„Valt er nog wel een verstandig woord te zeggen bij een begroting Scherp NEDO-MEX Drs Wiertz: volledige openheid van zaken in het scholenprobleem Mr J. v. d. Poel„weloverwogen beleid in subsidiering jeugdwerk nodig" DONDERDAG 19 NOVEMBER 1959 DE LEIDSE COURANT PAGINA 2 Leidse raadsleden bespreken onzekere cijfers en rekeningen Nestor Ten Broek aan het woord Leidens gemeenteraad is gisteren met de behandeling van de begroting 1960 begonnen. In de algemene beschouwingen voerde na de heren Piena (P.v.d.A.) en Harmsen (Prot. Chr.) de heer Ten Broek (K.V.P.) het woord. De katholieke fractieleider is met zijn 72 jaar de nestor van de Leidse Raad. Kort en puntig zijn zijn beschouwingen, kalm is zijn betoog en aldus draagt hij zijn titel van nestor met ere. Ook de heer Ten Broek sprak met waardering over de wijze waarop de geleidebrief van de begroting 1960 is samengesteld. Hij betreurt het, dat de financiële verhouding Rijkgemeente nog steeds sinds 1953 op losse schroeven staat. Ook voor 1959 moeten wij genoegen nemen met een onbegrijpelijke onzekerheid. De regering kan de consequenties van een wijde» financiële armslag der gemeente nog niet' aanvaarden, omdat zij zelf de belastingopbrengst nog hard nodig heeft. Zij meent, dat het mogelijk is de thans voorgestelde regeling tot wet te verheffen, zonder de plaatselijke belasting in het ge ding te brengen. Maar waarom wordt dan door de centrale overheid invoering van plaatselijke belasting gesuggereerd, terwijl in het kabinet stemmen zijn gehoord om de totale belastingdruk voor de burger te verminderen. „Vol verwachting klopt ons hart", aldus de heer Ten Broek. Financiële grens. Door de beperkingen die het Rijk oplegt, zullen de gemeenten tegen een financiële grens aanlopen, die nodig maakt dat zij zich zullen moe ten beraden over datgene wat vóór rang moet genieten. Spr. hoopt van harte, dat hierdoor het verzorgings- peil niet omlaag zal worden gehaald. De situatie van thans lijkt veel op die van de voorbije periode van be stedingsbeperking. Hij hoopt dat een vroeg hij ook, een vijfjarenplan te maken voor de onderhanden zijnde werken? Spr. resumeerde met op te merken, dat het de gemeente steeds moeilijker wordt naarmate het toe zicht van G. S. op het financieel be leid wordt verscherpt. De zelfstan digheid van het college, wordt zoda nig aan banden gelegd, dat van het zelfstandig uitvoeren van raadsbe sluiten wel niet zo véél zal komen. Vele met grote kosten en moeite gereed gekomen plannen kunnen zonder meer terzijde worden gelegd. Transparante klcurlak van Ccla-Bever en ander niet van invloed zal zijn op de woningbouw. Tekorten teruggebracht. Ondanks alle moeilijkheden ver heugt het spr., dat het oorspronke lijk tekort op de begroting 1958 van ruim twee en een half miljoen op 175 duizend gulden is teruggebracht. Spr. hoopt dat ook de begroting 1959 en 1960 analoog aan die van 1958 uit eindelijk gunstiger dan de ramingen zullen uitvallen. Spr. kan zich moeilijk verenigen met de bepaling, dat elk kapitaals- werk door Gedeputeerde Staten op zijn urgentie moet worden onder zocht. Er is een eind gekomen aan de normale ontwikkeling van het ge meentelijke leven op het terrein der investeringen. Spr. hoopt niettemin, dat B. en W. het verzorgingspeil met hand en tand zal verdedigen. Jam mer bijv. dat aan de nodige subsidies getornd moest worden. Hij sprak de hoop uit, dat het B. en W. gegeven zal zijn kostenstijgingen tegen te gaan door een juiste wijze van wer ken door gemeentelijke diensten en bedrijven. Lagere rente. De heer Ten Broek vroeg zich af of de regering haar toestemming zou