vijftig kaRöinalen Blijven
gevangenen van st. pieteR
fit
Zondag, 19 oktober: Missiezondag
mee te werken aan de bloei der kerk
-m
„naaR Buiten allen, öie niet tot het conclaaf BehORen"
tot öe nieuwe paus gekozen is
witte Rook en 'n juiehenö:
„we heBBen 'n paus''
hulöiqinq van
nieuw-qekozene
kiezen
Een plicht van staat
van iedere katholiek
is,
ZATERDAG 18 OKTOBER 1958
DE LEIDSE COURANT
PAGINA o
r^aterdag 25 oktober a.s. begint in de St, Pieter te Rome de Pauskeuze met
een door de déken der kardinalen op te dragen H. Mis ter ere van de
H. Geest en de kardinalen klinkt tijdens de H. Mis een predikatie in liet
latijn toe over de plichten van degenen, die de Paus moeten kiezen. Het
zijn de twee en vijftig leden van de Heilige College van kardinalen, die in
de komende tijd de opdracht hebben een nieuwe Paus te kiezen. Op de
avond van diezelfde dag trekken de kardinalen en conclavisten in plech
tige processie naar de Sixtijnse kapel van het Vaticaan en daar wordt ten
overvloede de wet op de pauskeuze gelezen, namelijk de apostolische con
stitutie van Pius XII „Vacantis Apostolicae Sedis" van 8 december 1945.
De kardinalen leggen de eed op deze constitutie af en dan klinkt het „extra
omnes": „naar buiten allen, die niet tot het conclaaf behoren!" De deuren
worden afgesloten, gangen en ramen zijn reeds geblindeerd, van buiten ver
zegeld, brieven zijn onderworpen aan censuur en de telefoon kan niet ge
bruikt worden zonder tussenkomst van derden. Maar iedere kardinaal mag
twee conclavisten, geestelijken of leken (bijv. secretaris en bediende) mee
brengen, die mee ingesloten worden als het „extra omnes" geklonken heeft.
ben (welke stem natuurlijk on
geldig is) dan heeft hij toch nog al
tijd tweederde van het stemmen-
aantal verkregen. Deze nieuwe be
paling heeft het nu ook mogelijk
gemaakt een kleiner stembiljet te
gebruiken, waarop alleen de naam
van de door de Kardinalen geko
zen candidaat voor het Pausschap
wordt vermeld.
De pauskeuze kan op drie manie
ren geschieden: als het ware door
Goddelijke ingeving (men zou in een
vergadering spreken van „bij accla
matie"), door een compromis en door
stemming.
De twee eerste manieren zijn zeld
zaam, de meest gebruikelijke metho
de is „per scrutinium" de geheime
keuze door middel van stembriefjes.
Briefjes.
De stemmingen hebben in de re
gel vier malen per dag plaats, twee
gedurende de morgenuren en twee
in de namiddagen. Vóór elke stem
ming neemt de oudste Kardinaal-dia
ken uit een roodfluwelen beurs een
lijst met de namen van de drie stem-
opnemers, van de revisoren en van
de gedelegeerden, die het stembiljet
in een gesloten kistje eventueel bij
de zieke Kardinalen in hun aparte-
menten moeten ophalen. Daarna gren
delt de jongste Kardinaal-diaken
de deur van de Sixtijnse kapel en be
gint men met het eigenlijke stem
men.
Hiertoe werd tot nu toe aan iedere
Kardinaal een stembiljet uitgereikt,
in drie gedeelten verdeeld. Bovenaan
schreef hij zijn eigen naam, in het
midden de naam van de door hem ge
kozen candidaat en onderaan een
door hem gekozen en hem alleen be
kend motto. Deze verdeling van het
stembiljet was tot nu toe gebruike
lijk, daar de gekozen Paus, behalve
dat hij tweederde van het totaal
aantal stemmen op zich moet vereni
gen, niet op zichzelf mocht stemmen.
Teneinde te kunnen controleren of bij
de beslissende stemming aan deze
laatste voorwaarde door de geko
zene was voldaan, was het voldoen
de, dat deze het door hem gebruikte
motto bekend maakte.
