Minister Suurhoff opende gebouw
voor Praeventieve Geneeskunde
Uitbreiding overvleugelde
moedergebouw viermaal
Voor ruim 100 miljoen aankopen
op afbetaling
VRIJDAG 1 JUNI 1956
DE LEIDSE COURANT
DERDE BLAD - PAGINA 1
De 1ste juni van het jaar 1956 zal in de geschiedenis van het Nederlands
Instituut voor Praeventieve Geneeskunde, gevestigd te Leiden, worden ge
boekstaafd als een zeer bijzondere datum, want vandaag heeft de inge
bruikname plaats gevonden van een nieuwe vleugel in het „oude" gebouw
aan de Wassenaarse weg, al is deze vleugel dan ook vele malen groter dan
het gebouw, dat in 1941 kon worden geopend.
Allerwege is er een beweging gaande, die beoogt meer aandacht te schen
ken aan het voorkómen van ziekte door de bevordering van de studie in
de toepassing van de praeventieve geneeskunde. Die beweging, de meest
natuurlijke die men zich denken kan, ging uiteraard niet aan Nederland
voorbij. Integendeel, de gehele Nederlandse gemeenschap draagt er toe bij,
en meer direkt die van werkgevers en werknemers, die, met medewerking
van onmisbare instituten, hierbij voor de noodzakelijke financiering zijn
ingeschakeld. Niet in het minst steunt men hierbij op het Praeventiefonds
(1951), waarvan de konsiderans bepaalt, dat de gelden van dit fonds worden
besteed tot het nemen en bevorderen van maatregelen, welke strekken om
ziekte te voorkomen. De behartiging van een deel van die belangen is toe
vertrouwd aan het Nederlands Instituut voor Praeventieve Geneeskünde,
met name de bevordering van preventief-geneeskundige wetenschappen in
het algemeen en van de bedrijfsgeneeskunde in het bijzonder.
Betere opleiding nu dan hier kunnen
deze voor het 'bedrijf onmisbare art
sen niet vinden, want een rondgang
door het uitstekend geoutilleerde in
stituut \ieeft ons doen zien met welk
een nauwgezetheid hier de talrijke
problemen van de ziekten onder het
volk als volksziekten in de kiem
worden opgespoord. Dat begint bij de
zuigeling, wordt voortgezet op de
school en vindt steeds meer toepas
sing in het bedrijf met ziekten van
allerlei aard, vooral in voor de ge
zondheid gevaarlijke bedrijven. Maar
dit onderzoek grijpt steeds meer om
zich heen, zodat ook de adolescentie,
de jeugd van 1220 jaar. nauwgezet
in het onderzoek wordt betrokken.
DE HISTORIE VAN HET
INSTITUUT.
De historische ontwikkeling van het
Instituut voor Praeventieve Genees
kunde grijpt terug tot het jaar 19-29,
toen, op initiatief van 'twee Leidse
hoogleraren, prof. dr. E. Gorter en
prof. dr. J. van der Hoeven, een stich
ting werd opgericht met als doel het
ontwikkelen van de preventieve ge
neeskunde.
Ondanks de in dit geval toch wel
heel dichtbij zijnde medische hulp,
was de geboorte lang niet voorspoe
dig. Er werd onder bijna altijd wel
zeer moeilijke omstandigheden ge
werkt in behuizingen, die de naam
van woning nauwelijks verdienden,
laat staan, dat zij geschikt waren
voor het veeleisende en minutieuze
onderzoek, dat hier moest plaats vin
den.
Toen de band met het Prophylaxe-
fonds, voorganger van het Praeven
tiefonds, tot stand kwam, werd de fi
nanciële toestand beter en kon men
overgaan tot de bouw van het eerste
werkelijke instituut. Onder de ogen
van de bezetters werd in 1941 afge
bouwd en toen de autoriteiten er met
begerige blikken hun ogen op richt
ten om het zelf in gebruik te nemen,
werden zij tenslotte afgeschrikt, toen
hun door de directeur, prof. J. P.
Bijl, werd medegedeeld, dat men hier
proefnemingen verrichtte tegen pok
pen en andere besmettelijke ziekten.
