Eeuwenoud vluchtbedrijf
sterft langzamerhand uit
BLOEMETJES
De foto gevaarlijker dan
10 rechercheurs
De valkerij ontstond op de uitge
strekte vlakten van Midden Azië
Een waardevol hulpmiddel in de
bestrijding van de misdaad
ZATERDAG 12 JANUARI 1957
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 7
reuk". Groot was de eer, die iemand
te beurt viel als hem zo'n beest ge
schonken werd; dat overkwam bij
voorbeeld de winnaar van een to ur
nooi of steekspel. Smadelijk daaren
tegen was de vernedering, die iemand
overkwam wanneer hem een valk
werd ontnomen. Zo'n ongelukkige
was om een voorbeeld te geve» Flo-
ris V, die door de samengezworen
edelen overvallen en beroofd werd;
bij die gelegenheid was het, dat
Arent van Benschop hem zijn sper
wer afnam.
Zyn sperwer? De lezer kijke ver
wonderd op om zich af te vragen
of het niet over valken ging. x/e
OP! TER JACHT
Op gezellen! op! ter jacht,
't Muffe bed ontweken,
Reeds begint in gouden pracht
't Zonlicht door te breken.
Hondgebas en valkgefluit
En des horens schel gefluit
Roepen u ter slaapstee uit
Ziet, hoe schoon de morgen lacht,
Op gezellen! op! ter jacht.
BEHALVE ten tijde van de Bour
gondische graven, werd nooit in
„de Nederlanden" deze sport in zo'n
royale omvang beoefend als elders.
Er bestaat over de valkerij als zoda
nig dan ook slechts weinig eigen lite
ratuur. Wij waren meer valkenvan
gers en -africhters dan daadwerke-
lijke valkeniers. De bloeitijd hier te
lande was eind zestiende, begin ze
ventiende eeuw.
Misschien was de nog steeds niet
uitgestorven Hollandse krenterigheid
wel de oorzaak van een geringere
bloei in deze contreien. De jacht
vergt nu eenmaal zeer veel kosten
en moeite en brengt meestal zo goed
als niets op. Maar een valkenier be
hoorde dan ook tot de aanzienlijk
sten, de „upper ten". En de edellie
den waren aan de vogels verknocht
en hielden hun lievelingsbeestjes
gaarne zoveel mogelijk bij zich: aan
tafel, in de rechtszaal, in de kerk,
bij plechtigheden. Kosten noch moei
te waren hun teveel.
aas neer op een plankje op de grond.
Een goed getrainde valk vliegt na
derhand niet meer weg. Roemer Vis-
scher zegt hier in „Sinnepoppen"
over:
Een Valck die is van wilder
aert, nochtans laet hy hem soo
smeken van de leckere spysen
des Hofs, dat als hy vry by de
lucht vlieght, komt weder in zijn
banden, en laat hem blindhocken
en huyven. Soo zijn oock dese
Edel-luyden, die ten Hove opghe-
voet worden, al hoe wel dats de
ghebreecken des IJofs wel sien,
konnen daer nochtans niet van
daen blyven: zijnde dees wilder»
Valck in als ghelijck, die met zijn
eygen verdriet bekleedt de plaets
van eeren by zynen Heere.
DE vakterm voor dat ontvluchten
is trossen, en op een kleine ver
andering na komt dat woord ook in
onze taal voor. Juist zoals er nog vele
termen en uitdrukkingen in het Ne
derlands bewaard zijn gebleven die
blijven herinneren aan ons roemrijke
aandeel in de zeescheepvaart van
weleer, zo zijn er nog wel een paar
woorden te vinden, die aan de val
kenierstaal ontleend zijn. Het man
netje van de sperwer heette musket,
dezelfde naam heeft een vroeger ge
bruikt vuurwapen. Bij de jacht
maakte men soms gebruik van een
uil, meestal als de valkenier op jacht
ging naar eksters of wouwen. Die uil
noemde men wel schavuit.
Ook spreekt men wel eens over:
iemand „een loer draaien". Een loer
is een met zand gevuld leren zakje,
scms ook een dode vogel, die tijdens
de jacht aan een touw in het rond
gedraaid werd. Dat gebeurde als de
vogel hoog in de lucht maar bleef
rondvliegen zonder dat er enige
kans op succes van zijn pogingen be
stond, of als de baas met het jagen
wilde ophouden.
