Wie puzzelt met ons mee V 1 N C >E KRANTENTUIf De Kleppende Naast de Noord-hollandse Blauwe thans de Noord-hollandse Witte ZATERDAG 30 JULI 1955 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 3 Horizontaal: 1. vrolijk, opgewekt; 6 kledingstuk; 8 geraamte; 13 wijn soort; 14 notenfiguur van drie noten; 15 zogenaamd (afk.); 17 fris, gezond; 18 voor; 20 bedektbloeiende plant; 21 muzieknoot; 22 boom; 24 bijwoord; 26 Javaanse huisvogel; 27 wild zwijn; 28 rond gebouw; 30 buisvormig in gewand; 31 oude benaming voor liter 32. jong varken; 33. niet dik; 35. zou teloos; 36. dier; 38. neep; 40. deel van een jas; 42. opening in een deur of raam; 44. landelijk gelegen heren huis; 47. rijstbrandewijn; 48. dwaas; 49. gindse; 50. het oprijden; 52. in sluiting ener vesting; 54. nevens; 56. genieting; 58. plaats in Engeland; 60. groente; 62. water in Z.H.; 64 huis dieren; 65 vaartuig; 67 meisjesnaam; 68 onbeschoft; 71. lid van het Hoger huis in Engeland; 72 figuur in het kaartspel; 74. erwtensoep; 76 gebod; 77 ledger (afk.); 78 oude lap; 80. zij tak Saaie; 81. erg; 83. stapelmeter (afk.); 84. kort begrip, beknopt over zicht; 85. gemoedsbeweging; 87 kle dingsstuk; 88. rund; 89 onbrandbaar steen vlas. Verticaal: 1. toonkunst; 2. maan stand (afk.); 3. zijden stof; 4. een der profeten; 5. knaagdier; 6. kledingstuk 7. zonnescherm; 8. snoer van 'n hen gel; 9. rei van zangers; 10 godin van de dageraad; 11. laatstleden (afk.); 12. overwinningsfeest; 16 naderend onheil; 19. ontgonnen land; 21 paleis v. d. sultan v. Constantinopel; 23. puntig voorwerp; 24. warmbloedig gewerveld dier; 25. kleur; 26. dans partij; 28 kikkerkuit; 29. water in Z.H.; 32. kleinigheid; 34. tegenstel ling van dode; 36. gierig, zuinig; 37. roosvormig sieraad; 38. metalen vaat werk; 39. weefsel van ananas vezels; 40. radio omroep vereniging (afk.) 41. rivier in Zwitserland; 43 heks; 45. meisjesnaam; 46. zangstem; 51. zuil; 52. lomp; 53. scherpzinnig; 55. een soort van gebak; 57. spitse bek van een vogel; 59. biersoort; 60. een soort van kleine uil; 61. meisjesnaam; 63. bij elkaar behorende voorwerpen; 65. voedsel om te lokken; 66. graf, de inboorling heilig, (Mal); 69. merk waardig, enig; 70. leger( Fr); 73. stand; 75. bekend Ned. leerdichter; 78. kan men op schrijven; 79. haal, trek; 81. slangvormige dameshalsbe- kleding van bont; 82. deel van het skelet; 84. Pauselijke encycliek (afk) 86. water in Friesland. Als prijzen worden uitgeloofd: een sigarettenkoker, een sieraad en een boek. OPLOSSING VORIGE WEEK Horizontaal: 1. Monaco; 5. sneeuw; 10. adé; 12. die; 13. rare; 15. beo; 17. velg; 18. Odde; 20. poen; 22. ei; 23. Aa; 25. N.T.; 26. en 27. Ammerstol; j 31. na; 32. eg; 34. Kerkdriel; 41. E.K. i 42. r.i.; 43. n.l.; 44. te; 45. Roti; 47. snik; 49. geus; 51. kor; 53. moer; 55. epi; 58. ode; 59. Lemnos; 60. Ganges. Verticaal: 1. marmer; 2. Oda: 3. Nero; 4. ct.; 6. nu; 7. eden; 8. uil; 9. wegens; 11. de; 14. Edam;15. Be; 16. op;. 17. veto; 19. dam; 21. ont; 24. er; 27. aak; 28. elk; 29. sir; 30. lel; 33. mengel; 35. Eros; 36. rit; 37. do; 38. Inn; 39. elim; 40. Sèvres; 45. ruim; 46. ik; 47. Sr.; 48. koog; 50. Epe; 52. of; 54. Ede; 56. zo; 57. ha. Prijswinnaars zijn: mevr. A. B. Bak kerCras, Hansenstraat 22, Leiden (taart); M. A. Meijer, Mariënpark 40, Leidschendam( sieraad); G. Vermeu len, Kaiserstraat 32A, Leiden (boek). Aetherklanken ZONDAG. HILVERSUM I, 402 m. 8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA. 18.30 VPRO- 19.00 1KOR. 20.00—24.00 AVRO. 8.00 Nieuws en postduivenber. 