In de Krantentuin weekelykse cponycke DE WOLKENETERS 1 2 3 4 5 6 7 9 10 11 12 13 14 15 WITTE KRUIS Avonturen BAMBO CORRESPONDENTIE HET KNUTSELHOEKJE A.nateurraket ontplofte „Mogen zij allen één zijn" )6 SAGEN UIT DE TIJD VAN FRODE FRËDEGODS ZATERDAG 7 JANUARI 1961 HE LEIDSE COURANT PAGINA 9 DE echte PIJNSTILLER Een maand gaat snel voorbij! Neem de angst voor nare dagen weg door Witte Kruis in huis te nemen. tabletten, poeders of cachets. (Advertentie) VAN rfoor oom Toon Nadat de beide boeven en vervolgens ook de tolk weer aan wal gebracht wa ren en al het scheepsvolk teruggekeerd was op de Saint-Laurent, werden op nieuw de ankers gelicht. De rede van Yedo werd voorgoed verlaten en het schip zette koers naar Australië. De reis naar dit werelddeel moest echter nog onderbroken worden voor zakelijke aangelegenheden. Zo moest men allereerst koers zetten naar de Phi- lippijnen en wel naar de hoofdstad Ma nilla. De zee was kalm en de vaart voor spoedig en na een paar weken klonk uit de uitkijkpost de roep: „Land". Men zag uit de nevelen de bergen van Lucon op rijzen, het eiland waarop de grote stad gelegen is. Men voer het eilandje Cor- regidor voorbij, dat de inham van Ma nilla in twee helften verdeelt. Even la ter kwam er een loodsboot langszij, die een loods aan boord bracht, die het schip in de mond van de brede rivier bracht, waar het voor anker ging. Pas de vol gende morgen mocht men het schip ver laten, omdat er eerst de nodige haven voorschriften moesten vervuld worden. Die avond l#~d mijnheer van Walden een ernstig gesprek met Elsa en Bambo. Hij veronderstelde, dat die twee jonge mensen wel zoveel van elkaar hielden, dat ze heel graag wel zouden willen trouwen op zijn vraag aan beiden, of dit zo was, kreeg hij natuurlijk ten ant woord, dat zij niets liever zouden wil len. .Welnu" zei de Hollander ,ik wil jul lie zo graag gelukkig zien. Jullie zijn beiden katholiek en we zijn hier in een katholiek land, dus is hier alle gelegen heid om voor de Kerk te trouwen. Als jullie het goed vinden, beschouwen jullie je nu maar alvast als verloofden en dan zullen we zo gauw mogelijk maatregelen nemen voor jullie huwe lijk"."' Het is te begrijpen met welk een vreugde en dankbaarheid de beide jonge mensen de woorden van de goede man begroetten. De volgende dag ging van Walden op bezoek bij een goede zakenvriend, die evenals hij een Hollander was. Hij woonde in een leuk dorpje in de nabij heid van de hoofdstad. Door zUn be middeling gelukte het aan van Walden om een mooi villaatje te huren, dat uit zag op de haven van Manilla. In de korst mogelijke tijd wist hij een Europese kok, een koetsier te huren als mede een inlands rijtuig. Op verzoek van zijn Hollandse vriend vertrokken zij daarna naar het plaatsje, waar deze woonde. Terwijl hun eigen huis in orde gemaakt werd, zouden zij van de gast vrijheid van die vriend, Jansen heette hij, gebruik mogen maken. Zij werden buitengewoon hartelijk ontvangen in de fraaie, grote woning van hun gastheer. Daarbij was het een heel mooi stadje, waar allerlei beziens waardigheden vielen te bewonderen. De gastheer en zijn vrouw sloofden zich letterlijk uit om hun verblijf zo aangenaam mogelijk te maken. Marian Frankhuizen, Leiden. Je ver haaltje bewaar is tot het volgend jaar. Ik vind het echt aardig. De oplossing van het raadsel was in orde. Rita Wilteman, Sassenheim. Vandaag komt jouw verhaaltje in de krant Rita, dan kan je dat ook aan je kleine broer tjes voorlezen. Je knipt het zeker uit om te bewaren in je poëzie-album. Doen hoor, dat is zo leuk voor later. Of mis schien heb je wel een plakboek, daar gaat van alles in. VAKANTIE Toen wij vakantie hadden had papa een huisje gehuurd in Harderwijk en daar ging ik met mama en mijn twee broertjes Ronny en Jos naar toe. Het huisje stond midden in het bos. Het was daar toch zo leuk en we hadden zo'n mooi weer. Onze buren met de baby waren er ook bij. We gingen dikwyls met de auto tochtjes maken want in Harderwijk is een groot strandbad en een hele grote speeltuin. O, wat was het daar fijn! De glijbaan was heel hoog maar het meest speelden wij in de bos sen. We gingen ook vaak met papa en de buurman heel ver wandelen, dan pasten mama en de buurvrouw op de baby, want die moest nog veel slapen. Als het mooi weer was. mochten we buiten eten. 