Leuk boekje over volksleven van
een kustplaats met historie
De eerste tien jaar niet meer
achter het stuur
Tweede Kamer staat gereserveerd tegenover voorgestelde
ontplooiing van Haagse agglomeratie
DONDERDAG 9 JULI 1959DE LEID SE COURANT
Dit is een foto welke ons bereikte van de Belgische prins Albert met zijn bruid prinses Paola op het eiland
Majorca. De prins, gekleed in sporthemd en met losgewaaide haren koopt in een souvenir-winkelt je van het
luxueuze Formentor-hotel prentbriefkaarten terwijl zijn bruid toekijkt
Niet alleen een ruimtelijkekwestie
De bijzondere commissie uit de Tweede Kamer, die zich heeft beraden
over de vorig jaar november door de regering ingediende nota over de
Haagse agglomeratie, blijkt nogal gereserveerd te staan tegenover het in
deze nota verdedigde plan tot stichting van een geheel nieuwe stad. Ove
rigens waren de meningen in de commissie nogal verdeeld over, zoals in
het voorlopig verslag wordt gezegd, „de wijze waarop de uitbreiding van
het woongebied in de Haagse agglomeratie tot stand zal dienen te komen,
deze verdeeldheid bestond zelfs onder de leden van de meeste in de com
missie vertegenwoordigde fracties onderling".
Het plan tot het stichten van een geheel nieuwe stad het plan Wils-
veen werd van verschillende zijden in de commissie zeer ingrijpend ge
noemd.
den daarom de vraag om de
regering op het standpunt staat, dat
het onmogelijk moet worden geacht
de samenballing in het westen af te
remmen en tot een doelmatiger
spreiding te komen.
Leidens sanering gesuggereerd
Vele le,den vonden, dat er tal van
ernstige bedenkingen tegen dit plan
waren aan te voeren. Zij vroegen zich
af of het de noodzakelijke expansie
mogelijkheden van andere gemeenten
niet zou aantasten en of de bouwca
paciteit dit plan zou aankunnen. Ook
twijfelde men of de investeringen
voor een nieuwe tsad er niet
zouden leiden, dat andere investerin
gen achterwege zouden moeten blij
ven. Tenslotte voerden deze leden
aan, dat met bouw van een nieuwe
stad, als die eenmaal begonnen is,
niet meer gestopt kan worden, ook al
zouden bepaalde omstandigheden dat
verantwoord maken. Op dit punt wer
den deze leden bijgevallen door na
genoeg alle andere leden. Vele andere
leden, bij wie het plan nogal wat vra
gen deed rijzen -ondermeer over
financiering en tijdsduur vroegen
of men werkelijk in staat zou zijn in
korte tijd een stad te bouwen, die
ook de naam „stad" verdient, waarin
heel het moderne bouwtechnische
kunnen zich paart aan het vermogen
om een stad te bouwen, die aan de
eisen van kunst, schoonheid en leef
baarheid beantwoordt.
Sommige leden vonden het plan
Wilsveen „kunstmatig", het is
vraag of een dergelijke satellietstad
wel in Nederland past.
In het voorlopig verslag van de
commissie vroegen vele leden zich af
of het niet de voorkeur had ver
diend, als de regering over deze ma
terie een wetsontwerp had ingediend.
De thans gevolgde weg waardeerden
zij maar weinig. Vele andere leden
die de nota ook wel erg summier
vonden wezen er echter op, dat
de nota een principiële uitspraak
doet en dat de regering geen budge-
taire voorstellen kan doen voordat
een beginselbesluit is goedgekeurd.
Overigens wilden zij wel weten hoe
reeds volgend jaar kan worden be
gonnen aan de bouw van een nieuwe
satellietstad voor Rotterdam bij Ca-
pelte aan de IJssel zonder dat daar
aan regeringsnota's en Kamerdebat
ten te pas komen.
Bestuurlijk niet bezien.
