„Het rechtzinnig Protestantisme feitelijk Katholiek gebleven" Radio T.V. C. L. M. VAN CLEEF Friese molen uitgebrand Meer werkloosheid in de bollenstreek DINSDAG 10 NOVEMBER 1959 DE LEIDSE COURANT PAGINA 8 PRESIDENTE KATH. VROUWENGILDE OVER: De godsdienstige vorming van de jeugd Minder praten; meer luisteren Tijdens de algemene vergadering, die het Katholiek Vrouwengilde in de bisdommen Haarlem en Rotterdam te Haarlem heeft gehouden, zijn de problemen besproken rond de gods dienstige vorming van de jeugd. De nieuwe presidente, mevrouw mr. C. M. Smithuysen—Naessens, heeft die problemen uitgebreid en grondig be sproken in een voordracht, waarin zij ervan gewaagde, dat in onze tijd in de zogenaamde goede gezinnen ouders en kinderen ervaren, dat zij zo graag nader tot elkaar komen, doch dat zij feitelijk steeds verder van el kaar afraken. De jeugd van tegenwoordig, zo stel de zij, is critisch en ziet scherp. Zij onderwerpt zich niet meer aan het ouderlijk gezag, omdat zij wel inziet, dat de ouders zelf niet weten hoe zich aan de gewijzigde omstandighe den aan te passen. De ouders zijn zelf onzeker en gaan zich in hun onzekerheid beroepen op het ouderlijk gezag zonder meer. De jeugd, die de onvolgroeidheid en de onevenwichtigheid van vele volwas eenen wel degelijk onderkent, merkt drommels goed, dat de volwassenen hun eigen tekortkomingen ten op zichte van hun kinderen compenseren door een teveel aan maatregelen en straffen. Daartegen komen zij in op stand. Zij accepteren de autoriteit van de volwassenen alleen, wanneer die autoriteit gedragen wordt door een geestelijke volwasesnheid en door een geestelijk overwicht. De jeugd van tegenwoordig heeft de hulp nodig van opvoeders, die wer kelijk volwassen zijn, die ook werke lijk in staat zijn haar te loodsen door de verwarring van bet bestaan. Mevrouw Smithuysen stelde nog eens met nadruk, dat kinderen moe ten opgroeien in de veilige bescher ming van het goede, het gezellige, het vertrouwde, en niet op straat in de vijandige wereld. De kinderen verlangen naar de gezelligheid van het kopje thee, het spelletje na ta fel en wat plaatjes draaien, en niet naar de haast, omdat om acht uur de televisie begint. De inleidster betoogde, dat de ouders hun kindern moeten tonen, dat het hun ernst is met hun christen- zijn; dat zij rotsvast geloven en ver trouwen, maar tegelijkertijd moeten de kinderen begrijpen, dat zij anders zijn dan hun ouders. Wij moeten, aldus mevrouw Smit huysen, ons geloof bij onze kinderen niet opdringen. Wel moeten wij hen helpen in hun twijfel. Wij moeten hen tegemoet komen, hen niet ver oordelen of dwingen tot dingen, die zy in hun hart verfoeien. Klimaat van het geloof. De grote fout van vele ouders is, zo ging zij voort, dat zij het geloof van hun kinderen zeker willen stellen, met allerlei reglementen en voor schriften. Zij durven absoluut geen risico te nemen, en zijn o zo bang fou ten te maken. Daarom nemen zij lie ver het „foute zekere" voor het „be tere onzekere". Zij vergeten echter, dat het geloof geen aardrijkskunde is of algebra, dat je kunt instampen en als huiswerk opgeven, desnoods onder allerlei dreigementen. Het ge loof moet ontvlammen en opbloeien, het moet met liefde en voorzichtig heid geleid en gevoed worden, en niet bevolen en gereglementeerd. Wij moeten wel een klimaat scheppen voor een groeien in liefde tot God. Het heeft totaal geen nut kinderen te dwingen of te verplichten naar de kerk te gaan, en zeker niet onder dreigementen van straf en zonde. Blinde gehoorzaamheid heeft namelijk geen enkel effect ten aanzien van het geloof van het