S-T-A-A-L
een man
Waar Robin Hood, de Koning
der Bandieten leefde
DE LEIDSE COURANT
PAGINA II
VAN
EEN KORT VERHAAL DOOR KAY GARNEAU
Wie dacht zijn vrouw eigenlijk dat ze was? Een Amerikaanse?
Hij zou bewijzen wie hier de baas was, zelfs al liet ze hem bij de
varkens slapen. Hij zou het haar wel eens laten zien.
Cecile scheen die morgen helemaal
niet zo kwaadaardig te zijn. Ze keek
naar buiten door de keukendeur en
zei: „Gaspard, ik zal met jou een re
delijke overeenkomst aangaan. Als jij
nou die haring en die verschrikke
lijke kaas wil opdoeken zal ik op mijn
beurt je hier bij mij je ontbijt laten
eten; zelfs al heb je weer een stuk
knoflook gegeten, dan nog kun je ko
men."
„Aha", dacht Gaspard, „eindelijk
voelt zij zich eenzaam. Ze bindt een
beetje in." Hij wachtte een paar mi
nuten om bij haar de indruk te ves
tigen, dat hij niet té graag wou. Toen
ging hij bij naar binnen en begon
aan zijn ontbijt, mar hij sprak geen
woord tegen haar. Laat haar eerst
maar eens haar verontschuldiging
aanbieden, dan is er nog tijd genoeg
om te praten. Dit was de enige manier
om een vrouw er aan te herinneren
waar haar plaats was. Hij verlangde
onvoorwaardelijke overgave. Ergens
aan het einde van het veld vond hij
die ochtend werk, helemaal bij de
laatste akker; hij kon dus door het
gebrek aan afstand niet in een mil
dere stemming worden gebracht. En
voor hij naar huis ging om te dine
ren at hij eerst nog een stukje prei.
Het eten was zo goed en smaakte
hem zo uitstekend, dat het bijna de
smaak van de prei wegnam. Maar het
nam niet de lucht ervan weg. En Ce
cile zei: „Misschien zou ik er niets op
tegen hebben, dat je in je eigen
slaapkamer slaapt, als je geen knof
look of prei meer at. Je kunt er eens
over denken." Juist zo", overweegde
Gaspard, „nu ben ik er zeker van het
recept te hebben gevonden. Standvas
tig blijven, niet wijken, en stukje bij
beetje geeft 7ij terrein prijs. Na het
eten ging hij niet erg ver meer om
op het veld werk te zoeken. De prei
liet hij voor wat het was.
DE AVONDMAALTIJD na het mei-'
ken ging met zulk een stilte ge
paard, dat Gaspard er van overtuigd
was, dat zijn vrouw berouw had.
„Ik ken haar beter dan een boek",
dacht hij bij zichzelf, „ze heeft er nu
zo'n spijt van, dat ze me alles zou toe
staan was ik maar wou. Maar ik moet
het niet overdrijven, ik moet alleen
steeds maar standvastig blijven. Ik
zal vanavond maar niet in de slaap
kamer blijven, het zou een goede les
voor haar zijn. „Maar bij even ver
der doordenken kwam het hem voor,
dat zo'n les nu nauwelijks nog nodig
was. Zij zouden zich die avond ter
ruste begeven zoals ze altijd gedaan
hadden, met een enkele uitzondering.
Gaspard zou zijn pijp stevig tussen d^
tanden geklemd houden als het zover
was. Tegen de tijd dat ze aanstalten
maakten om naar bed te gaan wa
ren de kaken van Gaspard om de
pijpesteel geklemd als een bank
schroef. Dat was het enige verschil.
Hij was net zo goed geschoren als
anders, misschien had hij een beetje
meer lotion op zijn gezicht gedaan,
dat is wel mogelijk.
„Ze zal proberen me te negéren.
Dat weet ik. O, ik ken haar als een
boek, deze vrouw. Maar ik weet ook
dat ze het niet zal kunnen. Ik bete
ken teveel voor haar en ze houdt van
me omdat ik zo standvastig ben!
Gaspard kon deze dingen niet zeg
gen omdat zijn pijp zo stevig tussen
zijn tanden geklemd zat. Hij dacht ze
slechts.
Maar Cecile kwam niet in zijn ar
men vliegen als een bij naar een
romantische bloem. Ze zei niets, he
lemaal niet en ze keek alleen in de
spiegel in plaats van naar hem. Twee
keer wandelde Gaspard tot dicht
naast haar om haar een kans te ge
in.
