Gesprek met een reus van 'n pater Verzameling van krachten op de patio SOMBERE SERMOENEN IN DE MISSIEWEEK VAN LEIDEN? Neen, beminde gelovigen! ZATERDAG 20 SEPTEMBER 1958 DE LE1DSE COURANT PAGINA 7 Geen donderpreken. Opfrissèrtje voor iedereen IN WOERDEN ligt een solide, oud Franciscanen-klooster, waar het hart van de missie in Leiden klopt. Hier bivakkeerden de paters, die vandaag in Leiden starten met een missie onder de katholieken, hier worden de sleu tels gesmeed waarmee het hart van de parochianen ontsloten zal worden, hier werd gestudeerd en gebeden. Aan de enorme poort van dit klooster klopten wij aan dezer dagen op een zonnige middag en drie minuten later stonden wij voor een reus van een pater: Henricus van Dam o.f.m., die er van de zoom van zijn bruine pij tot de kruin van zijn grijs-zwarte haren uitziet, alsof hij gesmeerd zo'n ouderwetse donderpreek kan houden. Hij is zó lang, dat we te gen hem op moeten zien, al zijn we zelf niet van de kleinsten. Zijn stem versterkt die indruk, het is een volle bariton: van hel dere specie; om sonore klanken uit het klokhuis van de kansel over de gebogen hoofden der rouwmóedigen uit te gietèn. Wij schudden handen, zijn ogen lachen: dus géén donderpreek, denken we onwillekeurig en met het gesprek, dat we tussen de vertrektijden van twee treinen Woerden-Leiden hebben, groeit die wetenschap tot een zeker heid: dit is niét de pater van de sombere sermoenen! Hij zal waaitchijnlijk méér over de hemel dan de hel praten, niet omdat de hel geen wezenlijk punt van onze geloofsbelijdenis is, maar omdat het nu eenmaal dienstiger is te spreken over het doel, dat we willen bereiken, dan over dat, wat we willen vermijden. Pater Van Dam formuleert het inderdaad zo „Denk niet, zegt hy, dat we nu eens een revolutie willen brengen in het prediken van een missie. Ons team paters bestaat uit geestelijken van verschillende leeftijden. Ouderen zullen een wat andere wijze bezitten om geloofswaarheden aan de gelovi gen voor te houden: een oudere zal wellicht het „gedenkt te sterven" in verband brengen met het eeuwig vuur der verdoemden en ook dit is het overwegen waard." Maar dit neemt niet weg, dat er in de wijze van mis sioneren eigenlijk- al sinds 1900 van lieverlee verandering is gekomen. NA DE OORLOG is men dit eigenlijk nog duidelijker bewust geworden. Dit staat'in verband met een verandering in het bewustzijn der katho- liekerf. Al vóór de oorlog streefde men ernaar van de katholieke gemeen schap een opener te maken. En dit deed de idee rijpen, dat de missie op eerste plaats een fundamentele prediking moet zijn. 4 Vóór de oorlog werd min of meer allengs minder de nadruk gelegd op de bekering van de zwakke broeders; geleidelijk groeide de bewustma- making van de porochiegemeenschap. Hier ligt de nadruk op in het missie programma en het ontneemt vele parochianen de kans te denken, dat de missie eigenlijk voor hen niet bestemd is, maar voor die „stumpers van af- gewaalden". Als deze beteren gingen, gingen zij omwille van het goede voorbeeld, maar eigenlijk meenden zij deze missie niet nodig te hebben. „Dus u richt zich tot iedereen". Ja. Elke katholiek heeft een missie nodig; hij kan er een aansporing krijgen nog méér en bewuster katholiek te zijn dan voorheen, dóór te geven van zijn geloof aan anderen. Wij verwachten, dat alle katholieke Leide- naars „heerlijk van deze prediking zullen opfrissen", dat zij de band met God inniger zullen maken. Vroeger werd in de prediking het accent gelegd op de levensplicht, thans meer op de geloofsuitverkiezing en het zich daar van bewust worden. PATER VAN DAM legt ons het programma vóór en wijst de titels aan: het gehele schema van deze missie staat in het teken van de prediking van God: „God roept", „Gods recht op ons". Er wordt van uitgegaan, dat God, die zich in liefde openbaart en geeft aan de mens, een beroep doet op het vrije antwoord van die mens. God zal ook de nodige hulp schenken om aan die roep te beantwoorden. Daar doorheen komen vanzelf ter sprake de verschillende manieren waarop de mens in zijn leven aan Gods roep moet beantwoorden. Hoeveel missies heeft u al gegeven? Persoonlijk 50 a 55 stuks. En op ons verzoek geeft hij summier wat feiten