President en Officier laakten ver metel vertrouwen van reclasseerder 100°/o koffiemelk Geef mij maar GEWOON vakantie Waarom worden grondprijzen steeds hoger? Roofoverval in Den Bosch mislukt Het gaat goed met de particuliere bouw DONDERDAG 28 APRIL I960 DE l.EIDSE GOURAN PAGINA 9 Het proces tegen de Berkelse arts méér koffiemelk voor uiv geld een Vz liter 10 gr. cyaankali werd nooit gevonden Onzichtbaar voor de camera-lens wordt dr. O. het paleis van justitie binnengeleid. Iets over zeven gisteravond schors te de president de zitting van het gifmoordproces tegen dr. O. tot he denochtend. Buiten voor het Paleis van Justitie hadden toen al enige honderden Leeuwarders, jong en oud, uren gewacht. Ze wilden zien hoe de Berkelse arts naar de celwagen zou worden geleid. De wagen reed echter naar een zij-ingang van het gebouw. Als één man renden allen erheen. Maar ze hadden geen schijn van kans een glimpje van de in Leeuwarden zo berucht geworden Berkelse arts te zien. De wagen stond vlak voor de deur, O. had een zonnebril opgezet en zijn kraag tot over zijn oren getrokken, in één tel reed de wagen weg. De pers fotografen hadden ook geen schijn van kans een plaatje van O. te ma ken. De belangstelling voor de middag zitting was nog groter dan voor de ochtendzitting. Nadat de president nog even de ge vangenisdokter had ondervraagd over een bril, die L. nodig zou hebben, kwamen familieleden van Adriaan L. getuigen. Het waren zijn broer en diens echtgenote en de stiefouders van L. Zijn broer zei onder meer: „Het wil er bij mij niet in. dat mijn broer Adriaan zelfmoord heeft ge pleegd". De stiefvader van Adriaan L., een 64-arige conicerge uit Voor burg zei dat zijn vrouw een geregelde briefwisseling met zijn stiefzoon Adriaan had gevoerd. Begin januari 1958 ontving de conicerge een pakje met een Nederlandse postzegel, waar in een glazen aspirinebuisje zat met een wit poeder. Er zat een briefje in waarop stond: „Voor Piet". Aanvan kelijk had de concierge dit ontkend. GEEN CADEAUTJE VOOR PIET. „Waarom hebt u niet direct gezegd van dat briefje?" „Ik weet verder van niets", ant woordde de stiefvader. „Had u iets te verbergen?" „Nee, helemaal niet. Het flesje heb ik vernietigd". „Waarom?" „Het deed ons zo vreemd aan". „Was u wrevelig over de vage zin nen in brieven van Adriaan aan uw vrouw, waarin Adriaan schreef: „Is Piet al terug uit het buitenland, heeft hij een cadeautje meegebracht?" „Neen". „Hebt u ooit iets gesmokkeld in de gevangenis?" „Neen". „De cyaankali, die in de cel van Adriaan is gevonden, is onderzocht en vergeleken met de cyaankali, die uit Sas van Gent kwam en naar u is gestuurd. Het was dezelfde cyaankali. Iets van die cyaankali moet in de ge vangenis zijn gekomen. Hebt u dat er heen gebracht?", vroeg de presi dent. „Neen". De president hield de getuige de zwaarte van de eed voor. „Ik durf alles onder ede te verkla ren. Ik heb niets opgestuurd en niets gesmokkeld". „Blijft u dat onder ede handha ven?" „Ja", antwoordde de stiefvader. De stiefmoeder de 61-jarige echtge note van de conicerge had het pakje met het flesje ontvangen. Haar man had 's avonds gezegd: „Het zal wel een recept kunnen zijn voor Adriaan voor zijn ogen". Het buisje gooide de stiefvader in de W.C. „omdat hij zich niet met die rommel wilde bemoeien". „Men zei verder", aldus de vrouw, „schrijf er maar niet over naar Adriaan". „Of", zo vroeg de president, „hebt u het toch maar naar Leeuwarden verstuurd?" „Nee, edelachtbare". „Het gekke van het geval is", zei de president, „dat er toch wat van dat spul in de gevangenis is aangeko