Vrijgelaten slaven stichtten republiek Liberia
f
Een vaderlandse geschiedenis van nauwelijks 150 j.
DE PERIODE DER PIONIERS
VIEL LANQ NIET MEE
Amerika hielp hen aan
een nieuw vaderland
ZATERDAG 13 OKTOBER 1956
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 1
te meer invloed heeft het Mohamme-
danisme, vooral in het noorden en
noordwesten van het land. Maar ook
daar waar de gemeenschappen niet
op Mohammedaanse leest geschoeid
zijn, vindt men Mohammedaanse ne
gers als raadgevers, secretarissen en
godsdienstonderwijzers. Overigens re
geren hier nog de goden, halfgoden
en geesten door de tovenaars en me
dicijnmannen.
Grote steden vindt men in Libe
ria niet. De hoofdstad Monrovia telt
ongeveer 35.000 inwoners.
Nederlander aan
de Peperkust
Van oudsher hebben de Nederlan
ders handelsbetrekkingen met Libe
ria onderhouden. Oude kronieken
gewagen van de zeiltochten, welke
de Hollanders omstreeks 1600 van
hun forten uit langs de westkust van
Afrika maakten, waarbij ook Libe
ria, toen nog Greyn- of Peperkust,
werd bezocht.
Peper, ivoor, goud waren produk-
ten, welke aan de Afrikaanse kust
werden betrokken; katoentjes, kruit,
kralen, spiegeltjes en vele andere,
voor de primitieve inheemsene bege
renswaardige, artikelen dienden als
betaling.
Dit alles was tijdrovend en de
practische Nederlanders zochten naar
middelen om hun handel met min
der tijdverlies te kunnen uitoefenen.
Daarom vestigde de koopman zich
aan de kust, met alle gevaren voor
leven en gezondheid daaraan ver
bonden. Vèrscheen een schip, dan
nam hij de lading in ontvangst, de
retourlading lag reeds gereed voor
de terugreis; ziedaar het begin van
een permanente nederzetting, het
ontstaan ook van de eerste handels
onderneming in Liberia.
Omstreeks 1855 was het de Rotter
dammer H. van Rijckevorsel, die, als
zcvele ondernemende Hollanders uit
die dagen, voet aan wal zette in dit
gedeelte van West-Afrika.
Deze vestiging is de bakermat van
de Oost-Afrikaanse Compagnie en
nu nog geniet Nederland materiële
voordelen van het'werk, door deze
pionier onder moeilijke en naar
onze huidige begrippen onhoud
bare toestanden en voor eigen risico
verricht.
Het is bekend, dat in vroegere tij
den genever een zeer belangrijk ex-
portprodukt van Nederland was. Van
Rijckevorsel bracht dit artikel onder
het merk H. v. R. in Liberia. Tot op
de huidige dag importeert de O.A.C.
r.og steeds H. v. R.-genever, zij het
dan, dat het kwantum, dat jaarlijks
wordt aangevoerd, thans van gerin
ge betekenis is.
De „goodwill", in de loop der jaren
door deze Nederlandse zaak ge
kweekt, is zeer groot. De naam O-A.C.
is ingeworteld bij de bevolking van
Liberia; het kleinste kind kent de
„Dutch Store" (Hollandse winkel) en
iedere Liberiaan zal u vertellen, dat
de O.A.C. „the oldest established
firm" (de oudste gevestigde firma)
in Liberia is.
Luchtfoto van Monrovia, de hoofd
stad van Liberia.
De president van de Afri
kaanse negerrepubliek Libe
ria, dr. William Tubman,
brengt van 15 tot en met 18
oktober een staatsbezoek aan
ons land. Hij is de 18e presi
dent van de republiek. In
1943 werd hij als zodanig ge
kozen voor een termijn van
acht jaar. In 1951 aanvaardde
hij op algemene aandrang van
het volk een tweede termijn,
thans van vier jaar. Op 2 ja
nuari van dit jaar werd hij
opnieuw voor een ambtster
mijn van vier jaar als presi
dent gekozen.
Vóór zijn presidentschap
was hij advocaat in Harper
City, zijn geboorteplaats.
Aan president Tubman zijn
vele eredoctoraten verleend.
In het leger klom hij op van
soldaat tot kolonel.
Het tijdperk van zijn be
stuur wordt algemeen als het
meest progressieve in de ge
schiedenis van Liberia ge
noemd.
Van de geschiedenis van de
republiek geven wü hierbij
enige bijzonderheden.
v
HET LAND VAN LIBERIA, dat kleine republiekje aan de westkust van
het Afrikaanse vasteland, is natu urlijk zo oud als de wereld, maar de
geschiedenis van de staat datgene wat de kleine zwarte Liberiaantjes op
school als vaderlandse geschiedenis moeten kennen begon pas ongeveer
150 jaar geleden.