uit zijn leven. Pater van Dam is n.l. de leider van deze missie, hoewel de opbouw van het team moei lijk toelaat van een leider te spreken. De missie in Amsterdam in oktober, een missie waar veertig parochies bij betrokken zijn, heeft hij geheel voorbereid. Daar heeft hij zijn handen aan vol. Pastoor Auxentius van Schalen heeft voor hem in Leiden de zakelijke voorbereiding overgenomen. Pater Henricus is 41 jaar oud (we mogen hierbij opmerken, dat hij er vjjf jaar jonger uitziet), hij is geboren te Nederhorst-den-Berg, ontving de Wijding te Weert in 1942 en werd in juli 1943 in Woerden geplaatst, vanwaar hij tot nu toe predikend door het land trekt. Er is een kleine onderbreking geweest in 1945. Toen heeft pater Van Dam nl. bijna een jaar geassisteerd in het S.F.L.-werk in de maanden, dat pater Duynstee in Duitsland vertoefde. Pater Van Dam woonde in die dagen in de Hartebrugspastorie. Was u vroeger ook gewend in een geheel dekenaat tegelijk te missioneren? Neen, ook dat is iets van de laatste jaren en eigenlijk een voor de hand liggend gevolg van de veranderde inzichten in het missie-geven. Het gaat er juist om de katholieken steeds meer het bewustzijn te geven, dat zij bij elkaar horen. Zij staan niet geïsoleerd in de maatschappij, maar vormen een gemeenschap. Daarom heeft men de grens der parochies door broken en predikt men in een stad in een dekenaat en zelfs wel in een gehele streek. Pater Van Dam denkt nog even terug aan wat hij eerder al gezegd had over het veranderde inzicht in de missie. Vroeger riep men: „red uw ziel" vandaag: „wees volwaardig katholiek in de maatschappij". Het woord prediking mijmert pater Van Dam, is ook eigenlijk niet toe reikend om het begrip missie te omvatten: liever zeg ik, dat dat via het levende woord de genade van het geloof tot de mensen komt. Het antwoord van de gelovigen zal zijn de daad van het geloof, en deze berust in de sacra menten, in deze week: biecht en Sacrament des Altaars. Woensdagavond kreeg de fotograaf een goede gelegenheid een foto te makendie passend is in de missie van Leiden. De paters van de missie en de geestelijkheid van Leiden zouden in de St. Lodewijks- kerk een recollectie-avond houden. Na een mislukte poging om de deelnemers aan deze recollectie te fotograferen om zes uur, volgde een nieuwe kans om tien voor zeven. De wijzer van de belichtings meter sloeg nog maar zeer gering uit op het late licht, dat om streeks dit uur over het dak van de pastorie en de kerk streek. Belichting van een halve secQnde was noodzakelijk, maar men was gelukkig niet zó bewogen, dat de beelden als vage schimmen op de foto overkwamen. Bovenstaande foto was het resultaat. De fotograaf keek uit een raam van de pastorie op de eerste verdieping over de binnen plaats uit. Wij noteren de volgende namen: 1. p. Henricus van Dam o.f.m. mis sionaris. 2. p. Olaf Koning o.f.m. miss. 3. deken W. P. M. Haring, pastoor H. Lodewijk. 4. dr. Nicomedes Sanders o.f.m. 5. A. A. M. Wentholt, kap. O.L. He melvaart en St. Joseph. 6. p. Th. Wassenaar o.f.m. Ass. Onb. Ontv. 7. B. J. J. Truyens kap. H. Petrus. 8. J. A. van Kleef, past. O.L.Vr. Hemelvaart en St. Joseph. 9. C. A. J. Netten, kap. H. Lode wijk. 10. p. A. Vermeulen o.f.m. kap. Onb. Ontv. 11. p. Olivier Joosten o.f.m. miss. 12. C. W Thomas, kap. H. Petrus. 13. p. E. Neefjes o.f.m. 14. p. A. van Schalen o.f.m. pastoor H. Leo nardus. 15. J. W. M. de Jong kap. H. Petrus. 16. G. W. Lemmers, kap. O.L.Vr. Hemelvaart en St. Joseph. 17. W. E. Blok, pastoor H. Petrus. 18. B. J. Drost, rector St. Elisabeth Ziekenhuis. 19. p. S. Keulaards o.f.m. kap. H. Leonardus. 20. p. Simeon Rozenstraten o.f.m. miss. 21. p. H. Nieuwenhuyzen o.f.m. kap. Onbevl. Ontv. 22. p. R. Duynstee o.f.m. ass. S.F.L. 23. p. Medardus Woestenburg o.f.m. miss. 24. A. M. A. van Adrichem, kap. O.L.Vr. Hemelvaart en St. Joseph. 25. p. Theodulf Olstihoorn o.f.m. miss. 26. p. Ansel mus van Egmond o.f.m. Onbevl. Ontv. 27. p. Antigonus Janssen o.f.m. miss. 28. p. F. v. d. Brom o.f.m. kap. H. Leonardus. 29. p. H. Hagen o.f.m. kap. Onlbevl. 