Toen, als een licht dat plotseling
aangaat, kwam het bij Gaspard op,
dat hij misschien, nu zijn vrouw al
zoveel had toegegeven, op zijn beurt
een centimetertje standvastigheid kon
prijsgeven. Niet omdat hy had beslo
ten niet meer voet bij stuk te houden,
nee alleen om de vrede te bewaren.
„Cecile, je zult misschien merken,
dat er vanavond geen tabak in m'n
pijp zit. En ik heb geen ucifers ook."
Cecile liet een van haar oogleden
heel even zakken, juist ver genoeg
om het Gaspard te doen opvallen. Ze
was toch nog steeds een knappe
vrouw, deze Cecile. Men zou niet
kunnen vermoeden, dat zij al zes kin
deren van huis had zien wegtrekken.
Er waren niet veel mannen, die op
deze leeftijd nog zo'n lieve vrouw
hadden. En hij was de goede God erg
dankbaar, dat Cecile haar schoonheid
niet gebruikte om hem bij de neus te
nemen zoals een stier met een ring.
Ach ja, hij kende deze vrouw zoals
een boek. Cecile zei. „Het venster
staat een beetje open, Gaspard. Juist
genoeg geopend dat die pijn van jou
er doorheen kan. „Toen begon ze
naar hem te glimlachen. Die glim
lach was te veel.
„Zou ik niet nog een klein beetje
toegevend zijn, voor het laatst een
tikkeltje inschikkelijk?", vroeg Gas
pard zichzelf af, „ik ben al zo vast
houdend ten opzichte van haar ge
weest. Misschien moest ik het maar
doen; alleen om de vrede in het ge
zin te bewaren."
Zij had gelijk gehad, wat het open
raam betreft Het stond net genoeg
open dat zijn pijp er door naar bui
ten kon vallen.
MEN ZOU WERKELIJK nooit ge-
1*1 dacht hebben, dat ze tot het
slag mensen behoorden dat tot grote
dingen in staat is, deze Leducs. Al
meer dan twintig jaar lang, elke
avond getrouw, schoor Gaspard zich
vlak voor hij naar bed ging, opdat
zyn gezicht behoorlijk glad zou zijn
als hij Cecile haar nachtkus gaf. Het
ging elke keer opnieuw weer het
zelfde toe, zelfs nu de kinderen allen
van het nest waren weggevlogen. Het
is waar wat men van de Canadezen
zegt: romantiek hoort bij hen, zoals
de by niet zonder bloem kan.
Maar mijn verhaal begint bij de
tyd, dat de bij z'n angel begon te
gebruiken en aan het steken raakte.
Dat was zo ongeveer de tijd dat
Gaspard het telegram kreeg met de
mededeling, dat hij grootvader was
geworden. „Dat moet ik vieren", zei
hy, „vandaag nog zal ik een pijp
kopen". Maar Gaspard maakte een
fout door een verkeerd soort tabak
te kopen. Uit Quebec afkomstig als
hij was, kocht hij Canadese tabak.
Dat was vaderlandslievend en het
was goedkoop. Het ongelukkige was,
dat het zo ongelooflijk stonk. Die
avond dat Gaspard naar bed kwam
zyn gezicht was heerlijk glad en
rook naar een uitstekende after-
shaving lotin, was zijn adem als de
geur van een aardappelenzak van
verleden jaar met de aardappels er
nog in.
„Wel bliksems nog aan toe", riep
Cecile, „dacht jo nu heus, dat ik je
goedenacht kon kussen met zo'n
lucht, geloof dat maar niet, daar
komt niets van in. En die pijp gooi je
nu uit het raam en heb het hart niet
morgen te proberen hem te vinden."
Gaspard was geraakt. „Canadese
tabak is goede tabak", zei hij, „en
het heeft een goede, mannelijke lucht
over zich."
„Mag wel zijn, maar of de pijp gaat
het raam uit of jij gaat uit mijn bed."
„Dan ga ik uit je bed!" Gaspard
geloofde werkelijk niet, dat zij het
meende. Maar zij meende het en Gas
pard ging naar de divan in de kamer
waar de jongens gewoonlijk lagen.
Het was de divan met de gebroken
veren, die op sommige plaatsen door
de overtrek voelbaar waren. Hij was
nu echt kwaad.
„Dus jij denkt, dat je de baas over
me kunt spelen? Nou, we zullen
wel eens zien wie de broek hier in
huis aan heeft. De hele dag zal ik
morgen roken, als een schoorsteen!
Moet je maar opletten dat het ge
beurt!"