weigeren, indien de gemeente zou lenen bij een of andere financiële instelling, die een rente lager dan 4'/» zou aanbieden. Verdient het geen aanbeveling, zo Loftrompet voor Sowjet-Unie in Leidse raad De heer van Weizen (CPN) sprak in de Leidse raad eveneens over de financiële verhouding Rijk-Gemeen te. Zich meer tot gemeentelijke de tails beperkend drong hij aan op ver lenging van de volledige straatver lichting met een half uur. Spr. plaatste vervolgens deze be groting tegen de achtergrond van de politieke situatie. Hij sprak van de ontspanning op internationaal terrein en de succes op technologisch ter rein van de Sowjet-Unie. Zij leidden mede tot een bankroet van de koude oorlog. Spr. stak de loftrompet over de economische toestand en het wel vaartspeil van de bevolking in de Sowjet-Unie. De heer Van Weizen wees tenslotte Op de z.i. aantasting van het demo cratisch recht door het niet toelaten van de communistische fractie tot de raadscommissies. Gemeenten aan banden gelegd. De liberaal, de heer Hagens, is de een-na-oudste van de raad. Deze 70-jarige heeft zijn sporen verdiend op het gebied van de accountancy en de belastingen. In 1954 werd hij als inspecteur van 's Rijks belastingen gepen sioneerd. na deze functie vele jaren bekleed te hebben. „Er is weinig nieuws sedert het voor jaar 1959", zo zei hij „op het ge bied van de gemeentelijke finan ciële kansen. Het wordt hoogtijd, dat er op dit terrein door de Rijks-regering voortgang wordt gemaakt". Hij betoogde met klem, dat de in voering van een woonplaatsbelasting niet mag leiden tot een verhoging van de totale belastingdruk van Rijk en gemeente samen op de bevolking. De regering zal een deel van haar inkomsten moeten laten vallen. Spr. behandelde vervolgens de verschil lende gemeenterekeningen en de voordelige verschillen, die de te korten aanzienlijk verminderen. Maar als men dit vaststelt kan men dan eigenlijk bij de huidige stand van zaken nog een verstandig woord zeggen bij een begrotings beschouwing? Spr. hoopt, dat ook de begroting 1960 een gunstige keer zal nemen. Hij waardeert het, dat 't college zich beperkingen heeft opgelegd en ver antwoordelijkheidsgevoel heeft ge toond. Gelukkig is de liquiditeit van de gemeente nog niet zorgvol. Spr. dankte tenslotte het college en de ambtenaren. In enige details, die hij hierop be handelde, kwam ook het efficiëncy- onderzoek aan bod. Spr. hoopt op een spoedige conclusie. Efficiëncy. Ook de heer Knol (Pr. Chr.) fi nancieel theoreticus van de Leidse raad, wijdde woorden aan het effi- ciëncy-onderzoek. „Laat men oppas sen" zei hij. „De onderzoekingen dienen met zorg te geschieden. Er ligt veel conflictstof, die snel hoog kan opwaaien. En men loopt het gevaar, dat juist het efficiëncy-onderzoek leidt tot uitbreiding van het personeel en het scheppen van nieuwe afdelingen. Amsterdam heeft het bewijs gele verd. De gemeente heeft toch óók een bestuurlijke taak. En het bestuur mag geen harnas worden, waarin verschillende machten bekneld ra ken. Spr. kan dan ook niet accoord gaan met efficiëncy-onderzoek, dat door andere, buitengemeentelijke in stanties wordt ingesteld. Hier ligt slechts een taak voor de eigen ac- Nieuwe regeling. De heer Wiertz (KVP) noemde het teleurstellend dat er geen reëele voorstellen zijn over uitbreiding van het gemeentelijk belastinggebied. Is financiële zelfstandigheid van de ge meenten eigenlijk geen verouderd begrip te noemen. Spr. stelde vast, dat in het wetsontwerp financiële verhouding een normvergoeding zal worden vastgesteld naar een sys teem van een op gemiddelde kosten afgestemd bedrag, waarbij