Eeuwen lang hadden de diverse stammen er rondgezworven, nu eens
in vrede levend, dan weer elkaar bekampend en dikwijls werden ze door
sluwer mannen dan zij overweldigd en als slaven weggevoerd. Misschien
zouden ze nog wel onder slavernij gebukt zijn gegaan, als ze niet door sla
ven waren bevrijd.
In Amerika, waar zóvele zwarten als slaven naar toe gebracht zijn, dat
het aantal van hun nakomelingen thans nog een probleem vormt, werden
in het begin van de 19e eeuw ook vele slaven vrijgelaten. Dat was heel
mooi, maar deze vrijgelaten slaven begonnen al spoedig een probleem te
worden, zodat reeds in 1816 de z.g. American Colonization Society werd
opgericht, met het doel om bevrijde slaven hulp te bieden als zij wilden
terugkeren naar Afrika.
Dat deden in het jaar 1820 ook een aantal zwarten, die zich ontscheepten
op het eiland Sherbo, in het huidige Sierra Leone. Zij wilden er een nieuw
en vrij leven beginnen en startten met de meest hoopvolle verwachtingen.
Het werd een tragedie.
gen grond geruild mocht worden.
Het hielp niet veel, dat de kolonis
ten .beleefd opmerkten, dat zij dit
zich dan maar een beetje eerder had
den moeten herinneren; zij bleven
boos en. kwaadaardig. Bovendien
hadden de opperhoofden al spoedig
door, dat zij te doen hadden met
vrijgelaten slaven en nu vreesden
zij, dat de kolonisten hun profijte
lijk slavenhandeltje zouden gaan be
strijden! Dat deed de deur dicht.
Op 11 november vielen de omrin
gende stammen de kolonie aan; hun
eerste aanval werd afgeslagen, doch
op de 1ste december kwamen zij te
rug met een grotere strijdmacht. De
door ziekte en uitputting gedunde ge.
lederen van de verdedigers boden
dapper weerstand, uiteindelijk met
een handjevol mannen, niet meer
dan 35 in getal!
Toen één van de kanonniers door
de pijlen der belegeraars getroffen
werd, sprong een vrouw Mathilde
Newport genaamd op de bres en
zij vuurde het kanon af, totdat de
aanvallers verdwenen waren. Ma
thilde Newport is hierdoor de grote
heldin van Liberia geworden. De
eerste december is een tweede offi
ciële feestdag in Liberia de Ma
thilde Newport Day.
Dat ging zó
maar niet
NIEUW GUINEA heeft ons wel
geleerd, dat men zó maar niet er
gens kan gaan beginnen met een
schop in de grond te steken, om er
de aardappeltjes kant en klaar uit
te halen. De aardse paradijzen zijn
niet overal „vrij van huur" direct te
aanvaarden en het eiland Sherbo
was geen aards paradijs. Velen van
die zwarte kolonisten stierven aan
ontbering, honger en tropische ziek
ten en het schamele restant werd
haastig afgevoerd naar Fourah Bay
bij Freetown, iets meer naar het
noorden.
Een jaar daarna verscheen er een.
schoener, de „Alligator" in de Afri
kaanse wateren en deze was bereid
om degenen, die nog niet ontmoedigd
waren door het Sherbo-avontuur,
mee te nemen naar een zuidelijker
gelegen land, dat als vruchtbaar be
kend stond.
En zo stapten op 7 januari 1822 een
kleine 'groep zwarte kolonisten aan
wal op een eilandje in de monding
van de Mesurado-rivier, en toen be
gon de historie van Liberia. Het
eilandje is nu nog onder de naam
van Providence-eiland (het eiland
der Voorzienigheid) een stukje
heilige grond voor iedere Liberiaan
en de zevende januari is dan ook tot
nu toe een Liberiaanse feestdag ge
bleven, bekend als „Pioneer Day"
(voortrekkers-dag)
De kolonisten bleven niet op. dat
eilandje zitten, maar verhuisden
weldra naar het vasteland, waar zij
de in Amerika opgedane kennis om
trent huizenbouw en bodembewer
king in toepassing gingen brengen.
EEN HARD BESTAAN.
Gemakkelijk hadden zij
het niet, zij moesten het bestaan
leiden van alle pioniers en dat is
hard en gevaarlijk. De hitte Li
beria is dicht bij de aequator gele
gen waren zij ontwend, de zware
regens drukten hen ter neer. Maar
bovenal hadden zij te lijden van de
vijandschap der inheemse bevolking.
Aanvankelijk was alles goed gegaan;
zij waren vredelievend en hadden
de grond, welke zij bebouwden, net
jes van de oorspronkelijke eigenaars
gekocht en betaald. Doch de haat en
nijd begonnen toen het hun goed
ging. De negers, die de in hun ogen
vrij waardeloze grond hadden afge
staan, zagen hoe de kolonisten met
hun betere landbouwmethoden een
veel grotere oogst uit het land haal
den dan zij ooit hadden gehad en
daarom kregen ze spijt van de trans
actie. Zij herinnerden zich opeens,
dat hun dat niet toestond grondbe
zit te verkopen, dat grond slechts te-
Het stampen van de rijst gebeurt In
Liberia nog met de hand.