8.18 Weer of geen weer. 10.00 Met en zonder omslag. 10.30 Gram. 10.45 „Geestelijk leven", caus. 10.55 Gram. 11.30 „Landhuis te koop", hoorspel. 12.00 Sportspiegel. 12 05 Amus. muz. 12.35 Even afrekenen, Heren! 12.45 Pianospel. 13.00 Nieuws. 13.05 Me- ded. of gram. 13.10 Voor de strijd krachten. 14.00 Boekbespr. 14.20 Ra dio Philharm. ork. en solist. (14.50 15.10 „Leven en graf", caus 16.00 Dansmuz. 16.30 Sportrevue. 17.00 Volksmuz. 17.30 Voor de kinderen. 17.50 Sportjourn. 18.15 Nieuws en sportuitsl. 18.30 Korte kerkdienst. 19.00 Kinderdienst. 19.30 „De grote wegwijzer" 20.00 Nieuws. 20.05 Journ. 20.15 Theaterork. 20.45 „De wonder lijke avonturen van Jonker Quint", hoorsp. 21.30 Vrolijke zomerklanken. 21.45 Amus. muz. 22.15 Voordr. 22.30 Gram. 23.00 Nieuws. 23.1524.00 Gram- HILVERSUM II, 298 m. 8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 IKOR. 12.00 NCRV. 12.15 KRO. 17.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO. 8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 8.25 Hoog mis. 9.30 Nieuws en waterst. 9.45 Gram. 10.00 „De opendeur", caus. 10.30 Kerkdienst. 11.40 Voor de jeugd. 12 00 Orgelconc. 12.15 Gram. 12.20 Apologie. 12.40 Hammond-or gel. 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en kath. nieuws. 13.10 Lunchconc. 13.40 Boekbespr. 13.55 „De twee Gravinnen", opera buffa. 15.20 Pia norecital. 15.45 Gram. 16.10 „Katho liek Thuisfront Overal!" 16.15 Sport- rep. 16.30 Vespers. 17.00 Geref. Kerk dienst. 18.30 Omr. ork. 18.45 Gram. 18.55 Kerkelijk nieuws. 19.00 Boek bespr. 19.15 Vocaal Dubbelkwart. 19.30 „Waarheid en verbeelding rond om het Nieuwe Testament", caus. 19.45 Nieuws. 20.00 Gram. 20.40 Act 20.55 De gewone man. 21.00 Amus. muz. 21.20 Zang en piano. 21.45 „In het teken van de haai", hoorsp. 22.30 Gram- 22.40 „Het Getuigenis over Christus", caus. Aansluitend: Avond gebed en liturg, kal. 23.00 Nieuws. 23.15—24.00 Gram. MAANDAG. HILVERSUM I, 402 M. VARA: 7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym. 7.30 Gram. 8.00 Nieuws. 8.25 Vaoantiekalender. 8.30 Gram. 9.00 Gym. 9.10 Voor de kinderen. 9.25 Gram. (Om 9.35 Waterst.) VPRO: 10.00 Voor de oude dag. 10.05 Mor genwijding. VARA: 10.20 Gram. 10.30 Voor de zieken. 11.15 enor en piano. 11.40 Voor de jeugd. 12.00 Amus.muz. 12.30 Land- en tuinb.- meded. 12.33 Voor het platteland. 12.38 Gram. 13.00 Nieuws. 13.15 Voor de middenstand. 13.20 Metropole-ork. 14.00 Voor de vrouw. 14.15 Strijk- kwart. 14. 35 Gram. 15.00 „De Brug van Etaban", hoorsp. 16.35 Philharm. ork., koor en sol. 17.10 Gram. 17.40 Nieuw Kippenras gelokt Na vier jaar experimenteren is de heer N. Kout, die een pluimveebedrijf heeft te Heerhugowaard, erin ge slaagd een nieuw kippenras te fok ken. Tot dusver had hij Noordhol landse Blauwen gefokt, een ras, dat al een honderdjarige geschiedenis heeft en vooral in de kop van Noord- Holland bijzonder gedijt. De Noordhollandse Blauwe is bij uitstek een slaohtkip, omdat hij gauw slachtrijp is en een zware bout heeft, vooral echter, omdat het een wit, of blankvlezige kip is met blanke po- Lichte muz.. 18.00 Nieuws en comm. 18.20 Gram. 18.40 Act. 18.50 Lichte muz. 19.10 Licht progr. 19.45 Gram. 20.00 Nieuws. 