A DE STRAATRIDDER Inde Krantentuin Rovers knevelden directiegezin en roofden tienduizend gulden Auto botst tegen wielrijdster Zwaar gewonde overleden Prins Bernhard kon niet vertreken MAANDAG 2 JANUARI 1956 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD - PAGINA 3 Overval te Briltil Stralen in de nacht Het oudejaar is voor de fabrieks directeur van de Lijemf-condensfa- briek te Briltil (Groningen) en voor diens gezin op nogal sensationele wijze geëindigd door een gemaskerde overval, die de brandkast in de nacht van vrijdag op zaterdag j.l. 10.000 armer en het gezin een familie- avontuur rijker maakte. De echtgenote van de fabrieks directeur werd omstreeks 2 uur in de nacht wakker met een gil en vertel de haar ontwakende man, dat zij ijzig gedroomd had; op dat moment zagen de echtelieden drie stralen van zak lantaarns op zich gericht en hoorden zij een stem: „Het is om het geld te doen; jullie zult zelf ongemoeid ge laten worden". Nog slaapdronken hoorde de direc teur verder vertellen, dat bij het drie tal een man was, die volkomen met de situatie in het huis op de hoogte •was en dat hij op moest staan om mee naar de brandkast te gaan. GEEN KLAP. Met de loop van een revolver in de rug en een ander r p de borst werd de directeur door de rovers naar be neden geleid, waar zich de brandkast bevond. Terwijl hij aan de letterkombinatie draaide, informeerde de directeur: „Als de brandkast open is, slaan jullie me zeker neer?" De hoofdman van de rovers deelde MEISJE BIJ AANRIJDING GEDOOD. Op de Amsterdamse straatweg te Utrecht ter hoogte van de Muinck Keizer staalfabriek is zaterdagavond om kwart over zeven een dertienjarig meisje, dat de weg per fiets over stak, door een personenauto uit de richting Maarsen gegrepen en tegen de straat gesmakt. Het kind overleed ter plaatse. Het negenjarig zusje, dat op de bagagedrager zat, kreeg een hersenschudding. mede, dat het alleen maar om het geld ging en dat zij de directeur weer naar zijn slaapkamer zouden brenger* als de brandkast geopeftd was. Wat dit betreft waren het „gentle men-inbrekers", want toen het slot opemklikte, werd de directeur weer naar boven gebracht, waar hij evenals zijn vrouw op het bed vastgebonden werd met touwen, die de rovers meegebracht hadden. Toen twee zoontjes van de familie ver schrikt kwamen toelopen, werden ook zij gekneveld, maar deze jongens ver- keren juist in een leeftijd 12 en 14 jaar dat zij een dergelijk avontuur wel waarderen kunnen. DE POLITIE ZOEKT. Na ruim een half uur wist de direc teur zich te bevrijden en daar de te lefoonleiding doorgesneden was, ren de hij naar de fabriek, waar hij iemand van de nachtploeg naar de po litie zond. Een onderzoek toonde aan, dat voor ruim 10.000.uit de brandkast ver- dwenen is. Helemaal kalm zijn de rovers echter toch niet te werk ge gaan," want een stapel bankpapier van 4.000.lag naast de brandkast ver geten op de grond. De politie is zoekende het nieuwe jaar ingegaan, maar tot nu toe nog zonder sukses. Twee jongere kinderen, benevens hun 80-jarige grootvader, hebben rustig door het gehele avontuur heen- Nijkerkerveen in de vleesput Was er onlangs het dorpje Ter- schuur onder Barneveld, dat zuchtte onder het gebrek aan een deskundige kapper en dat tenslotte een kapper kreeg, thans slaakt een dorp van 400 gezinnen, n l. Nijkerkerveen, onder de gemeente Nijkerk, een andere ver zuchting: geef ons in 1956 een