Door de voortdurende uitbreiding
van het arbeidsterrein werd het in
stituut evenwel al spoedig te klein en
opnieuw moest ten dele elders in Lei
den onderdak worden gevonden. Dit
leidde tot het beramen van nieuwe
plannen tot uitbreiding en in dit
voorjaar was de bouw van de nieu
we .plannen tot uitbreiding en in dit
voorjaar was de bouw van de nieu
we vleugel, viermaal zo groot als het
oorspronkelijke moeder-gebouw, vol
tooid. Deze bouw en de inrichting
daarvan zijn bekostigd door het
Praeventiefonds.
Lange tijd heeft er een misverstand
geheerst omtrent de instelling, omdat
de mening heerste, dat dit instituut
er een zou zijn van de Leidse univer
siteit, hetgeen niet het geval is. Daar
om is de naam ook veranderd in
„Nederlands" Instituut voor Pre
ventieve Geneeskunde, want het is
een instituut van geheel Nederland.
Door deze nieuwbouw zijn thans
alle afdelingen van het uitgebreide
onderzoek, dat hier verricht wordt,
bij elkaar gebracht, hetgeen het
teamwork, zoals prof. dr. G. C. E.
Burger, voorzitter van het instituut,
dit in een gisteren gehuden persbij
eenkomst uitdrukte, ongetwijfeld ten
goede komt. Door teamwork komt
men tot een efficiënter onderzoek,
een waarborg voor beter slagen.
Prof. Burger heeft vervolgens in
korte trekken uiteengezet waar het
bij dit werk vooral om gaat: research
en voorlichting van de gemeenschap,
waarbij de steun van het bedrijfsle
ven onmisbaar is. Daarnaast moet
men komen tot een goede opleiding
van deskundigen, waarbij een der be
langrijkste facetten wordt gevormd
door de 'bedrijfsarts. Het wetsont
werp op de bedrijfschappen immers
vraagt om deskundige bedrijfsartsen.,
VEELOMVATTENDE TAAK.
Inderdaad heeft het Instituut een
veelomvattende taak op zich geno
men. Een der eerste problemen was
de aandacht te concentreren op de
mogelijkheden ter voorkoming van
bakteriële infektieziekten (speciaal
tuberculose). Sinds 1939 is de aan-
dadft' meer gericht op de studie van
virusziekten, waarbij vooral de polio-
melytis (kinderverlamming) een
voortdurende bron van onderzoek is.
De arbeidsgeneeskunde houdt zich
bezig met de studie van faktoren, die
een gevaar opleveren voor de ge
zondheid en het prestatievermogen
van de werkende mens. In vele be
drijven wordt gewerkt met stoffen,
die onder bepaalde omstandigheden
schadelijk kunnen zijn voor de ge
zondheid. Op andere plaatsen moet
zwaar lichamelijk werk worden ge
daan of moet de arbeid onder bezwa
rende omstandiheden plaats vinden.
Hier nu ligt een taak voor de bedrijfs
arts, gedetacheerd bij de Bedrijfsge
neeskundige Dienst te Leiden. Deze
arts neemt ook contakt op met be
drijven elders in het land en werkt
samen met de fysioloog, de toxico
loog, en met andere specialisten van
het instituut.
De sektie voor fysiologie legt zich
toe op metingen aan de werkende
mens. Een voorbeeld hiervan is het
.meten van het kalorieënverbruik bij
.arbeidsverrichtingen onder verschil
lende kondities. Andere vraagstuk
ken betreffen het werken onder ho
ge temperaturen, het bepalen van de
geschiktheid van minder valide en
oudere personen voor bepaalde be
roepen, het nagaan van de verbrei
ding en de oorzaken van de 'be
roepsdoofheid; waaruit dan weer ge
leerd wordt in welke bedrijven be
schermende maatregelen noodzakelijk
zijn, terwijl voorts aandacht wordt
besteed aan het ontwikkelen en be
proeven van een grote verscheiden
heid van gehoorbescnermers.
De afdeling beschikt over verschil
lende laboratoria, waaronder een kli
maatkamer en een geluidkamer.1
Deze laatste wordt ook door de afde
ling Geestelijke Gezondheid benut
voor onderzoekingen op het gebied
van de geluidhinder, in de huidige
gemotoriseerde en voortjagende tijd
een faktor van grote betekenis is.