Om echter deze minder aange
name controle voor de gekozen
nieuwe Paus onnodig te maken,
heeft Pius XII door de Apostoli
sche Constitutie „Vacantis Aposto
licae Sedis" van 8 december 1945
bepaald, dat de gekozen Paus in
het vervolg tweederde plus één
van het stemmenaantal op zich
moet verenigen. Mocht hij aldus
iets wat in onze tijd bijna ondenk
baar is op zichzelf gestemd heb-
Buiten
het conclaaf j
Wanneer het college van kar-
dinalen mocht besluiten de op-
volging van Pius de Twaalfde
toe te vertrouwen aan iemand j
die zich niet in het conclaaf be
vindt of geen kardinaal is, zou j
een speciale procedure gevolgd j
moeten worden.
De apostolische constitutie van j
1945 bepaalt dat in zulk een ge-
val de onderhavige persoon uit-
genodigd moet worden onver-
wij ld naar Rome te komen, zon- j
der dat de reden wordt opgege-
ven. In Rome aangekomen moet
de betrokkene dan tot het con- j
claaf worden toegelaten in de
Sixtijnse kapel, waar de kardi-
nalen hem moeten vragen of hij j
de verkiezing tot Paus aan- j
vaardt. Bij aanvaarding wordt
de naam van de gekozene vanaf
de loggia van de Sint Pieter aan
het volk meegedeeld.
Pieter verschenen en heeft tot het
volk geroepen:
Ik verkondig U een blijde mare,
wij hebben een Paus, Zijne Hoog
waardige Eminentie(volgen
voornaam en naam van de gekozen
Paus), Kardinaal van de Heilige
Katholieke Kerk, die zich de naam
gekozen heeft van
Een uitbundige ovatie van applaus
en geroep .Evviva ;1 Papa" volgt op
deze plechtige aankondiging. Maar
nog uitbundiger wordt het gejuich,
als de nieuwe Paus daarna in eigen
persoon, omringd van alle kardinalen,
op het balcon verschijnt. Aan het
enthousiasme komt dan geen einde,
ook niet, wanneer enkele kardinalen
met handgebaar om stilte verzoe
ken.
Het „Evviva il Papa" weerklinkt
steeds nog krachtig als de Paus het
„Confiteor" aanheft als voorbereidend
Aantekeningen.
Na het stembiljet met een lakzegel
verzegeld te hebben, legt ieder Kar
dinaal dit in een van de drie kel
ken, die zich op de groene tafel voor
het altaar bevinden. Hebben alle Kar
dinalen hun stemplicht vervuld, dan
tellen de stemopnemers eerst het to
taal van de uitgebrachte stemmen,
waarna de biljetten een voor een
geopend worden en door de drie
stemopnemers worden voorgelezen.
Iedere kardinaal heeft voor zich een
gedrukte lijst met de namen van de
leden van het Heilig College, waar
op hij gedurende het voorlezen van
de verschillende candidaten, zijn aan
tekeningen kan maken.
Tweede stemming.
Heeft geen enkele van de Kardina
len het vereiste aantal stemmen ge
kregen, dan volgt daarop onmiddel
lijk de tweede stemming. Het is
vanzelfsprekend, dat de Kardinalen
onder en met elkander over de een
of andere candidaat van gedachten
mogen wisselen. Is het resultaat van
deze tweede stemmig eveneens ne
gatief, dan wordt de Prefect van de
Pauselijke Ceremoniën naar binnen
geroepen, die de stembriefjes en de
kardinaalslij sten met wat natte
houtwol in de kachel, achter in de
kapel geplaatst, verbrandt.
Daar verschillende figuren van het
Heilig College door hun eminente
eigenschappen van geest en hart als
even waardig voor de keuze worden
geacht, ligt het voor de hand, dat
geen der candidaten spoedig de ver
eiste tweederde van het stemmenaan
tal verkrijgt, zodat dit Conclaaf, naar
alle waarschijnlijkheid verscheidene
stemmingen eisen zal.
^p het St. Pietersplein heeft zich
intussen een menigte van nieuws
gierigen verzameld, die van uur tot
uur groter wordt. Immers de rook,
door het verbranden van het stern-
materiaal veroorzaakt, is van dit
plein af voor het publiek zichtbaar.
