St. Jacobshofje, Doezastraat te Leiden, viert 275-jarig bestaan Vanmorgen begon in de Herensingelkerk te Leiden het jaarlijks zieken triduum Ruim 200 zieken uit Sleutelstad en omgeving Leids Toonkunstkoor in Holland Festival Ontgroening bevordert 'n snelle aanpassing aan studentenmilieu Aanhangwagen reed in het water WOENSDAG 27 JUNI 1956 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 1 Met de drukte en het geroezemoes van elk jaar is vanmorgen het tra ditionele ziekentriduum in de kerk van O.L. Vr. Hemelvaart en St. Jo seph aangevangen. De ruim 200 zie ken en invaliden uit Leiden en om geving die aan het triduum zullen deelnemen, werden door de wagens van particulieren en door de bran cardwagen van het Roode Kruis aan gevoerd. Zij kregen allen een plaats in de wijde kerk, die drie dagen lang het aanzien van een grote ziekenhal heeft gekregen. De altaarversiering en de versiering van de kerk zijn even magnifiek als altijd. Om tien uur plaatste de pastoor van de Herensingelparochie, pastoor J. A. van Kleef, zich voor de micro foon om de deelnemers aan het triduum welkom te heten. Hij wekte hen allen op dit triduum zó te bele- van, dat de genade een kans krijgt. „Bijna", aldus de pastoor, „had ik zelf als patiënt dit triduum mee moe ten maken en niet als herder van deze parochie". Hij vertelde, dat hij gisteren een auto-ongeluk heeft ge had, dat slechts wat ontsierende schade aan zijn gelaat heeft achter gelaten. Pastoor Van Kleef ging ver volgens langs de bedden om de zie ken de ziekenzegen te geven. Het versterkt parochiekoor o.l.v. de heer W. Verburg, dat dit gehele triduum zijn onmisbare medewerking zal ver lenen, zong intussen het „Veni Crea tor De plechtige H. Mis werd opgedra gen door deken L. H. M. Nieuwen- huizen, deken van Alphen, die geas sisteerd werd door de kapelaans J. A. M. van Adrichem en A. H. Schrama. Pastoor Auxentius van Schalen, o.f.m., van de St. Leonardus-parochie, de leider van het triduum, hield tij dens de H. Mis zijn eerste preek, waarin hij wees op de kracht van het lijden. Het lijden van de mens is een bewijs van Gods liefde. De H. Maria was ongetwijfeld het door God meest PROF. BERG OVER DE PHILIPPIJNEN. Avond van Viro. Maandagavond sprak prof. dr. C. C. Berg in het gebouw van de Natio nale Levensverzekering maatschappij aan het Rapenburg te Leiden voor leden van VIRO over „De Philippij- nen, le pays de moines". Een deel van de voordracht was ontleend aan de Franse vertaling van een werk, dat de Philippijnse nationale figuur Rizal publiceerde onder d'e titel: „Noli me tangere". De huidige situatie van de Philippijnen liet prof. dr. C. C. Berg buiten beschouwing. De be doeling van zijn lezing was een poli tiekhistorische schets te geven over de ontwikkeling van de Philippijnen. Hij greep terug in de geschiedenis tot de val van het Romeinse rijk en tot de volksverhuizing, die daarop, volgde. beminde schepsel. Toch heeft Hij haar zoveel lijden gezonden, dat zij de Moeder van Smarten genoemd wordt. Oók kan een schepsel God nooit beter beminnen dan door het lijden. Om twaalf uur vanmorgen volgde de plechtige handoplegging van de zieken. De organisatie van het zieken transport en de verzorging van de inwendige mens zijn wederom in goede handen. Tientallen dames en heren, lekenverpleegsters en zusters, voortrekkers, helpers en helpsters Bij de foto's: Een overzicht van de Herensingel kerk tijdens de plechtige H. Mis hedenmorgen. Ziekendragers lopen af en aan met de zieken en invaliden, die door zie kenauto en Roode Kruiswagen wer den aangevoerd. (Foto's „De Leidse Courant") van het Roode Kruis snellen af en aan om het de zieken zo comfortabel mogelijk te maken. Tweede concert werd