De afdeling Geestelijke Gezond
heid is zeker niet de minst belang
rijke in de veelomvattende taak van
het instituut, want de ontwikkeling
van de moderne arbeidsgeneeskunde
alleen reeds wettigt het bestaan van
deze afdeling, waar psychiater, psy
choloog, pedagoog, socioloog en maat
schappelijk werker doelmatig samen
werken. Daarnaast is er nog de af
deling Gezondheidszorg, in haar be
gintijd (1944 opgericht) voorname
lijk georiënteerd geweest op de kin-
derhygiëne, maar langzamerhand
uitgegroeid naar alle andere terrei
nen van gezondheidszorg.
Er zou nog veel meer over de
prachtige taak van het instituut te
vertellen zijn, doch wij moeten het
hierbij laten. Onze bedoeling was er
alleen op gericht het Nederlandse pu
bliek in het algemeen en het be
drijfsleven in het bijzonder nog eens
met nadruk te wijzen op het weten
schappelijk werk, dat hier op zo voor
treffelijke wijze wordt verricht, in de
hoop, dat men dit werk zo mogelijk
ook financieel wil steunen.
OFFICIëLE OPENING DOOR
MINISTER J. G. SUURHOFF.
Hedenmiddag heeft de officiële
opening van het nieuwe gebouw in
tegenwoordigheid van talrijke geno
digden plaats gevohden door de mi
nister van Sociale Zaken en Volksge
zondheid, Z.Exc. J. G. Suurhoff.
Deze opening gold eigenlijk als eer
ste officiële opening, welke in 1941
vanwege de oorlogstijd niet kon
plaats vinden.
De bijeenkomst, welke hedenmid
dag in de grootste zaal van het in
stituut werd gehouden, werd ge
opend met een welkomstrede van
prof. dr. G. C. E. Burger, voorzitter
van het bestuur van Instituut, die al
lereerst een woord van dank sprak
voor de ruime steun van overheid en
particulier initiatief, zonder welke
'het instituut de groei, zoals vooral
na de oorlog doorgemaakt, zeker niet
mogelijk ware geweest.
Spr. prees zich gelukkig in de Mi
nister van Sociale Zaken en Volks
gezondheid iemand te begroeten, die
niet alleen een grote belangstelling
heeft voor de organisatorische pro
blemen van de Volksgezondheids
zorg en de daaraan gekoppelde
vraagstukken van de sociale verze
kering, maar die tevens diep over
tuigd is van de grote betekenis, wel
ke het wetenschappelijk onderzoek
voor een dergelijke ontplooiing van
de gezondheidszorg heeft en
toekomst moet hebben.
Gelukkig vond spr. het ook, dat er
een nauwe relatie tussen de direc
teur-generaal van de Volksgezond
heid, prof. Muntendam, bestaat en
het instituut door zijn benoeming als
.buitengewoon hoogleraar in de hy
giëne aan de Leidse universiteit,
waardoor het mogelijk is een nauw
onderling contact te onderhouden.
Verder heette spr. bijzonder wel
kom dr. Banning, als voorzitter van
het bestuur van het Praeventiefonds
en verder mevr. Gorter, die bij deze
plechtigheid aanwezig wilde zijn. Spr.
hoopte, dat de grote uitbreiding, die
,het instituut thans heeft ondergaan,
•voor haar een teken mocht zijn hoe
feer de gedachten van haar overle
den echtgenoot zovele jaren geleden
in daden omgezet, voor de toekom
stige ontwikkeling van de Praeven
tieve Geneeskunde vruchtdragend
zijn geweest.
Spr. bracht hierna dank aan allen,
die hadden medegewerkt aan de tot
standkoming van het nieuwe gebouw
,en deelde vervolgens mede, dat in de
eerstkomende dagen bijeenkomsten
zijn georganiseerd voor vertegen
woordigers van het bedrijfsleven, van
de klinisch-geneeskundige en de
praeventief-geneeskundige wereld en
anderen.
Tenslotte gaf prof. Burger een uit
voerige uiteenzetting over de taak
van het Instituut, dat thans aan het
.oegin staat van een nieuwe periode
in zijn bestaan, deed een beroep op al
zijn medewerkers zich hun verant
woording waardig te tonen en gaf
vervolgens het woord aan minister
Suurhoff, d'ie het Instituut officeel
anet een rede opende.
De minister uitte zijn grote waar
dering voor de bouw en de inrichting
van het nieuwe complex, weidde in
het kort uit over de grote betekenis
van de preventie in de geneeskunde
en gaf als zyn mening te kennen, dat
!n 1954
Volgens de definitieve cijfers van
het Centraal Bureau voor de Stati
stiek is het kopen op afbetaling in
1954 met liefst 40 pet. toegenomen.
