De Australische „Silky Terrier"
BEDREIGT POPULARITEIT
VAN DE KOALA-BEERTJES
Yul Brynner
Nieuw langharig hondenras
is een wonderlijk mens
DONDERDAG 29 SEPTEMBER I960DE LEIDSE COURANT PAGINA II
(B-ijzondere medewerking)
Zeker, die nieuwe hondjes zijn klein, maar ze
zijn ook aardig en zien er goed uit. Daarom
hebben zij reeds veel succes kunnen boeken.
E'EN GEZELLIG en pittig Australisch hondje is hard
op weg om buiten Australië de vermaarde koala-
beertjes in populariteit te gaan overtreffen. De naam
van dat hondje is „Australische Silky Terrier". Deze
terriers zijn stuk voor stuk omstreeks negen pond
wegende harige bundeltjes goedaardige ondeugend
heid. Zij bestaan, als ras, nog pas een paar jaar, maar
reeds hebben ze in en buiten Australië de harten van
veel hondenvrienden weten te veroveren.
De koala-beertjes zijn voor de volle honderd pro
cent Australisch. De Silky Terrier echter kan niet bo
gen op een zuiver-Australische afkomst. Zijn voor
ouders waren kruisingen van drie soorten terriers, die
alle uit Europa afkomstig waren.
De geschiedenis van het nieuwe ras begon in de
jaren negentig der vorige eeuw. Toen bleken liefheb
bers van kleine honden in die dagen waren dat in
Australië vooral de Skye en de Yorkshire terrier
moeilijkheden te ondervinden als een gevolg van de
weersgesteldheid in de (Australische) zomermaanden.
Het bleek namelijk vrijwel onmogelijk om de hondjes
„op kleur" te houden. Zij verbleekten als het ware
door de invloed der zonnestralen en der luchtgesteld-
meid.
Om een type te verkrijgen, dat wel „zomerhard"
was, ging men drie terriersoorten kruisen: De Dandie
Dinmont, de Ierse terrier en de Black and Tan ter
rier. Na enige jaren ontstonden twee nieuwe soorten
of typen. De ene was ruigharig, ja, bijkans borstelig
en verkreeg geleidelijk aan de naam „Australische ter
rier". De andere was uitgesproken langharig, ja, de
vacht had zelfs iets zijde-achtigs. Daarom noemde men
hem „Sydney Silky Terrier".
Compact!
De „Sydny Silky", zoals hij later algemeen werd
genoemd, veroverde Australië in snel tempo. Ook in
de Verenigde Staten er zijn op het ogenblik ruim
vijfhonderd Sydney Silky Terriers daar te lande
en elders buiten Australië vond de Sydney Silky spoe
dig vrienden. De belangstelling voor de hondjes nam
toe, nadat de „Sydney Silky" in 1955 uit de „gemeng
de klasse" of „groep diversen" promoveerde tot een
eigen ras. Men was zowel in als buiten Australië tot
het inzicht gekomen, dat de Sydney Silky inderdaad
een zelfstandig ras was geworden. Aan deze promotie
was een kleine naamswijziging voorafgegaan, want in
1954 hadden de Australische kynologen het dier her
doopt in „Australische Silky Terrier"
Dit nieuwe ras heeft als „Heimat" de Staat Nieuw-
Zuid-Wales, maar hier ontstond de eerse kennelclub
voor Silkey Terriers pas in 1959, terwijl elders in
Australië reeds jaren eerder van die clubs waren op
gericht. De overkoepelende organisatie van alle ken
nel clubs is de „Royal Agricutural Society Kennel
Club".
Toen de Sydney Silky verheven was tot apart ras,
ging men zich bezinnen op de standaardkenmerken,
VAN CIRCUSACROBAAT, LIEDJESZANGER EN TONEEL
SPELER TOT BEROEMD FILMACTEUR EN GELEERDE
HOLLYWOOD (P P) - „Er zgn twee dingen in mijn leven
die mij altijd bijzander hebben aangetrokken, dat zijn de theater
wereld en de wetenschap". Deze woorden kwamen uit de mond
van Yul Brynner, de beroemde (kaalhoofdige) filmacteur, toen wjj
een gesprek met hem hadden in een rustpauze tijdens de opnamen
van de grootste Paramountproduktie „De Boekanier" We moesten
even goed kijken of we inderdaad wel het genoegen hadden met
Yul Brynner te spreken, want in deze film treedt hy niet als kaal
hoofdige op, zoals we hem allen kennen, maar met krullend don
ker haar en de knevel van de vrijbuiter uit New Orleans, Lafitte,
die hg in deze film uitbeeldt. Zo tussen hem en zijn tegenspeelster
Claire Bloom gezeten, hoorden wij van de acteur het een en ander
over zgn leven ,een leven, dat wel bgzonder genoemd mag worden.
„Ik ben een merkwaardig mengel
moesje" vertelt hij ons glimla
chend. „Mijn vader is een Zwitser
van Mongoolse afkomst en mijn
moeder een zigeunerin. Weet u, waar
het Japanse schiereiland Sachalin
ligt?" vraagt hij ons. „Sachalin?"