Hij wachtte op een vinnig ant
woord, maar Cecile, had de deur
slechts gesloten en was naar bed ge
gaan. Gaspard deed zijn stemgeluid
krachtiger uitkomen: „Dus je denkt
dat mijn adem naar Canadese ta
bak ruikt? Morgen zal ik je wat voor
zetten. Ik ga morgen de bossen in om
knoflook of prei te zoeken en ik zal
net zolang van dat spul eten tot de
lucht ervan me de oren uitkomt. Ik
zal je laten merken wat geur is." En
toen hij er zeker van was, dat Cecile
helemaal de bedoeling niet had
hierop te antwoorden was hij meer
dan ooit besloten, dat hij zijn bedrei
ging ten uitvoer zou brengen.
EN ZO GING HU de volgende dag,
1 toen hij de koe had gemolken en
haar naar de wei had teruggebracht,
het bos in en spitte daar net zo lang
tot hij twee broekzakken vol met prei
had. Toen hij thuis kwam voor het
ontbijt had hij de halve inhoud van
zijn ene broekzak al naar binnen ge
werkt. Cecile scheen de vorige avond
geheel vergeten te zijn totdat zij hem
ineens rook. Maar toen de geurengolf
haar trof jaagde ze hem de deur uit
met het apparaat waarmede men d;
pannekoeken pleegt om te gooien.
„Je eet als een koe. Uitstekend, eet
dan maar als een koe. Je zult aan
mijn tafel niet verschijnen." Gas
pard kon niet geloven, dat deze vrouw
zijn wettige echtgenote was. Zolang
hij haar kende had zij niet zo bazig
gedaan als nu. Maar de pannekoe-
kenomdraaier deed de deur dicht;
ja, ze meende het.
Hy liep evenwel niet helemaal naar
de schuur, dat zou zijn trots te zeer
hebben gekrenkt; hij liep slechts
naar de loods waar een stoel of twee
stonden, een tafel en een oude kachel.
„Denk je werkelijk met mij de dwaas
te kunnen uithangen? Vooruit dan
maar, als je er plezier in hebt Ik
geloof, dat ik het me hier best ge
zellig zal kunnen maken. Ik zal mijn
eigen maaltje koken. En als de lucht
van mij kokerij beter is dan die van
jouw gekokkerel kom dan maar naar
buiten en ga bij mij eten.. Misschien
heb ik nog wat over!" Na deze be
spiegeling ging hij naar het winkeltje
op de hoek en vroeg aan de oude papa
Lamoreux of deze iets op zijn plan
ken had staan dat een tikkeltje
slechter rook dan wat anders ook.
Papa Lamoureux krabde eens achter
zijn oren en op z'n hoofd en deed zyn
best met denken. „Haring heeft een
aparte aroma over zich", zei hij lang
zaam. „O ja, en Oka-kaas ook. Heb je
al eens Oka-kaas geprobeerd op de
bodem van een heetgloeiende braad
pan? Moet je voor de lol eens doen."
„Geef me dan maar meer dan no
dig is voor één maaltijd." Tewijl hij
terugliep zette Gaspard een kort toe
spraakje tot zijn vrouw in elkaar.
„Je denkt dat je een muis van me
hebt gemaakt, hè? Goed, je zult zien
wie de baas is hier. Elke dag zal ik
in deze loods koken wat ik wil en het
doet er niet toe, hoe afschuwelijk het
stinkt. En als ik dat verkies eet ik
knoflook of prei. En ik rook mijn
pijp tot ik zelf gerookt ben. En ik zal
je niet kussen, ook al zou je hiernaar
hongeren of dorsten. O zo, dat is het
maar even. Moet je eens opletten."
Driemaal op die dag bakte Mi
haring in de oude ijzeren braad
pan en liet de Oka-kaas tegen een
van de kanten smelten. De eerste keer
dacht hij, dat hij het nog tamelijk lek
ker vond ook. Maar toen zijn maag
op een eigenaardige manier begon te
reageren wist hij, dat hy tegen zich
zelf niet de waarheid had gezegd. De
tweede keer gaf hij het hele spul aan
de hond. De derde keer maakte de
hond, dat hij weg kwam toen hij
Gaspard met een dampend bord aan
zag komen. Cecile had die avond
runderlappen en zij had er zo veel
van, dat zij hele hoeveelheden aan de
hond moest geven.
In de loods was'ook een divan,
maar Gaspard sliep niet zo by ster
goed die nacht, 's Morgens toen hij
zijn laatste haring oppakte deed hij
slechts alsof hij hem wilde bakken.