Bij 477 ondernemingen werd op een
totale omzet van bijna 110 miljoen
gulden nog geen tien miljoen con
tant betaald, dus nog geen 10 pet.
Zestien soorten dure gebruiksvoor
werpen blijken bij de kopers bijzon
der in trek te zijn. Na meubelen en
textiel zijn dit vooral brom- en mo
torfietsen, radio- en tv-toestellen,
wasmachines en koelkasten.
Maatregelen ter beperking.
In verband met deze enorme toe
neming van het kopen op afbetaling
heeft de regering kort geleden twee
maatregelen in uitzicht gesteld om
deze stijging binnen de perken te
houden:
1 Door het vaststellen van een mi-
nimum kassastorting.
O Door het aantal termijnen voor
de afbetaling te beperken.
In de Eerste Kamer, die een be
teugeling van het kopen op afbeta
ling toejuicht, was de vrees geuit,
dat deze maatregelen doorkruist zou
den kunnen worden door geldschiet-
banken en betaalzegelkassen.
Naar de regering thans aan de Ka
mer meedeelt, deelt zij niet in deze
vrees. Zij acht de middelen, die de
ze instellingen ten dienste staan, te
beperkt, dat zij het afbetalingskre
diet op grote schaal zouden kunnen
overnemen. Voor het overige ver
trouwt de regering erop, dat de in
stellingen, die geld uitlenen voor
consumptieve doeleinden begrip
In Utrecht komt een
gebouw van aluminium
Na een nauwkeurig onderzoek heeft
het ministerie van wederopbouw en
volkshuisvesting aan de N. V. Levens
verzekeringsmaatschappij „Utrecht"
goedkeuring verstrekt om te Utrecht
een nieuw administratiegebouw te
bouwen als deel van haar hoofdkan
toor. Dit gebouw is van een zodanige
constructie, dat noch materialen, noch
arbeidskrachten aan de woningbouw
onttrokken zullen worden. Deze con
structie bestaat uit een basis van be
ton, waarop een staalskelet, terwijl
de buitenafwerking zal bestaan uit
aluminiumplaten. Dit is een nieuwtje
voor ons land. Deze aluminiumpla
ten komen in de plaats van de tot
dusverre gebruikelijke baksteenvul
lingen. De binnenafwerking zal, even
als de vloeren, bestaan uit beton
platen met vulling.
Dit betekent alleen al voor dit ge-
j bouw een besparing van 550.000 bak
stenen, een hoeveelheid die nodig
is om ongeveer 30 normale arbeiders
woningen te bouwen.
Gemeente-ambtenaren
bespraken hun positie
De ambtenaren-organisaties hebben
het Kabinet laten weten, dat zij een
algemene loon- en salarisverhoging
wensen van 6 percent. De regerings
delegatie kwam in de vergadering
van de Centrale Commissie voor ge
organiseerd overleg met het voorstel
tot een salarisverhoging van slechts
3 percent, die dan op 1 juni a.s. ge
geven zou moeten worden. De orga
nisaties konden zioh hiermee niet
.akkoord verklaren. Het Kabinet zal
zich thans over de kwestie moeten
ook in de toekomst nog een belang
rijke taak voor het instituut was weg
gelegd.
Na deze openingsrede werd nog het
woord gevoerd door dr. C. Banning,
hoofd-inspecteur van de Volksge
zondheid en door dr. J. T. Buma,
v/nd. directeur van het Instituut, die
in grote lijnen de werkwijze van het
Instituut uiteenzette en verantwoor
ding gaf over het wetenschappelijk
beleid, dat hier gevoerd wordt.
Spreker belichtte hierbij een drie
tal fasen, t.w. het beoefenen van een
aantal noodzakelijk geaohte weten
schappen, het toepassen van deze
.kennis op een aantal vraagstukken,
de gezondheidszorg betreffende en
het geven van voorlichting en onder
wijs.
Na afloop van deze plechtigheid
werd het nieuwe gebouw bezichtigd.
zullen tonen voor de maatregelen
van de regering tot beperking van
het afbetalingskrediet.
De regering zal evenwel zeker in
grijpen, indien dit niet het geval zou
zijn.
Wat werd in 1954 op afbetaling
gekocht?
