De raad van Voorhout
uit over het beleid van
spreekt afkeuring
de burgemeester
Haar vliegenier
De motie wordt ter kennis gebracht
van de Staten Generaal en minister
Gemoederen waren verhit
Gemeente-secretaris B. Ike
vierde zijn zilveren jubileum
Het blijft deze week Pasen
ZATERDAG 16 APRIL 1955
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 2
De gemeenteraad van Voorhout heeft na een heftig dispuut gisteravond
een motie aangenomen, waarin zij haar afkeuring uitspreekt over het be
leid van de burgemeester.
Het dispuut tussen wethouder drs. Derksen en mr. J. Weve enerzijds en
de voorzitter drs. C. N. de Graaff anderzijds was oorzaak, dat de gemoede
ren zodanig verhit werden, dat de vergadering een half uur werd geschorst.
Na heropening werd met instemming van alle leden, door mr. Weve een
motie ingediend.
Daarin spreekt de raad zijn afkeuring uit over het verbod dat de burge
meester onlangs heeft opgelegd aan de ambtenaren van de gemeente om
aan de raadsleden, met inbegrip van de wethouders en leden der raads
commissies, op hun verzoek inlichtingen te verschaffen over aangelegen
heden, welke met de uitoefening van hun taak als raadslid verband houden.
Tevens spreekt de raad zijn bevreemding uit over de opvatting van de
burgemeester, dat een verdeling van functies in het college van B. en W.
in strijd met de wet zou zijn.
De raad besloot deze motie ter kennis te brengen aan de beide Kamers
der Staten-Generaal en de minister van Binnenlandse Zaken.
inbegrip van de wethouders en leden
der raadscommissies op hun verzoek
inlichtingen te verschaffen over aan
gelegenheden, welke met de uit
oefening van hun taak als raadslid
verband houden
Tevens spreekt de raad zijn be
vreemding uit over de opvatting van
de burgemeester dat een verdeling
van functies in het college van bur
gemeester en wethouders in strijd
met de wet zou zijn.
De raad besluit deze motie ter ken
nis te brengen aan de beide Kamers
der Staten-Generaal en de Minister
van Binnenlandse Zaken en gaat over
tot de orde van de dag
Schorsing vergadering om
tot rast te komen
Aanleiding tot deze motie was de
vraag van de heer v. d. Ploeg, die
opheldering wenste over het feit, dat
de voorzitter de ambtenaren verbo
den heeft inlichtingen te verstrekken
aan raadsleden.
Alleen door bemiddeling van de
burgemeester kunnen inlichtingen
verstrekt worden, aldus de voorzit
ter. Dat staat in de wet!
Dit antwoord was oorzaak van een
heftig dispuut tussen mr. Weve en
de voorzitter, drs. C. N. de Graaff,
wethouder drs. Derksen enerzijds en
anderzijds.
„Hiervan staat niets in de Ge
meentewet", aldus mr. Weve.
„Wel waar", zegt de voorzitter.
„Wilt u dan de passage uit het
wetboek eens voorlezen?", vraagt
mr. Weve.
Hierna leest de voorzitter art. 74
voor.
De interpretatie van dit artikel
vond de heer Weve onjuist. Hij ging
verder in op deze materie, wat de
voorzitter deed opmerken, dat hij
geen behoefte had aan een lesje in
gemeenterecht, want zijn jarenlange
praktijk: gaat uit boven die van mr.
Weve.
Schorsing.
De ""-moederen worden verhit. Mr.
Weve noopt dat deze foutieve theorie
van de voorzitter nu eens goed tot
hogerhand doordringt, zodat men zal
inzien, dat hij hier als burgemeester
niet op zijn plaats is.
Wethouder Derksen, die zich nu ook
in het dispuut mengt, beklemtoont,
dat de voorzitter in deze niet de
juiste houding aanneemt.
Het is nu toch reeds meerdere ke
ren in 't verleden uitgekomen, dat u
ongelijk heeft.
'De voorzitter wilde er een einde
aan maken door te zeggen, dat hij
gang van zaken niet toejuichen. Hij
vond dat G. S. de raad in een dwang
positie brengen.