slager. Het dorp is geen slagerij rijk en de bewoners moeten voor een stukje vlees, worst of gehakt de reis naar Nijkerk of Amersfoort maken. Was dat voorheen niet zo erg, doordat vele boerderijen zelf wel in hun behoeften aan vlees konden voorzien, nu er een dorpskern is gekomen, doet het,be zwaar zich gevoelen. Een dode en twee zwaar gewonden Zaterdagavond rond vijf uur is op de rijksweg Bredfr-Jtoosendaal ter hooget van het dorp Sint Willebrord een personenauto, bestuurd door de heer D. K. uit Best, in volle vaart op een wielrijdster gebotst, die zon der waarschuwing plotseling de weg overstak. De wielrijdster, mej. A. K. uit Sint Willebrord, werd op slag gedood. Bij een poging om haar nog te ontwijken verloor de automobilist de macht over zijn stuur. De wagen 'begon te slippen, botste met een harde slag tegen een paal en kwam vervolgens in een sloot langs de weg terecht. De heer D. K., zowel als zijn echtgenote, die naar hem zat, werden daarbij ern stig gewond. Zij werden overgebracht naar het R.K. ziekenhuis te Breda. Voor hun leven wordt niet gevreesd. Hiun drie kinderen van resp. zeven, vijf en drie jaar, die achter in de auto zaten, bleven ongedeerd. De auto werd nagenoeg geheel vernield. INITIATIEF TOT EEN BOND VAN FATSOENLIJKE WEGGEBRUIKERS De heer H. A. J. Klusman (Zoeter- woudsesingel 56a) te Leiden heeft via een „open brief", daarvan hij een afschrift deed toekomen aan H. K. H. Prinses Wilhelmina, aan de ministers var* Verkeer en Waterstaat en van Justitie, de A.N.W.B., de K.N. A.C. en de dagbladpers aandacht ge vraagd voor zijn denkbeeld een bond of vereniging op te richten, waarbij elke weggebruiker zich kan aanslui ten, en die ten doel heeft „de bevor dering van de eenheid en de goede wil op de weg". Gysbreght van Aemstel Op nieuwjaardsga hèeft de Neder landse Comedie in de Amsterdamse Stadsschouwburg de traditionele opvoering van Vondels „Gijsbreght van Aemstel" gegeven. Hans Bentz van den Berg was Gijsbreght en Ank van der Moer Badeloch; de andere hoofdrollen wer den vertolkt door Ph. la Chepelle als Vosmeer, de spie, André van den Heuvel als Arend van Aemstel, en Ko van Dijk als de bode. De rey van amsterdamse maeghden werd gezegd door Sigrid Koetsen; die van Klaerissen door Lous Hensen; Bob Goedhart droeg de rey van ede- linghen voor en Johan Fiolet die van .burghzaten; de regie was van Johan de Meester en de décors waren ont worpen door Nicolaas Wijnberg. Na de pauze volgde de bruiloft van Kloris en Roosje waarin de nieuw jaarswens geschreven door Eduard Jongkindt uitgesproken werd door Paul Huf als Thomasvaer en Mimi Boesnach als Pieternel. BURGERLIJK PENSIOENFONDS WORDT GESANEERD. De minister kan de verzekering ge ven, dat hij zijn denkbeelden op het stuk van- de totstandkoming van een geheel nieuwe comptabiliteitswet niet prijs geeft. De regering heeft zich een oordeel gevormd over de voorstellen, ver meld in het interimrapport van de staatscommissie, voor de pensioen- wetgeving betreffende maatregelen tot sanering van het Alg. Burger lijk Pensioenfonds. Besloten is een wetsontwerp voor te bereiden, strek- bende tot sanering van dit fonds. Verwacht wordt, dat bij de opstelling van de staatsbalans per ultimo 1955 rekening zal kunnen worden gehou den met de consequenties van dit wetsontwerp. Ongeluk te Geleen Een van de drie ernstig gewonden van het ongeluk te Geleen, waar op 34 meter hoogte een betonvloer in