kind. Het moet het inzicht hebben, dat het gevraagde redelijk is. „Ik vraag mij wel eens af", aldus mevrouw Smithuysen, „of het verlangen van de ouders naar vrome en brave kinderen, die als een voorbeeld vooraan in de kerk zitten, uitsluitend voorspruit uit hun wer kelijke bezorgdheid voor het zie- leleven van dit kind, of dat er toch misschien iets doorheen speelt van eigen ij delheid. Wanneer vader kerk meester is en moeder een voorbeel dig lid van de Elisabeth-vereniging, dan is het toch wel heel heerlijk, wanneer de kinderen ook de oogap pel van de pastoor zijn en een voor beeld voor de kinderen uit de pa rochie". Minder praten, meer luisteren. Mevrouw Smithuysen achtte het voorts raadzaam, wanneer de ouders eens wat minder praten en wat meer luisteren. Wanneer de kinderen van jongs af aan gewend zijn, dat de cuders ook naar hen luisteren, dan leren zij hun gedachten formuleren en bun moeilijkheden onder woor den brengen. later, als zij groter zijn, blijven zij praten, en treaker. zij zi.-h niet te rug met hun problemen Zij weten dan, dat er naar hen geluisterd wordt en dat zij ernstig worden genomen. Ieder jing mens, hoe kie.n hij ook is, he-;ft inmers een eige.j persoonlijkheid, hem door God gege ven, en hij heeft er recht op, dat die persoonlijkheid gerespecteerd wordt. De ouders moeten dus hun manier van geloven niet opdringen aan hun kinderen als de alleen-zaligmakende. Zij moeten hen niet volstoppen met hun godsdienstige ideeën. Ieder mens, ook de jonge zal op zijn eigen wijze in relatie met God moeten ko men. Hij zal uiteindelijk zelf God moeten vinden in een eigen indivi duele belevenis. Daarbij kunnen de ouders wel helpen, maar zij moe ten hun kinderen niet naar God sle pen. Mevrouw Smithuysen gaf als haar mening te kennen, dat vele ouders en opvoeders zich teveel laten leiden door de angst en te weinig door het geloof en het vertrouwen. Zij zijn bang voor de buitenwereld en voor de anders-denkenden. Wanneer zij echter hun kinderen geestelijk weerbaar willen maken, dan zullen zij zich in de opvoeding niet moeten laten leiden door de angst, maar door een rotsvast ge loof. Dan begrijpen zij ook beter de critische instelling van hun kinde ren ten opziichte van de godsdienst. Zoeken naar het wezenlijke. Het probleem van de kinderen be staat wat dat betreft hierin, dat zij zoeken naar God en hem niet kun nen vinden in de dingen en verhou dingen in deze wereld. En dikwijls vinden zij God ook niet in de tradi tionele vorm, waarin de Kerk zich aan hen openbaart. Zij stellen zich teweer tegen deze wereld en deze Kerk, en dat wordt door de ouderen niet aanvaard, om de doodeenvoudige reden, dat zij daarin zien een mani festatie vart het ongeloof Zij her kennen niet het wezenlijke, wat hier achter schuil gaat, namelijk niet het ongeloof, maar de worsteling om het geloof, niet de vorm of traditie, maar het echte en wezenlijke, God zelf. Het moest mevrouw Smithuysen van het hart, dat zovele jonge mensen hun geloof loslaten of er wanhopig mee worstelen, omdat soms de gods dienstlessen zo afschuwelijk saai zijn. Zij herinnerde er aan, dat het de ouders zijn, die in eerste instantie verantwoordelijk zijn voor het gees telijk leven van hun kind. En wan neer zij hun kind nèar een katholie ke school sturen of naar een cursus of congregatie, dan is daarmede voor hen de kous niet af. Zij moeten wel degelijk overwegen, of de vor ming en voorlichting, die het kind daar krijgt, hun kind ook werkelijk nader tot God brengt. De ouders zul len bereid moeten zijn de apostoli sche taak tot een goed einde te bren gen, en zullen het besef moeten