Terwijl de verbranding van de van
uiterst fijn en wit papier vervaar
digde stembiljetten en kardinaals-
lijsten een witte rookpluim veroor
zaakt, verandert de bijgevoegde natte
houtwol de kleur van deze pluim in
asgrauw. Op het zien van deze as
grauwe rook verlaat de menigte het
plein in de hoop na de volgende
stemming het opstijgen van een wit
rookpluimpje te mogen waarnemen.
Minder goede kijkers en kleuren
blinden, die menen, dat le door an
deren voor asgrauw gehouden kleur
even zo goed voor wit kon worden
aangezien, blijven dikwijls dan nog
minuten lang op het plein dralen.
We hebben een Paus.
Maar als een dunne witte rook
wolk uit de schoorsteen komt
weet de menigte „Habemus Papam":
„We hebben een Paus en binnen in
de Sixtina hebben de kardinalen in
middels door aan koorden te trekken
de baldakijn boven hun zetels om
hoog getrokken. Slechts een balda
kijn blijft: dat van de gekozene. De
kardinaal-deken vraagt hem of hij de
keuze aanvaard. Door een ja-woord
krijgt de gekozene de volheid van de
Pauselijke macht. Hij maakt be
kend welke naam hij zal kiezen of
mag zich hierover bedenken en
wordt vervolgens bekleed met de
witte Pauselijke gewaden, die in ver
schillende maten gereed liggen.
Voor de eerste maal neemt hij de
hulde van de kardinalen in ont
vangst. De oudste van de kardinaal
diakens is intussen op de loggia bo
ven het middenportaal van de St.
gebed om Zijn eerste zegen „Urbi et
Orbi" aan de wereld en aan de stad
te geven. Maar nauwelijks heeft hij
de laatste woorden van zijn zegen
uitgesproken of het enthousiasme
breekt nog heviger los, zwelt steeds
aan, schijnt zonder einde.
En het zou zonder einde zijn, zo
de, Paus na verschillende malen de
menigte te hebben toegewuifd, zich
niet van het balcon had teruggetrok
ken.
Het Vaticaan staat op dat ogen
blik open voor waardigheidsbekle
ders van de Romeinse Curie, voor
's Pausen familieleden, zo zij in
Rome tegenwoordig zijn, voor
vrienden van de Paus. Allen feli
citeren Hem, temidden van de le
den van het Heilig College in een
van de zalen van het Apostolisch
Paleis.
Weldra ziet men de automobielen
met de rode nummerborden het Va
ticaan verlaten. Dit zijn de auto's van
de Kardinalen, die na enige dagen
van verplicht verblijf in het Vaticaan
vergezeld van hun gevolg, hun resi
denties in de stad weder betrekken,
Een Romeins politieman kijkt hier toe, terwijl timmerlieden een soort
draaiend „loket" aanbrengen, dat de enige verbinding zal vormen tussen
de gebouwen in Vaticaanstad, waarin op 25 oktober het Conclaaf voor het
verkiezen van een nieuwe Paus zal beginnen, en de buitenwereld. Het
„loket" is zo gemaakt, dat mensen aan beide zijden ervan elkaar niet zullen
kunnen zien.
Eerste en laatsie wens van Paus Pius XII:
Gebed, geld en roepingen voor de missie
Negen maanden na zyn pauskroning schreef Z. H. Paus Pius XH bij
gelegenheid van het 150-jarig bestaan van de bisschoppelijke hiërarchie in
de Ver. Staten van Noord-Amerika een brief aan de Amerikaanse katho
lieken, waarin hij hen wees op hun missieplicht, zeggend: „Een katholiek
kan zich niet innig verbonden gevoelen met de Kerk, wanneer hij niet ver
langt naar haar verspreiding en universaliteit".
In zijn encycliek „Evangelii Praecones" van 2 juni 1951 noemde hij de
medewerking aan de uitbreiding en bloei van de Kerk een van de plichten
van staat van iedere katholiek.
