I Herv. kerk van Zoeterwoude in ijke staat hersteld de ideale ol/E-ieelüithaatd Kleur, model, prijs, JAN DE NIE Z Ha Officieel FOBRUX Dealer Verkoop FIRMA J. L. VAN VELZEN A. VAN DEN OUWEELEN 8e ZOON FOBRUX Oliehaarden ADVERTEREN doet VERKOPEN DONDERDAG 24 OKTOBER 1957 DE LEIDSE COURANT PAGINA 10 Werk van 8 jaren Bij het voltooien van het herstel van de Ned. Hervormde kerk in het dorp van Zoeterwoude gaan feiten van de kerkgeschiedenis weer krach tig spreken. Hoezeer ook nu weer betreurd wordt, dat zoveel wat wij zo graag zouden weten, niet meer te vinden is, het staat vast dat in de 13e eeuw de kerk op het dorp bestond en aan de H. Lebuines was toegewijd. Hoe deze kerk was gebouwd is niet bekend, maar wij mogen wel aanne men dat de eerste kerk van hout is geweest. De kerk in haar huidige staat, da teert grotendeels uit het begin van de 15e eeuw. Bischop Frederik van Blankenheim vergunde omstreeks 1400 aan „fabrieksmeesters" van de kerk om in de toestand van kerk en toren, die naast elkaar- waTen ge legen en elkanders licht onderschep ten, verbetering te brengen door af braak en herbouw van de kerk. Hieruit blijkt dat er een stenen ge bouw bestond. Pastoor Willem Janssens, wiens beeltenis te zien is in de gebrand schilderde ramen van de Sint Jans- kerk, die tevens commandeur te Haarlem was van de St. Jans-orde van de Maltheser ridders, verenigde de kerk geheel met de commanderij, krachtens een bulle van Paus Julius II in 1507. In dezelfde tijd werd ook de kapel van Cronesteijn afgebroken en werd er in Zoeterwoude een kapel toegewijd aan O. L. Vrouw van de Overwinning, St. Panthaleon en St. Jan de Doper. Waar deze kapel ooit heeft gestaan is niet bekend. Het is zeer waarschijnlijk, dat tij dens pastoor Janssens de vereniging met de commanderij de verbouwing heeft plaats gehad. Het staat in ieder geval vast, dat in de 15e eeuw de St. Lebuineskerk een gotische kerk was met een romaansche toren. Een schoon bedehuis. Wel schoon moet dat bedehuis ge weest zijn want het priesterkoor wat nu „blootgelegd" is, overgebleven uit die tijd, is een juweeltje van bouwkunst. De schoonheid van het koor is na de restauratie van de kerk een openbaring geworden; niemand in het dorp wist dat er in Zoeter woude uit de grijze oudheid zulk een edel bouwwerk was overgebleven. Dat was te verklaren, want het koor was van de kerk afgescheiden door een houten schot; een lage zol dering en indeling voor dienstver trekken ontnamen het gezicht; de ramen waren deels dichtgemetseld en alles was vervallen. Door hemelvuur, oorlogsvlam men en ouderdom aangevreten. De Staatstroepen schoten, bij het beleg van Leiden in 1574, de kerk in brand. Weer hersteld werd een ge deelte door het hemelvuur verteerd, maar het koor en de torenromp ble ven steeds bestaan. Bij de herbouw in de 16e eeuw zijn de muren grotendeels vernieuwd, dwarsbeuken werden aangebouwd en het schip werd uitgebreid tot aan de voorkant van de toren. Dit is te zien aan de spitsboog openingen in de toren die ter weerszijden inge bouwd zy'n. Deze uitbreidingen van de kerk wijzen op een groei van de parochie in de tijd vóór de refor matie. Het is vooral opmerkelijk, dat steeds bij de herstellingen en vergro tingen in de vorm van de ramen af geweken werd van de gotische vor men van de koorramen. Inplaats van spitsbogen met traceerwerken wer den rondboogvensters geplaatst. In de laatste eeuwen was het kerk gebouw zodanig aangetast door de