Plechtige opening Staten-Generaal
leverde weer 'n grandioze aanblik
Gebruikelijk ceremonieel niets aan aantrekkelijkheid ingeboet
Diamanten Kloosterfeest van
Broeder Linus Maria Goddijn
Afgezien van beperking om
financiële omstandigheden
DINSDAG 17 SEPTEMBER 1957
DE LETDSE CO! TT? A NT
PAGINA 7
H. M. Koningin Juliana heeft he
denmiddag voor de tiende maal sinds
de troonsbestijging in een verenigde
vergadering van de Eerste en deTwee-
de Kamer de gewone zitting van de
Staten-Generaal geopend met het uit.
spreken van de Troonrede, het
staatsstuk, waarin het regeringspro
gram voor het komende jaar wordt
ontvouwd.
Met het gebruikelijke ceremonieel
heeft de vorstin zich daartoe, verge
zeld door Z. K. H. de Prins der Ne
derlanden in de gouden koets naar
de Ridderzaal begeven. Aanvanke-
H. K. H. prinses Beatrix die ver-
*rene haar ouders vergezellen, doch
H. K. H. prinses Geatrix die ver
leden jaar voor het eerst aanwezig
was na het jaar tevoren de openings
plechtigheid op de tribune van de
Ridderzaal te hebben bijgewoond
kon door een blessure tengevolge
van een val niet aanwezig zijn, ter
wijl Prinses Irene wegens een lichte
griep het bed moest houden.
H.M. de Koningin droeg een linden-
groene fluwelen robe in Empire-stijl
verwerkt met oude kant, suède hand
schoenen in dezelfde kleur als de kant
en een struisveren hoed in de tint
van de japon. Zij droeg het grootkruis
der Orde van de Nederlandse Leeuw.
Z.K.H. Prins Bernhard was gekleed
in het ceremonieel tenue grenadiers
en droeg het commandeurskruis der
Militaire Willemsorde en tevens het
Grootkruis der huisorde van Oranje.
Zoals sinds 1953 gebruikelijk is
vertrok de stoet van het koninklijk
paleis aan het Voorhout, om via.Lan
ge Voorhout, Kneuterdijk, Lange en
Korte Vijverberg naar het Binnen
hof te rijden.
Meer nog dan de plechtigheid, wel.
ke zich daar in de beslotenheid van
de Ridderzaal voltrekt, is Prinsjes
dag aanvankelijk de benaming van
de feestelijk gevierde verjaardag van
prins-stadhouder Willem V voor
de duizenden Hagenaars en landgeno
ten, deze feestelijke stoet, waarin de
koningin, omgeven door hovelingen
en begeleid door een militair escorte
in ceremonieel tenue, zich in de gou
den koets naar de Ridderzaal begeeft.
Dit is een uitgelezen en gaarne aan
gegrepen gelegenheid om de vorstin
te begroeten. Het is een schouwspel
tevens, dat men zich niet gaarne zou
laten ontgaan, ook als men het al
enige malen heeft gezien. De duizen
den, die deze dag op de been zijn, le
veren er het duidelyke bewijs voor.
Reeds vroegtijdig zijn de Hagenaars
en velen van buiten de stad op deze
feestdag naar de binnenstad getrok
ken, waar deswege een drukte van
belang heerst. Ze staan onder de bo
men van het Lange Voorhout, langs
de trottoirs van de Kneuterdijk en
onder het geboomte van de Lange
Vijverberg. Er zijn tribunes, vanwaar
men een goed gezicht heeft op de
sprookjesachtige stoet en er zijn kijk
plaatsen achter de vele vensters van
huizen en kantoorgebouwen langs de
roilte.
De tijd van wachten valt niet al te
lang, want er is genoeg te zien. Maar
als het tegen enen loopt stijgt te span
ning en als het eerste der minuut-
schoten weerklinkt, weet men, dat
de vorstelijke personen het paleis
hebben verlaten. De schoten blijven
dreunen tot het moment, waarop het
paleis weer wordt betreden. Deze rtii-
nuutschoten worden afgevuurd door
een uit vier stukken bestaande bat
terij veldartillerie, welke is opgesteld
op het Malieveld, waar zestig man
van 901 luchtverdedigingskring voor
de afzetting hebben gezorgd.