heb ben hun kinderen niet te moeten op voeden tot formalistische catechis mus-katholieken, maar tot aposto lische uitdragers van het geloof. „Het is de jeugd van vandaag", zo besloot de inleidster, „die de wereld van morgen haar aanschijn geeft". AUTO TE WATER; EEN DODE. Vanmorgen tegen vier uur is in Eindhoven een auto met twee inzit tenden in het Eindhovens kanaal ge reden. Een van de inzittenden, de Helmondse wethouder H. van Ekert, wist zich te bevrijden en naar de wal te zwemmen. Zijn broer, de 40-ja- rige Frans van Ekert, die de wagen bestuurde, kwam om het leven. Om streeks 6 uur is de wagen uit het water getakeld. Advertentie. PHILIPS ERKENDE FABRIEKSSERVICE BOTERMARKT 25 TEL. 22669 Bad, worse, worst j I Politie en meeuwen j roken buit Gistermiddag is in korte tijd de mo numentale poldermolen van de Ayl- vapolder, de oudste polder van Fries land, door brand verwoest. Voor de ze molen, die enkele jaren geleden dreigde te verdwijnen, doordat wind kracht niet rendabel bleek en de on derhoudskosten te groot werden, is destijds een grote actie gevoerd, waardoor met steun van het rijk, de provincie en de gemeente Hennaar- deradeel de molen behouden kon blij ven. Gistermorgen heeft de molen gema len, doch daarbij is hij vermoedelijk te warm gelopen. Gistermiddag, toen de molen stil stond, ontdekte men dat er vlammen boven uit de rieten kap sloegen. Onmiddellijk werd de brand weer van de gemeente Hennaardera- deel, gestationeerd in Wommels, ge waarschuwd, doch deze kon niet voor komen, dat de molen binnen een kwartier tot de grond toe afbrandde. Persoonlijke ongevallen deden zich niet voor. De Friese molens worden niet bewoond. PTT-agent diepte f 5000 uit de kas De postale recherche heeft de Zeister postagentschaphouder J. ge verbaliseerd die ervan wordt ver dacht, in totaal ƒ5000 aan PTT- gel den te hebben verduisterd. De man bekende onmiddellijk. Het verdwenen geld is inmiddels aangezuiverd door een relatie van de postagent. J. had ongeveer een jaar geleden de kruidenierszaak annex postagent schap overgenomen en was toen met zijn knoeierijen begonnen, Hij be taalde zijn privé- uitgaven met gel den uit de PTT-kas, maar hij zorgde ervoor, dat zijn fraudes niet konden opvallen. Enige tijd geleden had iemand een klacht ingediend, omdat zijn giro storting welke hij bij J. had gedaan, niet op de staten voorkwam. Na het onderzoek van de postale recherche deed J„ die de laatste tijd al zeer angstig voor ontdekking was, geen moeite meer om nog te ontkennen. SUBSIDIES VOOR ONDERHOUD VAN MONUMENTEN IN ZUID-HOLLAND. Volgens gegevens, verstrekt door het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, zijn in de periode 1 juli 195830 juni 1959 ten behoeve van restauratie van mo numenten in Zuid-Holland rijkssub sidies verleend tot een bedrag van 2.145.694,65. Hiervan kwam een be drag van rond 600.000 gulden voor rekening van de provincie. Thans aan de orde komende verzoeken vor deren een hoger bedrag. Dit wordt daardoor veroorzaakt, dat niet al deze verzoeken nieuw zijn. Gedeputeerde Staten stellen nu aan de Provinciale Staten voor, nieuwe subsidies in de kosten van instand houding van monumenten voortaan in het algemeen te verlenen tot 10 pet. daarvan en met handhaving van het in 1955 ingevoerde financierings systeem, met ingang van 1960, en te besluiten het percentage van de nor male jaarlijkse afschrijving te bepa len op 2V« pet. en het paarlijks op de gewone dienst beschikbaar te stel len bedrag voor rente en afschrij ving vast te stellen op ƒ300.000. Op de staat van objecten, die dit jaar voor subsidie in aanmerking ko