nauwere aansluiting zal worden gezocht aan het aantal verplichte onderwijzers, dat aan een school werkt. Het is te hopen, aldus spr. dat ook de salaris sen van de vakleraren onder deze norm begrepen wordt. Onderlinge verrekening door de verschillende gemeenten voor leerlingen, die elders de school bezoeken en volgens de nieuwe voorstellen niet meer nodig en dit is een lichtpunt, daar het een aanzienlijke administratieve verte genwoordiging geeft. Hij wil vaii het college gaarne we ten of Leiden behoort bij de gemeen ten, die krachtens de nieuwe regeling hogere inkomsten zullen genieten. Spr. besprak vervolgens de toe stand op de kapitaalmarkt. Men zegt: er gebeurt niets! De heer Duyverman (VVD) vroeg welke de invloed van het college is op de prioriteit in bestedingen aan kapitaalswerken in de stad. Het blijkt, dat deze uiterst gering is. Van 25 raadsbesluiten is op 18 nog geen goedkeuring binnengekomen. Het verantwoordelijkheidsbesef van college en raad en de belangstelling van de burgers vermindert. (Men zegt: „er gebeurt niets"). Van een „werkzaam plaatselijk burgerschap" (Thorbecke) is dan géén sprake meer. Maatregelen ter beëindiging van die wantoestand zijn dringend noodzakelijk. Verlichting Douzastraat. De heer Lambermont (KVP) sprak o.m. over de verlichting van de Dou zastraat. Verbetering is dringend no dig in deze zich verbeterende win kelstraat. De verlichting is ver ouderd, te schaars en te hoog aan gebracht. Verbetering van de verlichting van de voorgevel van het stadhuis is eveneens nodig. Z.i. is het door het aanbrengen van extra-lampen al verbetering te bereiken. Géén superbureaucratie. De heer Kortmann (KVP) sprak ook over de onbevredigende finan ciële situatie van het moment, maar vroeg zich af of er wel normen te vinden zijn, die Rijk en gemeente zullen bevredigen. Spr. is bang, dat ook de begroting 1961 hetzelfde mis tige beeld zal geven, indien het Rijk niet voornemens is enige concessies te doen. Hij sloot zich aan bij de heer Knol waar het diens zienswijze op het ef ficiëncy-onderzoek bij de gemeente diensten betreft. Zij moest slechts normalisering en rationalisering ten doel hebben en niet leiden tot super-bureaucratie. Oud archief De heer Van Aken (PvdA) sprak met waardering over het werk, dat op het gemeente-archief wordt ge daan. Zijn waardering was in de eerste plaats gericht op de archiva ris, mej. mr Versprille. Hij vroeg opnieuw aandacht van het college WIJN BESTELLEN E L S H O F BELLEN Haarlemmerstraat 139 telefoon 21023 Zie onze etalage voor diverse surprises. (Advertentie) voor het uitbreidingsplan van het oud-archief, dat dringend nodig is en eens teméér urgent is, omdat er een nieuwe archief-wet in aantocht is. Hij drong voorts aan (evenals dit al in de commissie is geschied) op verhoging van de post „aankopen" tot 4000.—. Gemeente-grenzen. De heer Winsemius (PvdA), pla noloog van professie, wierp zich op het probleem van de gemeentegren zen. Hij is zeer bezorgd over de tra ge gang van zaken in de wijziging der Leidse grenzen. De omvang van de Leidse agglomeratie tussen de rijkswegen biedt een behoorlijke kans op uitbreiding. Zij roepen de agglomeratie ook een halt toe. Spr. betoogde dat de indeling in de Leid se agglomeratie onverbrekelijk ver bonden is met het Leids structuur plan. Er is een algemeen tendens in de planologie tot schaalvergroting. Hij drong erop aan dat nu een gun stige beslissing genomen wordt, op dat Leiden niet verloren gaat voor de (belangrijkste) rol die de stad in de Randstad Holland gaat spelen. Industrieschap. De heer Den Dubbelden (Pv$A) vroeg het college