's Avonds gingen we doodmoe naar bed. Wat was de vakantie vlug om. Ik hoop maar dat we het vologend jaar weer gaan. Toos v. d. Star, Bodegraven vertelt ons een triest verhaal over: HET NOODWEER In het dorpje „Klavervier" heerste noodweer. Het regende en regende dat 't niet mooi meer was. Een stormen dat het deed! Verschrikkelijk gewoon. Tel kens schoot er een bliksemstraal door de lucht met gelijk er na 'n harde don derslag. De huizen stonden te beven en hier en daar rolde een dakpan van het dak. Alle mensen lagen te rillen van a..gst onder de dekens, want het was nacht. Sommige kinderen, die bang waren, la gen te huilen. Sommige gezinnen waren opgestaan en zaten met angstige gezich ten om de kachel. Opeens hoorde men een ruiter te paard het marktplein opgaan. Het was een om roeper. Met een harde stem kwam hij de mensen waarschuwen dat er een dijk was doorgebroken en dat het water met kracht het dorp binnenstroomde. Ineens hadden alle mensen haast. Ieder wilde een heleboel meenemen en dan vliegensvlug verdwijnen, maar eer ze alles ingepakt hadden stond het wa ter al een >/t meter hoog in de kamers. Kleine kinderen vielen en verdronken. Vrouwen gilden, kinderen huilden en de mannen moesten troosten. Af en toe kwamen bootjes met behulpzame man nen om te redden wat er te redden viel. Helicopters vlogen over om zieke- en oude mensen te redden. Er waren ook mensen die verdronken terwijl ze sliepen. Mensen dreven op vlotten en werden opgepikt door red dingsboten. 's Avonds was het doden cijfer gestegen tot 67. Vele mensen ston den te huilen om wat ze verloren had den. Alles, maar dan ook alles ging verlo ren zoals huisdieren, vee, meubels, auto's enz. Wat ze hadden kunnen redden was niet veel. Het water steeg tot IV» meter. De mensen die probeerden nog door het water te vluchten, werden door de kol kende golven omver gestoten en ze ver dronken. De reddingsploeg had de han den vol. Het Rode Kruis hielp ook mee. Na 3 dagen begon het water iets te zakken. He dodencijfer was gestegen tot 96 en er moesten er nog velen onder de puinhopen van de ingestorte huizen lig gen. Toen het water voldoende gezakt was, kwamen de mensen terug om hun eigen woning op te ruimen, maar het was be droevend wat er van hun spulletjes was overgebleven. In heel het land werden inzamelingen gehouden om de mensen te helpen. Vee! kinderen stonden wat van hun speelgoed af, want de kinderen uit het overstroomde land, hadden alles verlo ren. Het zou nog lang duren eer alles was opgebouwd. Leo van Klink, R' Veen. Ook jouw verhaaltje bewaar is tot het volgend jaar. Jammer ook, dat je zo laat was. Gerrie Schouten, R' Veen. Kijk maar eens naar het vorige briefje en dan voortaan wat eerder insturen. Je teke ning er bij was heel aardig. Marianne van Remundt, Leiden. Je moet het volgend jaar maar eens in de krantentuin neuzen, dan vindt je in de Sinterklaastijd vast je verhaaltje. Ik be waar het tot zo lang. Bep Rietveld, Hacerwoude. Kijk ook maar eens naar het vorige briefje. Dag Bep! Tonnie Koot, Warmond en Ida v. d. Veer R'Veen moeten echt nog een jaartje ge duld hebben met de Sinterklaasver haaltjes. Martie Menken, Uden College van 't H. Kruis. Wanneer je opstelletje in de krant staat, ben je misschien al weer vertrokken naar Uden. Maar ik wed, dat moeder het wel opstuurt. Wat fijn Martie. dat het met de studie zo goed gaat. Blijf maar goed je best doen. Horen we af en toe nog eens wat van je? NAAR HET COLLEGE Tjuk-ke-tjuk! Tjuk-ke-tjuk! Er komt een trein het station inrij den. Uit deze trein stappen een