Wethouder drs. Derksen wilde ook
zijn hart eens luchten. Hij was het
met de heer v. d. Lans eens, dat de
bevoogding van G. S. te ver gaat. Hij
had klachten. 1 Juli 1954 is er een
raadsbesluit genomen waarop 9
maanden later pas een bericht van
G. S. kwam, dat het anders moest.
Veel moeilijkheden zijn ontstaan
door het te lang wachten op goed
keuringen van G S. Hier moet ver
andering in komen, want dit maakt
het besturen van een gemeente on
mogelijk.
Als subsidie aan het comité viering
5 Mei 1955 werd een bedrag van
600,uitgetrokken. Men had gaar
ne een gespecificeerde begroting ge
zien. Oorspronkelijk was f 500,
uitgetrokken, maar op voorstel van
mr. Weve werd dit bedrag met f 100
verhoogd.
De heer Eigenbrood was zeer ge
griefd over het samenstellen in eer
ste instantie van dit comité
Rondvraag.
De heer v. d. Ploeg vraagt, hoe het
nu zit met de door Demavo te beta
len legesgelden en optierechten.
De voorzitter antwoordt, dat de
legesgelden bij dwangbevel door de
gemeente-ontvanger worden geïnd
en dat de andere post in handen is
gegeven van deurwaarder Arends.
Op een vraag van wethouder Borst
ol dit is gebeurd, antwoordt de voor
zitter bevestigend.
De wethouder noemt dit een perti
nente leugen, want juist vandaag
heeft hij er de deurwaarder naar ge
vraagd, doch die wist van niets.
Hij wilde daarom nu maar disci
plinaire maatregelen nemen.
In de volgende raad wordt hier
over beslist.
Wethouder Derksen deelde mede
dat hij in de maand Juni wederom
cp last van de regering naar de ar-
beidsconferentie in Genève gaat.
Op zijn voorstel werd z. h. st. tot
pl.v. wethouder benoemd mr
Weve.
N00RDWIJK
De overige agendapunten van de
vergadering, die in verband met de
verbouwing van het raadhuis in De
Bonte Koe werd gehouden, deden
minder stof opwaaien.
Bij de aanvang deelde de voorzit
ter mede, dat op 1 Jan. 1955 de ge
meente 4558 inwoners telde. Door de
bevolkingsaanwas komt er in onze
gemeente steeds meer welvaart. Veel
klachten waren er over de verniel
zucht der jeugd. Om dit te voorko
men zal gezorgd worden voor meer
speelgelegenheid.
Kleine zaken.
Een verzoek van het bestuur van
de R.K. Middelbare school St. Bona-
ventura te Leiden tot beschikbaar
stelling van gelden voor een onder
zoek werd om de te hoge kosten af
gewezen.
Met algemene stemmen werd tot
onbezoldigd ambtenaar van de Bur
gerlijke Stand benoemd de heer J.
Jansen.
Van de firma Gebr. van Steyn
werd een strook grond langs de Ja-
ccba van Beierenweg, groot 9 m2,
aangekocht voor de symbolische prijs
van 1,
De Torenlaan en het onderhoud
van deze weg is door de gemeente
overgenomen.
Als lid van de Commissie tot we-
niet langer van plan was les te ge- ring van schoolverzuim werd be
ven in gemeenterecht.
Zolang wij van ambtenaren geen
inlichtingen meer kunnen krijgen,
voel ik er veel voor dat wij als gehele
raad onze taak neerleggen. Dan moet
Den Haag maar uitzien naar een an
dere burgemeester of een andere
raad, z0 wordt er opgemerkt door
mr. Weve.
Het blijft rumoerig, zodat wethou
der Derksen voorstelt de zitting voor
een half uur te schorsen.
Motie ingediend.
Na heropening neemt mr. Weve
het woord.
Hij constateert, dat er een diep
gaand verschil van mening bestaat
tussen raad en voorzitter. Hij is er
van overtuigd dat deze verhouding
nooit meer goed komt. Hogerhand
moet hier nu maar beslissen.
Met algemene instemming diende
hij de volgende motie in:
De Raad van Voorhout in verga
dering bijeen op 15 April 1955 spreekt
zijn afkeuring uit over het verbod,
dat de burgemeester onlangs heeft
opgelegd aan de ambtenaren van de
gemeente, om aan de raadsleden met
roemd de heer P. v. Reisen.
