öe tORen zingt zijn eigen Lieö
BASSEN MET DRIE ONDERKINNEN,
SYMBOLEN VAN PASSIEF VERZET
televisie
Klepelklanken verdrijven
saters en demonen
oeR-holUnöse
symphonie
Programma bij het 18e lustrum
van Pro Patria te Leiden
ZATERDAG 27 OKTOBER 1956
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 7
WIJ VTNDE1N, DAT HOLLAND nooit méér zijn reputatie van pro
per land ophoudt, dan wanneer het carillon speelt. De klanken,
die als een frisse douche over de stad worden uitgegoten, ondergaan
wij altijd als een sprankelend tonenbad. De atmosfeer van de stad
lijkt gezuiverd, als de beiaard gespeeld heeft. Het klokkenspel is
voor de stad, wat air-wick is voor de huiskamer. Wij raden u aan
eens in de tuin van het Gulden Vlies te gaan zitten op het uur, waar
op de beiaardier zijn beëelte handpalmen op de stokken van zijn kla
vier laat vallen. De weerhaan van de toren gluurt mét de najaarszon
over de daken van de Breestraat. Ook de grauw-bronzen klokken
koesteren zich in de najaarswarmte. Zij halen de zon door de galm
gaten naar binnen en laten het gouden schijnsel behaagziek langs
hun welgedane klokkevormen verglijden. Zij sparen zonnestralen en
storten die in klinkende munt uit over het woelige marktleven op
de Vismarkt.
In de parelende klankenreeksen
komt een melodie naar u toe gehup
peld. Heel de oktobersfeer in de tuin
met de brede bomen zuigt zich vol
met de beiaardklanken, die de beiaar
dier uit de klokken slaat.
Holland op zijn best.
Op deze momenten heeft Leiden
zich aan het atoomtijdperk ontwors
teld. Het glissando van de trams, in
de Breestraat, de claxons van de
Fords en Chevrolets zijn dissonanten
in deze oer-Hollandse symphonie.
Waar en waarlijk verfrissend zijn de
Hobbema-luchten, die achter de spit
se toren drijven, de klepelklanken,
die als rijpe kersen omlaag vallen en
misschien.... de vissen van de vis
boer op de markt, die stom en tij de-
loos op het plankier omhoog liggen te
staren.
Als het carillon speelt zou iedereen
op zijn tenen moeten lopen om de to
verban van het oude niet te verbre
ken.
„Merck toch hoe sterck" golft
over de bruinrode daken van de
Leidse huizen in de binnenstad,
die beschermend tegen elkaar leu
nen, omdat zij beseffen, dat zij
van een wereld, die dol is op sa
neren, weinig te verwachten heb
ben. Op zulke momenten is Al va
nog maar nét verdwenen en staat
„de tocht naar Chatham" de stoere
Hollanders nog te wachten.
Merk toch hoe sterk! Sterk, dat
wij Leidenaars ons soms z) weinig
om de schoonheid van de stad be
kommeren.
MAAR KOM. Terwijl wij dit schrij
ven ingesponnen in een cocon
van zonne- en klankenspinsel be
kruipt ons de lust eens naar het strot
tenhoofd va deze zingende toren te
gaan kijken.
De toren moet „a zeggen" tegen de
dokter, die alles wil weten.
De heer Verhoeven van het Stad
huis heeft de sleutels van de toren in
zijn zak.
De bode, die met ons meegaat ont
sluit een nieuwe wereld.
We klim—en bijna verticaal om
hoog, terwijl onze schoenen op de
94.000 burgers, die zich op dit
moment niet bewust zijn, dat het
spookt in de toren.
(Foto's: „De Leidse Courant").
ijzeren trappen doffe geluiden
maken, die in een gi'iezel-lioorspel
op hun plaats zijn.
Voorbij de galmgaten komen we
de saters en demonen tegen, die
aan de brand van 1929 en de rage
bol van de werkster zijn ontko
men.
Zij zitten in de donkerste hoeken,
en maken protesterende gromge-
luidjes, zij klemmen zich in
doodsnood aan de klepels van de
klokken vast en de wind fluit in
de lage orgelbuizen van de galm
gaten een macaber largo.
Leiden ligt onder ons.
94.000 burgers, die zich op dit mo
ment niet bewust zijn dit bericht
moest nog geschreven worden dat
het spóókt in de stadhuistoren.
Er zou een pre-advies van b. en w.
aan gewijd moeten worden, dat de
wezens, die onze voorouders slapelo
ze nachten hebben bezorgd, hun toe
vlucht hebben genomen tot de hoog
ste punten in de stad, alsof zij de
slachtoffers van een overstromings
ramp waren.
In een duizeling grijpen we ver
twijfeld in de snaren van de enorme
Aeolus-harp, die voor ons oprijst.
„Tingeling", antwoordt de toren.
De bode, onze begeleider, verbleekt.