EREWACHTEN EN AFZETTINGEN.
De bij de militaire eerbetoon en de
afzetting ingedeelde troepen stonden
onder de bevelen van de gouverneur
der residentie, luitenant-generaal D.
C. Buurman van Vreeden.
Voor het paleis aan het Lange
Voorhout was de erewacht betrokken
door 100 man van het garderegiment
jagers. Hierbij was ingedeeld het
vaandel van dit garderegiment met
vaandelwacht, alsmede de kapel van
de koninklijke luchtwacht.
De erewacht voor de Ridderzaal
werd gevormd door 70 man van het
korps mariniers, waarbij waren inge
deeld het vaandel van dit korps met
vaandelwacht, de marinierskapel van
de koninklijke marine en de tamboers
en pijpers van de korps mariniers. Op
het Binnenhof bestond de erewacht
uit een detachement van het garde-
regiment fuseliers „Prinses Irene" ter
sterkte van 100 man. Ook hierbij was
het vaandel van dit garderegiment
met vaandelwacht ingedeeld.
Voor de afzetting van de door de
koninklijke stoet gevolgde weg zorg
den twee detachementen van de 11e
gevechtsgroep, namelijk het 11e gar
debataljon grenadiers en het 12e gar
debataljon jagers, elk ter sterkte van
240 man: een detachement luchtvaart
troepen van de koninklijke lucht
macht ter sterkte van 200 man; een
detachement van de koninklijke ma
rine ter sterkte van 1O0 man; een de
tachement van 102 verbindingsgroep
ter sterkte van 100 man; een deta
chement van 901 luchtverdedigings
kring ter sterkte van 150 man en een
detachement van het 13e gardebatal
jon fuseliers „Prinses Irene"' ter sterk
te van 240 man.
Voor de zijgevel van de nieuwe of
litteraire sociëteit aan de Korte Vij
verberg bevonden zich detachemen
ten van de Marva, de Milva en de
Luva, elk -ter sterkte van 30 leden.
Behalve de hiervoor reeds genoem
de muziekcorpsen bevonden zich nog
langs de route het fanfarekorps der
genie, het tamboerkorps van de na
tionale reserve en het fanfarekorps
van de Limburgse jagers.
Zowel de militairen van de garde
regimenten grenadiers, jagers en fu
seliers „Prinses Irene", de koninklij
ke marechaussee en de ruiters van de
rijkspolitie, voorzover zij deel uit
maakten van het ere-escorte, de ere
wacht of ere-afzetting, als de ko
ninklijke militaire kapel, de mari-
nerskapel van de koninklijke marine,
de kapel van de koninklijke lucht
macht, het kanfarekorps der genie
en het fanfarekorps van de Limburg
se jagers droegen het ceremoniële te
nue, hetgeen aan het geheel een
kleurrijke aanblik schonk.
Op 19 september viert Broeder Li
nus Maria, in de wereld Jan Goddijn,
zijn diamanten kloosterfeest. Voor
vele Leidenaren is hij geen onbeken
de. Hij werd geboren in 1674 en ging
na de lagere school werken als tim
mermansleerling. Op zijn achttiende
jaar veranderde hij van gedachten en
kwam in dienst van de firma Cra-
nenburg, waar hij werd opgeleid tot
werkmeester. Twee jaar later werd
hij opgeroepen voor de militaire
dienst, die hij gedurende zeventien
maanden vervulde. In deze tijd kwam
sergeant Goddijn in contact met de
broeders van O. L. Vrouw van Lour-
des, die een weeshuis hadden aan de
Hooigracht. Dit contact deed bij hem
de roeping ontwaken ook broeder te
worden en opgenomen te worden in
de jonge congregatie, die al haar
krachten wijdde aan de armsten der
bevolking. Na zijn dienstplicht gaat
Jan naar België, waar hij te Oostak
ker in het noviciaat treedt. Na zijn
opleiding tot onderwijzer kwam hij
in België voor de klas te staan. Van
1897 tot 1913 gaf hij achtereenvolgens
onderwijs in Anderlecht, Assen,
Mechelen en Houghaerde. Veel deed
hy in dit jaren aan het patronoats-
werk. Al gauw werden zijn grote ga
ven van verstand en hart opgemerkt
door het bestuur van zijn congregatie.