Hij was nogal gezet en een of twee
maaltijden minder zou hem geen
kwaad doen. Dus pakte hij enkel' een
preitje uit zijn broekzak en stak het
in zijn mond.
door Penelope Turing.
QOBIN HOOD behoeft geen intro-
ductie. De Konnig der Bandieten
is bij iedereen bekend als de be
lichaming van de gouden eeuw van
„Merrie England". U kunt met Ro
bin Hood voor het eerste kennis heb
ben gemaakt via de bladzijden van
een boek met kinderverhalen, via het
lezen van vijftiende eeuwse balladen,
via een televisie vervolgverhaal, via
een van de kleurrijke films die Holly
wood de wereld in heeft gezonden, of
tweedehands via de heldendaden van
Tom Sawyer! Zijn karkterbeschrij-
ving is echter overal hetzelfde
opgewekt, vriendelijk, ridderlijk, hij
beroofde de rijken om de armen te
helpen. In alle opzichten een held!
Maar wat maakt het uit of hij wer
kelijk heeft geleefd. Vele eeuwen heb
ben sceptici zijn bestaan ontkend, en
zij hebben gepoogd om bewijzen van
zijn bestaan te vinden, maar on
danks dit alles leeft deze moeilijk te
paken te krijgen, eeuwig jeugdige fi
guur bij veel mensen in de herinne
ring voort. Voor vele mensen in
Groot-Brittannië is Robin Hood een
stuk echte geschiedenis. ]J kunt de
landstreek, waar hij heeft geleefd,
de plaats waar hij trouwde en waar
hij werd begraven, en de plekken
waar hij aan zijn bewakers ontsnap
te, bezoeken. Dit alles is 700 jaar lang
van generatie op generatie overgele
verd.
In het hart van Engeland, even ten
zuiden van het Pennisch gebergte ligt
het gebied, dat bekend staat onder
de naam „Midlands". Het is een dood
se naam voor een gebied, dat zo af
wisselend is als hien maar kan den
ken. In dit district zijn ook de mijn
bouw en industrie opgekomen, doch
er zijn nog grote stukken natuur
schoon bossen, heidevelden, bergen
en dalen bewaard gebleven. Het
„Sherwood" woud, volgens de overle
vering de streek van Robin Hood en
zijn „Merry Men", ligt in het graaf
schap Nottinghamshire in het ooste
lijke deel van de „Midlands", maar
zijn tochten voerden hem ook meer in
westelijke richting in het woeste ge
bied van het Peak District in het
Graafschap Derbyshire, in noordelij
ke richting naar Yorkshire, en vol
gens sommige verhalen zelfs hele
maal tot in Wales en zelfs Somerset
in het zuid-westen van Engeland.
Als men de streek van Robin Hood
wil bezoeken, dient men van Londen
de Great North Road (A.l) tot Tux-
ford te volgen; hier slaat men in wes
telijke richting af naar Ollerton en
Edwinstone (ca. 225 kilometer van
Londen). Dit is het centrum van het
.Sherwood". Het woud is nu veel
kleiner dan het in de Middeleeuwen
was, maar men kan er nog over de
velden dwalen, tussen geweldadige
oude bomen. Met een beetje fantasie
kan men zich indenken hoe Robin
Hood hier met zyn reusachtige luite
nant Little John, met Friar Tuck,
Will Scarlet, en de minnestreel Alan
a Dale en de overige bandieten
feesten vierde, herten doodde, de rij
ken en trotsen bestal, en in nood ver
kerende jongedames hielp. In de kerk
van Edwinstone trouwde Robin, vol
gens de overlevering, met Maid Ma
rian, die even goed met pijl en boog
kon schieten als ieder boogschut
ter.
In deze streek vindt men veel her
inneringen aan Robin Hood, even
verder naar het zuiden in het dorpje
Blidworth, ligt Will Scarlet begra
ven.
Ongeveer 30 kilometer ten zuiden
van Ollerton ligt de stad Nottingham
met haar oude kasteel, dat nu een
museum is. Hier werd Robin Hood
door de gemene Sheriff gevangen ge
nomen. Hij werd echter op waarlijk
meesterlijke wijze door Little John en
Much, ook een van zijn handlangers,
bevrijd.
Ga nu in nood-westelijke richting
verder door de dalen van de rivie
ren de Derwent of de Dove in Der
byshire; U komt dan in het Peak Dis
trict: kilometer na kilometer strekken
zich de heidevelden en woeste ber
gen vooruit, even prachtig als toen
de rovers hier verbleven. In het dorp
je Hathersage vindt men het graf
van Little John.
