liep naar de overkant De mensen
juichten en klapten toen ze, weer op de
grond, een buiging maakte.
Het volgend nummer begon. Daar
kwam de clown aan. Hij maakte gekke
sprongen en duikelingen. HU had een
groene hoed op en op die hoed zat een
ijzeren fonteintje. Als de clown zyn
handen in de zak stak, begon het fon
teintje te spuiten. Iedereen lachte maar
de clown zetten een gezicht of hU ner
gens van wist. Hij stak zUn handen om
hoog en het water liep in zUn mouwen.
Bij ons in de buurt zat een klein oud
vrouwtje te brullen van het lachen. Met
haar schore stem riep ze maar: „O wat
nat!" Iedereen keek naar haar.
De clown kreeg het warm, daarom
deed hü zijn jasje uit, maardaar
kwam weer een jas te voorschijn en toen
weer een en zo ging het wel vijf maal.
Toen deed hij zijn overhemd uit en toen
weer een, zo ging het drie keer. Met een
buiging ging hy weg terwijl alle men
sen klapten.
Nu was het de beurt van de wilde
dieren. Leeuwen en tygers kwamen naar
binnen met de directeur er achteraan.
Een grote ton werd neergezet. De di
recteur knalde met de zweep en de
dieren liepen achter elkaar in het rond.
Hij knalde twee maal met de zweep en
één van de tijgers ging op de ton staan
met de achterpoten omhoog. Dat deden
ze allemaal om de beurt De ton werd
weggehaald en de dieren liepen netjes
achter elkaar de tent weer uit Nu wa
ren de hondjes aan de beurt. Daar kwa
men ze al aan gehuppeld. Ze hadden
rode pakjes aan met zilveren knopen.
Dat stond zo leuk, allemaal hetzelfde ge
kleed. Ze gingen bokje springen en ook
touwtje springen. Tot slot reden ze op
rolschaatsen. Jammer dat het was afge
lopen. Wat was dat een fyne middag.
Joke Warnan, Leiden heeft ook iets
gemaakt.
EEN ONTDEKKING
Framk en Johan waren dikke vrienden.
Het was woensdagmiddag en ze zouden
in de tuin bU Johan gaan spelen. By het
huis van Johan was een grote tuin met
een vyver en in die vyver lag een
eilandje. Ze zouden daar de middag
doorbrengen en op het eilandje op ver
kenning gaan. Meteen na het eten waren
ze in het kleine roeibootje gestapt en
zo roeiden ze naar het eilandje. Johan
ging de ene kant uit en Frank de andere
kant. Om drie uur zouden ze weer bU
elkaar komen. De torenklok sloeg drie
uur en daar kwamen ze al aan.
Eerst begon Johan te vertellen: „Ik
kroop langs allerlei struiken met mooie
bloemen er aan, de prachtigste bloemen"
Frank vertelde: „Ik heb ook heel mooie
planten gezien, maar ook dieren. Zo zag
ik b.v. een eekhoorntje. En weet je wat
ik ook zageen konijntje en dat
konijntje zat met een strik vast. Ik pro
beerde om het los te maken, maar het
lukte me niet en nu kom ik jouw vra
gen om me te helpen".
„Ik ga mee", zei Johan. Samen kwa
men ze bU bet angstige diertje en met
z'n tweeën lukte het om het er uit te
halen. Zijn pootje was gewond. Voor
zichtig namen ze het konyntje mee naar
huis en verbonden zijn pootje. Na een
paar weken was hy weer genezen en ze
brachten hem weer naar het bos.
Dag allemaal.
TANTE JO EN OOM TOON
HET KNUTSELHOEKJE
EEN IJSROLLER
Julie zien, dat ik met alle geweld ijs
wil hebben en dat zal ook wel jullie
verlangen zyn.
In Amerika vermaken vele kinderen
zich op de „gladde vloer" met ijsroilen,
makkelijker dan schaatsen, maar ook 'n
leuke sport.. De „Usroller" waarmee
deze sport beoefend wordt, kun je (of
je vader of grote broer) makkeluk zelf
in elkaar knutselen, als je een beetje
handig bent.
Je hebt nodig een stevig stukje plank,
ongeveer m. lang en 15 cm. breed.