paar jongens. De stationschef, die langs de trein loopt, roept: „Den Bosch! Den Bosch!". Soms hoor je: „Koffie! wie nog koffie?" De jongens gaan over het eerste per ron heen en geven bij de uitgang hun kaartjes af. Even later staan ze buiten. Ze rennen met hun koffers naar een bus, die de Kruisheren afgehuurd heb ben. Een paar jongens staan er bij om de jongens te ontvangen. De Jongens stap pen alvast in en wachten tot ze allemaal in de bus zijn, dan rijden ze naar het college. Op het college aangekomen, worden ze door de paters begroet. Met de koffers in de hand gaan ze naar hun kamertje. Daar pakken ze alles uit, leggen het net- jes in de kast en gaan weer naar bene den. In de speelzaal is het een geroeze moes van je welste. Iedereen vertelt honderd uit over de afgelopen vakantie. Ze brengen de avond door op de speel plaats of in de speelzaal. Die dag nog geen studie. Daarna gaan zij naar bed. Ze slapen gauw vanwege de drukke dag en met het vooruitzicht van de vol gende dag. Dan begint weer het gewo ne leventje van: bidden, studeren, eten, slapen en spelen en dat is ook weer fijn. Het kan nu eenmaal niet altijd vakantie zijn. Ria Humme, Rietje Weeling en Tonny Berendsen, Leiden. Wie van de drie heeft de briefkaart geschreven? Ik denk van Ria. die het mooi boek gewonnen heeft. Jullie hebben toch zeker ook met de kerstpuzzle meegedaan? Dag kinders. Ria Meiman. Llsse, Toos van Hame ren, R'Veen. Hans en Rennie Kempen, Aarlanderveen. André en Gerda Floor, Voorhout, Willie Olyhoek, Stompwijk, allemaal bedankt voor de aardige ver haaltjes en keurige tekeningen, ik stop ze in mjjn la en in december komen ze weer te voorschijn. Hebben jullie tot zo lang geduld? Jullie krijgen dan het eerst een beurt. Nog liggen er goede oplossingen van: Adrie Iloosrenboom, R'Veen. Greta van Egmond. Aarlanderveen. Ria van Eg- mond, Aarlanderveen, Marijke van der Werf. Alphen, Annemarieke de Wilde, R' Veen, Annie en Riet Hoogeboom, Aarlanderveen, Dick v. d. Meer, Lei- mniden, Adrie Lelieveld, Nieuwveen. Rosa van Breukelen. Leiden heeft een verhaaltje gemaakt over: NAAR DE DIERENTUIN Ik mocht met mijn zusjes naar de die rentuin. We zouden met de bus gaan. Het was al laat, dus moesten we vlug op schieten. Net stonden we bij de halte of daar kwam de bus al aan. „Instappen!" riep de chauffeur en wij gingen vlug achter elkaar er in. Onderweg zagen we mooie dingen, ook een heel veld vol mooie bloemen. Eindelijk waren we er. Mijn oudste zusje kocht de kaartjes en toen mochten we er in. We gingen eerst naar de apen. Kijk eens wat een leuke beesten zijn dat! „Ze zijn tikkertje aan het doen", riep mijn zusje. We bleven een hele poos staan kijken. Daar kwam opeens een olifant met zijn oppasser, aangestapt. We wilden weg lopen maar de oppasser zei dat we niet bang hoefden te zijn. Het was een tamme. „Moet je er even opzitten?" vroeg hij. Nou dat wilden we natuurlijk heel graag en hij tilde ons er op. Ieder op de beurt. De olifant moest lopen. O, wat een hoog te! Je voelde zo zijn poten heen en weer gaan. Toen we alle drie een beurt gehad hadden gingen we naar Jumbo, het jongste beestje. „Ha, ha ha! Hij heeft een broekje en een jasje aan!" lachten we. Een jongen hield hem aan de kettinig. Toen Jumbo ons zag staan, kwam hij naar ons toe. Ik denk dat hij honger had, maar jammer genoeg hadden we niets bij ons. Daar kwam de jongen al aan met een zuigfles en toen kon hij zyn buikje vol drinken. Ria Menken, Leiden. DAT KWAM ER VAN Op een dag zei moeder tegen Liesje: „Liesje ga jij even voor me naar de krui denier?" „Hè bah, ik ben net zo fijn aan het spelen" en ze speelde door. „Doe je het nog?" vroeg moeder weer. „Ik zal maar gaan", zei ze zuchtend. „Het hoeft al niet meer", zei moeder en ging zelf de deur uit. Dat vond Liesje ook weer niet leuk en ging moeder achterna. Maar ze keek niet uit Juist kwam er een vrachtwagen aan en zij werd aange reden. Een vriendinnetje die het zag