stortte en 8 arbeiders het leven ver loren, H. de la Couture uit Span- beek is gistermorgen overleden. De toestand van de twee andere zwaar gewonden is nog zeer ernstig; het ongeluk heeft thans negen doden ge ëist. Telefoon herstelde familieband Zaterdagmorgen zou Z.K.H. prins Bernhard zich per vliegtuig naar Oostenrijk hebben begeven om de oudejaarsavond met zijn gezin door te brengen. Daar de weerberichten melding maakten van kans op ijsaf zetting der vleugels, kon de prins niet vertrekken. In de avond heeft hij ongeveer een half uur lang met de koningin getelefoneerd. Sleepboot strandde bij Hoek van Holiand Zes opvarenden gered Zes opvarenden van de Nederlandse motorsleepboot „Johan" konden za terdagavond bij Hoek van Holland nog tijdig worden gered, toen het scheepje omstreeks zeven uur op de noorderpier liep en in een benarde positie geraakte. De reddingsboot „President Jan Leis" en de loodsboot voeren op het eerste alarm uit naar de in nood ver kerende sleepboot en de bemanning hiervan slaagde er in de schipbreu kelingen aan boord te nemen en naar Hoek van Holland te brengen. De „Johan", een motorsleepboot yan de firma Johan de Groot Zn., te Pa- pendredht, keerde teruig uit Enge land. Aan boord bevonden zich de kapitein Johan de Groot, zijn vrouw een 14-jarige zoon en een Engelse zeeloods. Het schip raakte uit de koers toen zich een hevige regenbui boven de Noordzee ontlastte. De ge redden zijn in een hotel in Hoek van Holland ondergebracht. Zondagmorgen vroeg is een ber- gingsvaartuig met de 54.69 ton meten de motorsleepboot op sleeptouw naar de berghaven van Hoek van Holland gegaan. U riidt oo een voor- rangsweg. welke ge kruist wordt door een n iet-voorrans weg. Aetherklanken DINSDAG. TELEVISIEPROGRAMMA. VPRO: 19.3023.30 „Gijsbrecht van Aemstel". (In de pauze: Film). HILVERSUM I, 402 m. 7.00 VARA. 7.50 VPRO. 8.00—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. 7.10 Gym. 7.25 Gram. 7.50 Dagopening. 8.00 Nieuws. 8.15 Nieuwjaarsrede. 8.25 Gram. 9.00 Gym. voor de vrouw. 9.10 Voor de huisvrouw. 9.15 Gram. 9.35 Waterst. 9.40 Morgenwijding. 10.00 Gram. 10.50 Voor de kleuters. 11.00 Orgel en saxofoon. 11.30 Sopr. en piano. 11.50 Gram. 12.00 Promenade-ork. 12.30 Land- en tuinb. meded. 12.35 Prome nade-ork. 13.00 Nieuws. 13.15 Meieri. of gram. 13.20 Lichte muz. 13.55 Beursber. 14.00 „Het schoolleven van 50 jaar geleden", caus. 14.20 Radio Philharm. ork. 15.00 Voor de vrouw. 15.30 Pianorecital. 16.00 Gram. 16.30 Voor de jeugd. 17.20 ..De dierenwe reld en wij", caus. 17.30 Jazzmuz 18.00 Nieuws. 18.15 Pianospel. 18.30 R.V.U.: Dr. ir. H. L. Muller; ,.De automatisering in de industrie". Eer ste lezing: „De technische zijde". 19.00 Voor de kleuters. 19.05 Paris vous parle. 19.10 Amateurprogr 19.45 Filmpraatje. 20.00 Nieuws. 20.05 Ge- var. progr. 21.40 De Antwoordman. 21.55 „Mag ik mij even voorspellen? Mijn naam is Cox!", hoorsp. 22.25 Bas en piano. 22.55 „Ik geloof, dat. caus. 23.00 Nieuws. 23 15 New York calling. 23.20 Act. of gram. 23.39 24.00 Gram. HILVERSUM II. 298 m. 7.00—24.00 KRO. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.45 Mor gengebed en liturg, kal. 8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Gram. 9.00 Voor de vrouw. 9.40 „Lichtbaken", caus. 10.00 Voor de kinderen. 10.15 Gram. 10.30 Chansons. 11.00 Voor de vrouw. 11.30 Gram. 11.50 „Als de ziele luistert", caus. 12.00 Angelus. 12.03 Gram. 12.15 Voor de boeren. 