-jM Leiden is gebouwd op een oude anticlinale, berstens vol olie Sensationele onthulling van de NAIW Boortorens of niet in Sleutelstad? (Strenge) welstandscommissie is er tegen Adolphe Sax was niet voor geluk geboren W ZATERDAG 30 MAART 1957 DB LE1DSE COURANT PAGINA 7 DE 27-JARIGE EMPLOYé IN GEMEENTEDIENST, W. V., heeft op 4 maart jl. in Leiden een vondst gedaan, die een heel nieuw tijdperk in de geschiedenis van de Sleutelstad zal inluiden. Varend met de zgn. rommel-trommelschuit door het Rapenburg, trof hij in het immer grauwkleurige water van deze oude Leidse gracht een houten door steker aan, die men pleegt te gebruiken om uit een verstopte gootsteen of andere afvoer vuilproppen te verwijderen. Met het gewone routinegebaar, dat deze nijvere ge meente-ambtenaar kenmerkt, wierp hij het voorwerp op een stapel, die dagelijks aan de kade van de gemeentelijke reinigings- en ont- smettingsdienst gelost wordt. Men zal zich afvragen hoe ter wereld deze geringe vondst een ingrijpende verandering in de sinds 1574 doorgaans vrije saaie historie van Leiden kan brengen. Wij achten thans de tijd gekomen om het gemeentelijk embargo het verbod tot publiceren werd in een spoedvergadering van b. en w. genomen te trotseren. Al te vaak hebben wij ons door een veto moeten laten muilkorven. Na rijp beraad zijn wij tot de overtuiging gekomen, dat de belangen van onze dierbare Sleutelstad er niet mee gediend zijn, indien wij langer zwijgen. Daar gaat-ie dan. Olie op de golven door enquête Dit houten voorwerp, dat zoals ge meld. werd gevonden door zekere V., was besmeurd met een substantie, die men na grondige inspectie niet oodelijk kon thuisbrengen. Men daoht aan wagensmeer, hoewel de kleur niet in deze richting wees. Een schei kundige analyse moest het antwoord geven. Het voorwerp kwam terecht in het laboratorium van prof. dr. W. C. Planter te Medemblik, die aan de directeur van de gemeentereini ging een brief schreef, waarvan wij enige passages overnemen: Het voorwerp, dat u zo vriende lijk was mij toe te zenden was op de eerste plaats gedrenkt in H2Ó, ofwel water, zoals dit populair ge noemd wordt. Voorts troffen wij vele sporen aan, die deel'■uitmaken van ondefinieerbare substantie, die onze vaderlandse grUchten zulk een kwalijke reputatie heeft geschon ken. In scheikundige kringen ple gen wij dit met choorwaterstof' aan te duiden. Op de derde plaats echter konden wij na enige ingrij pende proeven vaststellen, dat het water, waarin dit voorwerp werd gevonden, zuivere aardolie bevat. Dit zou er op kunnen wijzen, dat de stad Leiden is gebouwd op een aardolie-accumulatie in een anti- cliniale. Wij stellen u voor zich met de Nederlandse Aardolie Maatschappij in verbinding te stellen. Tot zover de brief van prof. Plan ter. Sensationele feiten Ook wij hebben ons, nadat wij langs ondergrondse weg van deze feiten op de hoogte waren gekomen, in verbinding gesteld met de Aard- oliemaatschappij te Den Haag, die ons waarlijk sensationele dingen wist te vertellen. Geheel Leiden staat nl. op een zeer rijke oliegrond, zo rijk zelfs, dat het niet is uitgesloten, dat Zonder overdrijving durfde men aan de hand van de bodemonderzoe kingen, die door de N.A.M. in koorts achtig tempo zijn ondernomen, te be togen, dat Leiden het rijkste olie- wingebied van geheel West-Europa zal worden. De heer O. H. Plugjens, hoofd van de dienst bodem-exploratie te Den Haag, met wie wij een onderhoud mochten nebben, voegde daaraan toe: Het heeft ons bevreemd, dat dit olie-wingebied zich niet eerder ge manifesteerd heeft. Het blijkt nu echter, dat sinds lang een groot getal burgers van Leiden zijn we kelijks rantsoen olie uit het gracht water wist op te diepen. Al in 1814 waren er te Leiden ingewij den, die wisten, dat men met een zgn. flophevel de olielaag van het grachtwater kon