In 1913 werd hij benoemd tot novice
meester van de Nederlandse provin
cie en provinciaal-assistent van het
bestuur dezer provincie. Van 1919
1931 was hij achtereenvolgens overste
van de grote psychiatrische inrichtin
gen Reinier van Arkel te Den Bosch
en Huize Voorburg te Vught. Van
19311943 was hij overste van de
weeshuizen der congregatie te Delft
en Den Bosch. Broeder Linus behoort
tot een der pioniers van deze Belgi
sche broedercongregatie, die zich in
de tweede helft van de vorige eeuw
toen zowel in Nederland als België
grote sociale noden waren wijdde
aan de verzorging der allerarmsten
der bevolking: armen, achterlijken,
psychopaten, wezen en ouden van
dagen. Op het gebied der krankzinni
genverpleging heeft hij geyverd voor
de toepassing van moderne thera
pieën. Ook op het gebied der wezen
verzorging heeft hij reeds vroeg
vooruitstrevende gedachten gelan
ceerd. Sinds 1943 geniet Broeder Li
nus een werkzame oude dag in de St.
Willibrordusstichting te Heiloo, waar
ook zijn neef Broeder Leopold werk
zaam is. Ondanks het feit dat hij niet
meer in de verpleging werkte, be
haalde hij met grote lof van de ge
neesheer-directeur op bijna 80-jarige
leeftijd nog het diploma verpleging
van psychopathen.
Op zondag 22 september zal Broe
der Linus temidden van zijn mede
broeders en naaste familieleden zijn
diamanten kloosterfeest vieren. Met
dankbaarheid kan hy terugzien op
een leven, dat rijk is aan verdiensten
voor God en de Kerk. Mogen hem
nog vele jaren gezondheid en geluk
gegeven zyn.
DE KONINKLIJKE STOET.
De stoet, welke H. M. de Ko
ningin en Z. K. H. de Prins der Ne
derlanden naar de Ridderzaal be
geleidde en welke stond onder de be
vel van de eerste stalmeester van
hare majesteit, majoor W. F. K.
Bischoff van Heemskerck, was als
volgt samengsteld: voorop gingen een
rijknecht-majoor en twee rijknechts
te paard. Zij werden gevolgd door een
detachement der koninklijke mare
chaussee en een compagnie van het
garderegiment grenadiers met het
vaandel en de koninklijke militaire
kapel. Hierna volgden de rijtuigen.
In 't eerste rijtuig, met twee paarden
bespannen en gaande een lakei naast
elk portier was gezeten de ceremo
niemeester, jhr D. G. de Graeff. Dan
kwamen in een rijtuig met twee paar
den bespannen, gaande een lakei
naast elk-portier, vier kamerheren,
J. M. H. F. J. baron Weichs de Wen-
ne, jhr mr J. Th. M. Smits van Oyen
van Eckart, W. graaf van Limburg
Stirum en mr J. H. L. J. baron Sweerts
de Landas Wyborgh. Vier grootoffi
cieren, mr W. C. baron Snouckaert
van Schauburg, vice-admiraal b.d. N.
A. Rost van Tonningen, mr J. C. ba
ron Baud en ir F. C. C. baron van
Tuyll van Serooskerken waren geze
ten in een rijtuig met twee paarden
bespannen, gaande twee lakeien naast
elk portier. Dan volgden de groot
meesteres, mevrouw M. L. J. D. van
Wickevoort Crommelin, geb. jkvr.