12.30 Land- en tuin- bouwmeded. 12.33 Pianoduo. 13.00 Nieuws en kath. nieuws. 13.20 Metro- pole ork. en solist. 14.00 Franse muz. 14.30 Granj. 15.10 Sopr. en luit. 15.30 Gram. 15.45 .Voor de vrouw. 16.00 Voor de zieken. 16.30 Ziekenlof. 17.00 Voor de jeugd. 17.40 Koersen. 17.45 Regeringsuitz.: Z. Exc. mr. W. F. Lampe: De Nederlandse Antillen. 18.00 Voor de jeugd. 18.20 Sport- praatje. 18.30 Koorzang. 19.00 Nieuws. 19.10 Gram. 19.15 Uit het Boek der Boeken. 19.30 Gram. 20.20 Act. 20.35 De gewone man. 20.40 „Sabeth of de Zwartgerokte gasten", hoorsp. 21.55 Concertgebouwork. 22.4o Franse ver kiezingen. 22.45 Avondgebed en li turg. kal. 23.00 Nieuws. 23.15 Verslag schaakwedstrijd. 23.2024.00 Gram. In en om 't Heide-huis Vervolgverhaal Dat was een drukke week geweest. Het vlees moest ingemaakt en gezouten wor den. De slager was gekomen om de worsten te maken. „Ze moesten de lek kere kluiven maar eens proeven in de erwtensoep", zei opa en hij wreef met genoegen al in zijn handen. „Ik zal de gordijntjes maar open schuiven. anders is het zo erg donker", zei oma toe ze de zusjes lekker onderge stopt had in het grote bed. Even later ging het licht uit en het was 'toen vol komen donker. „Toch wel eng", vond Leni, die thuis gewend was, dat de lan taarn aan de weg, precies in hun ka mertje scheen, en ze kneep Lia eens in de arm. Toch wenden ze gauw in het donker want de sneeuw op de denne- bomen en op de vensterbank begon al te glinsteren in het maanlicht. Ze luister den nog even naar het lawaai van de varkens, die nu gevoerd werden en toen sliepen ze weldra als rozen. Juichend kwamen de kinderen de vol-, gende morgen beneden toen het al dun netjes begon te sneeuwen. Warm inge pakt en met de laarzen aan leverden ze die morgen een geducht sneeuwgevecht tegen opa en vader. Met kleuren op de wangen en gloeiende handen kwamen ze tegen etenstijd in huis en dan zou vader weer vertrekken. Ze brachten hem alle maal naar de bus en na nog eens voor de zoveelste maal beloofd te hebben goed hun best te doen, wuifde het drie tal vader na. Ze zaten al gauw weer knusjes in de warme keuken aan de grote tafel en be gonnen plannen te maken voor de ko mende dagen. „Als 't zo blijft sneeuwen, gaan we er morgen met de slee op uit. In de bossen is 't prachtig", opperde opa een prettig plan. „Gaat u dan ook mee oma?" vroegen Leni en Lia gelijk. „Nee kinders. ik zorg voor 't eten. want reken maar dat jullie honger heb ben. als je thuiskomt". „We nemen geen boterhammen mee voor onderweg. Ik zal tante Dien opbel len dat we tegen twaalf uur bij haar zijn, dan zal ze best voor iets warms zorgen". Jongens, wat zou dat een fijne dag worden! „Maar als *t nu gaat dooien, gaat de tocht dan niet door?" wou Jacques nog weten. „Maar het gaat niet dooien. De radio vertelt het tegendeel en al sneeuwt het ook niets meer bij, de laag is toch dik genoeg om te arren. En nu heb ik nog een mooi werkje voor jullie. Het bellen tuig van Bles moet netjes opgepoetst worden. Kom gaan jullie even mee naar het voerhok, dan gaan we het halen." Ze liepen achter opa aan, door de koeienstal naar de paardenstal, waar Bles al begon te hinneken toen hij de kinderen hoorde. De voerstal lag er vlak naast en daar hingen de tuigen aan de muur. Opa haalde het bellentuig er af en samen brachten ze het naar de stal. De meisjes kregen ieder een schort aan cn daar begonnen ze te poetsen dat het