RAADSELACHTIGE
FIGUREN
De Nederlandse pareïindustrie
op Engelse kalksieenheuvels
DE „LANGE MAN" VAN WILMINGTON
STAMT UIT HET STENEN TIJDPERK
BIJ DE FOTO'S
DE LETPSE COURANT
Keltische godin
op een
strijdros
Taltrijk zijn de afbeeldingen van witte heng
sten, gegrift in de hellingen der kalksteenheu
vels in de zuidelijke graafschappen van Enge
land. En zij zijn niet slechts talrijk, maar maken
Engeland ook tot de oudste renbaan ter wereld.
Tot in de zomer van 1956 wist niemand precies,
wanneer die eerste rennen gehouden werden,
noch wat de inzet was geweest. Dit veranderde
dank zij het initiatief en de kennis van de heer
T. C. Lethbridge, curator van het Universiteits
museum te Cambridge Op grond van onder zijn
leiding gedane opgravingen en onderzoekingen
kwam Lethbridge tot de overtuiging, dat de
eerste deelnemers aan die Witte Paarden Derby
'reeds liepen in het Stenen Tijdperk, dus in
prehistorische tijd. En de inzet van die races?
De inzet was het leven zelf, namelijk de vrucht
baarheid van het land en van de mensen en
dieren, die op dat land woonden.
Reuzen doden
Hoe ging Lethbridge te werk? Hij herinnerde
zich verhalen van oude dorpelingen. Zij gmgen
niet over witte paarden, doch over een paar
reuzen, die vroeger „gegraveerd" waren in de
hellingen van de Gogmagog-heuvels nabij Cam
bridge. Hij besloot toen om de plaats, waar
volgens de overlevering de reuzen zouden zijn
geweest, aan een nauwgezet archeologisch on
derzoek te onderwerpen. Bij de werkzaamheden
ontdekte hij, dat het grootste deel van de hel
ling weliswaar uit stevige kalksteen bestond,
maar dat op sommige plaatsen het gesteente
met een zachte aardlaag bedekt was. Hij te
kende de raakpunten van de harde en de zachte
plekken in op een plattegrond en zag toen, dat
hij een ontdekking van groot belang had ge
daan. Want de aldus ontstane schets stelde voor
de beelden van twee reuzen en van een, op
een strijdros gezeten, Keltische vruchtbaarheids
godin. Zó belangrijk was de vondst, dat het
Oudheidkundig Genootschap van Cambridge
opdracht gaf, de in de kalk „gegraveerde" groep
geheel bloot te leggen. Die twee reuzen en de
vruchtbaarheidsgodin-te-paard zijn een der be
langrijkste, grootste en indrukwekkendste pre
historische monumenten van Engeland. De oude
dorpelingen radden gelijk gehad, al kenden zij
slechts een deel van de waarheid. Toen de
Gogmagog-figuren eenmaal gevonden waren,
had men tevens de sleutel tot het Raadsel van
andere (reeds bekende) Reuzen en Witte Paar
den op de hellingen der Engelse kalksteen
heuvels.
Er zijn landen, waar men met onbetwistbare
zekerheid heeft vastgesteld, dat daar vroeger
het gebruik van „reuzen doden" in zwang was.
Lethbridge stelt zich cp het standpunt, dat de
De wetenschap heeft het Raadsel van de
Reuzen en Witte Paarden lange tijd onop
gelost moeten laten. De laatste tijd ziet
het er echter naar uit, dat die figuren
„ontmaskerd" zijn.
prehistorische bewoners van Engeland even
eens de „rituele reuzenmoord" toepasten. Hoe?
Zij tekenden de omtrekken van een of meer
reuzen op de hellingen der heuvels. De „lijnen"
waren smalle, ondiepe greppels. Na dit teken-
of graveerwerk „doodden" of „vermoordden"
zij de reuzen door het uitspreken van vervloe
kingen. Vonden die moorden op gezette tijden
plaats, dan hield men de omtrekken van de
reuzen „schoon". In het geval van de beide
Gogmagog-reuzen vond het „doden" waarschijn
lijk plaats in tegenwoordigheid van de op een
strijdros gezeten vruchtbaarheidsgödin der
streek.