Teixeira de Mattos en de Dame du
palais L. A. J. baronesse de Smeth,
geb. baronesse van Pallandt, gezeten
in een rijtuig met twee paarden be
spannen, gaande twee lakeien naast
elk portier en vervolgens de groot
meester mr G. C. D. baron van Har-
denbroek, gezeten in een rijtuig met
twee paarden bespannen, gaande
twee lakeien naast elk portier. Een
commando rijkspolitie te paard ging
vooraf aan de gouden koets, waarin
waren gezeten H. M. de Koningin en
Z. K. H. de Prins der Nederlanden.
Deze staatsiekoets was met acht paar
den bespannen, naast elk paard ging
een koetsier en aan elke zijde van
de koets bevonden zich vier lakeien.
Een adjudant, luitenant-kolonel-vlie
ger mr A. J. E. M. van Zinnicq Berg-
mann reed ter rechterzijde van de
gouden koets en een adjudant, luite
nant-kolonel C. C. Geertsema reed
ter linkerzijde. De overige adjudan
ten, majoor J. J. L. baron van Lyn-
den en majoor J. J. Eisma reden ach
ter de koets. Een commando rijkspo
litie te paard sloot de stoet.'
Op het Binnenhof waren o.a. plaat
sen gereserveerd voor dragers van de
Militaire Willemsorde en voor een
aantal burgemeesters.
IN DE RIDDERZAAL.
Aan de Ingang van de Ridderzaal
waren reeds geruime tijd voor de
aankomst van de kleurige stoet aan
wezig de chef van net militaire huis
van de koningin generaal-majoor C.
F. Pahud de Mortanges, de gouver
neur der koninklijke residentie, lui
tenant-generaal D. C. Buurman van
Vreeden, de niet bij het escorte inge
deelde adjudanten kapitein-luitenant
ter zee le klasse W. van Rossem, zo-
ter zee le klasse W. van Rossom, zo
mede vier kamerheren, W. A. van de
Wall Bake, jhr mr C. C. de Jonge,
jhr mr G. A. M. J. Ruys de Beeren-
brouck en prof. mr W. F. de Gaay
Fortman.
In de Ridderzaal, waar een fraaie
versiering met bloemen en planten
was aangebracht, waren dit jaar
meer plaatsen ingeruimd dan vroe
ger, dit met het oog op de uitbrei
ding der beide Kamers. Deze uitbrei
ding van het aantal leden had mede
tot gevolg, dat er meer gasten aan
wezig waren. Ieder Kamerlid kan
namelijk een genodigde medebren
gen. Door de looppaden te versmal
len en het aantal armstoelen te ver
minderen heeft men kunnen berei
ken, dat een aantal plaatsen werd
gewonnen.
Met de leden van de Staten-Gene
raal hadden velen zich al vroegtijdig
in de feestelijk getooide zaal ver
enigd. Naast het stemmige zwart der
herenkleding zag men er het goud
en zilver van ambtsgèwaren, fleuri
ge toiletten der dames en verschei
dene uniformen. Onder de aanwezi
gen waren de leden van het corps di
plomatique, hoge ambtenaren, vlag
en opperofficieren, leden van de Ho
ge Raad der Nederlanden, vertegen
woordigers van andere rechterlijke
colleges, leden van het internationale
gerechtshof, vertegenwoordigers van
kerkgenootschappen, provinciale en
stedelijke autoriteiten en grootkrui
sen van Nederlandse orden.
Later namen tegenover de troon
hun plaatsen in de ministers en de
staatssecretarissen en de leden van
de Raad van State.