Gedurende de negentien jaar van zijn pontificaat heeft Paus Pius XH
de gelovigen steeds weer deze plicht voorgehouden en hij is hen daarbij
voorgegaan in een nimmer aflatende ijver voor de verbreiding van het
Rijk Gods.
In deze zo rampzalige omstandig
heden heeft de regering van Com
munistisch China de Katholieke Pa
triottische Vereniging"' uitgevon
den, georganiseerd en opgelegd door
het regime gebruikt om een schei
ding te brengen in de Kerk om haar
zo van binnen uit te vernietigen.
„De Katholieke
missionaris is
verantwoordelijk
voor het ontwaken
van Afrika"
„Bijna het Pinksterwonder vernieu
wend, trad hij op als een redenaar,
scherpzinnig door de kracht van zijn
gedachte, verheven door zijn ver
stand, groot door zijn welsprekend
heid". Maar niet alleen hoorden dui
zenden en nogmaals duizenden hem
spreken in hun eigen taal, hij bewees
daarbij, dat hij hun noden begreep.
Zijn hart omvatte de hele wereld en
zijn geest was voortdurend bij de
missie.
Wie zal kunnen zeggen, hoezeer
hij juist door zijn veelzijdigheid en
zijn begrip heeft geleden om de toe
stand, waarin de Kerk zich bevindt.
LEED IN CHINA
Nog in zijn laatste encycliek „Ad
apostolorum principis" gericht aan
de vervolgde Kerk in China, verze
kert hij de beproefde gelovigen:
„Thans echter willen wij u zeggen,
met een hart dat brandt van liefde
voor u. hoezeer wij ons u nabij ge
voelen. Uw lichamelijk- en zielelij-
den en vooral het lijden dat de held
haftige getuigen van-Christus te ver
duren hebben, dragen wij in ons
hart en iedere dag dragen wij het op,
tezamen met de gebeden en het lij
den van geheel de Kerk, op het al
taar aan onze Goddelijke Verlosser".
Van de 143 wettige, door Rome
aangestelde ordinarissen van China
zijn niet meer dan 25 bisschoppen,
allen Chinezen, over. Van dit aantal
bevinden er zich acht in een gevan
genis, vijf zijn vrijgelaten, nadat zij
een straf hadden ondergaan, elf, die
z.g. nog vrij zijn, worden streng be
waakt en van één ontbreken alle be
richten.
De laatste kans
Niet alleen leed de „Pastor Ange-
licus" om het onrecht, de Kerk aan
gedaan. Grote bezorgdheid uit hij
ook in zijn encycliek „Fidei Donum"
(21 april 1957) over de toekomst van
het katholicisme in Afrika, als hij
verklaart: „De H. Kerk, missionaris
vanaf haar oorsprong, heeft om haar
taak te vervullen, niet opgehouden
een drievoudige oproep tot haar zo
nen te richten: tot gebed, tot edel
moedigheid en voor sommigen tot de
gave van zichzelf. Vooral de missies
van Afrika hebben thans deze drie
hulpmiddelen van heel de katholieke
wereld nodig".
Uit verschillende landen worden
momenteel de missionarissen ver
jaagd, of blijft hun zoals in Indo
nesië, India, Birma, Soedan de
toegang ontzegd en in de Unie van
Zuid-Afrika en andere landen wordt
slechts zelden en dan nog te moei
zaam een inreisvisum afgegeven. Op
deze wijze kunnen de missionarissen
de grenzen niet doorbreken.
Het enige wat wij kunnen doen is,
overvloedig steun verlenen aan het
Pauselijk Liefdewerk voor de in
heemse priesters.
In Afrika en Azië heeft de Kerk
400 seminaries, waarvan 104 groot
seminaries met 4720 filosofie- en
theologiestudenten, die in hun naas
te voorbereiding op het priesterschap
zijn. (Voor de voortzetting van dit
essentiële werk ontbreekt evenwel
dit jaar een bedrag van twee mil
joen dollar).
In Japan is sprake van een grote
bloei van de Katholieke Kerk maar
ook daar ontbreken de middelen.
De stem van Afrika
Dr Kwame N'Krumah leeft op het
ogenblik buiten de practijk van de
Katholieke Kerk, waarin hij als kind
werd opgenomen. Zijn houding te
genover de Kerk is evenwel verre
van vijandig en de missie geniet in
Ghana alle medewerking van de
autoriteiten.