De 477 ondernemingen, waarop de
cijfers van het Centraal Bureau be
trekking hebben, verkochten in 1954
bromfietsen op afbetaling voor 'n be
drag van 8.838.402.
Op deze brommers werd slechts
1.110.701 vooruitbetaald. Voor mo
torfietsen bedroegen deze cijfers
resp. 2.515.195 en 530.450.
Voor andere artikelen worden de
volgende cijfers verstrekt:
Radio's 18.369.709 1.993.717
T.V. 1.083.393 138.364
Piano's 1.469.223 337.814
Wasmach. 6.748.426 590.408
Stofzuigers 7.490.535 672.1
Koelkasten 677.285 66.224
Kachels e.d. 3.601.644 308.550
Forn. e.d. 1.576.416 166.855
Naaimach. 1.316.265 150.592
Meubelen 22.491.946 1.437.805
Kleding 19.594.013 738.217
Uit dit overzicht blijkt wel, dat
meubelen en textiel verre het meest
op afbetaling worden gekocht. Maar
bromfietsen, radio's en stofzuigers
slaan op dit gebied echter ook geen
slecht figuur.
De verbrande schilderijen
Meineed werd niet bewezen
De Haagse arrondissementsrecht
bank heeft gisteren een Arnhemse
koopman wegens gebrek aan wettig
en overtuigend bewijs vrijgesproken
van het afleggen van een meineed;
de eis tegen hem was drie jaar ge
vangenisstraf.
De koopman werd er van beschul
digd ten gunste van een inwoner
van Zoetermeer, die wegens brand
stichting om in het bezit te komen
van de verzekeringsuitkering, werd
veroordeeld tot 3J--2 jaar gevangenis
straf, een meineed te hebben afge
legd.
Toen hij op .1 februari jl als getui
ge werd gehoord in de zaak tegen de
Zoetermeerder verklaarde hij in ver
binding te hebben gestaan met een
Duitser, die wel belangstelling had
voor de schilderijen, welke in het be
zit waren van de Zoetermeerder. Hij
had toen met de Duitser een bezoek
gebracht aan het huis in Zoetermeer
en hier zouden twee Ruysdaels, een
Aert van der Neer, een Adriaan van
der Velde en een Sebastiaan Vrancx
in ogenschouw zijn genomen, de
schilderijen dus waarvan de veroor
deelde Zoetermeerder beweerde dat
ze in zijn auto verbrand waren. De
Duitser in kwestie zou tot de con
clusie gekomen zijn. dat het hier in
derdaad kostbare doeken betrof en
zou de wens te kennen hebben ge
geven ze te willen kopen. Besloten
was toen dat de Arnhemse koopman,
als bemiddelaar zou optreden bij de
aankoop door de Duitser en bepaald
was, dat deze hiervoor 156.000 zou
betalen.
Tijdens de behandeling van deze
zaak voor de rechtbank weigerde de
koopman indertijd de naam van zijn
opdrachtgever bekend te maken, en
hij beriep zich op zijn verschonings
recht.
In deze houding heeft hij by de be
handeling van zijn eigen zaak
veertien dagen geleden volhard.
Hij verklaarde alleen dat de voor
naam van zijn opdrachtgever Karl
was, dat deze 39 jaar oud zou zijn en
in Frankfort woonde.
HET NIEUWE KLEIN SEMINARIE
BISDOM ROTTERDAM.
Mgr. M. A. Jansen, bisschop van
Rotterdam, heeft de zeereerw. heer
N. Ph. J. van Ruijven, die sub-re
gent was van het seminarie Hageveld
te Heemstede, de opdracht gegeven
de oprichting van een nieuw klein
seminarie in het bisdom Rotterdam
voor te bereiden.
BANKWEZEN EENS OVER 6 PCT.
Over het toekennen van de sala
risverhoging van 6 pet. zijn de werk
gevers en werknemers uit het bank
wezen het in principe eens geworden.
De zaak wacht thans op het ac-
coord van de ledenvergadering der
werkgevers (Nederlandse Bankiers
vereniging) en de werknemersbon
den. Tenslotte zal de nieuwe rege
ling ter goedkeuring worden voorge
legd aan het college van rijksbemid
delaars.