een lieve lust was. Het koper was groen Jt' geworden, maar nu begon het te glim men alsof het goud was. De lampjes uit de stal schitterden als kleine priklichtjes in hun ogen en opa keek dan ook tevre den naar het. tuig toen het gereed was. Ziezo, dat was dus klaar voor morgen, 's Avonds speelden ze nog een poos: „Mens erger je niet", dat ze in de kof fer hadden meegenomen en toen ging het bijtijds onder de wol. Bles kreeg de volgende morgen een extra beurt, gekamd en geborsteld. Zijn manen werd met rode linten gevlochten en de hoeven ,met zwartsel netjes opge poetst. Oma deed op het koperen hoofd stel een mooie rode strik en toen de kin deren ontbeten hadden, stond het paard al ingespannen voor de slee, ongeduldig te wachten. Opa liep nog te zeulen met twee grijze dekens en oma vulde twee grote kruiken met heet water. Deze wer den onder in de slee gelegd om de voe ten warm te houden. De kinderen, warm ingepakt, dansten verheugd rondom de prachtig gekleurde slee. zodat de rode pluimen van hun mutsen honderdvoudig in de koperen bellen glinsterden. „Ik vind het nog mooier, dan onze kerstboom!" riep Leni uit, toen ze al die pracht aanschouwde. Plotseling pakte opa haar op en zette haar op het bankje, toen volgde Jacques in het midden en Lia op de andere hoek. De dikke dekens werden om hun benen gevouwen. Opa trok zijn sneeuwmuts om de oren, hij nam de teugels in de handen en stapte op het bankje vlak achter de kinderen. Oma met het meisje en de knecht stonden lachend toe te zien, hoe opa met een prachtige draai over de binnenplaats de slee stuurde naar de grote weg. De sporen waren duidelijk in de sneeuw te zien. Nu was het een ge- wuif en geroep: „tot vanavond" en daar gingen ze. De snoetjes van de kinderen glommen van de kou en van pret. De voeten voelden al de warmte van de kruiken. Hè wat was dat lekker. De bel len rinkelden in de ijle vrieslucht en de paardenhoeven klonken gedempt op de dikke laag sneeuw. Ze gingen langs de dennebossen. waarvan de bomen met een laag sneeuw bedekt waren, 't Was prach tig om te zien, maar nog fijner er langs te arren. Nadat ze een poos de grote weg gevolgd waren, sloegen ze een zijweg in, waar de sneeuw nog onbetreden was. „Hebben jullie het koud?" vroeg opa, toen hij zelf zijn handen begon warm te blazen. „Nee opa", riepen ze alle drie gelijk. „Nou, dan kom ik me even aan jullie warmen" en meteen deden zes warme kinderhandjes hun best opa's koude han den te warmen. Daarna kregen ze alle maal een pepermuntje en voort ging het weer. door de bossen. De boerderij van tante Dien lag wat afgelegen, maar toen ze een hoek om draaiden wees opa hen op het be sneeuwde huis met rieten dak. Ze waren er eigenlijk veel te vlug en hadden nog best een uur willen arren. Op het geluid en gerinkel van de bellen begon de waakhond te blaffen en tegelijk ver scheen tante Dien al in de deuropening. Eén voor één tilde opa de kinderen van de slee. die juichend met tante naar binnen gingen terwijl opa het paard uit spande en naar de stal bracht. Wordt vervolgd NOG IS DE VACANTIE NIET UIT en duseen paar spelletjes De geheimzinnige mand. Doe in een mandje of bakje 6 tot 8 voorwerpen, die kinderen goed kennen b.v. een puntenslijpertje, een beestje, een poppetje, een autotje. enz. We leg gen een doek over de mand en de kinde ren gaan op de gang staan. Ze mogen nu ieder op de beurt binnen komen en krijgen dan een blinddoek