4 Ontv. 30. p. Cyrinus Enuma o.f.m. miss. We spreken nog even over het resultaat van de missies, die onder leiding van pater Van Dam tot nu toe gegeven zijn. „Resultaat" is een gevaarlijk woord. Weet een zakenman wat voor resultaat zijn advertentie heeft? Weet een missionaris, welke bedoeling God heeft met zijn ploeteren? „Resultaat" wil eigenlijk in dit verband alleen maar zeggen, hoeveel mensen komen er in de kerk? Pater Van Dam herinnert zich missies in Rotterdam 1956, Eindhoven 1957. Men was pessimistisch; na afloop hebben de teamgenoten gezegd: wat was er een massale deelname, wat waren de kerken goed bezet en wat was er een goede sfeer! Een symptoom van Rotterdam: de kasteleins klaagden er over, dat het „zo'n stille week" was. In de bioscoop was het aan het gering aantal bezoe kers te merken, dat er missie was. In Eindhoven ervoer men dat slechts tien procent van de mensen, die men had mogen verwachten verstek liet gaan. En ook van Leiden verwach ten de Franciscaner paters, (vijftien in getal, elke parochie krijgt drie paters toegewezen) een massale deelname. Het kan niet missen. Het lijkt een boute bewering, die pater Van Dam hier plaatst, maar hij spreekt uit ervaring. Maar wij zeggen: deelname is nog geen maatstaf voor het slagen, het gaat erom of uw woorden doorwerken. En daarover is onze pater minder mededeelzaam, alhoewel de dagelijkse massale biecht van de deelnemers hen ook daarvan een voorlopig beeld kan vormen: uit het gesprek in de biechtstoel blijkt of de deelnemers positief op deze missie hebben gereageerd; zijn de woorden tot op de bodem van hun ziel gevallen? W7e spreken nog even over de practische uitwerking van deze missie in "Leiden. Elke parochie krijgt drie paters „toegewezen", maar'de geeste lijkheid treedt niet terug en hiermede hebben wij een laatste aspect van de nieuwe geest in de misie te pakken. Vroeger lieten de geestelijken hun erf „ter kuising" aan de missiepaters over, zij trokken zich terug, namen een week vakantie. Maar de pastoor en zijn kapelaans kennen hun eigen parochie het beste, zij kunnen dus ook de paters waardevolle assistentie verlenen en zij kunnen meedoen aan het huisbezoek. Hebben de zieken nog iets aan deze missie? Natuurlijk. Zij krijgen een gehele missie in gedrukte vorm thuis, en zij kunnen even een seintje geven* indien de aanwezigheid van één der paters gewenst wordt. Voor de zieken in het St. Elisabeth-ziekenhuis wordt,, een korte predicatie gehouden; ook zij kunnen bezoek krijgen van een der missiepaters. hebben afscheid genomen van pater Van Dam; onze aantekeningen over dit gesprek zijn uitgeput en nu zoeken we nog naar een pakkend slot. Maar eigenlijk kan men aan dit relaas geen slot maken, omdat Leiden vandaag pas aan een begin staat. Aan ons katholieke Leidenaars ligt het of na Rotterdam, Eindhoven en DenHaag ook de missie in Leiden een succes zal worden. Uw en ons slot moet zijn: Open voor de „sleutel van de missiepaters", want alléén een open ziel is toegankelijk voor de genaden, die ons via het woord bereiken. PROGRAMMA KONINKLIJK BEZOEK AAN AMSTERDAM. Het programma voor het bezoek van H.M. de Koningin en Z.K.H. de Prins der Nederlanden aan Amster dam is vastgesteld. De Koningin en de Prins komen woensdag 24 september des middags per auto van Soestdijk in Amster dam aan, waarna met maquettes en redevoeringen de mogelijkheid van uitbreiding der hoofdstad zullen wor den verduidelijkt. Des avonds vindt ten paleize een diner met autoriteiten plaats. Op donderdagmorgen 25 september zal H.M. de Koningin vertegenwoor digers uit scheepvaartkringen ont moeten. De middag is bestemd voor een be zoek aan de koninklijke zwavelzuur- fabrieken v.h. Ketjen N.V. Een rondrit door Amsterdam volgt. Des avonds v^prdt in het paleis op de Dam een diher met vertegenwoordi gers van het bedrijfsleven gehouden. Vrijdag 26 september zal de Ko ningin o.a. een bezoek brengen aan enkele scholen. De dag wordt besloten met een ga lavoorstelling in de Stadsschouw burg. Donderdagavond is In het City- Theater te Amsterdam de gala-pri- mière gehouden van de film „Dorp aan de Rivier". Na de voorstelling vond er een huldiging plaats. Foto: v.l.n.r.: Anton Coolen, de schrijver; Jan Teulings; Mary Dres- selhuis en Max Croiset. Bij de première van „Dorp aan de Rivier'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1958 | | pagina 7