Verlichting Teylingerlaan.
Een aanvullend crediet voor de
verlichting van de Teylingerlaan
werd beschikbaar gesteld.
Het oorspronkelijke plan was 7 pa
len te plaatsen, maar G. S. schrijft
voor, dat er 14 moeten komen en
draagt dan 25 pet. in de kosten bij.
Deze bevoogding door G. S. deed
de heer v. d. Lans niet prettig aan.
Waar blijft onze autonomie, zo riep
hij uit. Kunnen we dan niets meer
zonder G. S. Ook mr. Weve kon deze
Gisteren herdacht de heer B. Ike,' de grote zelfcritiek van de secretaris
gemeente-secretaris van Noordwijk, en betrok mevrouw Ike in de pres-
het feit, dat hij 25 jaar geleden in
dienst der gemeente kwam. Op uit
drukkelijk verlangen van de jubila
ris werd een groots opgezette huldi
ging vermeden en was er van tevo
ren geen ruchtbaarheid aan het ju
bileum gegeven, hetgeen echter niet
belette, dat de voor zulke gelegen
heden veel te kleine raadszaal ge
heel gevuld was toen de heer en me
vrouw Ike met hun kinderen wer
den binnen geleid.
Naast het college van B. en W.
waren vrijwel alle raadsleden, hoof
den van dienst en de meeste ge
meente-ambtenaren en de collega's
uit den omtrek aanwezig in de door
de gemeentelijke plantsoenendienst
met dubbele gele tulpen en blauwe
hyacinthen smaakvol versierde
raadszaal.
Groot plichtsbesef.
Burgemeester Van Berckel nam
als eerste spreker het woord. Hij
wees er op, dat de heer Ike in zijn
25-jarige ambtsperiode slechts één
ambitie heeft gehad en wel om vol-
taties van haar man. Naast de tradi.
tionele enveloppe met inhoud bood
spreker een fraaie lamp aan om het
pad van de jubilaris tijdens zijn stu
dies, die hij nog steeds uit liefhebbe
rij beoefend, te helpen verlichten.
Waardering.
Namens de raad sprak de heer
Mesker dankwoorden voor de grote
hulp, bereidwilligheid en steun door
de raadsleden in commissievergade
ringen e.a. ondervonden. Spr. bood
een boekwerk aan.
Namens alle ambtenaren in ge
meentedienst sprak de heer W. van
Sprang, ch^f afdeling algemene za
ken hartelijke gelukwensen uit. Hij
memoreerde, dat het van een wijs
getuigd, dat de heer Iké op 8 Maart
1930 uit 52 sollicanten werd benoemd
als chef van de afdeling financiën,
onderwijs en pensionen, in 1936 ge
volgd door de benoeming van ge
meente-secretaris door de raad. Wan
neer werknemers van de gemeente
met hun moeilijkheden bij de secre-
0taris komen, weet hij hen steeds met
komen zijn plicht te doen en hierin raad en daad ter zijde te staan, waar
ten volle geslaagd is- Hij wilde trach
ten de secretaris, die gedurende zijn
ambtsperiode al zo talrijke jubilea
heeft mee helpen herdenken, op te
beuren uit de gedachte nu zelf
slachtoffer van de dag te zijn. Spre
ker prees het grote plichtsbesef en
de gedegen kennis, waarmede de ju
bilaris zich steeds met grote energie
heeft geworpen op de uitoefening
van zijn belangrijke, functie in het
gemeentelijk bestel, waarbij niet al
leen groot doorzicht, maar tevens
een warm voelend sociaal hart op
traden. Doelend op de Groningse
afkomst van de heer Ike trotseerde
spreker de vergelijking met een
Groningse coaster, die dwars de hel
ling af gaat, maar dan daarna ook
alle moeilijkheden weet te overwin
nen om het ruime sop te bereiken
en vervolgens zelfs de zwaarste stor
men weet te doorstaan. Hij wees op
(Advertentie)
door de secretaris in feite altijd meer
heeft betekend dan hoofd van het
secretarie-personeel in he gtemeen-
tebestel. Namens alle werknemers
bood hij een tweetal fraaie geschen
ken aan.