Uit ons geschiedenisboekje verna
men wij, dat de valken een kapje
op de kop droegen. Onder valkeniers
is de eigenlijke benaming huif, waar
van twee soorten bestaan: de reus
huif voor de eerste dagen na de
In zuid-oost-Europa was de valkerij j de 4e eeuw, die dit bewijzen. Zij be-
al vroeg bekend. Professor C. W. horen tot de oudste voorstellingen van
Vollgraff ontdekte tijdens opgravin- valkerijtaferelen; waarschijnlijk is
gen te Argos een aantal mozaieken uit I hun stijl beïnvloed door de Perzische
kunst.
vangst en de steekhuif voor daarna.
Als de jagers op jacht gaan kunnen
ze met een enkele beweging het kap
je openen. Vaak hadden de aanzien
lijke heren prachtig versierde kapjes,
bewerkt met edelstenen of het ge
slachtswapen van him familie. Het
dier had dan ook nog een bel aan
zijn poot. als hij onrustig begon te
worden kon men onmiddellijk zijn
maatregelen nemen, of, als hij weg
gevlogen was konden de valkeniers
hem gemakkelijker dan anders weer
Maar ze gaan niet meer op jacht.
De bloeitijd van de valkerij is voor
bij. Wat moet het een kostelijk ge
zicht geweest zijn, als de kasteel
brug onder luid trompetgeschal werd
neergelaten en een bonte stoet van
edelingen te paard de vesting verliet.
Vrouwen in lange gewaden met een
overrompelende kleurenpracht, man
nen in minder sierlijker dracht mis
schien, maar velen van hen met een
valk in de opgeheven hand: zo moet
het vergane beeld eenmaal geweest
zijn; zonder valken weliswaar doet
de jaarlijkse 3-oktober-optocht daar
toch steeds weer aan herinneren.
i uit onze
7 V" taaltuin
ILMAND OP DE HIELEN ZITTEN.
jachtvogels, waarover hierboven
sprake was, worden gemeenlijk val
ken genoemd, maar kunnen in twee
soorten worden gesplitst: Enerzijds
bestaan er de valken, en ten tweede
de haviken en sperwers, die beide
kortere en rondere vleugels hebben.
De valk vliegt graag hoog in de
lucht en schiet dan van boven af op
zijn prooi, hij is een vogel van de
hog.e vlucht. De haviken en sper
wers zijn „laag bij de gronds"-er; iij
jagen hun prooi in rechte vlucht na
en vliegen dan weer naar de hand
van hun baas terug.
Herdersvo'ken
begonnen ermee
IN een- geschiedenisboekje van de
lagere school stond ergens een
plaatje, dat ons destijds nogal ver
mocht te boeien. De betreffende af
beelding deed aan ons jeugdig gees
tesoog een selecte groep van voor
name edellieden voorbijtrekken, van
wie sommigen in de opgeheven hand
een valk hadden staan. Ze gingen op!
ter jacht. Maar mensen-van-vandaag
gaan dat niet meer, of zo goed als
niet, want de valkenjacht, liever ge
zegd de valkerij, verkeert in ernstig
verval.
Maar namen als het Valkhof (bij
Nijmegen, waar Karei de Grote ver
bleef) het Valkenhuis naast de Ge
vangenpoort van de gebroeders De
Witt, wijzen op betere tijden. Denkt
U maar aan de naam Valkenswaard,
of de vele afbeeldingen van heiligen
met een valk in hun hand. Het beeld
van St. Jeroen is er een voorbeeld
van. Of van St. Bavo, patroon van
Gent. Een overlevering, die wel niet
meer dan een legende zal zijn, ver
haalt van deze laatste heilige, dat hij
terechtgesteld zou worden op grond
van diefstal van een witte valk. Het
vonnis werd niet Voltrokken, want
het beest zette zich neer t_p 's neili-
gen galg, om daarmee op niet mis te
verstane wijze aan te tonen, hoe val
selijk de aangeklaagde beschuldigd
was.
Merkwaardig is, dat een valk in
de aanwezigheid van deze beeldena
ren Gods er niet altijd op duidde, dat
zij ook werkelijk valkeniers waren.
Meestal was het beestje slechts een
symbool van hun grootheid, hun
macht. Echte valkeniers waren de
edellieden, die dit weispel vaak op
vorstelijke schaal beoefenden.