Hier is de traditie zeer sterk, en
vele eeuwen heeft de muts, boog en
harnas van Little John in de kerk
gehangen. Zij werden als authenthiek
beschouwd. Later werden zij echter
door de Ambachtsheer meegenomen
naar een ander landgoed in Yorks
hire, waar zij gestolen zijn. Oudheid
kundigen hebben in de 19e eeuw be
wijzen gevonden dat Little John er
gens in Derbyshire in de 13de eeuw
geboren werd en dat zowel hij als
Robin Hood trawanten waren van Si
mon de Montfort. Zij werden vogel
vrij verklaard na hun nederlaag bij
de Slag bij Evesham in 1265. Volgens
de overlevering, is Robin Hood 80
jaar oud geworden, Little John keer
de na de begrafenis van zyn meester
in Korklees, in Yorkshire, naar Ha
thersage terug, waar hij stierf.
Zijn graf werd tegen het einde van
de 18de of in het begin van de 19de
eeuw geopend, en men vond er een
80 cm. lang dijbeen van een man, het
geen het verhaal van de reus Little
John een zekere waarheid geeft. Het
graf wordt nu onderhouden door de
„Ancient Order of Foresters", en ge
regeld leggen mannen, gekleed in
groene en rode kleding, lauwerkran
sen of kransen van wollegras van de
heidevelden van Hathersage als een
eerbewijs op zijn graf.
IN andere delen van het ditrict, in
Castleton, vindt men Robin Hood
Hill, bij Youlgrave, Robin Hood's
Stride een stuk grond van onge
veer 20 meter lengte tussen twee
grote rotsen, en bij Cresswell Crags,
Robin Hood's Cave, die hij als een
toevluchtsoord gebruikte. Er is een
klein gehucht, Robin Hood genaamd,
vlakbij Baslow, maar men weet niet
of Robin Hood hier ooit is geweest.
Over de grens in Yorkshire ligt
het plaatsje Kirklees bij Wakefield,
waar de oude Robin Hood, in een
priorij, waar zijn nicht priores was,
stierf.
In een kamer in de priorij hield
John Little zijn meester in zijn armen
terwijl Robin Hood zijn laatste pijl
afschoot. Robin Hood droeg zijn
vriend op hem te begraven op de
plaats waar de pijl neerkwam. Een
oude inscriptie op de grafsteen gaf
het jaar van zijn dood aan als 1247
lang voordat de slag bij Evesham
plaats vond; maar er is altijd veel
controverse geweest over het feit of
Robin Hood heeft geleefd tijdens de
regering van Richard I, John, Henry
III, Edward I of II!
Wij zijn nu weer terug op de Great
North Road, zeven mijl ten noorden
van Doncaster, waar Robin Hood's
Well is. Hier beroofde de bandiet de
bisschop van Hereford en beval hem
te gaan dansen op het gras, even ver
der naar het noorden vindt men bij
Fountain Abbey, Fountains Dale waar
Friar Tuck als een hermiet woonde
voor zijn heldhaftig gevecht met Ro
bin Hood hem tot een van de „Merrie
Men" van de laatste maakte. Indien
men even ten noorden van Scarbo-
bough oostwaars rijdt, vindt men
Robin Hood's Bay, een fascinerend
dorpje aan de rotsen, even pittoresk
als Clovelly in Devonshire. Hier heeft,
Robin Hood, naar men beweert, ge
leefd als scheepssjouwerman en heeft
hij zelfs een piratenschip weten te
veroveren, door de piraten van zyn
vissersboot uit neer te schieten.
Er bestaat voor de verhalen van
Robin Hood meer dan één bron, want
de verhalen over hem zyn mondeling
en via balladen overgeleverd, lang
voordat de eerst bekende uitgave
van verzamelde vedhalen „A Ly-
tell geste of Robin Ilood" door Wyn-
kyn in ongeveer 1495 werd gedrukt.
Robin Hood is zo fris als het voor
jaar en bijna zou oud als Engeland;
hij zal voor altijd bij de kinderen
blijven leven. Wij allen, zelfs de wijs
ten onder ons, voelen voor zo'n held
ergens wel een zekere bewondering.
Op een rots boven Nottingham in Engeland verheft zich het kasteel, waar
de sheriff woonde, die alles in het werk stelde om de vogelvrijverklaarde
Robin Hood en zijn „Vrolijke Kerels" te pakken te krijgen. Ofschoon her-
hualdelijk gerestaureerd en verbouwd is nog veel overgebleven van het
kasteel uit de tijd van Robin Hood.