Oh ja!" het dringt tot ons door.
„Daar ben ik geboren in 1920. Mijn
naam is geen artiestennaam zoals
zovelen gebruiken. Onze naam wordt
eigenlijk met één „N" geschreven,
maar dan spreekt men die dikwijls
verkeerd uit, daarom heb ik er een
tweede „N" aan toegevoegd, dan
kan er geen verwarring ontstaan.
Dit onderwerp van de juistheid
van de uitspraak van zijn naam
brengt ons dadelijk op een terrein
waarop Brynner graag verkeerd,
talen! Deze man is een waar talen
wonder en heeft er uiteraard een
bijzonder gevoel voor. Als kind leer
de hij de zigeunertaal van zijn moe
der, voorts Mongools, Chinees, Ma
leis, Japans en Koreaans, later
legde hij zich toe op Frans, Russisch
en Engels.
In zijn jongensjaren verliet hij Sa
chalin en vertrok naar Frankrijk,
waar hij school ging. Heel jong al
nam hij een gitaar ter hand en toen
bleek ook zijn buitengewoon ipuzika-
le begaafdheid. In weerwil van het
feit, dat hij geen noot kon lezen,
begeleidde hij zich zelf met de gi
taar bij het zingen van ballades en
volksliedjes, waarvan hij nv, na zo
veel Jaren, nog verscheidene kent. Hij
trad op in cabarets als de jeugdige
minstreel, maar dat leven stond hem
na enige tijd niet meer aan. Hij be
landde in een circus, trad daar op
als pantomime-artist en als trapeze
werker. Een ongeluk maakte een
einde aan die carrière.
De werkende student
De theaterwereld had zijn hart ge
stolen en Yul werd onbetaald hulp
je bij het toneelgezelschap van Georg
en Ludmilla Pitoeff. In hun theater
in Matures, in Parijs, ed hij al
lerlei werkjes van het bouwen en
versjouwen van decors tot het ver
zorgen van allerlei bijkomstige at
tributen voor de spelers. In zijn vrije
tijd zong en speelde hij in cabarets
om wat bij te verdienen, en boven
dien studeerde hij ook nog aan de
Sorbonne in de filosofie en ook dat
moest betaald worden.
„In 1941 kwam ik op verzoek van
Michael Chekhow naar Amerika om
daar de rol van Fabian te spelen
bij de voorstellingen van „Driekonin
genavond". Anderhalf jaar lang trok
ik met dat gezelschap door de Sta
tes en in de vrije tijd die ik nog
had studeerde ik Russisch.
Van midden 1942 tot D-day werkte
ik als omroeper en commentator in
de Franse taal, voor het U-S. gou
vernement. Daar beleefde ik een van
de grootste sensaties in mijn leven,
namelijk toen ik voor de mikro-
foon van „De stem van Amerika"
de landingen van de Amerikaanse
troepen in Noord-Afri':a aankondig
de in de wetenschap dat ik alle ra-
Yul Brynner tijdens een rust
pauze bij de opnamen van de
Paramountfilm „De Boekaniers"
in gesprek met zijn tegenspeel
ster in deze rolprent Claire
Bloom.
Een scène uit „De Boekanier"
waarin Claire Bloom als het fel
le piratenmeisje door Lafitte
(Yul Brynner) in bedwang moet
worden gehouden.
Inte'ligeit,
klein
en
prachtige
vacht
Dit is „Silver Circle Suzanne", winnares van
een groot aantal prijzen.
die bij het ras moeten passen. Vroeger waren de nor
men: gewicht 2,7 5,4 kg, hoogte ruim 25 cm, lichaam
tamelijk lang. In 1959 stelde de „Royal Agricutural
Society Club" na diepgaand overleg met vooraan
staande fokkers en andere deskundigen andere
standaardmaten vast, te weten: gewicht 3,6 5,4 kg,
hoogte (stokmaat) ruim 20 cm, lichaam kort, lengte
vacht 12,7 cm. Kort samengevat: De „ideale" Silky
Terrier moet thans compacter zijn dan vóór 1959.
Evenals vóór 1900 slagen de fokkers er slechts met
moeite in om de juiste kleur te fokken. Het is ideaal,
als de zilverblauwe top knot goudkleurig wordt. De
ideale vacht is blauwachtig met goudkleurige punten.
Soms spoken de voorouders nog. Dan wordt, als de
Yorkshire invloed te merkbaar is, de top knot hele
maal goudkleurig en is het haar over de snuit erg
lang. Dit is niet gewenst. Evenmin waarderen de fok
kers het, als de Black and Tan zich teveel laat gel
den, want dan is de vacht in de regel te donker, ja,
zwartachtig. Alle puppies worden met een zwartach
tige vacht geboren en hebben een bruine (tan) vlek
boven de ogen. Als de hondjes ouder worden, krijgen
hun vachten de juiste kleur.