men, staan naar verschillende monu menten te Leiden o.m.: de Ned. Her vormde (koepel) kerk te Leidschen- dam (ƒ3133.het voormalig raad huis te Nieuwkoop ƒ1.503.60), de to ren van de Hervormde kerk te NoordwijkeFhout (ƒ9526,80), het Groene Kerkje te Oegstgeest l 11.866.65), het inrijhek van het kin dertehuis Niew Voordorp te Voor schoten 215.60), de toren van de her vormde kerk te Zoetermeer (ƒ37.143.60), de aan de gemeente Zoeterwoude behorende toren 3350.25) en de aan de gemeente Zwammerdam behorende toren 3895.80). Het totaal der voorgestelde subsi dies bedraagt 873.429.75. Een 46-jarige motorrijder uit LJmuiden is in de nacht van zaterdag op zondag op de Hagelingerweg te Velsen verongelukt Uit het onder zoek heeft de politie geconcludeerd, dat de motorrijder op het linker weg gedeelte tegen een boom moet zijn gereden. De man is na de botsing vrijwel terstond overleden. recht heeft zondagmiddag I in Amsterdam Oost waarschijn- lijk niet zijn beloop gehad. Toen j een agent van politie, tijdens zijn surveillance-ronde, in de I Mauritskade een groot aantal i dikke worsten zag drijven ver- i moedde hij onmiddellijk een i kleine ongerechtigheid in deze. Gindse worsten konden heel goed weieens van een diefstal i afkomstig zijn; anders gooi je j die heerlijkheden zomaar niet in het water. De agent ging bij zichzelf na, i welke oplossing hier het meest dienstig zou zijn en kwam tot de conclusie, dat het best de po- i litie te water gewaarschuwd kon i worden. Wat hij bijgevolg deed. j Nu ligt deze arm van de hoofd- J stedelijke macht niet op iedere j hoek van de gracht gereed om i uit te rukken; zij moet soms van j ver komen. Zo ook ditmaal. j Boven de Amsterdamse grach- i ten kruisen doorgaans grote groepen meeuwen en zeker bo- ven de Mauritskade, de kant van i Zeeburg op. Ook deze vogels I hadden een oplossing van de j moeilijkheid gevonden en toen de agent zijn rug had gekeerd I om zijn watercollega's te roepen I brachten zij eendrachtig hun plan ten uitvoer. Even later arri- j veerde de politieboot op de plaats van de misdaad. Zij werd be- I groet door een aantal nog na- i smakkende meeuwen, op weg 3 naar een rustig plekje om eens j lekker bij te komen van de smul- 3 partij. In het water was geen i worst meer te bekennenj „HOEKSTEEN" OVER DE ARBEID Nieuwe uitgave der actie „Voor God". Over de arbeid in onze technische tijd wordt veelvuldig geschreven. Maar in veel gevallen blijft de wezen lijke vraag onbesproken, wat nu eigenlijk de christelijke betekenis van de arbeid is. Geïllustreerd met een vijftigtal boeiende foto's, veelzijdig gekozen uit heel het wijde arbeids veld, bespreekt deze Hoeksteen een aantal belangrijke aspecten, waaruit de christelijke zienswijze is opge bouwd: Arbeid als levensonderhoud. Maar ook als levensinhoud Arbeid is werken in gemeenschap. Maar ook voor de gemeenschap. In de arbeid doet zich de pijn van het zwoegen gelden. Maar evenzeer de vreugde van te mogen werken. Zijn mens en machine vijanden of bondgenoten? In de christelijke visie is de mens geroe pen tot verovering. In zijn arbeid is hij scheppend als de Schepper en tegelijk dienend als Christus. En wat betekent voor een christen „de kroon op het werk?" Deze goedkope uitgave slechts 45 ct. zou eigenlijk de ruimsie ver spreiding onder alle werkers verdie nen. Juist omdat zij een menselijke waarde van alle tijden zo raak in de actuele sfeer van de eigen tijd plaatst. Wilt U iets weten? Lot Appelactie no. 3. Is er op lot no. D 063860 een prijs gevallen? Dit zult u moeten informeren bij de lo- tenverkoper of bij het adres, ver- meld op het lot