Zeer vele leden stelden verder vast,
dat de nota eigenlijk alleen aan het
ruimtelijke problemen raakt en na
genoeg aan het bestuurlijke voorbij
gaat. Het verslag vervolgt, dat een
juiste behandeling van de in de nota
aan de orde gestelde vragen van
ruimtelijke ordening in westelijk Ne
derland wel ernstig wordt bemoei
lijkt door de omstandigheid, dat de
Kamer nog geen gelegenheid heeft
gehad eerst eens behoorlijk van ge
dachten te wisselen over de hoofdlij
nen van een regeringsbeleid inzake
de ruimtelijke ordening. Een door mi
nister Witte naar aanleiding van een
desbetreffende Kameruitspraak in
1997 toegezegde nota hierover is nog
steeds niet verschenen. De Kamer
wordt nu met de behandeling van
deze nota voor de moeilijkheid ge
plaatst, dat over één facet van de
ruimtelijke moeilijkheden in de rand
stad een principiële uitspraak zal
moeten worden gedaan, zonder dat
men gelegenheid heeft gehad om de
samenhang met verwante problemen
in de beoordeling te betrekken.
Dit laatste achtten deze leden
vooral ook daarom te betreuren, om
dat de regering zich stellend op het
standpunt van de commmissie westen
des lands, het effect van een doel
treffender werkgelegenheid over ons
land vrijwel verwaarloost. Zij stel-
Industrieën verdrijven?
De commissieleden zouden gaarne
vernemen, of er ook naar het oordeel
van de regering geen voorzieningen
dienen te worden getroffen, welke,
in sterkere mate dan de thans be
staande maatregelen, de spreiding
van bestaansbronnen, of bevolking
over ons land zouden stimuleren.
Zien de ministers mogelijkheden om
te komen tot een verplaatsing van
de in de Haagse agglomeratie geves
tigde industrieën met hun nevenbe-
drijven naar andere delen van het
land en om nieuwe vestigingen van
industrieën en handelshuizen bin
nen de agglomeratie tegen te gaan?
In die verband werd door zeer vele
leden ook de mogelijkheid van sprei
ding van het regeringsapparaat ter
sprake gebracht, een denkbeeld waar
de vorige regering, blijkens de nota,
niet achter stond.
Gewezen werd op de ideeën, die
hierover de laatste tijd zijn gelan
ceerd door het Eerste Kamerlid De
Vos van Steenwijk en door dr. W.
Drees Jr.
De commissie stelde verder vast,
dat de prognose van de gemeente
's-Gravenhage en van Gedeputeerden
van Zuid-Holland over de bevol
kingsgroei tot 1960 en over de opna
mecapaciteit van de bestaande
woonkernen in de omgeving van Den
Haag nogal uiteen lopen.
Vele andere leden, die de hoofdge
dachte van de nota de onmogelijkheid
van overheveling van werkgelegen-
eidsbronnen en bevolking naar na
bijgelegen kernen, wel onderschrij
ven, vroegen zich toch af of bijvoor
beeld de opnamecapaciteit van de
Leidse agglomeratie nilet groter is
dan in de regeringsnota is gesteld.
Sanering van Leiden e.a.
van Reyens op Rotterdam is georiën
teerd en dat van Wilsveen op Den
Haag. Verscheidene leden echter
merkten weer op, dat Wilsveen geen
treinverbinding met Den Haag zou
hebben en Reyens (via het „Hof
pleinlijntje") wel.
Van verschillende zijden is ten
slotte de aandacht gevestigd op de
mogelijkheden van uitbreiding van
Zoetermeer, in die geest, dat 's-Gra
venhage en Zoetermeer samen een
wat oostelijker gelegen Wilsveen zou
den bouwen, waarbij in eerste aanleg
oud-Zoetermeer de diensten zou kun
nen verlenen, die het nieuwe Wils
veen zou vragen. Als men eenmaal
klaar zou zijn met de bouw van het
verzorgingsgedeelte van Wilsveen
dan zou oud-Zoetermeer kunnen wor
den gesaneerd en aangepast aan de
nieuwe stad.