Daaronder schroef je een oude schaats
vast. Vóór in de plank boor je een gat
en bevestig daarin, liefst iets schuin,
een stok of een stang met in de top een
dwarshout, als handvat of stuur. Je hebt
dus maar één schaats nodig en kunt
even goed een behoorlyke snelheid ont
wikkelen. Je kunt met je stuur natuur-
lUk je richting niet veranderen, zoals
met een step. Dat kun je alleen maar
door de afzet van je vrije been. „Ver
anderingen van spijs doet eten" zegt het
spreekwoord. Dat wil hier zeggen, dat
iets nieuws er meestal graag ingaat. Ik
ben benieuwd, of dat voor jullie ook
geldt.
Maak je „Usroller" maar al vast klaar,
dan zal ik intussen voor ijs „duimen!"
fig. a.
Een paar jaar geleden zag ik 4 kin
deren die zeker nog niet konden
schaatsen of geen schaatsen hadden, op
het Us een aardig spelletje doen.
Ze hadden op het Us op een paar me
ter afstand twee lUnen ingekrast. Dat
waren de doellijnen. Achter elke Ujn
hadden twee kinderen zich opgesteld
met vóór zich een blokje hout, voor elk
precier hetzelfde. In de hand had ieder
een stukje van een dikke plank, waarin
in schuine richting een rond stokje van
rt 15 cm. lang als handvat was aange
bracht. Het gat was er in geboord en
vervolgens was 't handvat met houtlUm
erin vastgezet. En nu het spel!
De 2 kinderen achter elke lyn stelden
2 partijen voor. Het instrument, dat ze
in de hand hielden, zullen we voor het
gemak „ijsplak" noemen. Nu is de be
doeling, dat ieder om beurten met zyn
ysplak probeert het blokje van de tegen
over hem staande speler over de doel-
lUn te s<fhuiven. HU moet dus zUn ijs-
plak met de hand aan het steeltje tegen
het blokje van zUn tegenstander trach
ten te schuiven, zodat dit over de doel
lijn gaat Telkens als dit lukt, betekent
dit een punt voor één der partyen. Nu
kun je zelf b.v. bepalen, dat na 10 .-un-
ten een spel uit is en dan maar een
tweede beginnen! Probeer het eens! De
ijsplakken verwisselen natuuriyk telkens
van speler, zodat die dus niet na elke
„schuif" aan de eigenaar behoeft te wor
den teruggeschoven.
HANS, MOLK EN DE SNEEUWPOP
De jongen ooven heet Hans, links
onderaan staat Mouk. Beider, bewe
ren, dat zij de sneeuwpop in het
midden hebben gemaakt. Wie kan
zeggen, wie van de twee de sneeuw
pop gemaakt heeft? (Oplossing el
ders).
IDEE VAN PTT-MONTEUR
BELOOND
De waarnemend directeur van het
telefoondistrict Rotterdam, ir. M. F.
van Rooyen, heeft gistermiddag de
hoogste beloning uitgereikt, die tot
dusverre door de centrale ideeënbus
van de PTT werd toegekend, 'n be
drag van 750 gulden. De gelukkige
was de monteur le klasse J. Scho-
rel. Zyn idee betreft een wyziging
in de codering van de sorteermachi-
nes, die een vereenvoudiging bete
kent by het gereedmaken van de te
bestellen post.
Aetherklanken
ZONDAG 22 JANUARI 1961
HILVERSUM I, 402 m.
8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VA
RA. 18.30 VPRO. 19.00 IKOR. 20.00-
24.00 AVRO.
8.00 Nws. 8.18 Voor het platteland,
lezing. 8.30 Gevar. progr. 9.45 Gees-
telyk leven, toespr. 10.00 Gram. 10-35
Week der gekleurde volken, lezing.
Vóór de strUd met Greps broers zei
Erik: „We zijn niet gewend te land te
vechten, daarom 2ullen we elkaar op het
ijs bekampen". De broers van Grep
«temden daarin toemaar dat hadden
ze beter niet kunnen doen, want ze gle
den telkens uit op het gladde Us. Erik,
Roller en hun mannen droegen echte
ysschoenen en stonden daardoor veel
vaster op hun benen. Door dit voorval
jttegen zij echter nog meer vUanden aan
het Deense hof. Zelfs koning Frode
vond, dat die vreemde kerell zich wel
wat al te overmoedig gedroegen. Op een
•vond. dat beide partijen rustig zaten te
praten in de hal van het paleis, wierp
de vorst plotseling zyn dolk naar Erik.