tand des tijds, dat in 1946 met recht in „De Zeven Zaligheden van Zoe terwoude moest worden geschreven: Een pleidooi voor grondig herstel is niet overbodig. Drie jaar later ging het eerste ver zoek naar het ministerie van Onder wijs Kunsten en Wetenschappen tot herstel van dit monumentale gebouw. De kleine gemeente van 120 gezinnen kon het geld daarvoor nodig, niet opbrengen. Om de rijks- en provinciale sub sidies te verkrijgen moest ook de ge meente voor 10% subsidiëren. Hierbij kwam, dat de gemeente voor het ge hele herstel van de toren kwam te staan. De gemeenteraad besloot met algemene stemmen tot bijdrage aan het herstel. Ook toen later bij her haling de bedragen ontoereikend wa ren, werden de verhogingen toege staan. Het architectenbureau Dekker en Van der Sterre onder super-visie van Rijksmonumentenzorg stond voor een bijna hopeloze taak. Het gebouw was in de loop van eeuwen 1.25 m. ver zakt. Dit is duidelijk aan te tonen en te zien aan het poortje in de zuid gevel dat, dichtgemetseld, nu weer „open" is gemaakt, doch zo laag is dat alleen een kind er rechtop kan doorlopen; volwassen mensen moe ten diep bukken. Ook de voordeur is zeer laag geworden. Het is onverklaarbaar dat in dit gebouw op de zwakke plaatsen daar, waar de hoge ramen de muren door breken, geen spattingen of grote scheuren zijn ontstaan. Ook de toren had zich niet los gemaakt van "het kerkgebouw. Deze verzakkingen moeten reeds voor de 16e eeuw zijn opgetreden, want de Attische basementen onder de kolommen, die toen vernieuwd werden, zijn op de gewone stand boven de vloer gebleven. Om te beginnen moest een geheel nieuwe fundering aangebracht wor den van buiten betonpalen geheid en binnen met pulspalen voorzien, waarop een balkconstructie muren, kolommen en vloeren kon dragen. De kerk stond te zwaaien. Tijdens het heien zwaaide de bol- kroon als een slinger van de klok heen en weer, aanwijzende hoe zwak de fundering was. Maar nu „staat" de kerk weer onwrikbaar vast. En zo werd de kerk, men kan wel zeggen, bijna vernieuwd. De zware draagbakken met de muurstijlen, korbeels, dakspanten en tongewelven werden met grote zorg voor behoud van de oude vormen, geheel in eiken hout vernieuwd. De stenen voor de raam-traceer- werken zijn op het werk steen voor steen in profiel gekapt en gemetseld tot de oude luisterijke verdeling van de ramen, in het bijzonder, in het koor, zoals zij geweest waren in het verre verleden. Het metselwerk werd aan de buitenkant van de pleister ontdaan en in grote oppervlakten opnieuw gemetseld met oude bijpas sende en goed kleurende stenen, wijd en zijd bijeengezocht. De toren kreeg een beton-skelet en het leiendak werd geheel ver nieuwd. De vloeren werden in het schip en de beuken met grote blauwe zerkstenen belegd afkomstig van de St. Laurenskerk uit Rotterdam. De vloer in het koor van oude plavuizen is niet zo geslaagd. Het voornaamste gedeelte heeft geen voorname vloer. Het koor krijgt een liturgische bestemming. Door de ruimtewerking van het koor zal nu de protestantse liturgie, het Avondmaal en de Doop, tot haar volle recht komen. De renaisance preekstoel is geheel „uit de verf" gehaald en vertoont zich nu in volle schoonheid ter lin kerzijde van het koor. De kerkban ken zijn stijlvol vernieuwd. De nieuwe orgel-galerij is zeer goed gedetailleerd maar-ons-inziens- onverklaarbaar tot marmer „uit een potje" gemaakt. Architecten hebben ons verzekerd dat het mag met de