waarom Zoeter- woude meent tot verkleining van het terrein van het industrieschap te moeten overgaan. Heeft dit ernstige gevolgen en kan Leiden zulk een besluit voorkomen? Geheimhouding De heer Van der Poel (KVP) vroeg zich af of de situatie met berekking tot de geheimhoudingsplicht wel ge heel duidelijk is. De leden moeten weten waar zij aan toe zijn. Het is dan ook te waarderen, dat b. en w. toezeggen steeds vast te zullen stellen tot hoe vér de geheim houdingsplicht van de leden sterkt. Voorts sprak hij over delegatie van bevoegdheden van raad aan b. en w. Het antwoord, dat het college in de „memorie" had gegeven, bevredig de hem. Uitbreiding van de bemoeiingen der juridische commissie was even eens onderwerp van zijn betoog. Schoon? De heer Van Dijk (KVP) behan delde o.m. het onderhoud van het stadhuis. Vooral die afdelingen die veel door het publiek worden be zocht, zien er niet al te toonbaar uit. Er moet meer geld voor worden x Kon. Ned. Mij voor Tuinbouw-en Plantkunde Lezing over Alpenflora Gisteravond heeft de Kon. Mij. voor Tuinbouw en Plantkunde, afd. Leiden e.o. in Den Vergulden Turk een zeer goed bezochte ledenverga dering gehouden. De afdelingsvoor zitter, de heer J. H. Smit, richtte zich bij zijn begroetingswoord in het bij zonder tot de heer J. Bakker, hoofd assistent van de Rijkstuinbouwvoor- lichtingsdienst, te Aalsmeer, die een lezing hield over: „De Alpenflora". Na voorlezing van de notulen en eni ge ingekomen stukken door de secre taris, de heer W. R. Oudshoorn, volg de de afwerking van een kort huis houdelijk programma en werden o.m. een tweetal nieuwe leden, na een ballotage, door de voorzitter geïnstal leerd. Voor he^ gebruikelijke pro gramma-onderdeel: Wie weet hoe ik heet" had ditmaal de heer H. Grif fioen een aantal plantentakken inge zonden en konden de leden tonen, dat zij de nodige betanische- en de- termineerkennis bezaten. De heer Bakker heeft een gedegen kennis van de wilde flora in het algemeen en van de Alpenflora in het bijzonder. Tijdens zijn vele zwerftochten door het uitgestrekte Alpengebied is hij geklommen tot de hoogste toppen om de flora, die zelfs daar nog voorkomt, te bestuderen en te determineren. Het is vaak onbegrijpelijk dat men op grote hoogte in het oergesteente op plaatsen waar eeuwig sneeuw ligt en elk plantenleven onmogelijk moet voorkomen, toch nog de mooiste bloemenpracht tegenkomt. Dat er op de Alpen, zelfs op zeer grote hoogte nog „bomen" groeien, al zijn zij slechts enkele cm hoog, zal slechts weinigen bekend zijn. Met tal van prachtige kleurendia's een greep uit zijn collectie, verluchtte de heer Bakker zijn boeiende en zeer leer leerzame lezing. Van de gelegenheid tot het stellen van vragen werd een druk gebruik gemaakt. uitgetrokken. De post verlichting in de begroting acht hij te hoog. Vermoeiend. De heer Van Iterson (Prot. Chr.) zou liever een werkschema zien van enkele werkelijk urgente zaken, zoals sanering binnenstad, wegen aanleg, verkeer, vervoersvraagstuk, dan steeds weer geconfronteerd te moeten worden met een moe-ma kende wachtlijst. De heer Woudstra (Pr. Chr.) zag gaarne, dat de raad tijdig ingelicht wordt over de ingekomen stukken. De heer Zundermann (P.v.d.A.) vroeg naar de toekomst-plannen voor het burgerij-fonds potlood No. 517. Horizontaal: 1. schop, 4. bezweringsformule, 6. cilindervormig voorwerp, 7. boom, 9. spil van een wiel, 10. vast, stevig, 11. muziek noot, 12. bloeiwijze, 13. spoedig, 14. verdikking der opperhuid, 16. hoen derachtige vogel, 17. scheepsvloer, 18. getroffen, 19. voorzetsel, 20. tweetal, 22. zijde, 23. heden, 24. vuursprank, 25. opschik. Verticaal: 1. treurspel, 2. roodach tig 3. telwoord, 4. schel, 5. meisjes naam, 7. honingbij, 8 hemellichaam, 10. term bij het schaakspel. 