Vereniging tegen
autoscharrelaars
Bona Fide handelaren in gebruikte
automobielen zijn overgegaan tot op
richting van de „Bond van Onderne
mers in Gebruikte Automobielen
(Boga). De leden van deze bond zul
len aan strenge bepalingen moeten
voldoen, terwijl gestreefd zal wor
den naar gezamenlijke garanties in
de vorm van een garantiebewijs.
De bedrijven der leden, aldus de
initiatiefnemer, de heer J. van der
Marei uit Wassenaar, zullen in het
minste geval moeten beschikken over
deskundige monteurs of respectieve
lijk een deskundig beheerder en zij
zullen in elk geval over een eigen,
goed geoutilleerde werkplaats moe
ten beschikken om uitvoerige keu
ringen en reparaties te kunnen ver
richten.
Het publiek, zo meent hij, moet er
van doordrongen worden dat te zij
ner tijd slechts door de Boga erken
de en gecontroleerde adressen be
trouwbare gebruikte wagen met een
veilige garantie van minstens een
half jaar zullen leveren.
De oprichting van de Boga noemt
hij noodgedwongen omdat op het
ogenblik worden door vele onbe
trouwbare lieden, de „autoscharre
laars". aan argeloze kopers wagens
verkooht, die een smet werpen op
het beroep van handelaar in tweede
hands auto's. Deze ondeskundige
scharrelaars doen de meest verleide
lijkste aanbiedingen en het is geen
geheim, zo zegt hij, dat de meest
schandalige praktijken bü straatver
koop en op automarkten worden be
dreven. De vele gebrekkige auto's,
die uit de handel voortkomen zyn
een doorn in het oog van de Vereni
ging voor Veilig Verkeer en van de
Verkeerspolitie. Deze vereniging
heeft volgens de heer van der Marei
reeds zijn grootste instemming met
de oprichting van de bond betuigd.
De militaire „kistjes"
verdwijnen
Het volgend jaar zullen de militaire
„kistjes" zijn verdwenen. Hiermee
wordt bedoeld het schoeisel dat sedert
tientallen jaren door de militairen bij
de landmacht is gedragen.
De lichting, die in februari 1957
onder de wapenen komt. zal ze reeds
niet meer dragen, doch zyn uitgerust
met de (in Nederland vervaardigde)
zgn. Amerikaanse gevechtlaars.
Dit is een bruin lederen schoen
met extra hoge kap en rubber zolen
en hakken, 'n Orde voor honderddui
zend paren hiervan, als eerste aan
looporder, is al bij dc Nederlandse
Schoenindustrie geplaatst.
Studiebeurzen en
financiën
De staatssecretaris van financiën
beeft bepaald dat voor studiebeurzen
in de vorm van periodieke uitkerin
gen, genoten door meerderjarige kin
deren en door minderjarige kinderen
van wier inkomsten de ouder het wet
telijk vruchtgenot niet heeft, geen
bytelling bij het inkomen van de
ouder geschiedt. Dit kan er dan ech
ter niet toe leiden, dat de studiebeurs
bij het kind wordt belast. Bij het be
palen van de omvang van de aan-
spraak op kinderaftrek (dubbel dan
wel drievoudig) dient .net de studie
beurs evenwel normaal rekening te
worden gehouden.
Renteloze voorschotten, welke aan
de ouders van studerende kinderen
worden toegekend, hebben geen in
vloed op de omvang van de aan
spraak op kinderaftrek welke de
ouders voor deze kinderen kunnen
doen gelden.
Wordt het voorschot echter aan het
kind toegekend, dan dient met dit
voorschot bij de vaststelling van de
kinderaftrek wel rekening te worden
gehouden.
In een aanschryving aan de belas
tingadministratie is van een en an
der mededeling gedaan. De aanschrij
ving zal toepassing vinden met in
gang van het jaar 1954. Reeds onher-
roepelyk vaststaande aanslagen van
dat jaar dienen op verzoek te wor
den herzien.
DODELIJKE VAL.
De 50-jarige gehuwde G. Konings
uit Spykenisse is woensdag van een
veertien meter hoge steiger gevallen.
Het slachtoffer liep ernstige ver
wondingen op. Hij is vannacht in het
ziekenhuis van de Cornclis Vroege
Stichting overleden.
KLEUTER OVERREDEN.
De 7-jarige Titie Adema, die giste
ren in Oudega op een tractor mee
reed, sprong daar op een onbewaakt
ogenblik vanaf, kwam onder de aan
hangwagen en werd op slag gedood.