voor. Ze worden bij het mandje gebracht en moe ten door het betasten van het voorwerp, raden wat het is. Eén van de kinderen staat er bij om aan te tekenen, hoeveel ze goed hebben. Wie alles geraden heeft, heeft gewonnen. Sneeuwvlokjes tellen. Van een krant scheuren we een groot aantal kleine stukjes die de „sneeuw vlokken" zullen vormen, en we doen al die vlokken in een doos. Alle kinderen mogen hieraan mee helpen. De oudste van de kinderen neemt de doos en ver telt aan de anderen dat het hard zal gaan sneeuwen. Ieder kind moet dan proberen, de vlokjes op te rapen en in zijn hand te bewaren. „Het gaat sneeu wen!" roept het kind met de doos en strooit tegelijk alle vlokken omhoog. De kinderen beginnen dadelijk te verzame len. Zijn alle sneeuwvlokken opgeraapt, dan worden ze geteld, door ze in rijtjes van 5 voor zich neer te leggen. Wie de meeste vlokken verzameld heeft, is de winnaar. Versjesspel. De kinderen zitten in een kring op de grond, terwijl er één in het midden staat met een bal in de hand. Hij gooit nu de bal langzaam naar één van de kin deren en zegt terwijl cic helft van een regel van een versje. Zodra de ba! ge- Gebeurt dat niet. dan moet hij een pand geven. B.v. Zie de maan schijnt door de bomen; of: Drie kleine kleuter tjes zaten op een hek; enz. Met het verbeuren van de panden, vullen we dan de rest van de middag. Namen doorzeggen. De kinderen zitten om de tafel of in een kring op de grond. Het eerste kind noemt een naam, b.v. Olga. Het volgende kind zegt nu een naam die begint met de laatste letter van Olga. b.v. Adriaan. de volgende zegt dan weer: Nanda. dan weer. Alfons enz. We kunnen dit spel ook doen met plaatsnamen.b.v. Amster dam Monnikendam. Meersen, Nijmegen, enz., maar dan is het meer geschikt voor grotere kinderen. kinderen mogen dan om beurten een voorwerp raden van die kleur en wie het geraden heeft, krijgt de beurt. Watje blazen. We halen het tafelkleed van de tafel en zitten allen om de gladde tafel. Nu hebben we nog nodig een stukje watten. Het plukje watten ligt midden op de tafel en iedereen zit stevig tegen de ta fel aangedrukt met de handen op de rug. Op een gegeven teken beginnen allen te blazen en proberen het watje tegen één van de spelers te blazen. Wordt iemand geraakt dan moet hU een pand geven. Na twee panden is men af. Correspondentie Ineke Spierenburg, R'veen. Je ver haaltje over: „St. Nicolaasfeest" kwam te laat. Ik kan het nu niet meer plaatsen Ineke. Volgend jaar beter hé. Joke Verhaar, R'vi vertelt ons over: HOE ANJA GESTRAFT WERD Anja was een prinsesje. Eens op een keer zei Anja's moeder: „Zeg Anja, ga jij dit eens aan papa brengen". „Nee. ik doe het toch niet", zei Anja heel brutaal. Zó stout was ze. Ze deed ook nooit haar best en was dikwijls on gehoorzaam. Telkens ook moest ze haar zin hebben. Ze had een kast vol speel goed en liep zich altijd te vervelen om dat ze er niet mee wou spelen. De konin gin was daar erg verdrietig over. Ze sprak er met de koning over en deze gaf haar standje en straf maar niets hielp. Op zekere dag, toen de koningin weer zo verdrietig was, kwam er een fee in het paleis en nam Anja mee. Toen werd ze in een vies, vuil meisje veranderd. Ze moest voor een oude vrouw elke hout sprokkelen in het bos en nog veel meer vieze werkjes moets ze opknappen. Dat deed ze in 't begin ook niet graag, maar ja, 't moest. Toen Anja ongeveer een jaar bij de oude vrouw geweest