IN FLORIS ENDE BLANCEFLOER
is te lezen, dat tijdens een chique
diner van edellieden ter tafel een
kooi verscheen, waarin zich levende
leeuweriken, kwartels en patrfjzen
bevonden. De kooi gaat open en de
beestjes ontsnappen. Tevergeefs ech
ter! Men laat op de vluchtelingen
een valk los en even later deden de
disgenoten zich te goed aan een
kunstig gebraden, mals boutje, dat
daarnet nog het levende vlees van
een patrijs enz. was.
Een valk stond dus „ii- goede
rl DE STRIJD tegen de misdaad
is de gerechtigheid uitgerust met de
modernste hulpmiddelen die men zich
denken kan. De organsatie is zelfs
internationaal perfect geregeld c.n
het helpt de midadiger niet, wanneer
hij meent, zich over de grens in vei
ligheid te kunnen stellen. Er zijn ech
ter ook misdadigers, die zich niet in
veiligheid behoeven te stellen, omdat
zij menen, dat zij de perfecte mis
daad hebben begaan. Alles werd
grondig voorbereid, geen spoor werd
nagelaten, meenden zij, maar de po
litie staat voor niets. De boef wordt
ontmaskerd.
Dan komen in de rechtszaal bezwa
rende stukken op tafel, beangstigen
de stille getuigen, die de gehele toe
dracht blootleggen zonder dat nog
enig verweer mogelijk blijft.
Eén van die doorslaggevende ge
vaarlijke stille getuigen is.... de
foto.
OP DE PLAATS van een misdaad
verschijnt veelal na korte tijd de po-
litiefotograaf. Zijn foto's worden
vergeleken met de opnamen van het
materiaal dat de verdachte als ver
dediging aanvoert of juist verbergt
en zo komen er allerlei verrassende
verschillen of overeenkomsten voor
de dag.
Na een aanrijding reed een auto
mobilist, vrezend voor de konse-
ikwenties, door. Later vond de poli
tie op zajn auto een klein stukje
kunstzijde. „Van de jurk van het
slachtoffer", luidde de aanklacht.
neen", riep de verdediger uit voor de
rechtbank, „mfjn cliënt heeft bij het
schoonmaken van zijn wagen een
dot poestkatoen gebruikt waar ook
kunstzijde in verwerkt is. Alstublieft
mijne heren. Wellicht is daarvan een
stukje aan de bumper blijven han
gen/'
De fotograaf kwam er bij te pas
en die vereeuwigde de dot poetska
toen. Maar nu maakte hij micro-foto's
waarop dus de structuur van de ve
zel duidelijk zichtbaar werd. Zo'n
foto maakte hij ook van het gevon
den lapje. En tenslotte kwam er een
zelfde opname van de jurk van het
aangereden meisje. Resultaat: de ve
zel van de beide laatsten vertoonde
een volkomen gelijk beeld. De vezel
van het poetskatoen liep niet alleen
in een andere richting, maar bleek
zelfs geheel anders getwijnd. Uit
spraak: schuldig.
De vervalsing.
17ERVALSINGEN in documenten
y komen al heel spoedig aan het
licht. Vooraf raderingen geven, als
men het papier tegen het licht houdt,
al een lichte plek en zijn ook aan de
wijze waarop de inkt zich gedraagt
te constateren. Moeilijker wordt het
wanneer er slechts iets werd toege
voegd. Een 1" veranderd in 100 of
1000 is niet zo eenvoudig te consta-
teren. D«an hangt alles af van de inkt
die gebruikt werd.
Een foto kan verraden, dat er een
andere soort inkt voor beide delen
toegepast werd. Ook toont ze aan, dat
het tweede deel lang na het ee"ste
geschreven werd. Tenslotte kan een
microfoto nog aantonen, waar de ge
bruikte inkt van afkomstig is, want
meestal vindt men er sporen van
de omgeving in terug. Zo zal inkt, op
een kantoor gebruikt, bepaalde stof
fen in zich opgenomen hebben die
karakteristiek voor een kantoor zijn.
In een fabriek, op school, of waar
ook vindt men weer andere stoffen
in de inkt terug, zoals metaaldeel
tjes, chemicaliën, krijt of wat ook.
Onleesbaar maken behoeft men
ook niet te proberen, want met be
paalde filters „zeeft" de vakman te
genwoordig alle storende elementen
van het corpus delictum weg en de
oorspronkelijke tekst komt netjes op
zijn afdruk. Helpt een filter niet, dan
helpen ultra-violette of infra-rode
stralen wel een handje. Met de ge
heimzinnige „onzichtbare" 'belichting
komen ook geheimschriften aan de
De micro-foto ziet alles.