20.05 „Falstaff", opera (gr.) 22.15 Gram. 22.45 ,Wat doen jullie nou eigenlijk?" caus. 23.00 Nieuws en SOS-ber. 23.15—24.00 Gram. HILVERSUM II, 298 M. 7.09—24.00 NCRV. NCRV: 7.00 Nieuws. 7.10 Gewijde muz. 7.30 Gram. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de vrouw. 9.35 Lichte muz. 10.05 Gram. 10.30 Morgendienst. 11.00 Gram. 11.15 Radiowedstrijd. 12.25 Voor boer en tuinder. 12.30 Land- en tuinb.meded. 12.33 Gram. 12.53 Gram. en act. 13.00 Nieuws. 13.15 Salonork. 13.50 Pianospel. 14.05 Voor de jeugd. 14.30 Gram. 14.45 Voor de vrouw. 15.15 Bariton en piano. 15.35 Gram. 16.00 Bijbellezing. 16.30 Strijkkwart. 17.00 Voor de kleuters. 17.15 Zigeu nerkwintet. 17.40 Koersen. 17.45 Re- geringsuitz.: Rijksdelen Overzee: dr. J I. S. Zonneveld: „Het eiland Aruba". 18.00 Koor en orgel. 18.30 Metr-pole ork. 19.00 Nieuws en weerber. 19.10 Orgelconc. 19.30 „Volk en Staat", caus. 19.45 Kamerork. 20.00 Radiokrant. 20.20 Meisjeskoor. 20.45 „Een meisje als Lientje", hoorsp. 22.15 Holland Festival 1955: Radio Philh. ork. 22.35. Gram. 22.45 Avond overdenking. 23.00 Nieuws en SOS- ber. 23.15 Gram. 23.40—24.00 Het Evangelie in Esperanto. ten, zulks in tegenstelling met nage noeg alle andere kippenrassen, die geel vlezig'zijn. Het enige bezwaar, dat de afne mers de kip wordt veel naar Frankrijk en Zwitserland geëxpor teerd tegen de Noordhollandse Blauwen hadden, was dat de bout een zwarte, althans donkere stoppel ver toonde, een verschijnsel, dat overi gens niets aan de smaak afdoet. Het oog moet echter ook wat hebben, zegt men. Door een toeval kwam nu de heer Kout aan een nieuw kippenras, dat hij in tegenstelling met de Noordhol- iandse Blauwe de Noordhollandse Witte genoemd heeft. Het nieuwe ras is dan ook uit het Blauwe ont staan. In de broedsels van de Noordhol landse Blauwen kwam dikwijls een of meer witte kuikens voor, die wer den dan als afwijkingen van het zui vere blauwe ras, vernietigd. De vraag naar een bout met een witte stoppel bracht de heer Kout op de idee, om met die witte kuikens eens een fokproef te nemen. Gefokt werd met een witte haaneen Mechelse Koekoek, die in België was gekocht. Doch het product bleek stug in de groei en de productie. Toen probeerde de heer Kout het eens met een ge wone haan van de Noordhollandse Blauwe, waarvan het resultaat was, dat de broedsels behalve witte ook bontgevlekte kuikens opleverde. Meermalen moest 75% van het broed sel wegegedaan worden. Met de zui ver witte hennen werd doorgefokt. De witte kippen, die dus door se lectie uit het ras van de Noordhol landse Blauwe ontstaan zijn, vertonen verder alle goede eigenschappen van de Blauwe. Zij hebben alleen witte veren, doch wat belangrijker is want daar ging het tenslotte om ook een witte of blanke stoppel op de bout. Na vier jaar experimenteren en selecteren, dat met belangstelling door de rijksveeteeltconsulent en het bedrijfsschap voor pluimvee gevolgd werd, is de heer Kout thans zover, dat hij volgend jaar geheel kan over schakelen op de Noordhollandse Wit te. Het nieuwe kippenras, dat straks wellicht de Noordhollandse Blauwe geheel zal verdringen. i| De kinderen van de „Hongerburcht" (Vervolgverhaal door Tineke) Zonder afscheid te nemen of hun zelfs een blik of handdruk waardig te keu- j ren werden Pedro en Robert in het bootje geduwd en met de twee dwergeji werden ze naar