men". „Ik weet er niets van en mijn man ook niet". „Hebt u dat spul pertinent niet doorgestuurd?" „Echt waar niet, edelachtbare, zo waar als ik hier zit". Hierna nam de president de eed af van mr. M. E. J. J. Burlage, die rechtercommissaris is geweest in deze zaak. TIEN GRAM CYAANKALI ZOEK. Hij heeft de Belgische fotograaf Vanderhaege, een aangetrouwde neef van O., verhoord. De neef had op verzoek van O. honderd gram cyaan kali gekocht. Tien gram verzond hij in een aspirinebuisje van Sas van Gent naar de familie D. in Voor burg. Later, toen de cyaankali in België werd onderzocht, bleek dat er nog maar 80 gram over was van een hoe veelheid van 100 gram, zodat er nog tien gram verdwenen is. - De officier vroeg aan mr. Burlage: „Hebt u tijdens uw onderzoeik aperte onwaarheden gehoord van de heer Vanderhaege of diens echtgenote?" „Ja", zei mr. Burlage: „O.'s nicht had aanvankelijk ontkend, een klan- destiene brief van O. te hebben ont vangen. Later bleek, dat dit wel het geval is geweest". Vervolens kwam als getuige-des- kundige de 39-jarige apotheker N. A. M. van Spanje uit Leeuwarden voor. Op 21 januari 1958 kwam de cel bezoeker, de heer G., hoofd van de ULO-school in Leeuwarden, bij de apotheker om een poeder te laten onderzoeken. De apotheker consta teerde dat het cyaankali was. De heer G. had deze poeder van O. ter analy sering gekregen. Per telefoon deelde de apotheker dit mede aan de celbe zoeker en vroeg: „Hoe komt u er aan?" De heer G. wilde dit niet per tele foon zeggen, maar hij zou de vol gende dag komen, beloofde hij. „Hij kwam niet". „Wat zou u doen", vroeg de presi dent, „als u had gehoord dat die cyaankali in handen was van iemand, die levenslang gevangenisstraf had gekregen omdat hij zijn vrouw had vergiftigd met cyaankali'. „Ik zou het niet geloven", aldus de apotheker. „De gevangenis is de laat ste plaats, waar ik cyaankali zou zoe ken. Als ik het had geloofd, zou ik onmiddellijk de directeur van de ge vangenis hebben gebeld". Na lange tijd er over gesproken te hebben met de rechtbank en de ver dediger concludeerde de apotheker, dat hij naar zijn schatting ongeveer 2 gram vergif ter onderzoek had ge kregen. De verdachte O. heeft nog maar weinig gezegd in dit proces, maar hij volgt alles met gespannen aandacht. Daarna kwam de heer G. zijn ver klaring afleggen. Hij was celbezoeker van O. Op 20 januari kreeg hij een flesje witte poeder van O., dat deze van vis had afgekrabd omdat hij het niet vertrouwde. O. had al eerder er over gesproken, dat er pogingen wa ren om hem te vergiftigen. G. nam zelf proeven met het poeder en ver moedde, dat het cyaankali was, daar om liet hij het de apotheker verder onderzoeken. VERMETEL VERTROUWEN IN O. ,Is het niet bij u opgekomen, de autoriteiten te waarschuwen?", vroeg de president. „Ik wilde naar de directeur gaan", zeide de heer G., „maar O. vroeg uit stel omdat de directeur enige dagen afwezig was. Ik dacht steeds dat O. de waarheid sprak". „Durfde u die verantwoording wel aan?", vroeg de president. „De volgende ochtend was er een slacht offer van cyaankali moord of zelf moord, dat laat ik in het midden en deze cyaankali, die de man had gekregen was van dezelfde samen stelling als de cyaankali, die u hebt laten onderzoeken". „Ik dacht O. te kunnen vertrouwen", antwoordde de heer G., die zei dat hij ook nog over de revisiemogelijkheden van de eerste zaak van O. had ge dacht. „Wat bedoelt u daarmee?", vroeg de president „O. had er al zo lang over ge sproken", antwoordde de heer G. „Ik zeg het nog eens: U had dat ri sico niet mogen lopen by een man