scheppen, olie, die als brandstof zeer bruikbaar Dit verklaart ook, waarom in po litierapporten in de laatste 150 jaar steeds melding is van Leidenaars, die zich op een merkwaardige, bijna verdachte, manier aan de oevers van de Leidse grachten op hielden. De arm der wet heeft hiernaar meer dan eens een onder zoek ingesteld, zonder ooit tot een duidelijke uitspraak te kunnen komen. Stadsschoon een probleem Hoe het ook zy, aldus de heer Plugjes, wy zitten nu met het pro bleem: hoe kunnen wij de olie win nen zonder het stadsschoon van Lei den te schaden? Uw burgemeester is een fervent verdediger van het oude Leiden. Ons voorstel om een proef- boortoren van 40 meter hoog te plaatsen, schuin tegenover de De Gijselaarsbank, stuitte by hem op tegenstand. Onze voorstellen om deze toren geheel met zeildoek te bekle den en met ornamenten te versieren, Irenge standscommissie van uw stad. Zelfs niet toen wij voorstelden om de kos ten van deze versiering, die desnoods door een Amerikaans kunstenaar ont worpen zou kunnen worden, geheel voor onze rekening te nemen. Te vergeefs. Toren in hardboard „Dadelijk", aldus de heer Plug jens, „hebben wij ons gezet aan een ander idee. Wij zijn nl. bereid, de honderd meter hoge toren van de Pieterskerk, die in het begin van de zestiende eeuw is ingestort, opnieuw op te bouwen, dit wil zeggen: met houtboard de illusie te wekken van een Oudhollandse toren en aldus de boorinstallatie te camoufleren. Leiden heeft groot gebrek aan goede torens, zo riep onze zegsman uit, waarom zou men ons nu met een olietoren geen redelijke kans geven? Bovendien behoeft het maar een tijdelijke maatregel te zijn. Wij verwachten niets dan „spuiters" in Leiden, het is dus voldoende op de gaten, die wij geboord hebben, een leiding aan te sluiten, die naarAchter de De Gijselaarsbank, terwijl de kraakinstallaties te Pernis wordt het snelverkeer voorbij raast, neemt een employé van de N.A.M. grond monsters van de bodem van het Rapenburg met een vlcgelboor. (Foto's N.AM./Leidse Courant). verzoeken u dus vriendelijk vóór dinsdag a.s. het formu lier, dat wij hieronder afdruk ken uit te knippen en te zen den aan onze olie-deskundige, p/a Redactie De Leidse Cou- Ook hier zien wij tegen de nijvere rug aan van een der .^stille werkers" met de oliehelm op het hoofd. Ter sluiks neemt hij een bodemproefje bij het Prytaneum. Het water dat op- uci ,jiCv ia „„.'welt, is oliehoudend. Op de achter- na één enkele boring het kost-1 er°n« kan n°s wi, ju- wagen van de hoogleraar Balg zien, bare vocht al boven de huizen die zich lntens voor dMe Leidse Uit zal spuiten. 1 olie-affaire interesseert. geleid. De boortorens kunnen dan afge broken worden en Leiden is een nieuwe bron van inkomsten ryker. Tot zover het gesprek dat wij met dit hoofd van de dienst bodem-explo ratie mochten hebben. Nieuw type werker Intussen blijft de NAM. niet bjj de pakken neerzitten. Opmerkzame weggebruikers zullen ontdekt heb ben, dat er zich in het stadsbeeld een nieuw type werker beweegt: de\ rant, Papengracht 32, Leiden, man in de witte overall en met de platte oliehelm op het hoofd. Hij heeft een klein proefboortje in de hand, waarmede hij zich zo nu en dan over het wegdek buigend ter sluiks boringen verricht, niet onge- lyk aan de kaaskeurder, die een Edammer beproeft. De grondmon sters, die op deze wyze worden ver- kregen, zijn stuk voor stuk sterk olie houdend. Zij worden naar het labo ratorium in Den Haag gezonden, waar deze nietige hoopjes aarde veel, zo niet alles, over de olielagen onder de Leidse huizen kunnen vertellen. De resultaten zyn tot op heden zeer bemoedigend. Zó bemoedigend, dat men heeft besloten op maandag a.s. om 10 uur des morgens in het Rapen burg tegenover het Snouck Hur- gronjehuis (Rapenburg 61) met een zgn. platte pulsboor de eer ste proefboring te