Die opvatting is waarschijnlijk juist, omdat ook
sommige andere oude figuren op Engeland's
heuvelhellingen begeleid worden door vaag ge
worden omtrekken van nevenfiguren, die nu be
groeid zijn. Dit is bij voorbeeld 't geval te Cerne
Abbas (Dorsetshire), waar zich in de buurt van
de vermaarde Reus van Cerne die daar duizenden
jaren geleden werd „gegraveerd", een of meer
begeleiders bevonden, die nu overwoekerd zijn
door gras en struikgewas. De Reus van Cerne
(thans een Engels Nationaal Monument) werd
ongeveer vijfduizend jaar geleden „gegraveerd".
De mannen, die hem maakten, gebruikten ge-
weien van herten als spaden. Van kop tot teen
meet hij 56,6 meter en de afstand van de vinger
toppen tot het einde van de knots bedraagt
eveneens 56,6 meter. Het moet verre van ge
makkelijk zijn geweest om die reus zo mooi te
graveren op de bolle helling van de heuvel.
De greppels, die de „omtrekken" zijn van de
reus, hebben een breedte en diepte van een
voet. De regen houdt ze schoon, zodat de witte
„lijnen" reeds van verre duidelijk zichtbaar zijn.
Behalve de Reus van Cerne is ook de Lange
Man van Wilmington (Sussex) een zeer markant
overblijfsel uit het verleden. Hij is 70,41 meter
hoog en geldt als de grootste afbeelding ter
wereld van een menselijk figuur. Omtrent zijn
ontstaan had men tot voor kort twee theorieën.
Volgens de ene was de reus het konterfeitsel
van een hoofdman, die in de heuvel boven het
hoofd van de reus begraven was. Volgens de
andere theorie zou hij vervaardigd zijn door
Romeinse legioensoldaten in de jaren der Ro
meinse bezetting van Engeland. Lethbridge's
jongste ontdekkingen in de Gogmagog-heuvels
maken het echter vrijwel zeker, dat de Lange
Man van Wilmington evenals 'de Reus van
Cerne een der „overlevenden" is van de moord
partijen op reuzen in het Stenen Tijdperk.
Niet overal zijn de prehistorische reuzen intact
gebleven. Wel bleven soms de (hen begelei
dende) Witte Paarden bewaard of werden deze
(later) gecopieerd naar het oorspronkelijke mo
del. Een der oudste Witte Paarden is dat van
Uffington (Berkshire). Op grond van het model
van het dier kwam men tot het besluit, dat het
werd gemaakt door stammen, die kort vóór het
begin onzer jaartelling in het zuidoosten van
Engeland woonden. Paarden van dat model
vindt men namelijk ook op munten, die bij die
stammen in omloop waren.
En later
Alom in de heuvels van Zuid-Engeland vindt
men figuren „gegraveerd" in de hellingen. De
jongste is wel de 150 meter lange Witte Leeuw
van Whipsnade (Hertfordshire), die kort vóór
de Tweede Wereldoorlog „gegraveerd" werd
nabij het landelijke filiaal van de Londense
Dierentuin.
Veel ouder is het Witte Paard van Westbury
(Wiltshire). Het dateert uit de tijd, dat de
Saksers daar woonden. Zij maakten het ter
herinnering aan een door hen op de Denen
bevochten overwinning Het is dus een over
winningsgedenkteken. Later werd het geremo-
delleerd door een achttiende-eeuwse excen
trieke landedelman. Trouwens, de landheren
uit de achttiende eeuw hebben vrij veel van
die Witte Paarden doen vervaardigen. Zij von
den het een boeiende bezigheid. Ja, men zegt,
dat de landjonker, die het enige Witte Paard
van Schotland maakte, van wanhoop stierf, om
dat hij het juiste perspectief maar niet kon
„graveren".