was, werd ze weer door de fee gehaald en naar het paleis gebracht. Ze was veel veranderd en veel liever geworden. Nu deed ze ook alles haar moeder zei. Nooit was ze meer on deugend of ongehoorzaam. De koningin was de fee heel erg dankbaar. Door het hele land werd het bekend dat het prin sesje veel beter geworden was en daar waren de mensen blij om. Vele jaren later ging ze trouwen met een prins en zij werd toen ook koningin, 't Werd een heel lieve koningin want ze hielp veel mensen, zieken en gezonden en vooral de arme mensen. Nadat met de fee was mcegeweest was ze wel helemaal veranderd. Peter v. d. Mey, Katwijk. Zeg Peter, 't is wel laat, maar ik moet je toch nog even zeggen, dat ik die Sint Nicolaaste- kening van je, heel mooi vindt. Wim v. Denzen, Noordwijkerhout. „Ga je mee schaatsen?" vroeg Jan aan zijn vriendje. „Best, ik zal even mijn schaatsen ha len". „Goed. loop ik alvast langzaam door". Ze hadden samen een poos geschaatst toen Kees opeens vond dat het zo don ker werd. Ze waren op de sloten en vaarten verdwaald. „Joh, zie je daar dat licht?" riep Kees. „Kom we gaan er naar toe". Ze deden de schaatsen af en toen ze op de weg kwamen, zagen ze er veel men sen lopen, die allemaal naar de kerk gingen. Ze liepen mee en gingen ook de kerk binnen. Het eerst wat ze zagen was een grote ster, die boven op de stal stond en toen ze dichtbij kwamen zagen ze daar het kindje Jezus liggen in de kribbe met Ma ria en Jozef en vier herders. O, wat mooi was dat! „Joh, ga knielen. Wat mooi hé!" Toen gingen ze naar huis toe en ver tellen wat ze allemaal gezien hadden. Jacques Zandbergen. Leiden komt met een samenspraakje. Piet en Jan waren aan het spelen. „Jongens, eten!" Dat was moeder. „Nu al!" riep Piet. „Ja, vader is zo thuis". „Ringgg!" daar ging de bel. „Dag pa!" riepen Piet en Jan tegelijk. „Wat eten we?" riep Piet luidkeels. „Spruitjes". „Ha. heerlijk!" riepen de jongens. „Zo het eten is klaar, hier heb je een schaaltje spruitjes. Deel jij maar", zei moeder tegen Piet. „Jij hebt veel meer dan ik", riep Jan. „Nietes". „Welles". „Ruil je bord dan maar om", zei vader boos. Wat keek Jan op zijn neus. Ria Heemskerk. Zoeterwoude. Hoe je vorige briefje is kwijt geraakt is me een raadsel. Enfin, het kan de beste gebeu ren. Maar hier komt je versje. ONS POESJE Wij hebben een klein poesje. O, het is toch zo'n snoesje. Eens waren we haar kwijt En we hebben er lang om geschreid. Maar even later Vonden we haar bij het water Toen vierden we feest Voor het kleine beest. Annie van Veen, Zoeterwoude. Maar natuurlijk mag je zusje met ons mee doen en ik hoop gauw een briefje van haar te krijgen. Leuk Annie, dat je zelf een versje gemaakt hebt. BOODSCHAPPEN DOEN. Miesje gaat een eindje lopen Om wat boodschappen te kopen. Hier eens wat en daar eens wat In die winkel koopt ze wat. Daar koopt zij een pondje koekjes En een half pondje snoepjes Maar nu wordt het zoetjesaan Tijd om weer naar huis te gaan Tante Jo en Oom Toon wensen alle kinderen en hun ouders een Zalig Nieuwjaar. Dag allemaal. (19) Ik ik wat jij niet ziet. We zitten gezellig om de tafel of op de grond. Eén van de kinderen zegt: „Ik zie. ik zie, wat jij niet ziet". De andere kinderen vragen dan in koor: „Wat zie je dan?" Het eerste kind zegt dan: „Ik zie ietsen noemt dan de kleur van een voorwerp in de kamer. De andere

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1956 | | pagina 7