Namens de Plaatselijke Commissie
voor Ruilverkaveling in het Lange-
veld, (de eerste ruilverkaveling in
Zuid Holland) sprak de heer Van
Leeuwen uit Noord wij kerhout zijn
erkentelijkheid uit voor de prettige
manier van voorlichting en hartelij
ke ontvangst der commissie sinds
haar formatie.
Secretarissen aan 't woord.
Als oudste van de Secretarisclub,
in de oorlog opgericht uit de colle
ga's uit den omtrek, verkreeg de heer
C. Bregman, secretaris-ontvanger
van Bennebroek, het woord. Hij ge
waagde van de grote vriendschap
door de jubilaris op de maandelijkse
bijeenkomsten betoond en de harte
lijke ontvangst steeds door mevrouw
Iké aan den dag gelegd en bood een
fraai bloemstuk aan.
Kennelijk getroffen door de vele
waarderende woorden en fraaie ge
schenken beantwoordde de heer Ike
de sprekers. Hij wees er op, dat het
hem steeds grote voldoening schenkt
het college van B. en W. van advies
te moge dienen door het grote ver
trouwen, dat daarbij jegens hem
steeds aan den dag wordt gelegd. In
de raadszaal is hij steeds de- grote
zwijger, maar wat door de raadsle-
RilINSTENS sinds de zesde eeuw heeft het octaaf van Pasen voor
iedere dag een eigen misformulier. Het tegenwoordige Romeinse
missaal geeft nog steeds boven deze misteksten de kerken aan waar
vroeger en nu de gelovigen en vooral de pasgedoopten worden ver
wacht, zij het voor ons minstens in gedachten. Ook zijn nog de toe
spraken bewaard gebleven, die paus Gregorius de Grote (590604)
heeft gehouden over de verklaringen van de Evangeliën van de
Paasweek. Overigens waren alle missen door-
Rol r* lr <>ri drongen van de herinnering aan de doop der
OclUKCU neophieten, de pasgedoopten, aan de verrtfze-
■rx nis en de verschijningen van de Heiland en
ET 3 SCI1 aan de verzoening der openbare boetelingen.
In de afgelopen week hebben wij reeds ver
meld dat degenen, die in de nacht bij uitstek in de Moederkerk wer
den opgenomen, de gehele week met witte klederen bleven rond
lopen. Op de Zaterdag in de Paasweek kwam men dan in de Sint Jan
van Lateranen bijeen om de witte gewaden af te leggen. Die Zaterdag
staat dan ook bekend als de „Sabbato in albis deponendis de Za
terdag der af te leggen witte klederen". Deze eerste Zondag na Pasen
heet daarentegen „Domenica in albis depositis Zondag der afge
legde witte gewaden".
Aanvankelijk noemde men deze eerste Zondag na Pasen: de octaaf
dag van Pasen, ofwel het besluit van de Paasviering. Van deze laatste
benaming is ons Beloken Pasen afgeleid. Daar de introitus begint
met de woorden Quasi modo, vindt men deze Zondag ook wel aldus
aangeduid, zoals men ook spreekt van Zondag Laetare en Zondag
Gaudete, resp. voor half-vasten en de derde Zondag in de Advent.
Zoals boven het misformulier in ons missaal staat aangegeven, wordt
de statie op Beloken Pasen gehouden in de basiliek van de heilige
Pancratius, die aan de Via Aurelia te Rome is gebouwd. Zij ligt aan
de Westkant van de stad op de Janiculusheuvel. Pancratius is op
14-jarige leeftijd onder Diocletianus in de vierde eeuw voor het ge
loof de marteldood gestorven. Van de oude basiliek, die vrij kort na
de marteling kon worden gebouwd, is niets meer over gebleven. Nadat
zij bij herhaling gerestaureerd was, werd zij in de 17de eeuw door een
geheel nieuw bouwwerk vervangen. Tijdens de Franse revolutie en
bovendien nogmaals in 1849 werd deze nieuwbouw vrij zwaar
beschadigd.