de wal geroeid. Toen ze op het rotsige pad stonden zagen ze pas goed hoeveel groter ze waren dan hun nieuwe meesters. De dwergen leken niet onvriendelijk Ze verstonden elkaar niet maar met een gebaar van hun kleine bewegelijke han den wenkten ze de gevangenen, hen te volgen. Eigenlijk waren ze geen gevan genen meer. want handen en voeten wa ren gelukkig niet meer gebonden. Spij tig keek Pedro naar de oneindig verre zee, ontkomen was zonder boot niet mo gelijk maar wat die kleine dwergen be trof, die zouden ze zonder veel moeite gemakkelijk kunnen overmeesteren. Ze volgden nu een pad dat langzaam naar boven liep en in de rotsen was uitgehou wen. Robert ontdekte ook kleine smalle maar steile paadjes en zelfs trappen met kleine treetjes die tussen de beboste hel ling naar boven liepen. Het pad waar ze nu op liepen was zeker bestemd voor kleine voeten, dacht hij, want de smalle treden waren zeker niet voor grote schoenen bestemd. „Ik ben benieuwd of alle mensen zo klein zijn als deze mannetjes", zei Pe dro. „Dat zullen we wel gauw zien, als we boven zijn". „Als ze ons tenminste weer niet blinddoeken", merkte Pedro een beetje triest op. Toch was er voorlopig geen reden om zo erg bezorgd te zijn. Als 't op vechten aan kwam, nou hy zou er alleen wel tien voor zijn rekening ne men en Robert stond ook wel een paar dwergjes. En toch kwamen er weer rim pels in zijn voorhoofd bij de gedachte aan een mogelijke ontsnapping. Voor eerst was daar de zee, de grote onmete lijke vlakte die het gehele eiland omgaf en ten tweede als er bootjes waren, die ze mogelijk wel konden veroveren, dan zouden die zó pietepeuterig klein zijn, dat een gewoon mensenkind er onmoge lijk in kon ontsnappen. Nee, zo heel een voudig zou de zaak niet zijn. Voorlopig was afwachten en uitkijken de bood schap. Geweldig jammer was het, dat ze de taal niet verstonden en dit wou wat zeggen voor Pedro, die met veel talen goed op de hoogte was. Robert keek zijn metgezel af en toe eens van terzijde aan. Wat zag hij er somber uit. Zelf was hij alle ellende en warmte van de overtocht al haast vergeten nu hij in deze prachti ge natuur op dit mooie gelijke pad naar boven liep. Wat een prachtig uitzicht op do kalme zee. De weg liep rondom de berg en toen bleek dat deze rots die aan deze zijde heel kaal was, aan de andere zijde begroeid was met verschillende soorten bomen. Hun verbazing zou nog groter worden toen ze boven op de berg gekomen waren. Voor hun ogen strekte zich een panaroma uit zó mooi en kleur rijk als ze nooit hadden durven dromen. Daar aan hun voeten zagen ze een groot diep dal met in het midden een groot meer waarin verscheidene fonteinen omhoog spoten. Om het meer waren grote grasgazons aangelegd waarin prachtige bloemperken en waartussen verschillende keurig aangelegde paden liepen. Nu zagen ze ook dat hier een kolonie dwergen woonden, want de mi niatuur mensen liepen af en aan. Ge troffen door al dit moois bleven ze-, on beweeglijk staan kijken en telkens ont dekten ze iets nieuws. De kleine gidsen hadden blijkbaar plezier in hun nieuwe „reuzen" en wachtten geduldig tot ze uitgekeken waren. En dat waren ze niet gauw. Vanuit hun hoge staanplaats had den ze een ruim overzicht. Als een ring liep de weg verder boven langs de „uit holde berg" zoals Robert deze rots noemde en hij had inderdaad gelijk. Dit eiland