11. jas (Vlaams), 12. zwemvogel, 13. op die plaats, 15. telwoord, 16. gevoel van diepe afkeer, 18. dunne twijg, 20. kookvat, 21. bijwoord, 22. term bij het boksen (afk.), 23. ontkenning (Eng.). Oplossing morgenavond. Oplossing No. 516. Horizontaal: 1. Kos, 3. horde, 8. A.D., 9. soepel, 10. mentor, 12. R.K., 13. een, 14. pd, 15. Roer, 17. geen, 19. tr, 20. Eli, 21. et, 22. Italië, 24. Eemnes, 26. D.S., 27. kraan, 28 kat. Verticaal: 1. kamer, 2. ode, 3. hoon, 4. oer, 5. R.P.. 6. derde, 7. elk. 9. ster, 11. Neer, 14. peil, 16. otter, 17. glas, 18. noest, 20. eten, 21. eek, 22. Ina, 23. Ida, 25, ma. De heer Wiertz (KVP) heeft gister avond in de Leidse Raad bij de behandeling van de begroting 1960 gesproken over de grote nood in het Leidse onderwijs. Hij zei ondermeer: de behoefte aan lagere scholen in Leiden bedraagt tien stuks, waarvan een in aanbouw is, namelijk de r.-k. lagere school aan de Boshuizerlaan; een wacht op de rijkskeuring; zes wachten op ge reedkomen en goedkeuring van het definitieve plan onder meer de r.-k. lagere school in zuidwest (vak VI); en 2 wachten op de toekenning van een urgentieverklaring, namelijk de r.-k. lagere school aan de Haagweg, die het mogelijk zal maken, dat het schoolgebouw aan de Potgieterlaan eindelijk bestemd kan worden voor het r.-k. ulo-onderwijs: de r.-k. la gere school aan de Herengracht. Bij het buitengewoon lager onder wijs bedraagt deze behoefte vijf scholen, waarvan een in aanbouw, na melijk de r.-k. meisjesschool voor b.l.o. aan het Philosophenpad; drie wachten op gereedkomen en goed keuring van het definitief plan, na melijk de r.-k. jongensschool voor b.l.o. in het Houtkwartier; de r.-k. school voor imbeciele kinderen; de openbare Mytylschool en een wacht op toekenning van een urgentiever klaring, namelijk de r.-k. school voor kinderen met leer- en opvoedings moeilijkheden, die voorlopig nog ge huisvest is in het pand Rapenburg 48. Bij het uitgebreid lager onderwijs bedraagt deze behoefte 4 scholen waarvan twee wachten op de rijks goedkeuring; een wacht op het ge reedkomen van het dfeinitief plan, namelijk de openbare ulo-school in zuidwest; een wacht op toekenning van een urgentieverklaring, namelijk de openbare ulo-school aan de Sumn- trastraat. Ulo-scholen By de planning van openbare ulo scholen wordt rekening gehouden met een verwachte aantal leerlingen van minstens 1200, verdeeld over de bestaande ulo-school aan de Plesman- laan en de te bouwen ulo-scholen aan de du Rieustraat, in zuidwest en aan de Sumatrastraat, terwijl de be- Kennis van de feiten. staande ulo aan de Pieterskerkstraat opgeheven wordt. Daar echter het huidige aantal leer lingen aan de openbare ulo-scholen 806 bedraagt, zou hij gaarne van het college willen vernemen, wat zijn verwachting is ten aanzien van de toekomst van het openbare ulo-oh- derwijs. De behoefte aan gymnastiekloka len voor het lager onderwijs be draagt momenteel minstens zeven, waarvan een in aanbouw, namelijk bij de r.