groots succes ARIBO heeft het Leids Toon kunstkoor alles in 't werk gesteld om het tweede concert in het kader van het Holland Festival in een aantrek kelijk gewaad te steken. Belangrijke werken, in een voortreffelijke uit voering, lokten een groot aantal toe hoorders naar de Gehoorzaal, even als de klinkende solistennamen, en het begeleidend Rotterdams Philhar- monisch orkest. Op de programmalijst stond als eerste werk: Psaume 129 voor man nenkoor en klein vrouwenkoor van Stichter bezat een handel in ossen IN het begin dezer maand bestond het St. Jacob- of Go'marus van Craeyenboschhofje aan de Doeza straat te Leiden 275 jaar. Het werd gesticht door Gomarus van Craeyenbosch, geboren 2 febr. 1624. Hij was koopman in laken en had zijn winkel in het eerste huis op de Hoogstraat. Daarnaast had hij een uitgebreide handel in ossen, die hij mestte en meest in Amsterdam ver kocht. Voor deze veehandel ge bruikte hij diverse landerijen, in de omgeving van Leiden gelegen. Hij was gehuwd op zijn geboorte dag in 1647 met Alyda van Griecken, de dochter van de bekende zilver smid Jan van Griecken, wonende in de Hoogstraat. Hun huwelijk werd gezegend met 2 zoons en een dochter, die allen jong stierven. Kort na de geboorte van het derde kind overleed ook zijn vrouw. In zijn testament, op 5 juni 1672 voor notaris de Haas verleden, be paalde hij, dat naast enige legaten aan neven en nichten, zijn nalaten schap moest gebruikt worden voor de bouw van een hofje met 12 wo ningen, voor gehuwde lieden of voor twee vrouwen. De eerste Regenten waren: Jacob van Varick, Dirk Verhoog, Nicolaas van Varick en Jan van Oyen. Zijn executeurs bouwden 6 huizen op een terrein, gelegen aan de Doeza straat. Eerst in 1863 werden er vijf huisjes bijgebouwd en in 1889 nog een zesde. In 1922 werd het hofje uitgebreid met 6 huisjes, terwijl er later 2 huisjes gebruikt werden tot verbou wing van 3 andere woningen, zodat er thans 16 huisjes staan. De ouderwetse bedsteden in de woonkamers zijn al lang verdwenen, terwijl op de zolders slaapkamers ge maakt zijn. Tegen een intreesom, thans bedra- Het St. Jacobshofje, zoals het er uitzag in 1919. gende 1000,kunnen r.k. echt paren zich inkopen in een huisje, tegen genot van een proeve, die de laatste jaren met het oog op de duurte aanzienlijk verhoogd werd en wanneer er geen gegadigden gevon den kunnen worden, wordt 'n huisje verhuurd aan alleenstaande vrouwen. De huren werden gebruikt om het hofje te moderniseren, zo werden aan de woningen keukens bijge bouwd en werden de w.c.'s, die ten getale van 2 buiten waren, in de huisjes aangebracht. Electrisch licht kwam er in 1949. In de Regentenkamer hangen se dert 2 jaren een twaalftal oude schil derijen en portretten van het Salva- torhofje, dat door dezelfde Regenten beheerd wordt. Deze schilderijen wa ren in 1872 aan de Lakenhal in bruikleen afgestaan, doch onlangs te ruggevraagd. Voor een kunstkenner alleszins een bezoek waard. Van 1824 tot 1884 werd het hofje beheerd door de Regenten van het R.K. Wees- en Oudeliedenhuis. In het laatstgenoemde jaar kwam men tot het inzicht, dat dit beheer in strijd was met het testament van de stich ter en werd het beheer weer onaf hankelijk van het Weeshuis. Sedert 1926 staat de stichting onder toezicht van het Bisdom Haarlem, thans on der dat van Rotterdam. De Deken van Leiden is ambtshalve Kerkelijk Visitator, terwijl de Pastoor van' de Petrusparochie Bisschoppelijk Com missaris is. Thans zijn de Regenten: mr. A. J. Sormani, mr. H. F. A. Donders, R. C. Zijerveld en F. M. M. Langezaal. Op 3 juli a.s. wordt een feestelijke herdenking en receptie gehouden om half elf in „Het Gulden Vlies", nadat in de Lodewijkskerk om kwart voor 8 een