Maar deze was, als steeds, op zyn hoede;
hy week opzU uit en de dolk drong met
de punt in de muur. ,Dat is geen mooie
manier om zUn gasten geschenken aan
te bieden" zei Erik terwyl het het wa
pen uit de muur trok. „En bovendien
geeft men geen dolk ten geschenke zon
der de schede erbU te voegen".
Om zich niet te laten kennen, moest
de koning, teneinde zUn boze opeet te
verbloemen, aan Erik ook de dolk
schede ten geschenke aanbieden.
Maar de bedoeling om hem op één of
andere wyze te doden, bleef bU hem
vaststaan. Eriks bruid, die de vorst
maar al te goed kende, raadde daarom
haar echtgenoot om bytyde de vlucht
te nemen.
Erik besloot haar raad op te volgen.
Maar alvorens hU hiertoe overging,
boorde hU eerst tal van gaten ln de
koninklijke schepen. Dat was zeer slim
van hem bedacht, want nauweiyks wa
ren zij weggevaren, of de koning zette
met zUn vloot de Noorse vluchtelingen
achterna. Maar al heel spoedig was zo
veel water door de gaten naar binnen
gedrongen dat de schepen begonnen te
zinken. De koning zelf kwam in het wa
ter terecht en zou door zUn zware uit
rusting zeker in de diepte verdwenen
zUn als Erik zyn schepen niet had doen
keren om Frode ter hulp te komen. Net
op het nippertje wist men hem nog te
grUpen en te redden.
10.50 Volksmuz. en -poëzie. 11.30
Amus.muz. 12.00 Lichte muz. (als in
termezzo: Sportspiegel). 13.00 Nws.
13.07 De toestand in de wereld, le
zing. 13.17 Meded. en gram. 13.25
Knipperlicht. 14.00 Kunstkritieken.
14.40 In Terra Pax, oratorium. 15.35
Gitaarmuz. 16.00 Lichte muz. 16.30
Sportjourn. 18.30 Doopsgez. kerkd.
19.00 V. d. jeugd. 19.30 De open deur,
lezing. 20.00 Nws. 20.05 Lichte muz.
20.35 'n Odyssee met z'n twee hoor
spel. 21.15 Gram. 21.30 Lichte muz.
22 00 Gram. 22.30 Nws. en meded.
22.45 Journ. 23.00 Zang en piano.
23.15 Sportuitsl. 23.20 New York cal
ling, 23.25 Gram. 23.55-24.00 Nws.
HILVERSUM n, 298 m.
8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 CON
VENT VAN KERKEN. 11.30 NCRV.
12.15 KRO. 17.00 IKOR. 19.00 NCRV.
19.45-24.00 KRO.
8.00 Nws. 8.15 Gram. 8.25 Hoog
mis. 9.30 Nws. en waterst. 9 45
Schriftlezing en overdenking. 10.00
Gereformeerde kerkd. 11.30 Gram.
11.45 Gewyde muz. 12.15 Buitenl.
comm. 12.25 Gram. 12.40 Lichte muz.
13.00 Nws. 13.05 De hand aan de
ploeg, lezing. 13.10 De Wadders,
hoorsp. 13.30 Volksmuz. 13.50 Boek-
bespr. 14.00 V. d. kind. 14.30 Piano
trio. 15.00 Boekbespr. 15.15 Koor
zang. 15.30 Muzikale lezing. 16.00
Sport. 16.30 Godsd.uitz. 17.00 Jeugd
dienst. 18.00 Het gelaüen schip. 18.30
De kerk aan het werk, gesprekken.
18.40 Documentair progr. 19.00 Nws.
uit de kerken. 19.05 Gram. 19 30 Weg
en werk der kerkhervormers, lezing.
19 45 Nws. 20.00 Lichte muz. 20.30
Act. 20.35 Promenade-ork. en sol.
21.30 Het glazen dorp, hoorsp. 22.25
Boekbespr. 22.30 Nws. 22 40 Avond
college. 23.00 Avondgebed. 23.15
Gram. 23.55-24.00 Nws.
TELEVISIEPROGRAMMA'S
Eurovisie: Ski-reportage uit Kitzbü-
hel. KOR: 17.45-18-45 Eurovisie:
Kerkd. te Genève. NCRV: 20.00 Na
tuurfilm. 20.45 Amus.muz. 21.05 Een
stem en een schaduw, documentair
progr. 21.50 Dagsluiting.
VATIKAANSE RADIO (196 m.)
22.15 Heiligen leven er ook in on
ze dagen.