-k. meisjesschool voor b.l.o. aan het Philosophenpad. Het allerdroevigste beeld echter is te zien bij het kleuteronderwijs. De thans bekende behoefte aan kleuter scholen bedraagt momenteel reeds 12 scholen, waarvan 4 wachten op de rijksgoedkeuring. Een oplossing voor het uitblijven van Rijksgoedkeuring voor de bouw van kleuterscholen zou gevon den kunnen worden, door die kleu terscholen, waarvan de plannen na verkregen urgentie verklaring, nog gereed gemaakt moeten worden, voorlopig op te zetten als twee-klas- sige kleuterscholen, bijvoorbeeld kleuterscholen met 2 speelwerklo kalen. De bouwsom van deze kleuterscho len komt hierdoor in elk geval te liggen beneden de ton, hetgeen in houdt, dat men voor de bouw niet meer afhankelijk is van een rijks goedkeuring, die nauwelijks te ver krijgen is, maar dat het College zelf bevoegd is, om de hier voor vereiste bouwvergunning af te geven. Kennis van de feiten. Kennis van wat er nodig is, als mede een duidelijke kennis van de hoeveelheid schoolruimte en gym nastieklokalen, waarover men in fei te beschikt, is in het huidige stadium van zeer geleidelijke realisering een eerste vereiste geworden voor allen, die, het zij als raadslid hetzij als lid van een schoolbestuur, hetzij uit hoofde van een ambtelijke functie, een oplossing voor het scholenpro bleem trachten te vinden. Daarom verzoekt spr. het college, het in de leeskamer ter inzage ge legde overzicht van alle bestaande scholen voor lager- en kleuteronder wijs, zowel openbare als bijzondere, waarbij per school een opgave is ver strekt van het totaal aantal leer lingen en het totaal aantal lokalen, aan alle raadsleden toe te zenden, opdat zij weten, wat er is, wanneer zij in de toekomst beslissingen moe ten nemen over de wijze, waarop de hierboven geschilderde behoefte geleidelijk en derhalve volgens een zeker urgentieschema, waarbij soms voorrangskeuzen gedaan moeten wor den gerealiseerd dient te worden. Zijn fractie zou zelfs nog verder willen gaan, en voorstellen, om deze gegevens van de feitelijke situatie jaarlijks ook kenbaar te maken aan de verschillende schoolbesturen. Hierdoor zullen vele misverstanden worden voorkomen. Een volledige openheid van zaken in deze zal ge tuigen van een wijs beleid. De heer Wiertz sprak ook over de positie van het VGLO en de ULO. In een geringe stijging (tegenover een daling van het openbaar en prot. chr. VGLO) ziet spr. een bevestiging van zijn eerder gedane bewering dat het r.k. VGLO langzamerhand een eigen vorm heeft gevonden en niet als restschool fungeert. Maar natuurlijk zijn er ook een groot aantal jongens onder, die niet op de r.k. Technische School geplaatst konden worden. Spr. drong nogmaals het bestuur van deze school de me dewerking aan de zo noodzakelijke uitbreiding, niet te weigeren. velden in de Klikkerpolder stonden in het brandpunt van zijn kritische belangstelling. Tenslotte wijdde spr. uit over cul turele evenementen, welke naar zijn inzicht in Leiden nog veel aandacht trekken. Hij drong in dit verband aan op verbetering van de garderobe van de Stadsgehoorzaal. Hij diende daarop een motie in, waarin bezorgdheid van de raad wordt uitgedrukt over de trage gang van zaken in bouw van scholen gymnastieklokalen, zweminrichtingen en aanleg van sportterreinen, in de overtuiging, dat de volksgezondheid hierdoor ernstige schade wordt berokkend. De motie zou ter kennis gebracht moeten wor den van minjsters en Gedeputeerde Staten. De heer Lambermont (KVP) wees op de slechte toestand van de Stads gehoorzaal, welke toestand méér remmend werkt op de teruggang van het bezoek aan culture' evenemen ten dan de televisie. De garderobe is te klein en ver ouderd, de tafels zijn wrak, de kleine zaal is ongezellig, een betere aan kleding zou meer sfeer kunen bren gen. Er zijn restauratieplannen, maar genoemde mankementen zouden wor- geringe kosten opgelost kunen wor den. Kan het personeel niet enige tijd per dag besteden aan het op peil houden van het meubilair? Zou een verlaging van de huurprijs de bezetting niet kunnen verhogen. Met waardering gewaagde spr. van