H. Mis tot dankbaarheid is op gedragen. Des namiddags is er een thee in het hofje van Regenten met alle bewoners, terwijl op 10 juli a.s. een autotocht van de Regenten met de bewoners van het hofje plaats vindt. De bewoners van het Salvatorhofje worden uitgenodigd deze dagtocht mede te maken. De reis gaat door de mooiste plekjes van Noord-Holland. Regenten menen, dat het 275-jarig bestaan van het hofje, op deze wijze gevierd, geheel in overeenstemming is met de gedachten van de stichter. Mr. A. J. SORMANI. Lili Boulanger. De hbog begaafde vooruitstrevende Franse componiste, heeft niettegenstaande haar sterven op jeugdige leeftijd een eigen per soonlijke stijl geschapen. De struc tuur is hecht, aangrijpend en fel de expressie. De muzikale tekstbehan deling is psalmodiërend. Boven bla- zersaccoorden zet 't sonoor klinkend mannenkoor in. Overweldigend is het crescendo. Het orkest speelt dan een bewogen lyrisch thema en de be droefde muziek, groots van gestalte (waarbij zich zacht vocaliserende vrouwenstemmen voegen), eindigt mild. Gods zegen, welke overwint. De indruk was ontroerend. Het he renkoor, goed geïnstrueerd, heeft een alleszins prijzenswaardige klankpro ductie gegeven, markant en fraai. De begeleiding was aandachtig en expressief. Een vrouwenkoor met zoveel vaar digheid en souplesse kan niet anders dan slagen, wanneer de leidsman het onderneemt een zo subtiel werk als La Demoiselle élue uit te voeren. Hoewel nog jong, deed de componist Claude Debussy reeds de eigen con sequenties betreffende harmoniek, coloriet, structuur en instrumentatie gelden in persoonlijke visie. Er werd met veel charme gemusiceerd, zeer toegewijd, komend tot een transpa rant ensemble. De verhaalster, in casu: Mea Boon-Naberman, zong met eenvoudige dictie. De gezegende Jonkvrouwe (Annette de La Bye) was gevoelig en eenvoudig in haar voordracht. ALS HULDEBLIJK aan de Neder landse kunstenaar Sem Dres den, die dit jaar zijn 75e verjaardag vierde, werd ook te Leiden één van diens werken: St. Joris, uitgevoerd (in le uitvoering), geschreven voor gemengd koor, sopraan-solo (de Prinses), bariton (St. Joris) en de recitant. Het grondplan van een werk staat de componist onomstotelijk zeker voor de geest. Een sterke over tuiging spreekt uit de vastomlijnde tekening van personen, uit de schil derende orkestklank. Decoratieve effecten, variabele stuwingen, maat wisseling accent-verplaatsing, har monische samenklanken, die betrek- Prof, van Arkel over de groentijd: Niet alleen „weledelgeborenen en aanzienlijken1' meer De algemene senatenvergadering Nederland heeft gistermiddag in de sociëteit „Minerva" te Leiden een persconferentie gehouden, waarin studenten. Zij zijn er zich daarbij natuurlijk van bewust, dat aanpassing aan de geest van de tijd noodzakelijk blijft. Prof. A. E. van Arkel, rector mag nificus van de Leidse universiteit gaf een indringende historische en psychologische beschouwing over de groentijd. Hij vertelde o.m. dat de werd duidelijk gemaakt, dat het met. groentijd in Leiden eens aanleiding het ontgroenen nogal los loopt. heeft gegeven tot een rector's crisis. Ieder jaar wordt er van stude*^ Prof. de Groot n.l. een fel tegen- tenzijde bij de vertegenwoordigers stander van de pers de nadruk op gelegd, dat de erkende corpora de groentijd zien als onmisbaar voor de vorming der van de groentijd en het corps heeft geweigerd het recto raat te aanvaarden, omdat dit offi cieel contact met het L.S.C. mee bracht. Prof. van Arkel stelde overigens in zijn betoog de „ongeruste moeders en tantes" gerust door op te merken, dat er van tuchtiging der groenen geen sprake is. Er is aan het „ont groend worden" weinig meer risico dan aan een skitour