„Dat mag niet" zegt hij. .Iedereen in
het stadhuis kan het horen." We stel
len ons voor hoe dit vreemde accoord
het stads-carillon de gemoederen
van hen, die over gemeentelijke ko
hieren gebogen zitten, in beweging
brengt.
B. en w., in vergadering bijeen, mo
gen thans weten, dat het wanstaltig
geluid uit de klokketoren, donder
dagmiddag om kwart voor vijf van
een verslaggever afkomstig was.
Hoeveel klokken heeft het
carillon?
Men moet iets vragen als ordente
lijk courantier. Men kan zich niet
een gehele middag met touwtjes
trekken en fantastische spookwezens
bezig houden.
„47 of daaromtrent". Dit „daarom
trent" schrijven wij er bij om te la
ten voelen, dat de (weinige) cijfers,
die in dit verslag genoemd worden,
niet wetenschappelijk vast staan.
Maar we zien wel, dat de plus- mi
nus 47 klokken prachtig in het gelid
staan als bij een repetitie van het Al
ma Materkoor. De bassen hangen
onder aan, de alten staan bij de alten
en de sopranen naast de sopranen.
Helemaal bovenin hangt het klein
ste belletje, een lief dingske, dat men
braaf in de kerstboom zou kunnen
hangen. Maar de bassen onderin zijn
dikke zangers met drie onderkinnen,
die niet met zich laten spotten.
Die grote klokken zijn voor ons
het symbool van het passief ver
zet van de brave vaderlanders t£-
gen de Duitse bezetter. Niet mee
geven, lekker stug en stijf blijven
hangen was hun parool. De Duit
sers hebben er aan getrokken en
gesjord, zij hebben er hun kat-
tenagels op gescheurd, maar de
bourdon en de drie zware jongens
zijn op hun klokkestoel blijven
zitten.
De bourdon, die luiden kan èn be-
hamerd kan worden, is een geschenk
geweest van het Leids studentencorps
bij zijn eerste eeuwfeest. Dat staat er
allemaal uitvoerig op. Deze klok is
wat babbelziek, want als men wil
lezen, wat hij allemaal te vertellen
heeft kan men er beter een stoel bij
nemen. Een lijvig cadeautje echter,
dat goede diensten aan de gemeente
bewijst. Het is immers de bourdon,
die met sonore stem vertelt hoe laat
het in Leiden is. Vroeger bestond de
goede gewoonte d~ bourdon te doen
luiden op 3 oktober van het moment,
dat de optocht van de Burggraven-
laan vertrok, tot de stoet het stadhuis
bereikt had. We geven het 3 oktober-
bestuur in overweging in de komende
jaren de klok haar solo weer te laten
zingen.
De bourdon heeft echter nóg een
verheven taak, die hem als „oud-ille
gaal" deugd zal doen. We doelen op
het luiden van de klok tijdens de
herdenking van de gevallenen, vóór
de stilte zich als een spinneweb over
de stad spreidt.
MIDDEN onder deze overpeinzin
gen stort de toren in. De "ezer
zal geneigd zijn te denken, dat wij
De speeltrommel die volgende week
een nieuw lied zal laten horen op de
hele uren. ,,'t Liedeke van 't patrio-
tiek" door Gevaert. De pennen geven
de tonen aan.
de ene sensationele primeur na de
andere forceren. Hij weet echter
waarschijnlijk niet, wat men door
maakt als men in de toren door het
carillon uit een overpeinzing wordt
gewekt. Purcell staat met zijn „Trum
pet Voluntary" als een reus op oor
deelsdag, vóór u. Links en rechts
dreunen de hamers, zij dreunen te
gen de borstkas en proberen het
trommelvlies te scheuren.
U kent de melodie zoals die nu al
een half jaar op hele uren over de
stad gestrooid wordt. We horen hem
hier honderd maal versterkt.
Dit is een moment van hoog
conjunctuur in de touwen en
touwtjes en klokken en klokjes die
voor ons hangen. Een goede gele
genheid om te demonstreren hoe
dit mechaniek nu eigenlijk werkt.
ZONNESTRALEN
TERUGBETAALD
IN KLINKENDE MUNT
Wunt u ons verstaan!!! Bij de ma
chinale bespeling worden de klokken
aangeslagen door hamers, die op de
buitenkant van de klokken neerval-
vallen. De hamers van dit mechanisch
spel zijn verbonden met een metalen
klavier in de diepte waarvan
de toetsen op gezette tijden: uur, half
uur, kwartier en het „zeven minuten
tikje", worden opgelicht door pen
nen, die op de speltrommel zijn ge
stoken. Deze noten geven de melodie
aan en als het uurwerk rondge
draaid wordt, heffen zij de toetsen
op. Deze beweging wordt op de ha
mers overgebracht en het carillon
speelt zijn deuntje. Dit wijsje wordt
in Leiden elk half jaar vernieuwd.