als O. U had onmiddellijk maatregelen moeten treffen". „Ik had O. beloofd, het hem eerst te zeggen", antwoordde de heer G. „Ja, maar het was belangrijker om geen risico te nemen. Wie had er eigenlijk het overwicht, u of de heer O.?" „Dat moet ik hebben", antwoordde de heer G. „Ja maar wie hèd het. Op zijn minst had u aan zijn verhalen kun nen twijfelen. U had het van de an dere kant kunnen bekijken: dat O. een man zocht, die voor zijn doel moest dienen. Ik begrijp niet goed, dat u er geen onrust in hebt, ook al zou O. worden vrijgesproken in deze zaak", zei de president. De president en O. spraken nog enige tijd over de kwestie waarom O. proeven in de gevangenis nam met het oog op de revisieplaomen van O. Hij liet deze proeven niet nemen door een deskundig laboratorium. Toen vroeg de president aan O.: „Waarom hebt u een goedwillende, argeloze celbezoeker zo beduveld met dat visverhaal?". O. antwoordde: „Ik wilde hem har der laten lopen. Als ik over een maagpoeder had gesproken, zou het verdacht hebben geleken en zou hij waarschijnlijk minder haast daarmee hebben gemaakt". Zowel de officier als de president laakten het tenslotte in de heer G. dat deze zich niet aan de afspraak van de apotheker had gehouden. De zitting werd hedenmorgen om negen uur voortgezet. WOONHUIS TE SANTPOORT UITGEBRAND. Te Santpoort heeft gisteren een felle brand gewoed in een woning aan de Bloemendaalsestraatweg. De brand, die omstreeks acht uur ver moedelijk op de bovenverdieping van het pand nummer 61 is ontstaan, werd door de Velzense brandweer bestreden met drie nevelspuiten en twee lage drukspuiten. Men kon niet voorkomen, dat vrij wel de gehele woning uitbrandde. Enige meubelstukken konden uit het huis worden gered. De bewoners konden tijdig uit de woning vluchten. Omtrent de oorzaak van de brand, tast men nog in het duister. De tijd vliedt als water De directeur van het waterloopkundig laboratorium in Delft, prof. J. Th. Thijsse, heeft in verband met zijn eervol ontslag uit zijn functie, woensdag middag gerecipieerd in het stedelijk museum „Het Prinsenhof" in Delft. De foto toont op deze receptie v.l.n.r.: mevrouw Thijsse, prof. J. Th. Thijsse, ir. H. I. Schoemaker, opvolger van prof. Thijsse en dr. C. H. de Leeuw, president-curator van de T.H. te Delft. Klachten over „wild"' personenvervoer zonder vergunning Het Tweede Kamerlid Van dei. Heuvel (KVP) heeft de minister van Verkeer schriftelijk vragen gesteld over klachten van de ongeregelde personenvervoerders met autobussen en de huurauto, en taxiondernemers over het regelmatig tegen vergoeding vervoeren van personen door niet- vergunninghouders. De heer Van den Heuvel vraagt verder of de minister niet van oor deel is, dat, indien de klacht van de beroeps-vervoerders gegrond zou blij ken te zijn, het onjuist is dat deze be roeps-vervoerders, die terecht aan al lerlei bezwarende voorschriften zijn gebonden, in hun ondernemingen door niet-vergunninghouders worden geschaad. Vooral op het gebied van het zogenaamde arbeiders-vervoer zouden vele niet-vergunninghouders aan het werk zijn. Het Kamerlid vraagt de minister de zaak te onder zoeken en indien nodig maatregelen te nemen. Soms moet het toch prettig zijn om koe te zijn: een milde voorjaarszon, zacht gefilterd door de bloesem van de bloeiende vruchtbomen - onwetend van topgesprekken en kernwapens in de landelijke het Limburgse landschap in de buurt van Valkenburg. De regering gaat een studie maken van het probleem der hoge prijzen voor bouwrijpe gronden in de ver schillende gemeenten ten behoeve van de woningbouw. De