De voorzitter van de Verenigde
Vergadering der Staten-Generaal, mr
J. A. Jonkman, deed vooraf de grif
fier, jhr mr J. W. Röell voorlezing
geven van zijn benoeming tot voor
zitter der Eerste Kamer en benoem
de daarna^de commissie van in- en
uitgeleide. Deze werd samengesteld
als volgt: Algra, lid der Eerste Ka
mer; prof. mr Oud, lid der Tweede
Kamer; mr. Burger, lid der Tweede
Kamer; mevrouw LuyckxSleyfer,
lid der Eerste Kamer; mr Lichte-
naue.r, lid der Eerste Kamer; prof.
mr Romme, lid der Tweede Kamer;
Van de Wetering, lid der Tweede
Kamer; prof. mr de Grooth, lid der
Eerste Kamer; Van Eysden, lid der
Tweede Kamer en .mevrouw Her-
moaMeylink, lid der Tweede Ka
mer.
«fjgy-
De Koningin tijdens het uitspreken van de Troonrede.
BOUWPROGRAMMA 1958
In het bouwprogramma 1958, dat
sluit op een bedrag van 2.827 mil
joen is. voorzover het de gebouwen
sector 'betreft, afgezien van een be
perking, die ha#ir oorzaak zou kun
nen vinden in mogelijke of te ver
wachten financiële omstandigheden.
De opgevoerde bedragen zijn be
paald door verwachtingen omtrent
de beschikbare bouwcapaciteit.
Van limitering op basis van finan
ciële omstandiheden of mogelijkhe
den is afgezien op grond van de vol
gende overwegingen.
Er bestaat momenteel nog slechts
een onvoldoend inzicht inzake om
vang en duur van de moeilijkheden
met de kapitaalvoorziening. Even
min kan thans worden overzien welk
effect de ter bestrijding daarvan ge
troffen of nog te nemen maatregelen
zullen hebben voor de onderscheide
ne sectoreh Tenslotte blijft het be
leid gericht op voordurende norinme
en volledige werkgelegenheid in de
bouwvakken, hoogstens zullen zich
enkele verschuivingen voordoen.
Het opgestelde bouwprogramma
vermeldt thans ook de militaire wer
ken. Om de vergelijking met de acti-
DE OPENING DER STATEN-
GENERAAL.
Tienduizenden Nederlanders en
buitenlanders vergaten, dat het een
koude vochtige herfstdag was toen
om klokslag één uur een lakei met
een eerbiedige buiging de gouden
deur van de gouden koets opende.
H.M. koningin Juliana en ZJC.H.
prins Bernhard traden op het bordes
van het paleis aan de Lange Voor
hout, de kapel van de koninklijke
luchtmacht begon het Wilhelmus te
spelen, op de Maliebaan vuurde een
batterij veldartillerie het eerste mi
nuutschot én met blij-enthousiasme
juichten al die mensen, die al uren
lang stonden in de kille vage mot
regen, hun koninklijk paar toe.
Het ere-escorte zette zich lang
zaam in beweging, al de soldaten
die voor de afzetting zorgden ston
den stram in hun beste houding en
de sprookjestocht langs gelukkige
Nederlanders was begonnen.
Het gejuich zette zich voort. Waar
men maar een glimp zag van de
gouden koets uitte men uitbundig
zyn vreugde.
Al die tienduizenden, die al uren
lang rijen dik langs de route ston
den, wilden niet weggaan. Toen het
koninklijk paar en de kleurrijke
stoet van in gala-uniform gestoken
ere-escorte langsgereden waren,
wachtte men geduldig totdat H.M.
en de prins zouden terugkomen, na
dat de koningin in de Ridderzaal
de Troonrede had uitgesproken.
Want dan kon oranjeminnend Ne
derland nog eenmaal zijn liefde voor
zijn vorstenhuis duidelijk en luid
laten horen.
T.V.-kijkers In het noorden
teleurgesteld.
De rechtstreekse reportage via de
televisie van de plechtige opening
door H. M. de Koningin van de zit
ting der Staten-Generaal in de Rid
derzaal is vanmiddag van Noord-
Nederland een teleurstelling gewor
den door het uitvallen van de hulp
zender Irnsum.