RKK: 10.50 Documentaire film.
(Wordt vervolgd) 11.00 Heilige mis. NTS: 13.00-14.30
MAANDAG 23 JANUARI 1961
HILVERSUM I, 402 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20-24.00
VARA.
7.00 Nws. 7.10 Gym. 7.23 Gram.
8.00 Nws Daarna: Orgelspel. 8.35
Gram. 9.00 Gym. v. d. vrouw. 910
Gram. 10.00 Morgenwijding. 10.20
Gram. 11.15 Vocdr. 11.35 Pianoreci
tal. 12.00 Lichte muz. 12.30 Land-en
tuinb.meded. 12.33 Voor het platte
land, praatje. 12.38 Kamermuz. 13.00
Nws. 13.15 Voor de middenstand, le
zing. 13.20 Pianoduo. 13.45 Wikken
en wegen, lezing. 14.00 Kamermuz.
14.25 Van ander ras, hoorsp. 15.45
Zestig minuten voor boven de zes
tig. 16.45 Oude liedjes. 17.00 Ham
mondorgelspel. 17.25 Lichte muz.
17.50 Milit. comm. 18.00 Nws. en
comm. 18.20 Lichte muz. 18.50 Act.
19.00 Pari. overz. 19.15 Regerings-
uitz-: Tom Lodewyk. hoofd afdeling
publiciteit van de stichting bevorde
ring bescherming bevolking spreekt
onder het motto Uzelf gaf ons op
dracht. 19.30 De dag is nog niet rijp,
klankb. 20.20 Nws. 20.25 De slag
boom, operette. 21.55 Act. progr. 22.30
Nws. 22.40 Gram. 23.20 Lichte muz.
23.45 Jazzmuz. 23.55-24.00 Nws.
HILVERSUM n, 298 m.
7.00-24.00 NCRV.
7.00 Nws. en SOS-ber. 7.10 Gram.
7.30 Schriflezing en overdenking. 7 40
GewUde muz. 8.00 Nws. 8.15 Radio
krant. 8.35 Gram. 3.00 V. d. zieken.
9.35 Gram. 9.40 V. d. vrouw. 1010
Gram. 10.15 Rondom het Woord, le
zingen. 11.00 Bas-bariton en piano.
11.30 Vyf tegen één, wedstr. 12.05
Gram. 12.25 Voor boer en tuinder.
12.30 Land- en tuinb.meded. 12.33
Lichte muz. 12.53 Gram. of act. 13.00
Nws. 13.15 Lichte muz. 13.45 Gram.
14.05 Schoolradio. 14.30 Gevar. pro
gramma. 15.30 Gram. 1600 BUbel-
overdenking. 16.30 Cello, klarinet en
piano. 17.00 V. d. kleuters. 17.15 V.d.
jeugd. 17.30 Gram. 17.40 Beursber.
17.45 Regeringsuitz-: Liederen uit
Biak, door dr. G. D. v. Wengen. 18.00
Orgelspel. 18.30 Gram. 18.50 Open
baar kunstbezit. :9.00 Nws. en weer-
ber. 19.10 Op de man af, praatje. 19.15
Gram. 1930 Radiokrant. 19.50 Meis
jeskoor. 20.10 De koperen helm, hoor
spel. 21.05 Gram. 21.20 Pianorecital.
22.00 Parlementair comm. 22.15
Gram. 22.30 Nws. 22.40 Avondover
denking. 22.55 Boekbespr. 23.05 Mu
zikale lezing. 23.35 Gram. 23.55-24.00
Nws.
TELEVISIEPROGRAMMA'S
NTS: 20.00 Journ. en weeroverz.
KRO: 20.20 Don Pasquale, opera
(Overname v.d. Oostenrijkse TV).
21.50 Documentaire film. 22.00 Epi
loog.
GRAMMOFOONPLATENPROGR.
DRAADOMROEP
(Over de 4e lyn)
Van 18-20 uur: I. Johannes Brahms:
1. Rhapsodie voor alt, mannenkoor
en orkest op. 53; 2. Variaties voor
orkest over een thema van Joseph
Haydn op. 56a; 3. Symphonie nr. 4 in
e kl. t. op. 98. H. Gustav Mahler: 1.
..Kindertotenlieder"; 2. Drie Rückert
liederen.
VATIKAANSE RADIO (196 m.)
22.15 Het „Kerkhuis" meer be
woonbaar maken.