Wie Silky Terriers fokt of er op tentoonstellingen
prijzen mee wil behalen, moet natuurlijk zorgen, dat
de diertjes aan zeer hoge eisen voldoen. Wie echter
alleen maar een gezellig, aardig hondje wil hebben,
behoeft niet zo nauw te letten op de „ideale" maten
en kleuren. Hij heeft, als hij een Silky Terrier bezit,
een intelligent en aanhankelijk vriendje. Liefhebbers
van grote honden noemen een Silky Terrier wel eens
spottend een „speelgoedhondje" of een „dwerghond
je". Zeker, groot is de Sydney Silky niet, maar niet
temin is hij een echte terrier met alle goede eigen
schappen van dien.
diostations in Amerika, Canada en
Europa bestreek."
Ontdekking in de studio
Tenslotte moet een erikaanse
artist eenmaal op Broadway staan en
Yul Brynner kwam er in „Lute
Song". Maar Brynner wilde meer.
Hij wilde regisseren. Daarin kan een
artist zich uitleven. „Het is alsof je
een orkest dirigeert" meent hij zelf.
Dit bereikte hij door middel van de
televisie. Vele televisieprogramma's
heeft hij geleid. Hij was regisseur bij
de C.B.S. toen hij er in toestemde
de rol van de koning te vertolken in
„The King and I" hetgeen hij ech
ter als tijdelijk werk t «chouwde.
Het lot wilde, dat de beroemde pro
ducer Cecil B. de Mille door zijn sec
retaris en kleindochter werd overge
haald om eens een kijkje te gaan
nomen bij de opnamen van deze film.
Het was tijdens dit bezoek, dat de
grote showman De Mille zich tot
zijn gezelschap wendde en zei„Ik
heb de koning gezien". In de ze
ven minuten pauze ontmoette De
Mille en Brynner elkaar. De Mille
bood hem promt de rol van farao
Ramses II aan, in zijn nieuwe film
„De Tien Geboden" en Brynner
accepteerde dit.
Kaal geschoren
Tijdens ons gesprek keken wij Yul
Brynner even van terzijde aan. Hij
is een opmerkelijke verschijning. Een
flinke man van omstreeks 1.80
lang, krachtig gebouwd, zoals je
kunt verwachten van een gewezen
acrobaat en toch gracieus in zijn be
wegingen als een balletdanser. Hij
heeft glanzende bruine ogen, een
melodieuze stem en zijn handen zijn
groot en sterk.
Vijf jaar geleden liet hij zich het
hoofd kaal scheren voor zijn rol als
de koning van Siam en daarna nog
maals voor de vertolking van Ram
ses II in „De Tien Geboden" voorts
ook voor zijn rollen in de films
„Anastasia" eo Gebroeders Ka
ïn de rol van de piraat Jean Lafit
te zal men hem dus voor de eer
ste keer anders zien en wel met een
normale haardos. Het is een nieuwe
Yul Brynner die wij zullen zien in
„De Boekanier". Voor de mysteri
euze acteur is er een natuurlijke
verwantschap met het karakter dat
hij uitbeeldt en tot leven brengt.
Zeerover besliste de slag
Uit de bladzijden van de Amerikaan
se geschiedenis verrijst de patriotti
sche piraat Jean Lafitte als een van
de meest romantische figu. en die ooit
hebben geleefd. Zijn heldendaden,
moed en vaderlandsliefde inspireer
den schrijvers reeds sinds meer dan
anderhalve eeuw.
Lord Byron zei eens over hem in
„The Corsair" „Hij schonk ons de
herinnering aan een onvergetelijke
kaper, met een enkele d^ugd en
duizenden misdaden. Die enkele
deugd was de bijstand die Lafitte
aan generaal Andrew Jackson ver
leende bij de beslissende slag bij
New Orleans, welke het tij deed ke
ren en de oorzaak werd van de Ver
enigde Staten in 1812.
Dit is de man die Brynner zal
zal uitbeelden in „De Boekanier"
e)) dit gedeelte van het leven van de
piraat wordt in de rolprent gedra
matiseerd met alle glorie en mis
lukkingen er van.
Toch ziet de acteur nog kans om te
studeren, iets dat eigenlijk een hob
by van hem is. Hij werk voor zijn ti
tel in de filosofie, op die manier
de titel van geleerde toevoegend
aan de vele anderen die hij reeds
verwierf, als zanger, cabaretier,
acrobaat, skileraar en acteur. Hij
'leest dolgraag boeken en wel in het
bijzonder die handelen over de
geschiedenis, filosofie en natuurwe
tenschappen. Yul Brynner mogen we
wel degelijk rekenen tot een van
de merkwaardigste beroemde acteurs
die de filmwereld kent.
(Nadruk verboden)
Mevrouw Thornton, secretaresse van de „Australian Silky Terrier Club of
New South Wales" met haar prijswinnaars „Silver Circle Suzanne,, (een
echte kampioenshond) en Suzannes zoon „Carona Kim" (13 maanden oud,
maar reeds een prijswinnaar).