zelf. Wij hebben er geen trekkingslijst (meer) van. (H.) Kinderbijslag-toeslag. Ik heb ge lezen, dat de kindertoeslag die wij ontvangen verruimd is v.z.v. betreft de berekening van het brutoloon, met enkele premies welke wij zelf beta len. Welke vallen er nu onder? Ik betaal 1.08 weduwenfonds, 6.76 A.O.W. en 1.80 bedrijfspensioen fonds. Aldus de vraag van C. v. d. P. Van de door u genoemde bedragen valt alleen het bedrag van 1.80 voor het bedrijfspensioenfonds er onder. Uw bruto loon zal dus moeten zijn het bruto loon min de premie voor het bedrijfspensioen ten bedrage van 1.80. De twee andere genoemde be dragen zijn niet voor aftrek vatbaar. Vakantietoeslag wordt ook niet me- degeteld en ook de waarde van va kantiebons niet. Nu moet u niet den ken, dat als u op een zaterdag b.v. met vakantie gaat voor twee weken, het gehele bedrag dat u ontvangt va kantietoeslag is, dat is niet zo, want dat is ook uw loon, dus alleen de toe slag welke u ontvangt boven uw loon telt niet mee. (H.). NIEUW BOEK VAN DR H. B. VISSER Dr. H. B. Visser te Leiden heeft een merkwaardig boek geschreven, dat de intrigerende titel draagt „Het rechtzinnig Protestantisme feitelijk Katholiek gebleven". (Uitgave Paul Brandt N.V. Hilversum). In dit boek wordt de Reformatie op een andere wijze benaderd dan doorgaans. „Het gaat er (dus) niet om" aldus dr. Visser ter inlei ding „dat de rechtzinnig-Protes- tanten, die zich afwendden van het Rooms Katholiek geloof, daar toch veel van behouden hebben. Het gaat om die geloofspunten, waarin zij zich hebben gekeerd tegen de Katholieke leer. Ook wat die punten betreft, zijn zij van die leer niet losgekomen. Zij hebben wel gemeend een heel ander standpunt in te moeten nemen en hebben dat ook gedaan, maar zij zit ten ook op die punten van verschil nog vast aan het Katholieke geloof. Aan deze stelling is dit geschrift ge wijd". Het doel en ook de toon van dit geschrift is zeer sympathiek: „deze wezenlijke eenheid met onze daden waarmaken door samen onze plaats weer in te nemen in de Moe derkerk en nu al te beleven de een heid, die we straks in het Vader huis dat Boven is, zullen genieten". Om zijn stelling te bewijzen, maakt dr. Visser uitsluitend gebruik van de officiële belijdenisgeschriften, kerk gezangen en gebruiken van de Her vormde (Gereformeerde) Kerken. Van huis uit Protestant, kent dr. Visser deze geschriften door en door en ontleent er, ter staving van zijn beweringen, bewijsvoeringen aan, welke ons, die van huis uit Katho liek zijn, soms bevreemd hebben. Bij eerste lezing vonden wij de trant en gang der bewijsvoering van vele hoofdstukken gewrongen, en ook bij tweede lezing bleef vaak de in druk, dat de schrijver wel zeer veel van de welwillendheid van een Pro testant lezer vergt, welke hij b.v. vraagt ten besluite van zijn beschou wing over het Vagevuur: „Wie welwillend ook dit stuk van het Katholieke geloof overweegt, kan opmerken, dat in het Protestante ge loof ook op deze wijze het vagevuur inligt, dat er althans 'een gebaand pad is naar de waarheid ervan." Een dergelijke buitengewone, en zeker niet algemeen aanwezige wel willendheid veronderstelt de schrij ver, ons erachtens, ook bij hoofd stukken, waarin hij de offergedachte van de H. Mis, de Maria-verering, de aflaten e.a. behandelt. In vele andere hoofdstukken, met name over de onfeilbaarheid van Kerk en Paus, en over de genade en de goede werken bewandelt hij een. eveneens naar ons inzien, steviger weg van bewijsvoering, welke min der welwillendheid en meer lijnrech te denkwijze vereist. Tot tweemaal toe hebben wij het woord ons inziens benadrukt, omdat