Hoewel men ook op Beloken Pasen oudtijds in de Sint Jan in het
Lateraan voor de statieplechtigheden bijeenkwam, werd dit gewij
zigd toen de verering van Pancratius in de zevende eeuw sterk was
toegenomen, zelfs tot in Gallië, Spanje en Engeland toe. Men koos
zijn basiliek voor deze Zondag als statiekerk met het doel om deze
veertienjarige jongen aan de nieuw-gedoopten als voorbeeld te geven.
De liturgische teksten van deze eerste Zondag na Pasen staan van
zelfsprekend nog zeer sterk in het teken van de nieuw-gedoopten,
terwijl zij eveneens van toepassing zijn op alle christengelovigen wat
betreft de vernieuwing van de doopbeloften. De intredezang is ge
nomen uit de eerste Petrusbrief: „Als pas geboren kinderen moet gij
naar de geestelijke, onvervalste melk begerig zijn". Dat wil dus zeg
gen dat de nieuw-gedoopten en allen die hun doopbeloften hebben
vernieuwd, hun best dienen te doen om de leer van Christus eigen
te maken en de geboden na te volgen.
De overige gezangen, het Alleluia en het Alleluia-vers, het offer
torium en de communio-zang zijn allen aan de verrijzenis-evangeliën
van Matthias en Joannes ontleend. Zij halen met een enkele zin nog
eens de verschijning van de engel aan de heilige vrouwen, alsook de
belangrijke openbaring van de Verlosser aan de leerlingen, acht dagen
na de verrijzenis, voor ogen. Dit laatste wordt in het Evangelie uit
gewerkt. Het is vandaag immers acht dagen na Pasen. Naast het
feit dat. over de instelling van de biecht handelt, horen we Christus
tot Thomas zeggen dat juist zij die niet gezien hebben en toch ge
loven, zalig zullen worden. Het is alsof de liturgie ook wil zeggen
dat degene, die moeilijkheden heeft bij het geloven, bij het inzien,
dat deze mens de vinger in de zijde van Christus moet leggen (de
H. Eucharistie moet ontvangen). Dan zal hij sterk worden en met
Thomas zeggen: Mijn Heer en mijn God!
Groot is dus de gave van het geloof. In het epistel horen wij dan
ook Sint Jan spreken over het alles overwinnende leven, dat ons uit
Christus door het geloof toevloeit: „Welbeminden, al wie uit God
geboren is, overwint de wereld. Dit is de zege, die de wereld over
wint: ons geloof! Wie in de Zoon van God gelooft, heeft het getui
genis van God in zichzelf!"
Al deze heerlijke teksten mogen een raadsel zijn voor velen, maar
voor allen die hun aardse leven laten beheersen door een rotsvast
geloof, zijn zij uitspraken van God, want aan hen wordt dan ook de
- vredevolle paaswens vervuld die Christus Jesus op deze dag aan Zijn
leerlingen bracht: Pax vobis, vrede zij aan U!
Drs. KOEN PIKET.
den naar voren wordt gebracht,
blijft steeds in zijn geest nawerken.
De ruilverkaveling in het Langeveld
heeft, mede door de grote gemeente
belangen die daarmede gepaard
gaan, zijn belangstelling. Spreker be
aamde de buitengewoon prettige
sfeer in de Secretarisclub, waarbij
steeds naast strikt zakelijke bespre
kingen het nuttige met het aangena
me verbonden wordt. De jubilaris
dankte de heer Van Sprang voor zijn
hartelijke woorden en memoreerde,
dat het hem steeds prettig aandeed
in de uitoefening van zijn taak met
grote liefde voor bestuur en admini
stratie bij het klimmen der jaren
zich omringd te weten door een staf
van medewerkers, die hem helpen
en steunen.
LEIDERDORP
Schaakkampioenschap. De uit
slag van de 2e ronde luidt:
le Klasse: R. MarbusRector J.
C.'de Groot 0—1; C. v. Tol—A. Smit
01; J. de JongP. C. v.d. Leek 1
0; A. Smit—Rector J. C. de Groot
10; J. de JongR. Marbus 10.
2e Klasse: C. MeinemaC. Boon
10; J. NeuteboomC. Meinema 0
1.
Onderlinge wedstrijd: H. S. Ginjaar
T. Rasser 10; A. H. Korswagen
Sh. Sterk 0—1; M. Splinter—D.