gebeuren riep om hulp. Een hele boel mensen stonden er gauw omheen. De ziekenauto kwam en een kwartierje la ter lag Liesje in het ziekenhuis met een gebroken been en een gebroken arm. Ge lukkig kwam alles nog goed. Ze kon haar been en armen weer gebruiken en dat was het voornaamste. Dit was voor haar een goede les om niet meer zo on gehoorzaam te zijn. Trudie Damen, Leiden. EEN ONGELUK Kleine Mies was jarig en ze mocht op lollies trakteren: niet zo maar van die lollies van 2 centen, nee hoor, het waren die van 5 centen. Behalve de kinderen uit de klas ging ze ook naar Ellen, die was pas 5 en zat op de kleuterschool. Dat vond Ellen natuurlijk ook leuk en daar kreeg ze van de juffrouw een mooi plaatje van Maria met het kindje Jezus. Ook ging Mies naar Riet, die zat in een hoge klas. Daar was zo'n vrolijke mijn heer, die zei altijd: „Hallo, kleine jonge dame", en daar kreeg ze ook een plaat je en een paar snoepjes. O, het was een heerlijke ochtend. Ze was zó druk, dat ze op straat bijna een lantaarnpaal om ver liep. Ze hoorde ook niet: „toet-toet" en daar werd ze aangereden. Gelukkig was het niet zo erg, maar toch moest ze twee weken naar het ziekenhuis. Zo was haar verjaardag gauw voorbij en kon den de vriendinnetjes niet komen spe len. O ja, ik vergat nog te zeggen, dat ze een mooie mama-pop had gekregen en van haar peetoom een rijksdaalder. Met de verhaaltjes gaan we volgende week weer verder. We hopen dan ook klaar te zijn met de uitslag van de kerst puzzle. Dag allemaal. TANTE JO EN OOM~TOON Eén weeck is t' nieuwe jaer al aen de gangh, nogh bynae niet gewend aen't nieuwe jaertal is er de rest van 't jaer nogh veele daeghen langh en ick begin met moed weer aen een nieuwe reex van weeck'lyckse cronycken. Als er maer wat geschiedt want ander geeft myn cronyqueeren niet en wordt het alle weecken koeckoeck-Eénsangh. Ons SASSENHEIM kreegh weer een burghermeester ons lief De SILCK kreeg een nieuwe pastoor ook NOORDWIJCK, waer een deecken heenen gingh. in LEYDEN werd heer Van der Walle onderscheyden en in DE KAEGH gingh d'eerste vleughelboot er snel vandoor. Mejoffer Hermie Kruis bouwt er haer eyghen sender en is (in LEYDEN) vrouwelyck aetherpionier. En dit (Uw eyghen lyffblad) presteerde het een luchtballon te laeten landen op syn kop dat schynt te kunnen, maer daeroover geen gemier. En voor de rest wasset maer heel ergh maetigh wat er gebeurde in stad en streeck. Oover het kaebinet behoef ick niet te schryvea hoewel het nieuwe oock het oude bleeck. Wat oud bleef wasset weêr, dat bleef maer steeds hetselfde Natte sneeuw en reeghen en vuyle koude wind. De craeghen hoogh, gedoocken m de dassen (het sonnetjen was ons maer slecht gesind) liepen wy mistroostigh door de natte straeten of keecken door een natbeslaeghen ruyt. En hiermee maeck ick dan dees'eerst'cronyck maer uyt. WILLEM VAN HORSTENDAEL rxoooooooooocoooooooo KLINGEL-KLOKJE DE DANS OP DE FLES ontsnapt, waarna het muntstuk weer neervalt. Daar de fles steeds warmer wordt, krijgt de lucht een steeds hogere temperatuur en dus ook een hogere spannning zodat het verschijnsel zich he viger en sneller herhaalt. LEUK VOOR EEN VERJAARDAG Karin weet altyds wat leuks te ver zinnen op haar verjaardag. Verleden Het luidt en klingelt zodra je de hand beweegt als je aan de manchetkno pen van je blouse (of sporthemd) speel tuig belletje bevestigt. Al het „schattige" is tegenwoordig modern en toch in dit geval goedkoop, als men in een speel goedwinkel vier heel kleine belletjes gaat halen. Bindt ze twee aan twee met stevig draad zó aan elkaar, dat ze een tussenruimte van ongeveer 1 cm. heb ben. Maak ze aan de manchetknopen vast en je kunt dansen op de wijze, zo als de Spanjaarden het doen met hun castignetten. EEN PUZZELTJE Jongen gewond Met ernstige verwondingen aan het been moest een 15-jarige hbs-er uit Hengelo gisteren naar het zieken huis vervoerd worden, toen een ra ket, die hij gefabriceerd