zag er uit als een uitgeholde berg De gidsen wenkten tenslotte om verder te gaan en toen liepen ze de hoge weg af rondom het stadje. „Waar zouden die mensen wonen?" vroeg Robert aan Pedro. „Ik zie hele maal geen huizen, behalve dat grote witte gebouw met dat gouden dak, daar vlak achter de grootste fontein", „Ik denk dat dit het paleis is van de dwergenkoning of misschien een kerk maar let eens op Robert. Kijk eens langs de bergwand; daar zie je verschillende kleine venstertjes en deurtjes. Dat zijn de huizen van de dwergen. Ze hebben die in de berg uitgekapt. Voel eens dit stukje steen", en al bukkend reikte Pe dro hem een stuk steen aan dat los op de \veg lag. Robert kneep er eens in en be merkte toen dat het lang niet zo hard was als het leisteen waaruit de bergen langs de Rijn bestonden. Je kon er zelfs met je scherpe nagel een kras in maken.- „Dit is een soort mergelsteen waaruit deze rots bestaat", wist Pedro te ver tellen. „Dat hebben die mannekens nog niet zo slecht bekeken. Ze zullen wel werktuigen hebben, waarmee ze blokken uit de wand zagen en waarmee ze dan hun huisjes opbouwen. We zullen er wel nooit op visite kunnen gaan", besloot Pedro, „of we zouden ons driedubbel moeten vouwen om door die kleine poortjes te komen". Robert keek zijn ogen uit en ontdekte telkens weer iets nieuws. Zo zag hij dat de berg rondom aan de binnenzijde vol stond met woninkjes en soms wel vier of vijf boven elkaar ook. Benieuwd wa ren ze, waar ze zelf moest wonen. Waar zouden ze hun lange benen moeten la ten? Vast en zeker in de open lucht, daar was plaats genoeg. Opeens sloegen de gidsen een wegge tje in dat naar beneden liep. Met onmo gelijk kleine pasjes tripten nu Pedro en Robert langs de trapjes achter de dwerg jes aan tot ze eindelijk beneden kwamen aan de rand van het meer. Wat ze van boven af als fonteinen gezien hadden, zagen ze nu als puffende stoompluimen. Wordt vervolgd. OPLOSSINGEN VAN DE RAADSELS I. Op zijn kop. II. Hij was op 29 Februari geboren. III. Een gat. IV. In Februari. Ria Adriaanse. Hogewoerd 133. Leiden was deze keer de gelukkige. Ze heeft een boek gewonnen. Deze week wordt' het haar toegestuurd. Het versje van Ria komt ook deze week in de krant. AAN HET STRAND Ons kleine Jantje speelt aan het strand. Hij maakt een hoge berg. Daar komt een mevrouw en stapt er op. Per ongeluk. Jan vindt het erg! Hij slaat gelijk aan het huilen. Zijn moeder komt er bij: „Je krijgt dadelijk een ijsje!" Dat stemt ons Jantje weer blij. SPELLETJES EN KNUTSELWERKJES VOOR DE VACANTIE We breien van restjes wol een grote bal Zet 36 steken op en brei een naald recht. Draai om en brei vervolgens 35 steken recht, keer om en brei 34 steken recht, keer om en brei 33 steken recht, brei zo steeds een steek minder, tot er nog 12 steken overblijven. We hebben nu twee schuine kanten elk van 12 steken. We nemen nu aan weerskanten die 12 steken op en hebben dus weer op de njfeld 36 steken. We beginnen nu van voren af aan, maar dan met een andere kleur, tot er weer 12 steken overblijven. We breien zo acht van deze schuine vakjes en we kanten dan losjes af. We naaien nu de bal voor de helft dicht en vullen hem met wol of kapok. Daarna sluiten we hem geheel. We maken zelf een ringwerpspel Daartoe hebben we nodig een plankje of een stevig stuk karton. We zoeken 11 spijkers op, niet te klein en