Ook in het graafschap Wiltshire zijn een aan
tal Witte Paarden, bij voorbeeld het Paard van
Marlborough, in 1804 vervaardigd door de leer
lingen van een beroemde kostschool. Toen ko
ning George VI de troon besteeg, huldigden
de bewoners van Pewey (Wiltshire) de nieuwe
vorst door te zijner ere een Wit Paard te
„graveren" nabij hun woonplaats. Langs de
grote weg van Salisbury naar Shaftesbury kunt
U tegen de hellingen der heuvels een aantal
regimentsemblemen zien, alsmede een Nieuw-
Zeelandse kiwi en een kaart van Australië. Zij
zijn alle het werk van kunstzinnige soldaten,
die. gedurende de Eerste Wereldoorlog in die
streek gelegerd waren.
Weqr andere kalkfiguren vindt men in de
graafschappen Kent en Sussex. Nabij Canter
bury bij voorbeeld de Gevleugelde Draak van
de East Kent Buffs. In de witte klippen bij
Dover herinnert een vliegmachine aan de eerste
vlucht over het Kanaal. Nabij Wye (Kent)
graveerde men een kroon in een der hellingen
ter ere van de kroning van koning Edward VII.
Een kruis te Shoreham (Kent) en te Lenham
(Sussex) zijn oorlogsherinneringen. Er zijn
echter ook kruizen, die uit de middeleeuwen
dateren en gemaakt werden door monniken
om vermoeide reizigers de weg te wijzen naar
de gastvrije kloosters.
Nabij Weymouth (Dorsetshire) „graveerden" de
daar gelegerde soldaten in de jaren, dat een
Napoleontische invasie te duchten was, een
portret van koning George III, gezeten op zijn
oorlogspaard. Dit is (tot dusverre) Engeland's
enige „bereden" Witte Paard.
Tot dusverre, dat wil zeggen voorzover thans
bekend. Want na de hoogst belangrijke vondsten
van Lethbridge in de Gogmagog-heuvels is het
mogelijk, dat men elders eveneens, maar dan
veel oudere, bereden Witte Paarden zal ont
dekken.
Heeft een
Van visschubben tot kunstparels wereldnaam
(Van onze verslaggever)
ROTTERDAM (P P) - „Visschubben en visafval leveren ons de
grondstoffen voor onze kunstparelindustrie. Door de technische ont
wikkeling van de laatste jaren zijn wij in staat een produkt te le
veren, dat bijna niet van een echte parel te onderscheiden valt",
vertelt ons onze gastheer, de directeur van een Nederlandse parelin
dustrie.
Verwonderd kijken wij naar de vitrines in de ontvangkamer,
waar in hun kostelijke glans schitterende parelcolliers, oorknoppen
en andere sieraden op fluweel liggen uitgestald. Het is een rijke
aanblik en men waant zich in een juwelierszaak.
Onze gastheer bemerkt onze verwondering en lacht. „Wan
neer u de collectie ziet, zoudt u niet denken, dat de produkten van
Neerlands visserij hiervoor de basis hebben gelegd, is het niet"?
vraagt hij. Wij kunnen slechts met het hoofd schudden.
Belangrijke export
Enthousiast vertelt de directeur ver
der over zijn kunstzinnig bedrijf.
Elke zee- en riviervis met zilverpig
ment komt voor de parelindustrie in
aanmerking. De stoot hiertoe werd
gegeven door proefnemingen over
een tijdsduur van enige tientallen
jaren, ook in het buitenland, waar
bij men gebruik maakte van haring
schubben De oorlog trad op als spel
breker, maar in 1946 hervatte men
de pogingen.
Thans heeft deze Nederlandse indus
trie zo'n hoge vlucht genomen, dat
er ook voor tonnen gelds aan schub
ben wordt geëxporteerd naar vele
landen van de wereld waar kunst-
parelindustrieën zijn of waar men
de grondstof voor andere doelein
den gebruikt Dagelijks worden zo'n
10.000 kg visschubben en andere
glinsterende oppervlaktedelen ver
werkt Door een speciale bewerking
die de vis ondergaat, blijven de
schubben als afval achter en van 1
miljoen kg vis verkrijgt men 10.000
kg grondstof.
In een chemisch laboratorium wordt
het juiste gehalte van het zilver-
pigment bepaald. Dit is een chemi
sche stof (guanine), verwant aan
weezuur. Hiervan maken de vissen
gebruik als bescherming tegen roof
vissen, die op hen azen.