dr. Visser, Katholiek maar van Pro testanten huize, beter dan wij de Protestante mentaliteit verstaat en verwoorden kan. Niet alleen de woordkeus maar ook de manier, waarop het Protestantisme teksten benadert en ontleedt is een andere dan in het Katholicisme gebruikelijk. Dr. Visser beheerst echter beide levenssferen. Het is dus heel goed mo gelijk, dat een bewijsvoering, welke ons, als Katholiek, gemakkelijk ligt, bij de Protestante lezer nauwelijks aanslaat, terwijl daarentegen een o.i. al te subtiele en al te welwillende uitleg van teksten het bij de Protes tante lezer misschien toch wel doet, hem althans tot denken zet. Of dat zo is, zal de practijk moe ten leren. Eenzijdigheid zal de schrijver ze ker ten laste Worden gelegd, en dat ongetwijfeld ook van Katholieke zijde. Dr. Visser betoogt in het hoofdstuk over de zondagsviering, dat dit punt „in de Reformatie geen rol heeft ge speeld". „De zondag is er een van de bewijzen voor dat, als er eenmaal scheiding heeft plaats gehad, er later nog allerlei verschillen bij komen, omdat men al verder van elkaar af- groeit". Deze constatering lijkt ons een be zwaar, dat aan de gehele opzet van het boek kan verbonden blijken Men kan de Katholieke en de Protestante leer naast elkaar leggen en wel degelijk zoals dr. Visser op ver scheidene punten op zeer gelukkige en verhelderende wijze doet de aanzet terugvinden, dat het rechtzin nig Protestantisme in zijn belijdenis geschriften onverwachte, katholiek gebleven inzetten vertoont (met een andere doelstelling zou men kunnen waarmaken, dat de Katholieke Kerk feitelijk protestant was en dus is), maar daarmede is het grote verschil in geloofsklimaat en geloofspractijk nog niet geëffend. Wij herhalen als voorbeeld de zon dagsviering, welke, volgens de Be lijdenisgeschriften, geen enkel ver schil aangeeft, terwijl er toch be paald we) verschil is! Om dit voorbeeld tot in het absur de te overdrijven, zou men kunnen veronderstellen, dat Katholicisme en Protestantisme in papieren leerstel ligheid geen onderscheid kennen, maar in de beleving ervan uiteen zijn gegaan. Dat is niet zo, en een zo sterke dogmatische overeenkomst heeft dr. Visser niet wPen aantonen, maar hij is in zijn boek wat al te welwillend en goedbedoelend over deze even wezenlijke verschillen in geloofsklimaat heengegleden. Zijn boek achten wij desondanks zeer aanbevelenswaardig, zowel voor katholieken als voor protestanten. Beide groepen kunnen eruit leren, elkanders gedachtengang te respecte ren en met name voor Protestanten kan het een geruststelling en een ver ademing zijn te constatren, hoe dicht zij nog bij de Moederkerk staan, zelfs in ogenschijnlijke controversen. Met een beetje goede wil zullen zij er toe gebracht kunnen worden, de éne Schaapstal binnen te gaan, eerst wat onwennig vanwege het andere, bepaald zonniger klimaat; de Stad op de Berg te gaan bewonen met zijn doorschijnende en sterkende berg lucht en wijde vergezichten Dat beetje goede wil is, anders gezegd, de genade Gods! Daarvan het instrument te zijn was ongetwijfeld dr. Vissers bedoeling bij he' schrijven van zijn boek. Wat het dus zal uit richten in verstand en hart van de le zers moge ondersteund worden door aller gebed om hereniging met de afgescheiden Christenheid. Maar ook meer werk De problemen, waarmee het bol- lenvak worstelt dringen langzaam maar zeker ook naar Den Haag door. Dat blijkt uit het werkbezoek, dat de directeur generaal voor de ar beidsvoorziening, dr ir D. R. Mans- holt, deze week aan de bollenstreek heeft gebracht. Hij liet zich uitvoerig voorlichten over de moeilijkheden, waarmee