Het begon hoopvol. Men zag de be
drijvigheid in de Ridderzaal en een
aardige sfeertekening van de drukte
langs de route. Men zag zelfs de gou
den koets nog vertrekken van het
paleis Lange Voorhout. Toen begaf
de hulpzender het en was de verbin
ding verbroken. n
viteit in 1956 en de raming
programma van 1957 mogelijk te ma-
dat jaar werd verwerkt 2.063 mil
joen. Wanneer rekening wordt ge
houden met de prijsstijging, welke
sedert medio 1956 plaats heeft gehad
en met een te verwachten stabilisa
tie van de prijzen, kan worden aan
genomen, dat de bouwkosten in 1958
circa 5 hoger zullen liggen dan in
1956.
Aangenomen is, dat het aantal ar
beiders, dat in de bouwnijverheid
werkzaam is, ten opzichte van 1957
enige stijging zal ondergaan Voorts
is rekening gehouden met uitbrei-
ken, zyn in de hieronder vermelde ding van het doorwerken in de win-
ter, met een verhoging van de ar
beidsproductiviteit als gevolg van
rationalisatie, mechanisatie, bevor
dering van de continuïteit in de bouw
en moet een te verwachten afne
ming van de spanning op de ar
beidsmarkt.
Met het oog op deze factoren is
t.o.v. 1956 een produktievermeerde-
ring van 7,5 aanvaardbaar te ach
ten.
.Op grond van het voorgaande is
een produktie van 2.330 miljoen
voor 1958 in de gebouwensector ge
raamd.
posten van 1956 en 1957 de militaire
werken opgenomen.
Zowel in 1956 als in het eerste
halfjaar van 1957 overtrof de behoef
te aan het uitvoeren van bouwwer
ken de mogelijkheden tot verwezen
lijking in sterke mate. Door een doel
bewuste hantering van het instituut
der rijksgoedkeuring, is het mogelijk
geworden een zeker evenwicht te
scheppen tussen vraag en capaciteit.
Het goedkeuringsbeleid blijft er op
gericht het beschikbare arbeidspoten
tieel ten volle produktief te doen
zijn, zonder dat de bouwmarkt over
spannen raakt. Een essentiële voor
waarde daarvoor is het zoveel moge
lijk handhaven van een volle en con
tinue bezettting. Sinds 1 maart 1956
is het streven daarop gericht.
De materiaalvoorziening heeft tij
dens het hoge produktjeniyeau geen
zorgen gebaard. Slechts incidenteel
werden weinig betekenende moei
lijkheden gemeld.
De stroeve kapitaalsvoorziening is
oorzaak, dat niet alle weg- en water
bouwkundige werken, die in de eer
ste helft van 1957 werden goedge
keurd, tot uitvoering zijn gebrach'.
In de gebouwensector is de produk
tie nog niet door de kapitaaimoei-
lijkheden beïnvloed en ook het be
drag aan afgegeven bouwvergunni-i
gen is daardoor nog niet verminderd.
Bij de raming van het totaai volu
men voor de gebouwensector is uit- en waterbouwkundige werken
gegaan van de gegevens van 1956. In miljoen.
Woningen 1.345 miljoen.
Hét voor de woningbouw geraam
de bedrag maakt ruim 60 uit van
het totale nieuwbouwprogramma
voor gebouwen (v.j. ruim 56%).
Voorlopig wordt in deze sector een
produktie geraamd ,die overeenkomt
met de bouw van 80.000 woningen.
Voorts is geraamd voor boerdei yen
45 miljoen, overige agrarische ge
bouwen 24 miljoen, nijverheid
350 miljoen, handel en venteer
135 miljoen.
Uitgetrokken is voor gezondheids
zorg en hygiëne 57 miljoen, ker
ken 23 miljoen, scholen 190 mil
joen, overige byzondere gebouwen
33 miljoen, overheidsgebouwen 38
miljoen, verbouw 90 miljoen, weg-
497
Wie het eerst komt
Prinsjesdag, en dat betekent, dat er al heel vroeg in de ochtend langs de
route van de koninklijke stoet talloze belang 'ellenden oen plaatsje hadden
veroverd, om toch vooral maar niets van de komende pra.ht en praal te
missen.