had uit el kaar spatte. Met twee vrienden was Jan Men- sing naar een terrein aan de Achil- lesstraat gegaan om zijn raket af te vuren. De raket bestond uit een buis met explosieven. Toen Jan Mensink de lont aanstak, spatte de raket met een geweldige knal uit elkaar. Intentie Stille Omgang 1961: De zondagen van de Stille omgang 1961 zijn bepaald op 5 maart, 12 maart en 19 maart. Het feest van Mirakel wordt dit jaar gevierd op woensdag 15 maart. De algemene in tentie voor 1961 luidt: „De vervul ling van Christus' wens: „Mogen zij allen één zijn". KOFFERPLAATJES VERTELLEN EEN REISVE; HAAL Als je weer eens een ijskoude fles bronwater of Coca-cola drinkt, dan moet je daarna eens het volgende proefje doen. Bevochtig een geldstuk met een paar druppels water en leg het, terwijl de fles nog koud is, met de vochtige zij de naar onder als deksel op de fles. Daarna omvat je de fles met beide han den. Houd ze goed vast: na enige ogen blikken begint het geldstuk te dansen: dat wil zeggen: het verheft zich een wei nig en valt dan weer terug. Ook als men de fles wegzet, zal het geldstuk nog even doorgaan met zijn vreemde sprongetjes. Hoe komt dat? Wel, de lucht in de ys- koude fles wordt door de handen ver warmd en zet dus uit. Zij drukt het geldstuk omhoog en een weinig lucht week was het weer zo ver en bU de Kersttyd horen kaarsen. Moeder had een zandtaart gebakken. Nu mocht zij daar ronde schijfjes uitsnyden. Daarin zette zy leuke kleine kaarsjes. Opzy van de schijfjes bevestigde zij met een dun zijdebandje een ringvormige bonbon als handvaatje. Dat werd een leuk luchterje. Nu in het midden van de tagel nog een grote verjaardagkaars op een gewone kaarsenluchter en het feest kon begin nen! Je ziet op de tekening een stukje dam bord van 16 ruiten met de nummers 1 tot en met 16. Neem nu 4 noten of 4 dub beltjes of 4 kleine knoopjes en leg die zó op de 4 ruiten, dat er in alle rijen behalve die van de 2 grote diagonalen hier de rij van 1 naar 16 en die van 4 naar 13 steeds maar één nootje (dubbeltje of steentje) ligt. Daar zul je heus wel even over moeten puzzelen. Wie het niet vindt, bewaart de figuur, dan ziet hij volgende week de oplossing in de krantentuin. Aan het einde van het jaar komt de heer Hendriks van zijn grote reis thuis om er eindelijk eens tot rust te komen en Oudejaar te vieren. Als men hem vraagt waar hij zoal is geweest, wijst hij naar zyn koffer plaatjes. De manier waarop de plaatjes op de koffer zijn geplakt (over elkaar ïeen) verraadt in welke volgorde de neer Hendriks de ste den heeft bezocht. Hoe was zyn route? (Oplossing elders). Grep had de gewoonte ingevoerd, dat geen koning Frode mocht bezoeken zon der hem een geschenk aan te bieden. Dat wist Erik, en toen hy over het dicht gevroren meer ging, nam hy een grote klomp ys en wikkelde hem in zUn schou dermantel. Grep en zyn broers begonnen te schreeuwen en te schimpen, toen de No ren de hal betrat' -n. De koning moest hen een standje maken. Erik ging voor op, maar nauwelijks had hfj zyn voet op het eerste vel (huid) gezet, of het gleed onder zijn voeten uit en hij zou gevallen zijn, als Roller hem niet had opgevan gen. Erik vertrouwde op zijn broer en ging rustig verder. Een van Greps broers stond reeds klaar om het geschenk voor de koning in ontvangst te nemen. Erik hield de ys- klomp boven het haardvuur, toen hy hem overreikte.en het vuur deed het ijs oplichten als zilver. Maar op het mo ment, dat degene, die het zou aanpak- A 52-4o ken ernaar greep, liet Erik het ijs in het vuur vallen, waar het onder luid gesis in een ommezientje versmolt. „O, wat vreseiyk" riep Erik, „de on handigheid van uw broer behoorde met de dood bestraft te worden". Naar het gebruik moest de koning een tegengeschenk aanbieden, maar Grep werd zo kwaad, omdat Erik zich niet klein liet krygen, dat hy naar voren sprong om hem te doden. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1961 | | pagina 9