prijzen worden de laatste jaren steeds hoger. Er zijn zelfs grote ste den waar men per woning vijfdui zend gulden aan grondprijzen kwijt is. Deze bedragen worden te hoog, al dus minister Van Aartsen gisteren in de Eerste Kamer. Gedeputeerde Sta ten hebben de neiging om allerlei kosten voor stadsuitbreiding aan de grondprijs toe te voegen. De minis ter noemde: aanleg van plantsoenen, riolen, straataanleg etc. In overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en Gedepu teerde Staten zal dit probleem in stu die worden genomen. Twee gemaskerde en met de pistool gewapende mannen hebben dinsdag avond gepoogd een overval te ple gen in een kruidenierswinkel aan de Marktstraat te 's-Hertogenbosch. Zij waren de winkel binnengestapt en hadden de voordeur achter zich gesloten. Toen de kruidenier, de heer Nijs, naar voren kwam, bedreigden zij hem. Hoewel hevig geschrokken viel hij de indringers terstond aan. Bovendien begon zijn zuster uit alle macht om hulp te roepen, waarop de indringers ijlings de vlucht namen, pluimige De Bossche recherche tast tot nu rust van toe naar de identiteit van de daders in het duister. SCHIP IN AMSTERDAM-RIJN KANAAL GEZONKEN In het Amsterdam-Rijnkanaal ter hoogte van de aluminium fabriek in Utrecht is vanmorgen om half acht het 186 ton metende vrachtschip „Co- ad" gezonken. Het schip had een la ding van 117 ton: voor en achter kunstmest en iu het midden balen en zakken papier. De oorzaak van het ongeluk is nog niet bekend. De „Coad" werd losgetrokken door een zusterschip en begon daarna on middellijk te zinken. Men vermoedt, dat het schip aan de voorkant vast gezeten heeft en door het trekken lek is geslagen. De bemanning, drie koppen, kon worden gered. De be manning van het zusterschip slaagde erin het huisraad en de kunstmest op het droge te brengen. De lading van de „Coad" was verzekerd. Minister Aartsen: De minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid, minister Van Aartsen, heeft gistermiddag optimis tische klanken laten horen over de particuliere bouw in Nederland. Er heerst in de vrije sector een grotere activiteit dan ooit tevoren. Er zijn aanvragen voor ruim 7000 arbeiders woningen van particuliere bouwers en voor 23.000 in de goedkoopste klasse voor eigen bewoning. In de lagere huurklassen heeft de woningnood nog hardnekkig stand gehouden. In deze huurklassen wor,- den de woningen gesubsidieerd. De minister is van mening, dat het nog vele jaren zal duren voor wij van de subsidies bevrijd zijn. Bij de volgende huurverhoging, zo verklaarde de minister, zullen de sub. sidies van Rijkswege voor duurdere woningen en die der middenklasse geheel kunnen vervallen. Die van goedkopere woningen zal dan vermin derd kunnen worden. De bewindsman wil het getal te bouwen woningen op 80.000 handha ven en niet gokken naar 90.000 wo ningen om de bouwmarkt niet te overspannen. Men wil liever de na druk laten vallen op de particuliere bouw. De Eerste Kamer heeft tenslotte unaniem de begroting voor Bouwnij verheid aangenomen. NIEUW-GUINEA-DEBAT IN JUNI? Het besluit' van het kabinet om dienstplichtigen naar Nieuw Guinea te zenden heeft in Den Haag de par lementaire kringen verrast Men ver wacht, dat in juni dit onderwerp in discussie zal komen., gelijk met de aan de Tweede Kamer toegezegde defen sie-nota. TREINEN VALLEN UIT OP KONINGINNEDAG Zaterdag zal in verband met dé viering van Koninginnedag een aan tal forensen-treinen, dat op „norma le" zaterdagen rond het middaguur rijdt, worden opgeheven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1960 | | pagina 9