EEN INBREKER moet het tegen de
politiefotograaf bijna altijd afleg
gen. Als er sporen van braak zijn, kan
men aan de hand van de foto's pre
cies nagaan welke groeven het in
strument heeft nagelaten. Wordt la
ter het werktuig gevonden, dan wij
zen proeven uit of de groeven volko
men identiek zijn, tot in de kleinste
bizonderheden toe. Een vezeltje van
kleding, stof tussen een zakmesje en
dergelijke kunnen alle belangrijke
aanwijzingen zijn, die door de micro
foto zodanig vergroot kunnen wor
den, dat men ze duidelijk kan bestu
deren.
Hetzelfde geldt voor valsemunters,
wier nagemaakt geld zo kan worden
bestudeerd, dat men precies kan
zien, welke kleine afwijkingen de
persen vertonen, zodat men later een
en ander kan vergelijken en het be
wijs kan leveren.
Edelstenen hebben tegenwoordig
alle een identiteitskaart met fotogra
fische weergave' van de steen. Zelfs
als deze opnieuw gekloofd zou wor
den, herkent de vakman toch de de
len weer aan de hand van een foto
van het vermiste exemplaar. Daar
elke steen namelijk apart wordt ge
kloofd en geslepen, zijn er op de
hele wereld geen tv/ee precies aan
elkaar gelijk.
Zo kan men dank zij de foto vrij
wel elke misdaad tot klaarheid bren
gen; Maar niet alleen de schuldige
wordt opgespoord, ook de onschul
dige kan dank zij het overtuigend
bewijs van zo'n stille getuige volle
dig worden gerehabiliteerd en vrij
gesproken.
De foto legt alles vast en: ze liegt
niet. hel geen bepaalde levende getui
gen wel doen!
...ffieMhewifieiCiye dei uaCflenieiA.
De reden dat een aantal heiligen met een valk werd afgebeeld, moët'j&t
zozeer hi°rin gezocht worden dat zij werkelijk valkeniers waren, als" wel,
dat de aldus afgebeelde heiligen van edelen bloede waren.
'N ROLTRAP.
SPEKTAKEL.
Een valkenier met een noorse havik
op de hand. Rijke edellieden en vor
sten wijdden zich aan de valken,
maar de landedelman en een enkele
welgestelde burger konden in slechts
mindere mate jachtvogels houden: zij
namen met de havik genoegen, die
werkelijk wild naar zijn baas brengt
en dus „economischer" is.
HET is duidelijk, dat het begin van
alle valkerij ligt bij het vangen
van deze jachtvogels. De beste tijd
daarvoor is de herfst, tijdens de trek.
tijd. In ons land gebeurde dat tot
niet lang geleden op de uitgestrekte
Brabantse heide, in en om Valkens
waard. De naam van het plaatsje doet
iets dergelijks vermoeden. Ook een
methode om de dieren te pakken te
krijgen is het uithalen van nesten, de
zogenaamde horsten. Dat laatste is
een gevaarlijk karwei, omdat deze
alleen maar in noordelijke landen te
vinden zijn, en wel op bijna ontoe
gankelijke plaatsen, waar je slechts
via een lang stuk touw of na gevaar
volle klanterpartijen bij kunt komen.
Maar stel nu, dat wij in het be
gerenswaardige bezit van een paar
valken gekomen zijn. Dan begint de
africhting, die in enkele zinnen weer.
gegeven als volgt in zijn werk gaat:
Als het dier eenmaal zo mak ge
worden is dat hij zonder meer voed
sel (in de vorm van vlees) uit de
hand durft opeten, zet men hem op
de leuning van een stoel. Weldra zal
hij op het fluiten van zijn baas, die
dichter naar de stoel loopt, opvliegen
om het vlees, dat hij in zijn uitge
strekte hand houdt, te bemachtigen.
Elke dag meer vergroot zijn baas de
afstand, die het dier moet afleggen
om bij zijn prooi te komen. Na een
paar weken wordt hij aan een vlieg
draad vastgemaakt, een lang stuk
touw, dat hem belemmeren moet om
de vrijheid te kiezen. Nu bevindt zich
in het vertrek, eveneens aan een
vliegdraad, een duif, die de valk na
hem gevangen te hebben als belo
ning mag oppeuzelen. Straks, in de
openlucht, mag hij natuurlijk' niet
met zijn prooi wegvliegen,- en daar
toe legt men bij oefeningen, die na
de training binnenskamers, in de bui
tenlucht worden gehouden, wat lok-