de verzorging van de plantsoenen in Leiden en van de activiteiten van de Schuld bij Leiden? De heer Questro (Prot. Chr.) be kritiseerde de lakse reactie van Den Haag op de Leidse sportproblemen. Maar hij heeft zich laten vertellen, dat ten aanzien van de aanleg van de lükkerpolder enige schuld bij Leiden ligt. Het bedrag dat men vroeg was te hoog en er kwamen oosten op voor, die niet in de raming thuis hoorden. De heer Van der Poel (KVP) be perkte zich tot één suggestie ten aan zien van een goede, eerlijke regeling bij verordening van de subsidiëring van het jeugdwerk. Bij de meeste ge meentebesturen is van een welover wogen beleid in deze geen sprake. Verschillende belangrijke groeperin gen ontvangen om een of andere re den geen subsidie. Ook in Leiden ontbreekt hier nog wel het een en ander aan. Spr. richt te zich op verbetering. We zullen dan aan een stijging van het subsidiebedrag niet kunnen ont komen. Subsidie van jeugdwerk acht spr. niet minder belangrijk dan sub sidie aan jeugdzorg „Voorkomen is beter dan genezen". De heer Woudstra (Prot Chr.) deed op de burgerij van Leiden het be roep de V.V.C. te steunen. Om vijf voor elf schorste de voorzitter de vergadering tot hedenmiddag twee uur. Culturele zaken en onderwijs in de Raad Men stapte over op hoofdstuk II: onderwijs en de KVP-onderwijsdes- kundige, de heer Wiertz, kreeg als eerste het woord. Geduld is nodig voor degenen, die met onderwijs, huisvesting te maken hebben. Dui delijke kennis van hoeveelheid schoolruimte en gymnastieklokalen is onontbeerlijk. Daarom dient het college ook nauw contact met de schoolbesturen te onderhouden Hij gaf een overzicht van de thans be kende behoefte in het onderwijs (Zie elders in dit nummer). Tragedie. De heer Zundermann (PvdA) prees het hoge peil van het lager on derwijs in Leiden in onze dagen. Hij vroeg hoeveel aanvragen voor een bijdrage uit het Leids studiefonds bij het college zijn binnengekomen. Hij sprak over de tragedie van het ruimtegebrek in het nijverheids onderwijs. Hij vroeg ook: „hoeveel kinderen krijgen in Leiden nog gymnastiek onderwijs?" De 3300 gymnasten in verenigingsverband kunnen óók geen voldoende onderdak meer vin den 12 pet van onderzochte kleuters in Leiden heeft, volgens een onderzoek van de Geneeskundige dienst, „door gezakte voeten", meestal als gevolg van gebrek aan lichamelijke oefe ning. Noodtoestand. De heer Duyverman (WD) sprak nog eens over de noodtoestand in het middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs. Als Leiden meent, dat het hierop geen invloed kan uit oefenen, dan lijkt deze houding hem ietwat defailistisoh. Zij geeft hem weinig vertrouwen in de spoedige vervulling van het nog steeds va cante rectoraat van het gymnasium en van tal van vacatures aan het Rembrandt-lyceum. De heer Harmsen (Pr. Chr.) sloot zich gaarne aan bij verschillende opmerkingen, die de heer Wiertz had gemaakt. Weet men in Den Haag nu wel precies hoe de kaarten in Lei den liggen?" Oefent de bouwactivi teit voor de universiteit geen nade lige invloed uit op de scholenbouw?" Voorlichting van de schoolbesturen over de bestaande plannen en situatie acht ook hij nodig. Cultuur. Hoofdstuk 3 omvat culturele zaken, jeugdzorg en sportbeoefening en de heer Zunderman (P.v.d.A.) zei hier over onder meer, dat de passieve vrijeetijdsbesteding van deze tijd een gevaar in zich herbergt. De oplossing ligt in de activering, dank zij de- sport. Zweminrichtingen, sportaccommo datie (met lof woord over 't initiatief van Docos) en toestand van de sport-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1959 | | pagina 2