verrichten. Tegen 11 uur verwacht men de oliehoudende lagen aangeboord te hebben. Roken is op dit mo ment streng verboden. De kans is immers niet denkbeeldig, dat de olie, die al sinds het diluvium op bevrijding ligt te wachten, met grote kracht omhoog zal spuiten. Er is nog een gevaar: op deze wijze zouden de huizen aan het Ra penburg met een dikke olielaag be smeurd kunnen worden. De geleer den, die de leiding hebben over dit experiment, t.w. prof. dr. Y. Inger- gende euvelwiiz, de corpulente maar zeergeleerde hoogleraar Balg, prof. ir. V. Laagwegen en dr. J. C. Holt- vast, vonden voor dit dreigende euvel een simpele oplossing. Boven de bedreigde plaats wordt nl. een gigantische paraplu met een door snede van -10 meter bevestigd. De olie spuit in dit scherm en wordt vervolgens in bakken opgevangen en ten gerieve van het belangstel lend publiek in vaten van ander halve liter verdeeld. Er moet maar eens in de oliebus worden geblazen. Men vindt, dat de burgerij' van deze ryke vondst moet meeprofiteren. Bo vendien heeft de Nederlandse Aard olie Maatschappij de medewerking van het Leidse publiek hard nodig. Er zullen offers gevraagd worden, maar zo is het standpunt het loont de moeite. Hierlangs afknippen WENST U BOORTOREN (S) TE LEIDEN? IA NEE S.v.p. doorhalen wiat niet gewenst wordt Voetnoot: Wij herinneren aan de belofte van de N.A.M., deze torens zodanig te bekleden of te versieren, dat zy mis schien een sieraad voor de stad zouden kunnen worden. Denk aan een Pieterskerktoren van beschilderd houtboard! (Kan in open envelop met 2 cents postzegel verzonden worden). traddnntjv sJhiei-iaTH De uitvinder van de SAXOFOON Bezitters van tuintjes opgepast In dit verband moeten wy de be zitters van tuintjes, volks- of moes-, er wel op wyzen, dat het geen zin heeft illusies te gaan maken over een eigen olie-wingebied. Ingevolge een concessie voor Zuid-Holland, die enige maanden geleden aan de aard- oliemaatschappy is uitgegeven, en die gedurende drie maanden in het stad huis te Leiden ter visie heeft gelegen, behoort alle olie, die in de bodem gevonden wordt, aan haar en nie mand anders. Het heeft geen zin daar nü nog tegen te protesteren. Dit had u des tijds moeten doen. Tenslotte lijkt het ons dien stig u te wijzen op de enquête, die de maatschappij onder de burgerij wil houden. Het gaat over de vraag: boortorens of niet in Leiden? De NAM heeft hierbij onze Hij slaagde door moed en volharding Door zijn veelvuldig gebruik in de bezetting van allerlei orkesten met uitzonderiug van de klassieke bezetting van lit* symphonie-orkest en bands is de saxofoon een van de meest bekende blaasinstrumenten geworden. Hij heeft zich een vaste positie verworven tussen alle andere geijkte muziekinstrumenten, maar de strijd die hiervoor gevoerd moest worden, is een waar epos van moed en doorzettingskracht /an de uitvin der, Adolphe Sax. ADOLPHE SAX werd in 1814 te Dinant aan de Maas geboren. Alleen reeds de levensgeschiedenis van deze man, voordat hy zyn ingrijpende uit vinding deed, is reeds een enerve rend verhaal. Het hangt van rampen en tegenspoeden van het gevaarlijkste soort aan elkaar. Nauwelijks twee jaar oud, viel de jongen van de trap en kwetste zyn hoofd zodanig, dat hij dood gewaand werd. Maar Sax, die voorbestemd was tachtig jaar te worden kwam er bovenop, om kort daarop een speld in te slikken. Voorts kwam hij in aanraking met een kachel, waardoor hij aan één zijde vrijwel verbrandde en op zijn derde jaar presteerde hij het om verdund zinkvitriool te drin ken. Even later is hij weer overdekt met brandwonden als gevolg van een kruitontploffing. Hier bleef het niet bij. Hy kreeg loodvergiftiging, arsenicumvergifti ging en diverse andere soorten van vergiftiging. Er viel, toen de niets vermoedende Sax rustig op straat liep, een grote steen boven op zijn