men te kampen heeft. Hij bracht in Sassenheim o.m. een bezoek bij de N.V. Gebrs. van Zon neveld Philippo en in Lisse bij de bloembollenveiling Hobaho. Tevens werden enkele industriën bezocht. De heer G. F. B. Maas, directeur van het Gewestelijk Arbeidsbureau te Lisse, vergezelde de heer Mansholt. „En als één ding duidelijk uit de grondverf is gekomen", zo vertelde ons de heer Maas, „dan is het wel dat men er in Den Haag niets voor voelt, om de bloembollenarbeiders zeven maanden in reserve te houden voor een vak, dat slechts vijf maanden per jaar werk biedt". Voor het overige kon de heer Maas niets dan goeds vertellen over de werkgelegenheid in de bollenstreek. Had men eind september 167 werk zoekenden geregistreerd, begin no vember telde men er 164. Hiervan woonden er 101 in het rayon Lisse en de rest in het rayon Katwijk. Vergeleken met vorig jaar lag het aantal werklozen nu slechts weinig lager, maar het verheugende is, dat de vraag veel groter is. Het aantal openstaande aanvragen was in het rayon Lisse verleden jaar om deze tijd 94 en thans 224. In het rayon Katwijk verleden jaar resp. 62 en 139. Een stijging dus van 207 of 130%. De land- en tuinbouw vroegen meer werkkrachten daar door droog te stagnatie was ontstaan, terwijl men ook meer haringpakkers voor de visverwerkende industrie kon plaatsen. Ook de bouwnijverheid vroeg veel meer arbeidskrachten dan "beschik baar waren, evenals de beton waren- fabrieken en de kalkzandsteenfa briek in Hillegom. Veel vraag be stond ook in de sector van de me- Boekbespreking „De Tijdmachine en andere Verhalen", door H. G. Wells. Uitg. Het Spec trum N.V., PrismaReeks. In deze pocketreeks zijn de boe ken, die opgebouwd zijn uit korte verhalen, wel goed vertegenwoordigd. Wij kunnen hier alleen maar ver heugd over zijn. Van H. G. Wells, een schrijver uit ae eerste helft van de twintigste eeuw, zijn een aantal verhalen tot een bundel samengevoegd, die nogal verschillen qua inhoud. De „Tijdmachine", dat een belang rijk deel van dit boekje inneemt, is een toekomstfantasie, waarin de schrijver een soms griezelige span ning weet te scheppen. Bijzonder hu moristisch zijn de verhalen over een inbraak, „het stumperige spook" en „Jane krijgt de bons". Het beste ver haal is naar onze mening wel „Het toverhuis". „Het leven alleen....", door Gerda Weissmann. Uitg. Het Spectrum, Prisma-Reeks. Velen hebben over de laatste we reldoorlog geschreven, velen ook over de verschrikkingen in de con centratiekampen, die vooral het Jood se volk hebben getroffen. De schrijf ster van dit verhaal is één van hen, doch wij willen haar geenszins op één lijn stellen met de anderen. Haar verhaal is niet bedoeld als een aan klacht tegen het onmenselijke on recht, dat is bedreven, geen schilde ring van de gruwelen, die zy zelf heeft ondervonden. Zij heeft ons met haar geschiedenis slechts op de grote waarde van het menselijk le ven willen wijzen, het leven, dat voor haar persoonliik zo'n ontzaglijk goed is geworden. Een getuigenis, die op menig lezer een diepe indruk zal na laten taalverwerkende industrieën. De vraag naar arbeidskrachten was het grootst in Hillegom en Kat wijk (74), daarna volgden Lisse met 54, Sassenheim met 53. Noordwijker- hout met 31 en Noord wijk met 25. Om nog even op het werkbezoek van dr ir D. R. Mansholt terug te komen: in Sassenheim wisselde de dir. generaal voor de arbeidsvoor ziening uitvoerig van gedachten met de voorzitter der Kon. Alg. Ver. v. Bloembollencultuur, jhr mr dr O. F. A. H. van Nispen tot Pannerden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1959 | | pagina 8