overweging dat ook de muren ge pleisterd zijn. Gelukkig bleken het traceerwerk in de ramen „schoon" metselwerk, maar de architecten had den deze lijnen liever gepleisterd, doch zijn voor de aandrang van de gemeenteleden de kerkvoogdij bezweken op de titel, dat deze be zuiniging vanwege de bestedingsbe perking was toegestaan. Wij zijn overigens vol lof over het schilderwerk de imitatie is zeer goed. Nog meer bewondering hebben wij voor de restauratie van de twee grote borden uit 1661: het „symbolum Apostolorum" en „God sprak deze woorden". De oude heer H. v. Wilsum heeft acht weken gewerkt met het prachtig resultaat, dat met behoud van de menigte letters in witte krul letjes, ragfijn als Brusselsche kant, de oude verflaag is weggenomen en het eikenhout is blootgelegd. Zeer kunstig zijn, waar nodig, de letters in volkomen gelijkheid bijgewerkt Het grote orgel is nog niet gereed en er is door de fa. v. Leeuwen voor lopig een orgel met een bestemming voor Israël geplaatst. Veel tijd en veel geld. Het werk heeft acht jaren en veel geld gekost. De eerste begroting is eenmaal met 100.000.— aangevuld en was toen nog niet toereikend om het werk te voltooien. Het rijk, de provincie en de ge meente subsidieerden met resp. 65, 15 en 10%. De gehieente moest boven- dien ook nog voor de restauratie van de toren, die bijna 100.000.heeft gekost, bijdragen. Eertijds is door het ambacht en later door de ge meente de toren in onderhoud ge nomen. Ondanks deze grote bijstand moet de kleine Hervormde gemeente 60.000.of jaarlijks ƒ3700.voor rente en aflossing opbrengen. De bouwkundigen de heer van der Sterre en de heer Dekker die twee jaar geleden overleden is hebben met de heer Baart de la Faille van Rijksmonumentenzorg voor Zoeter woude een historisch monument prij- zenswaardig behouden. De aanne mersfirma Groen en Bregiman heb ben eer van dit zorgvolle werk. Hedenavond zal de overdracht door de kerkvoogdij aan de kerkeraad plaatshebben en de eerste dienst, na acht jaar onderbreking, weer gehou den worden in de kerk. Mr. dr. M. Rooij hoog leraar te Amsterdam De gemeenteraad van Amsterdam heeft in zijn vergadering van gis teren benoemd tot gewoon hoogle raar in de leer van de communicatie middelen, in het bijzonder van de pers, bij de faculteit der politieke en sociale wetenschappen aan de Ge meente Universiteit, mr dr M. Rooij, hoofdredacteur van de Nieuwe Rot- terdamsche Courant. De heer Rooij volgt prof. dr K. Baschwitz op. die onlangs zijn functie heeft neergelegd wegens het bereiken van de pen sioengerechtigde leeftijd. S Wordt een sieraad In 8000 calorieën; .onder tank, met micadeur 425 12500 calorieën .onder tank. met micadeur ƒ51 5- t 17 OÜDE VEST l11JdenTEL Zie de FOBRUX-Collectie in onze Showroom Oeverstraat 63 B Z het hindert niet wat u als uitgangspunt neemt als u uw nieuwe wintermantel koopt, w maar één ding is zekert u vindt het bij ons! óók extra korte en extra lange maten - Klassieke en toch moderne één-rij swagger. In mohair - flansch van eerste kwaliteit. Met shawlkraag van echtpersianer. O.a. in de kleuren olive met bruin persianer, grège met irisgrijs persianer en zand met bruin persianeY. Maten 38 t/m 46 f 139.- Noordeinde 54 hoek K. Rapenburg Telefoon 21387 NOORDEINDE 24 TELEF. 21168 HET HAARDENADRES LEIDEN HOOIGRACHT 106 VAKKUNDIGE PLAATSING TELEFOON 21069 OFFICIEEL FOBRUX DEALER T. Leiden Tel. 26281

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 12