Van kraal tot parel.
De schubben worden vermengd met
bepaalde vloeistoffen, die fabrieks
geheim zijn en geloogd in ketels,
waarin ze van de ene in de andere
wordt overgeheveld, waarna als
eindresultaat een substantie ontstaat,
die door een seperator wordt afge
scheiden. Uiteindelijk ontstaan hier
uit dan het viszilver, of zoals men
het noemt, de „essence doriënt".
Nu is de grondstof klaar om parels
te maken.
Hiervoor gebruikt men tegenwoor
dig massieve glazen kralen. Deze
worden, aaneengeregen, in een bad
met viszilver gedompeld, welke stof
zich aan de glazen bolletjes hecht.
Treedt de parelglans op, dan wor
den ze eruit genomen. Ze zien er
dan zo „echt" uit, dat ze nauwelijks
van echte parels zijn te onder
scheiden.
Deze parels zijn aanmerkelijk goed
koper dan de Japanse „cultuurpa
rels". De cultuurparels worden na
melijk gemaakt door een korreltje
zand of een glazen bolletje in het
vlees van de pareloester te brengen,
waardoor het dier gëpriVo'1 wordt
tot parelvorming. Er zijn echter on
geveer 8 Jaren mee gemoeid voordat
in zo'n oester een bolletje van 4
millimeter middellijn is ontstaan.
De waarde
De grote waarde van de echte parel
is het feit, dat in de natuur zo'n
vuiltje maar zelden in het binnen
ste van de oester verzeild raakt en
men dus zeer weinig oesters met
parels vindt. Bij de Japanse cultuur-
parels wordt de parelvorming ge
forceerd en is de hoge prijs van een
parel hoofdzakelijk te wijten aan het
feit, dat er zoveel tijd mee gemoeid
is. De kunstparel daarentegen kan
het, wat schoonheid betreft, opne
men tegen de andere twee soorten en
is stukken goedkoper. De verhouding
ligt ongeveer als 100 50 4, hetgeen
wel een duidelijk beeld geeft.
Reeds in de 18e eeuw heeft men
zich met de fabricage van kunstpa
rels bezig gehouden. Met behulp van
een pipet blies men in holle glas
bolletjes viszilverkristallen in gela
tine, die zich aan de binnenzijde van
het bolletje vastzetten. In Thüringen
en Frankrijk past men deze werk
wijze nog wel toe Er ontstaat dan 'n
holle parel, die met vloeibare was
wordt volgespoten, nadat de gelati-
nelaag aan de binnenkant is aange
bracht. Ze zijn echter nogal broos.
De kwaliteit van die eerste kunst
parels was slecht. Doch in de loop
der laatste jaren is de kwaliteit zo
verhoogd, dat men zeer tevreden
mag zijn. De kwaliteit hangt af van
het viszilver, de glaskraal en de la
gen viszilverlak, die er omheen ge
legd worden. Hierbij speelt natuur
lijk de jarenlange ervaring een be
langrijke roL
De Nederlandse kunstparelindustrie
heeft een zeer goede naam in de
wereld en haar produkt kan wed
ijveren met dat van de beste andere
producenten. Miljoenen parels wor
den vervaardigd, in zeer korte tijd
verwerkt en verhandeld en de Ne
derlandse vrouw kan zich tooien met
paarlencolliers, waarvan haar vroe
gere zusters niet durfden dromen.
En dit alles dank zij de visschubben!
Een schitterend parelcollier e
©oafcnoppec, oogst uit de zee.
Foto onder: De lengte van de „Long Man of Wilmington", gegraveerd
tegen een helling in het graafschap Sussex, is 70,41 meter. Voorzover
bekend is dit de grootste afbeelding van een mens ter wereld.
Foto boven: Een eenvoudige lijn, uitgegraven en schoon gehouden
door de regen vormt de basis van de meeste reuzenfiguren, die gesne
den zijn in de Engelse heuvelruggen. Dit voorbeeld, het Cherhill Witte
Paard, bij Avebury in het graafschap Wiltshire verschilt in vorm hier
door, dat het gehele figuur in het grasoppervlak is „uitgehouwen" tot
op de kalk-ondergrond.