Het verheugt ons u te kunen mel
den, dat dezer dagen nieuwe liedjes
worden opgezet. Purcell, C. Bach,
Worp en Leblau zullen plaats moeten
maken voor andere grootheden uit de
muziékgeschiedenis. We hebben tot
vervelens toe het „Komt Vrienden"
moeten horen. Een half jaar is ook
wel erg lang kan Leiden niet tpt
als een repetitie van het Alma
Materkoor, sopranen bij sopranen
De beiaardier Rien Ritter uit Delft,
slaat op de stokken van het klavier.
drie-maandelijkse vernieuwing over
gaan, b. en w.?
Dit doet ons denken aan de be
leefde petitie van de logé's in de
strafgevangenis te Haarlem.
De gevangenen onder de para
plu verzochten b. en w. een andere
melodie uit de toren van de St.
Bavo tï laten klinken, omdat het
„Wij leven blij, wij leven vrij"
hen zo navrant herinnerde aan
hun benarde positie.
HET „vrije beiaardspel" vindt plaats
aan het stokkenklavier lager in
de toren. Dit is het domein van de
stadsbeiaardiesr Leo 't Hart en Rien
Ritter uit Delft, die beurtelings spe
len op de woensdagen en vrijdagen.
Beiden zijn ervaren en muzikale klok
kenisten, die alle diploma's, welke op
deze houten speeldozen te i «halen
zijn, op zak hebben. O.m. kregen zij
het getuigschrift van de cursus te
Mechelen, de hoofdstad van de beiaar
dierswereld. Vlaanderen is het land
van „de zingende toren".
Voor 't beiaardspel van het kla
vier zijn de klepels in de klokken
door koperdraden met de toetsen
verbonden. Door de krachtige
handen van de uitvoerende kun
stenaar worden de lepels tegen
de binnenkant van de klokken
geslagen.
Wij klommen hoger en eindelijk
stonden wij op de hoogste trans van
de toren. Reuzenvingers wezen hier
recht voor ons de juiste tijd aan.
En de benige wijsvinger van de grote
wijzer prikte vermanend omlaag.
Welnu, we mochten deze vingerwij
zing niet negeren.
Prins Bernhard neemt
défilé af
De Leidse Studenten Vereniging tot
Vrijwillige Oefening in de Wapenhan
del „Pro Patria" zal, zoals wij reeds
meldden, op woensdag 28 en donder
dag 29 november as. haar 18de Lus
trum vieren.
Hoewel de oprichting van „Pro Pa
tria in 1866 geschiedde, grijpt de ge
schiedenis van de weerbare Leidse
studenten ver terug in die van Ne
derland. In 1672 namen enige Leidse
studenten deel aan de verdediging
van de stad Leiden, in 1815 vormden
de studenten de eerste Compagnie
Flankeurs en traden op bij Mons, Va
lenciennes en Douai. Tijdens de Tien
daagse Veldtocht hebben de Leidse
Jagers een belangrijk aandeel gehad
in de gevechten bij Beeringen, Has
selt en Bautersem.
Aan de lustrumviering zullen me
dewerken o.a. Cadetten, Adelborsten
en onderdelen van de Zee-, Land. en
Luchtstrijdkrachten.
Op woensdag 28 november wordt
de lustrumviering geopend met
schietwedstrijden op de banen te Kat.
wijk. Des avonds te 21.30 uur wordt
door de militaire muziekkorpsen een
GEVEILDE PERCELEN.
,Ten overstaan van Notaris A. H.
Doyer te Leiden is heden geveild:
Woonhuis met tuin de Goejestraat
50 in bod: 5.900.koper P. van der
Meer te Leiden, q.q. voor 5.955.
Woonhuis met tuin de Goejestraat
54 in bod: 6.200.koper H. van
Kampen-te Leiden, q.q. voor 6.200.
Woonhuis met tuin de Goejestraat
56 in bod: ƒ6.300.koper H. van
Kampen te Leiden, q.q. voor 6.300.
Woonhuis met erf Waardstraat 51
in bod: ƒ4.500.koper C. Berk te
Leiden q.q. voor ƒ6.400.
De woonhuizen de Goejestraat 52
in bod: ƒ6.100.en Rijn en Schieka-
de 55 in bod: ƒ4.700.zijn uit de
hand verkocht.
taptoe geblazen op het Pieterskerk
plein-
Op donderdag 29 november te 10
uur draagt de burgerij van Leiden 35
nieuwe uniformen over aan „Pro Pa
tria". Om 11.45 uur zal de burgemees
ter de genodigden ten stadhuize ont
vangen, waarna „Pro Patria", teza
men met onderdelen van de strijd
krachten zal defileren voor het stad
huis. Het défilé zal worden afgeno
men door Zijne Koninklijke Hoog
heid de Prins der Nederlanden.
Te 16.30 uur wordt in het Neder
landse Leger- en Wapenmuseum
„Generaal Hoeffer" een tentoonstel
ling geopend, die het ontstaan en de
ontwikkeling van „Pro Patria" en de
Studenten Weebaarheden belicht.
GANGETJE 12
een vingerwijzing om naar dediepte terug te keren.