beginnen dan met midden in het plankje een spij ker te slaan: In de vier hoeken slaan we er ook een en de overige 5 spijkers slaan we in een kringetje om de middel ste heen. Bij elke spijker schrijven we cijfers van 1 tot 10 en bij één spijker een 0. Nu is het spel klaar en je zocht hoog en breed is, schuin tegen de kant en probeert vanaf een flinke af stand de ringen om de spijkers te wer pen. Zijn de ringen opgebruikt dan tel je de punten op en geef dan de ringen aan je vriendje, die dan proberen moet meer punten te krijgen dan jij. Wie dc meeste punten heeft is winnaar. Wedloop met hindernissen Telkens moeten twee kinderen tege lijk een afstand afleggen, die vol hin dernissen is. We spelen dit spel liefst in de tuin dan kijkt moeder niet boos als er geknoeid wordt. Twee kinderen die aan de beurt zijn een schortje dat keurig aange- strikt moet worden. Even verder staan een paar pantoffels, zodat de schoenen moeten worden uitgetrokken en die pan toffels moet worden aangedaan. Weer een eind verder staat voor ieder een oude stoel of tafeltje waarop een bord water met een zuurtje of snoepje er in. Met de handen op de rug moet dat zuurtje uit het water met de mond op geslikt worden. Dan lopen de twee kin deren verder en zijn ze aan het eind ge komen, dan moeten ze weer naar het be ginpunt terugkeren en wie daar het eer ste is. is de winnaar. Correspondentie Nelleke van Wissen, Warmond. Heel verstandig van vader en moeder dat je alleen Zaterdags de krant maar mag le zen en dan alleen nog maar de Kranten- tuin. Fijn dat je de verhalen zo mooi vindt. Zou er van jou ook nog eens een verhaaltje in komen Nellekte? Petra Turk, Noordwyk. Je aardige briefje zal ik de andere kinderen eens laten lezen. Beste Oom Toon en Tante Jo, „We hebben er een echte wedstrijd van gemaakt. We waren met ons zessen: Vader, moeder, Petra 8 jaar, Marijke 7 jaar, Leonard 6 jaar en Dick 5 jaar. We deden het om prijzen, wie de meeste woorden had. Vader en moeder hadden prijzen gemaakt: sneetjes krentebrood, koekjes, chocolaatjes. We begonnen bij de letter P. dan de I en zo verder. Wie een woord gevonden had, schreef dat op. 't Mooiste was de pret om Dick, die nog niet kan schrijven en die alle woordjes verkeerd na zei". Mien Valentijn, Ter Aar. Hoe komt dat zo. dat Liesje geen tijd heeft voor een briefje? Wat zullen jullie fijn buiten kunnen spelen, nu met het mooie zomer weer en de vacantie. Dag kinders. Dik den Hollander, Oegstgeest. Dat is nog eens verstandige preat: „als ik geen prijs win, vind ik dat helemaal niet erg, maar ik vond het fijn om mee te doen". Zie je Dik, zulke jongens als jij kunnen we goed gebruiken. Hans Verdel, R'veen. Leuk Hans, dat je vast van plan bent altijd met ons mee te doen. Lenl Noordermeer, Leimuiden. Bijna alle kinderen hebben met plezier- de woordjes gezocht. Jij hebt er helemaal niet lang over hoeven na te denken. Hebben jullie een fijne tuin om in te spelen? Martien Rijgersbcrg, Abbenes. Maar natuurlijk jongen, mag jij met ons mee doen. Ik hoop dat ik je naam goed ge schreven heb, want je briefje was een beetje gevlakt. Laura Jansen, N.w.hout. Je hebt je DE BAL VAN KEES Keesje was dikwijls ongehoorzaam. Vaak zei moeder: „Keesje niet op de weg spelen", maar hij deed het toch. Op een dag pakte hij zijn mooie bal, die hij pas voor zijn verjaardag gekregen had en ging er