Dr N'Krumah zeide o.m.: „Er is in
deze vergadering gezegd, dat ik ver
antwoordelijk zou zijn voor het ont
waken van dit grote werelddeel. Ik
geloof niet, dat dit juist is. Als we de
werkelijkheid nauwkeurig onder het
oog zien, dan moeten we zeggen, dat
de katholieke missionarissen voor dit
ontwaken verantwoordelijk zijn.
Ik zeg dit omdat wij in Ghana
of men dat nu prettig vindt of niet
een plicht van dankbaarheid heb
ben ten opzichte van het werk dat
de katholieke missionarissen in dit
land hebben tot stand gebracht". En
voorts zeide hij: „De meeste princi
pes, waardoor ik mij thans laat .lei
den, heb ik geleerd van degenen, die
mij hebben opgevoed. Wat uw plaats
in het leven ook moge zijn, bedenk,
dat hij die bidt zich goed gedraagt.
Ik geef u slechts dit eenvoudig
grondbeginsel.Dit land moet zich
ontwikkelen tot een christelijk land".
Gebeden en offers!
Die christelijke opbouw van Ghana
is in volle gang: een tiende deel van
de bevolking is katholiek. De rege
ring telt vier katholieke ministers en
drie katholieke staatssecretarissen.
In zijn encycliek „Fidei Donum"
vraagt Paus Pius XII de katholieke
wereld; „Welke oprechtheid moet
men een gebed voor de missionerende
Kerk toekennen, indien het niet, in
de mate van ieders mogelijkheden,
samengaat met werken van edelmoe
digheid?" en voorts zegt hij: „Be
denkt, dat van uw milddadigheid de
groei en de uitbreiding van het Ge
loof afhangt en dat de wereld een
nieuwe gedaante zal aannemen als
de liefde triomfeert".
De onlangs overleden „Missie-Paus"
wilde geen standbeeld of gedenkte
ken na zijn dood. Is er een mooiere
De noodzaak van de opleiding van hulde denkbaar dan die van ons ge-
Vooral voor Afrika is het drin
gend nodig, dat de gehele christen
heid zijn inspanning verdubbelt, waar
dit nog enigszins mogelijk is. Ten
zuiden van de Sahara breiden de
missies zich uit. In centraal Afrika
d.w.z. in Frans Congo, Belgisch Con
go en in Ruanda-Urundi is de toe
loop naar het Christendom zelfs op
zienbarend.
In de vijf jaren van 1933 tot en
met 1957 is het aantal katholieken
daar met meer dan 1 Yi miljoen ge
stegen.
Het is evenwel een zeer beangsti
gend succes want in deze gebieden
is over dezelfde periode gerekend
het aantal priesters slechts met 700
gestegen.
Op het ogenblik heeft Centraal
Afrika voor zijn 7.257.000 katholie
ken slechts 3.887 priesters. Normaal
zouden er tweemaal meer moeten
zijn. Waar moeten die echter van
daan komen? Het is een brandende
zorg, dat er gewerkt wordt aan de
opleiding van inheemse priesters. Er
vJLLj S
O B E
moeten veel meer missionarissen
naar Afrika komen. Communisme en
Islam trachten zich van het onder de
Sahara gelegen deel van Afrika
meester te maken. En dit feit vormt
wel de meest actuele bedreiging van
de katholieke wereld.
eigen geestelijke wordt misschien wel
het duidelijkst gevoeld door de in
heemse bevolking. In dit opzicht
was wel zeer merkwaardig de toe
spraak. die de minister-president van
de jonge staat Ghana enige tijd ge
leden hield voor de bezoekers van
het Afrikaanse studentencongres in
Accra.
bed en onze steun persoonlijk of
financieel aan de missie? Men kan
dit doen door lid te worden van een
van de drie Pauselijke liefdewerken:
Het Genootschap tot Voortplanting
van het Geloof, het Liefdewerk van
de H. Petrus of het Genootschap van
de H. Kindsheid. Toont uw offerzin
zondag a.s. op Missie-zondag!