Het voorlopig verslag gaat tenslot
te in op het vraagstuk van de be
stuurlijke voorzieningen. Van ver
schillende zijden werd blijk gegeven
van de opvatting, dat elke oplossing,
welke dan ook, van het Haagse ruim
teprobleem bijzondere bestuurlijke
voorzieningen zal vergen.
Bovengemeentelijk bestuurs
orgaan.
Verschillende leden waren van
oordeel, dat los van het al dan niet
stichten van een satellietstad de tot
standkoming van een bijzondere be
stuursvorm voor de agglomeratie Den
Haag dringend noodzakelijk is, ten
einde de nodige coördinatie in d(
behartiging van alle stedebouwkun-
dige, economische, sociale en cultu
rele belangen te verkrijgen. Spoedige
indiening van een daartoe strekkend
wetsontwerp achtten zij dan ook zeer
gewenst.
Andere leden meenden, dat,
dien men b.v. de Haagse „overloop"
te Leiden, enz. wil onderbrengen,
aan een zekere vorm van bovenge
meentelijk orgaan niet zal zijn
ontkomen.
Nog werd gevraagd, of de regering
zich voorstelt, bij het stichten van
een nieuwe stad de verschillende uit
breidingsplannen der omliggende ge
meenten te coördineren en te begren
zen.
In de commissie bleken met name
twee belangrijke stromingen te be
staan. De ene daarvan gevoelt het
meeste voor een oplossing, bestaande
in een uitbreiding van bestaande ker
nen met daarnaast spreiding over de
randgemeenten.
De andere geeft de voorkeur aan
de bouw van Wilsveen, hetzij vol
gens het plan van de gemeente 's-Gra-
Zij hadden wel oren naar de sug- wihage, hetzij in de aanvang opge-
gestie van uitbouw en sanering van
steden als Delft, Leiden en Gouda.
Wat de plannen Wilsveen en Reyens
betreft, vestigde de commissie de
aandacht op de aanwezigheid van het
vliegveld Ypenburg, een „luidruch
tige en niet ongevaarlijke buur
man" voor beide gebieden.
Sommige leden zeiden, als zij voor
de keus tussen Reyens en Wilsveen
werden gesteld, de voorkeur te ge
ven aan Reyens, omdat het gebied
zet als een uitbreiding van de kern
Zoetermeer. Slechts één enkele stem
werd gehoord ten gunste van de bouw
van Reyens.
ZENUWRUST
nodig voor rustig denken
en werke n en goede nachtrust
Mijnhardt's Zenuwtabletten
(Advertentie)
Onverlaat reed
echtpaar dood
Gisteren is door het gerechtshof te
Den Bosch de heer T. uit Someren
veroordeeld tot een jaar en vier
maanden gevangenisstraf met aftrek
en tien jaar ontzegging van rijbe
voegdheid. Eerder was tegen hem ge-
eist een jaar en vijf jaar ontzegging.
T. was het vorig jaar een wedden
schap begonnen welke eindigde met
een „snelheidsrace" langs de Zuid-
Willemsvaart in een auto. Of hij de
weddenschap pheeft gewonnen weten
wij niet, maar in elk geval heeft T.
bij deze dolle rit het echtpaar W. uit
Helmond dat op de bromfiets langs
het kanaal reed doodgereden.
Wittebroodsweken op Majorca
Noordwijk van binnen en van buiten
Van St. Jeroen tot
de sterrezanger
pvezer dagen meldden wij reeds de
U geboorte van een boekje over het
Noord wij ks volksleven". Het is ech
ter zo'n aantrekkelijke baby geble
ken bij nadere beschouwing, dat wij
graag nog een artikel aan deze uit
gave wagen.
Het is samengesteld door de com
missie Volkskunde van de Vereniging
„Oud-Leiden" en uitgegeven door A.