mee op straat. Hij liep te voetballen en toen opeenshij schrok ervan, vloog de bal over de sloot op het land. dat er vlak bij lag. „Keesje, kom je eten, anders wordt het eten koud", riep moeder. Keesje hoorde het en liep vlug naar huis. Toen hij aan tafel zat, wou hij niet eten, maar begon hard te huilen. „Wat", zei moeder, „huilen in plaats van eten!" Daarna vertelde hij wat er met de bal gebeurd was. „Ja, dat komt er nu van, als je op de weg gaat spelen. Eet nu eerst zoet je eten op en dan gaan we proberen hem te pakken". Later zagen ze een grote jongen, die met een hark de bal naar zich toe kon halen en Kees was weer blij dat hij zijn bal had. Ronnie v. Zuylen, Noordwijk. Jullie zullen in de vacantie wel veel fijne wan delingen in de duinen maken, 't Is zo dicht bij huis. Wij moeten altijd eerst een eind fietsen. Wim Zoetemelk, Rijpwetering Hoe gaat het met Tippie. jullie geitje. Leuk hé. dat hij altijd achter jullie aan holt. Vertel nog eens wat meer over hem. Dat kan best een aardig verhaaltje wor den. Annie, Tonnie en Nellie v. d. Putten, Hazerswoude. Ik hoop dat jullie nog dikwijls met ons mee doen. Het werk zag er prima uit. Nellie Borst, Hazerswoude. Dat was een hele lijst namen van die elf kinde ren van jullie. Met die tweeling beleven jullie ook zeker wel aardige dingen. In een volgend briefje moet je er eens iets over vertellen. Nellie Zandbergen, Oegstgeest. Goed zo Nellie: de aanhouder wint. Annie Pennings, N.w.hout Wat heb ben Jullie het daar prettig op die boer derij. Denk eens in dat er in de stad honderden kinderen op een bovenhuis wonen. Daar zouden jullie vast niet kun nen wennen. Doe je de groeten aan je nichtje Rietje. Ina de Haas, Warmond. Nu, in de zo mer, is het wel heerlijk wonen bij de Kaag en in de winter weer fijn om schaatsen. Hoe oud is de kleine Thea? Dag Ina tot de volgende brief. Jan, Gerard en Gijsbert v. d. Ploeg. Leiderdorp. De aardbeien uit de tuin zullen al wel op zijn. Mochten jullie ze zelf plukken? Op de tekeningen hebben jullie goed je best gedaan. Rietje Pennings, N.w.hout. Je hebt ze ker al gezien, dat je nichtje Annie, ook een briefje gekregen heeft. Groeit het nieuwe broertje al goed? De verhaaltjes of versjes moet je zelf maken Rietje en dan komen ze in de krant. Nelleke Pont, Leiden. Die tekening je er nog maar meer en de mooiste stuur je dan naar mij. Je gaat zeker na de vacantie naar de eerste klas. Dag Nel leke. HET HORLOGE Mieke had op haar verjaardag een fijn horloge gehad en die dag mocht ze het om houden en verder alleen op Zondag. Een paar weken ging het goed maar toen zei een stemmetje van binnen: „Doe het toch maar om, dan-kun je opschep pen. dat jij wel een horloge hebt en dc anderen niet. Eerst wou Mieke het niet doen, maar toen dacht ze: Wat kan het mij schelen ik doe het toch". En ze deed het. Op school keek iedereen vol bewon dering naar het mooie horloge. Ze liet het aan haar buurmeisje zien en toen gebeurde het ongeluk. Ze liet het vallen. Thuis vertelde ze alles eerlijk en omdat ze zo eerlfjk alles verteld had, waren vader en moeder niet zo erg boos. TANTE JO EN OOM TOON 1 Too lambiek niet thuis zin vanavond? Ik bet hem zeker el eenkwarher tevergeefs opT) j j r Toch is hii thuis, hoor Tentet Ik kan vanhier zien, dat er licht brandt! j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1955 | | pagina 7