Hiernaast: Bij iedere feestelijkheid
treden in Liberia duivelsdansers op.
Hundansen worden begeleid op
merkwaardige muziekinstrumenten.
VORMING VAN DE STAAT.
NA DEZE OVERWINNING werd er
vrede met de inboorlingen ge
sloten; een groot aantal nieuwe ko
lonisten kwam van Amerika en er
begon zich een stad te vormen aan
de mond van Mesurado Rivier. De
naam Monrovia werd gekozen ter
nagedachtenis van James Monroe, de
president van de Verenigde Staten,
die de American Colonization So
ciety zoveel steun had verleend.
Intussen hadden nog andere kolo
nisatieverenigingen vestigingen aan
de „Graincoast" voorbereid; in 1839
werden de vestigingen van de Ame
rican Colonization Society en die van
de Societies van Pennsylvania, New
York en Missdsippi ondier één beheer
gebracht. Zij verkregen de naam Ge
menebest van Liberia. Er werd een
grondwet gemaakt, welke de kolo
nisten een grote mate van zelf bestuur
verschafte. Op 25 juni 1847 werd een
constitutionele vergadering in Mon
rovia bijeen geroepen met afgevaar
digden uit elke streek van de Com
monwealth. De afgevaardigden stel
den een constitutie en een „Bill of
Rights" op naar het voorbeeld van
die der Verenigde Staten; een maand
later, op 26 juli 1847, werd door de
vergadering de „vrije, soevereine en
onafhankelijke staat, genaamd de
Republiek Liberia" uitgeroepen. Als
herinnering aan deze belangrijke ge
beurtenis wordt op 26 juli in Libe
ria nog altijd de Independence Day
gevierd. De 24ste augustus is Flag
Day, de datum, waarop voor het
eerst de nieuwe Liberiaanse vlag
ontrold werd.
NIET AU SERIEUX.
IN EUROPA WERD het bericht,
over de totstandkoming van de
eerste neger-republiek in Afrika met
gemengde gevoelens ontvangen. De
regeringen van Europa waren nog
niet zo ver, dat zij de nieuwe staat
au serieux konden nemen, hoewel
het koene besluit van deze kleine
schare bevrijde slaven, die zich uit
de innerlijke drang tot vrijheid aan
de vochtig-hete kust van tropisch
Afrika een nieuw vaderland verze
kerd had, bij vele groepen grote
sympathie ontmoette. In de loop der
jaren werd Liberia door de grote
landen als een soevereipe natie er
kend; Nederland sloot met Liberia
een vriendschapsverdrag in 1864.
In de 100 jaar die achter ons lig
gen heeft de republiek Liberia zich
ontwikkeld tot een Afrikaanse Re
publiek, die voor zijn nabuurlanden,
die op de rand van hun onafhanke
lijkheid staan (de Goudkust, Nige
ria) eeh lichtend voorbeeld is ge
weest.
©Vliegveld
Goud
OOK DAAR RASSENPROBLEEM.
"resident william v. s. tubman van liberia.
XOOOOOOOCCOOOCXX>OCXX»30COOOOOOOOOOOOOCÖGQOOC»OOOOCX>XÖ<»CÖOOO^^
HET GROTE PROBLEEM voor Li
beria is in deze jaren geweest
om de zeer primitieve inheemsen met
de meer ontwikkelde kolonisten uit
Amerika die de moed hadden op
gevat het land tot een onafhanke
lijke staat uit te roepen te inte
greren. In menig opzicht kan men
stellen, dat de verhouding blanken
versus negers in Amerika vóór de
afschaffing van de slavernij parallel
liep met de positie Amerikaanse ne
gerkolonisten versus inheemse be
volking in Liberia. Het feit, dat de
twee groepen in de Liberiaanse staat
van gelijke kleur en herkomst zijn
maakte de oplossing van dit pro
bleem in dit land zeker niet gemak
kelijker. Terijl men bij de geboorte
van de nieuwe staat in 1847 zeker
nog kon spreken van koloniale ver
houdingen tussen de twee bevol
kingsgroepen een positie die ove
rigens wonderwel overeen kwam met
de toestand in de overige delen van
Afrika, waar de Europese staten de
scepter zwaaiden heeft zich lang
zamerhand een zekere integratie vol
trokken.
In 1947 werd zelfs het algemeen
kiesrecht voor mannen en vrouwen
ingesteld.
Het juiste inwonertal is niet be
kend, doch schattingen concentreren
zich om het getal van 1,5 miljoen,
waarvan de „Aimerico Liberians"
een groep van ongeveer 12.000 vor
men.
Ongeveer 85 van de bevolking
leeft nog volgens de oude stamge-
bruiken. In deze inheemse gemeen
schappen is het Christendom slechts
in geringe mate doorgedrongen. Des