of een voetbal wedstrijd. Verbod van drankgebruik en gere gelde geneeskundige controle staan op het groen-programma. Prof. van Arkel gaf een opsom ming van de voordelen van de groen tijd. Hij noemde o.m. de band, die gelegd wordt tussen de jaargenoten en de ouderejaars. In deze tijd, waar in een studentengemeenschap niet gevormd wordt uit de stand der „weledelgeborenen en aanzienlijken" is het aanpassen aan het studenten milieu, dat in wezen weinig afwijkt van het milieu dat de afgestudeerden moeten betreden, noodzakelijk. Door het ontgroenerj is snellere aanpassing aan het nieuwe milieu mogelijk. Wel legde de rector magnificus er de nadruk op, dat alle studentenver enigingen maatregelen dienen te ne men om de entree van a.s. leden uit zeer afwijkende milieus en van het schuwe en onhandige type, niet te moeilijk te maken. king hebben op een bepaalde situatie (een soort leidmotief). Het even wichtig klinkend gemengd koor, be toonde zich slagvaardig en gaf ih «We partijen gelijkwaardige sonore klank, 't Was een plezier op te merken, hoe snel en rhythmisch punctueel het koor onder inspiratteve leiding van de dirigent zich in dit moeilyke work standvastig de weg baande. Annette de la Bye als de prinses had een verbijsterend moeilijke partij te zingen. Zij sloot zich perfect aan Üj de opvatting van de diligent. Zij zong beheerst, intelligent en meer malen zeer gevoelig. De bariton Da vid Hollestelle als St. Joris, beheerste zijn partij zeer knap en Ton Lutz gaf van het verhaal de juiste teke ning. Het was geen kleine opgaaf, beheerst tegenover de sterke orkest bezetting zich te doen gelden, waar in hij voor 't grootste deel slaagde. Naast Aribo, die met groot inzicht dit veel omvattend en moeilijk werk heeft voorbereid en met vlammend hete klank heeft uitgevoerd, heeft men onze grote Nederlander Sem Dresden warm toegejuicht en beju beld. Moest het aanvankelijk aangekon digde „L'an mil" van Gabriël Piemé om practische redenen vervallen, Eduard FJjpse stelde zijn vele toe hoorders volkomen schadeloos met de wedergave van de wondermooie Symphonie in d kl. t. van César Franck, met de dirigent in zijn volle kracht als aanvoerder in de welge maakte muziek, zo schoon van vorm, nobel en verheven. En bij het beluis teren van deze bovenaardse muziek mag men zich afvragen: wat man keert er nog aan ons geluk? Hier mede roemen wij de prachtige klank van violen, koper, althobo: de hoog staande wedergave van de bedoelin gen. Voor beide dirigenten leidde 't muziek-gebeuren te Leiden tot een groots succes. J. KORTMANN. Leidse Universiteit Geslaagd voor het Prop. ex. God geleerdheid de heer Vroegindewey te Bleiswij k. Geslaagd voor het Doet. ex. Ned. Recht, mej. C. J. Vermei den te Scheveningen en de heren J. R. Dinger te Wassenaar en P. Goe- nee te Schalkhaar. Gelaagd voor het Doet. ex. Natuurkunde de heer A. Broa se van Groenau te Leiden. Twee bedienden van de firma G. wilden gistermiddag om kwart voor zes een achtwielige aanhangwagen met handkracht uit het perceel Oude Vest 227 de rijweg opduwen. Een wielrijder, komende uit de richting Havenplein, die dacht dat men een bakfiets naar buiten duwde, kon op het laatste ogenblik een aanrijding voorkomen door in het water van de Oude Vest te rijden. Vermoedelijk door de schrik bij het zien van de onvrijwillige badgast, verloor men de macht over de voortrollende aan hangwagen. die toen ook het vrije sop koos. De wielrijder kon zwemmende de walkant bereiken. Om de trailer uit het -water te verwijderen moest de hulp van de brandweer worden inge roepen. De foto toont de grote be langstelling, die de brandweer ge noot bij dit zware karwei.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 5