hoofd. Hij raakte te water maar werd op het nippertje van de verdrinking gered. En dat alles speelde zich af in zijn jeugd. Het was begrijpelijk, dat zijn ouders, familie en vrienden ver wachtten, dat Adolphe niet oud zou worden, maar hun verwachtingen kwamen niet uit. De strijd om de saxofoon. ADOLPHE SAX heeft het grote voorrecht gehad, groot gebracht te zijn in een instrumentmakerswerk- plaats, geleid door zijn vader, die een grote naam had. De jongen kreeg op jeugdige leeftijd gedegen muziekon- derricht, hetgeen met zich meebracht, dat hij later toegerust was voor de strijd die hij zou moeten voeren. Hij was een meester op vrijwel alle blaasinstrumenten en een zeer des kundig instrumentmaker. Op zeventienjarige leeftijd kwam Sax tot het vervaardigen van zijn muziekinstrument. Het is ontstaan uit weldoordachte en wetenschappelijk uitgewerkte grondgedachten. Doordat Sax bepaal de eigenschappen van de blaasinstru menten in het algemeen had ontdekt, kon hij op logische wijze dit nieuwe instrument ontwikkelen. Hij ging er mee naar Parijs om daar zijn nieuwe vinding te introduceren en inderdaad gelukte het hem om wereldberoemde componisten door het demonstreren van zijn saxofoon voor dit instrument te interesseren. Verschillende van hen waren dadelijk bereid dit nieu we lid van de muziekinstrumenten familie in hun orkesten in te voe ren, maar het geluk was weer te veel op de hand van de jonge uitvin- J der geweest. De orkestleden, groten- 11- j deels beïnvloed door concurrerende medewerking gevraagd. Wij I mitrumentmakers, wegerden met 't nieuwe instrument te spelen, waar door het geheel op een fiasco uitliep. Sax had inmiddels zijn saxofoon uitgebreid, dat wil zeggen hij had een familie van deze instrumenten ge schapen, alle op verschillende toon hoogten, van de sopraansaxofoon met zijn zeer hoge toon, tot de bassaxo foon met zijn sonore, diepe geluid. Omgekocht. In 1845 trak Sax de stoute schoenen aan en hij diende een voorstel in by de Franse regering om de militaire orkesten door invoering van de saxo foon te reorganiseren en te moderni seren. De overheid ging er op in, maar wilde eerst wel eens zien wat de nieuwe Instrumenten waard wa ren. Hiertoe stelde men twee vol ledige orkesten op, het ene op de oude wijze uitgerust, het ander voor zien van de gehele saxofoonfamilie. Maandenlang oefende Sax met zijn musici om bij de komende proef een goed figuur te slaan, want hij wist dat het heet zou toegaan. Het eerste orkest stond namelijk onder leiding van een van zijn groot ste tegenstanders. De dag van de krachtmeting brak aan en de orkesten traden aan voor de jury en vele belangstellenden. Maar in het orkest van Sax ontbra ken de musici die de saxofoons moes ten bespelen. Zoals later bleek, waren zij door de tegenstanders omgekocht en lieten verstek gaan. Sax' nederlaag leek onvermijde lijk, maar de moedige uitvinder liet zich niet uit het veld slaan. Hy liet de proef doorgaan en bespeelde om beurten zyn instrumenten, op deze wijze demonstrerend wat zij ver mochten. Welk een gigantisch werk dit was om tijdens de uitvoering steeds van instrument te verwisselen, terwijl natuurlijk daarbij de volheid van het orkest moest lyden en hij dus in het nadeel kwam, omdat hy maar één instrument tegelyk kon be spelen, is duidelijk. Maar het orkest van Sax behaalde een grandioze over winning en na rijp beraad besloot de regering de nieuwe instrumenten in te voeren. Sax had gewonnen, doch zijn gehele verdere leven was één aaneenscha keling van strijd met zyn tegenstan ders, die niets ontziend hem pro beerden verdacht te maken, te klei neren en te verguizen. Mnar Sax ze gevierde en zijn instrumenten kregen de volle waardering die zy verdien- i den.' LIW8TZ PN*~ r, m - TIM 1 j'l

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1957 | | pagina 7