W. Sijthoff te Leiden.
De burgemeester van Noordwijk,
burgemeester mr. G. F. W. v. Berckel,
schreef de eerste twee bladzijden vol
en liever dan een uittreksel uit zijn
betoog te geven, lichten wij uit het
hoofdstukje een alinea, die karakte
ristiek is voor zijn inhoud: „Zo maakt
ook de Noord wij kse gemeenschap
geschiedenis door de immer gestage
arbeidzaamheid van haar leden die
reeds tweeduizend jaar voortbordu
ren aan het patroon van haar plaat
selijk wedervaren".
„De plaatsnaam van Noordwijk is
in de loop der middeleeuwen veran
derd; de oudere verm is (in de he
dendaagse spelling) Noordgo, Noord
gouw, de jongere Noordwijk". Aldus
begint de heer S. J. Fockema An-
dreae zijn hoofdstuk over „Noord
wijk in zijn omgeving" en liij ver
telt vervolgens, dat Noordwijk in de
13e eeuw een gewoon Rijnlands am
bacht was, maar in het begin van de
14e eeuw deel uit gmg maxen van de
heerlijkheden van Jan van Beaumont.
Dit betekende een onderscheiding en
ook een bevoorrechting, bijvoor
beeld op het gebied van de belastin
gen. Men leert, dat aan het eind
van de 14e eeuw een tevergeefse po
ging is ondernomen om Noordwijk
tot een stad te maken. Noordwijk
bleef in elk geval bloeiend; ook tij
dens en na het beleg van Leiden door
de Spanjaarden. Noordwijk-binnen
heeft niet geleden van de inundatie
en is ook niet door de Spanjaarden
verwoest; in tegenstelling tot Noord
wijk aan Zee. Dit is, aldus de schrij
ver, yeroorzaakt door het feit, dat de
bewoners van dit zeedorp sterk
„geusden". Dit had wederom tot ge
volg, dat Noordwijk aan Zee over
wegend protestant is geworden en
gebleven, terwijl in Noordwijk-bir-
nen het katholicisme zich kon hand
haven.
H. Jeroen-Martelaar.
117ij schreven reeds, dat enige blad-
zijden van dit boekje ingeruimd
zijn voor een opstel van deken J. P.
A. Brinkman over H. Jeroen-Marte
laar. De deken beschrijft hierin
Noordwijk als een bedevaartplaats.
De pelgrimages dankt het dorp aan
een traditie sinds de elfde eeuw, toen
Het leven van de bewoners van dit
voormalige vissersdorpje beheerst
werd door oprechte verering voor
hun schutspatroon. H. Jeroen werd
vooral vereerd als de pionier van het
Christendom, die in deze lage landen
het geloof heeft gepredikt en tijdens
de invallen van de Noormannen in
de 9e eeuw als een held zijn leven
heeft gegeven. Deken Brinkman ver
moedt, dat Jeroen afkomt van „de
Ier" en niet van Hieronyinus ol
„Ieron" zoals men de naam dikwijls
afleidt. „Jeroen landde waarschijn
lijk te Katwijk aan de Rijndelta,*
waar de Romeinen reeds een burcht
hadden (Brittenburg). Na enige ver
kenningstochten in de moerassige1
streek vestigde hij zich in de vicus, de
wijk ten Noorden "van de Rijn, in
Noordwijk."
Hier verzamelde hij in een kerkje
ter ere van St. Martinus zijn eerste
gelovigen rond het jaar 847.
Hij werd in 856 door de Noorman
nen gedood. Een legende verhaalt,,
dat 't graf van Jeroen in 973 op wonder
bare wijze werd teruggevonden en
dat de Noord wij kers boven zijn graf
een houten kerk hebben gebouwd,
die in de 12e eeuw veranderd werd
in een monumentaal kerkgebouw
met een grote vierkante toren (1320),
welke eerst als vuurbaak voor de
vissers werd gebruikt. Tot zover de
ken Brinkman.
In een doorwrocht artikel van de
heer Hekker over:
„Visserswoningen enz. in Noord
wijk" lezen we interessante bij
zonderheden over de geboorte van
de badplaats Noordwijk. In 1866
had W. H. van Knijnenburg, de
ondernemende eigenaar van de
dorpsherberg aan het Calisplein
waar eertijds „De Vergulden
Waegen" uithing het goede idee
vier badkoestjes uit Scheveningen
te laten komen.
Zijn opzet had succes en in 1874
vergrootte hij zijn logement tot het
badhuis, maar zijn gasten moesten
nog zes jaar over een onbestrate
Buurt het hotel zien te bereiken. Maar
toch had dit begin grote gevolgen. In
1883 werd de „Mij tot exploitatie van
duingronden" opgericht met het doel
een moderne badplaats te stichten.
Tuinarchitect D. Wattez uit Bussum
ontwierp het stratenplan voor de uit
breiding ten zuid-westen van de be
staande kern. De Zuid-, nu Koningin
Astrid-Boulevard, en de slingerende
wegen ten oosten daarvan vormden
het resultaat.
Twee jaar daarna verrees op de
hoge top tussen het oude en nieuwe
deel, het hotel „Huis ter Duin".
De heer A. Bicker Caarten schrijft
hoe de „Noordwijk-binners" aan de
spotnaam „torentrekkers" zijn ge
komen en „de Noordwijkzeërs" aan
de naam: „vingerbijters".
|~\e heer Chr. C. Vlam schrijft over
het sterre- en rommelpotlied,
waarbij hij aanstippelt, dat nog ieder
jaar de nu te Voorhout wonende,
maar uit Noordwijk afkomstige
sterrezanger Jeroen Koele wijn er
met ster en beide helpers op uittrekt
om de mare van de geboorte van het
De voetboog wordt gespannen.
Kind te brengen. Alleen de kaarsjes
hebben plaats gemaakt voor gekleur
de eleqtrische lampjes, die op 127 en
220 volt kunnen branden
Over „de Noordwijkse kleder
dracht" schrijft J. Duyveter en hij
meldt, dat het „getal getrouwen aan
de traditie op de vingers van één
hand zijn af te tellen." De schrijver
is van mening, dat het costuumbeeld
vooral gewijzigd is door de invasie
van de badgasten. De vrouwen heb
ben het nog het langst volgehouden.
Het 'blijkt, dat in de loop der tijden
de gekleurde omslagdoeken en schor
ten verdwenen zijn en het kleuren
gamma van de Noordwijkse kleder
dracht verduisterde tot rouwzwart.
We lezen, dat de Brusselse kant voor
de mooie mutsen" werd gekocht in
Leiden, waar vooral de firma De
Koning op de klandizie van de
Noordwijkse vrouwen kan rekenen.
Het mannencostuum bestond voor de
vissers uit een lange zwarte broek,
een hemdrok en een boezeroen.
\I7ist u, dat de kruidenteelt
Noordwijk vele jaren beroemd
heeft gemaakt en dat er nog steeds
twee drogerijen zijn, van de heer Al
kemade en de heer Caspers, die
kweekproducten als valeriaan, klit,
salie, mierikswortel, tijm, etc. be
werken.
We schreven reeds iets over het
hoofdstuk „de vroegere visser;:" een
hoofdstuk van de heer Piet de Groot.
Vermeldenswaard is ook het ver
haal over de Sint Doelen, waar
sinds 1420 het Schuttersgilde van St.
Joris zijn oefeningen en wedstrijden
houdt in het schieten op de gaai met
de voet- of kruisboog. Het gilde be
zit nog vele oude pronkstukken o.m.
het wapenschild van de familie Van
der Does en het eikenhouten beeld
Sint Joris en de draak. Al deze „wist
U's" en nog veel meer vindt men in
dit aardige boekje, zodat we wei tot
slot mogen zeggen, dat u met het te
lezen Noordwijk van binnen en van
buiten leert kennen.
Bommen op het strand van Noordwijk