Braam 1—0; A. GeerlingsB. de
Goederen 1—0; E. M. J. v.d. Valk—
J. Jongeboer 1—0; W. v.d. Leek—E.
M. J. v.d. Valk 0—1; W. v.d. Leek—
J. Jongeboer yy.
De Zondagsdienst doktoren
wordt deze week waargenomen door
dokter E. J. Hoefman, Hoofdstraat 40,
Tel. 30070.
Z0ETERW0UDE [H. R.]
Bliksemactie K.V.P.
Ook aan de Meerburg is er een
begin gemaakt met de ledenwervings
actie voor de Kath. Volkspartij.
Gisteravond hebben de eerste be
sprekingen plaats gehad in cafe ,,'t
Witte Huis"
Leden en niet-leden waren uitge
nodigd om aan de actie deel te ne
men, met het resultaat dat besloten
werd de actie huis-aan-huis te voe
ren, terwijl als laatste datum werd
gesteld Maandag 25 April a.s. Dan
worden de propagandisten die avond
om 9 uur in 't Witte Huis verwacht,
waar het eindresultaat zal worden
bekend gemaakt.
De voorzitter, de heer v. Mil, was
dankbaar voor de medewerking
en verwachtte een goed resultaat.
Z0ETERW0UDE
Tafeltennis. De training van de
T.T.V. Pit '54 voor dames, gaat Dins
dag niet door, doch wordt gehou
den op Donderdag 21 April.
door
LOUIS ARTHUR CUNNINGHAM
10)
„Het is voor ons een grote eer,
monsieur Bernard, om zulk 'n moe
dige en beroemde gentleman in ons
midden te hebben op deze feestdag.
En het doet me genoegen te weten,
dat Simonne onder uw hoede zal
staan".
„U vleit me, ma soeur". Hij boog.
„Wat ik hier in deze korte ogenblik
ken meegemaakt heb, heeft me over
tuigd, van de ernst van mijn taak,
en mij mijn tekortkomingen duidelijk
laten zien. En, Simonne, je hebt een
schitterende toespraak gehouden. Ik
was trots op je, terwijl ik stond te
luisteren".
„O, dank u wel monsieur!" Weer
voelde ze zich erg verward, en het
werd mistig voor haar ogen. Moeder
Angélique keek ernstig van haar
naar Marcel Bernard. „Ik moet nu af
scheid van uw nemen", zie ze zacht
jes. „God blijve met je, kleine Si
monne, en met u, monsieur Bernard".
Met een laatste glimlach wendde ze
zich af, en liet hen alleen.
Simonne keek naar het gebouw:
naar de witte muren, de klok in het
torentje, de klimop tussen de ramen,
naar de slingerende paadjes die er
omheen liepen tussen de ceders en
pijnbomen. Het was voor het laatst,
dat ze alles kon opnemen. Als ze ooit
terug kwam zou 't zijn als een vreem
deling, en dan zou ze alles met andere
ogen zien.
„Spijt het je erg, Simonne?" vroeg
Marcel, die van haar gezicht kon le
zen wat er in haar omging.
Ze schok op. „Het is zo lange jaren
mijn werkelijk thuis geweest. Ik was
er zo veilig, zo zeker". Ze glimlachte
ineens. „Maar ten slotte is het bui
ten de kloostermuren ook goed wo
nen, niet? Er is zoveel moois op de
wereld, dat niet te vinden is in Ste
Ursule".
„Ja, en veel lelijks en slechts ook",
had hij willen zeggen. „Veel teleur
stelling en veel leed". Maar hij wilde
haar de vreugde van de vrijheid niet
meteen vergallen. En hij wist ook,
dat zij hem toch niet geloven zou, zo
lang ze zelf geen ervaring had op
gedaan.
„Eh bien", zei hij. „Als je klaar
bent, mijn lieve pupil, dan zullen we
naar maison St. Joseph gaan, en eens
kijken of we er iets goeds te eten
kunnen krijgen".
Van deze maaltijd met hem genoot
Simonne buitengewoon. Ze zat tegen
over hem en kon hem nu goed op
nemen. Ze zag, dat hij aan zijn sla
pen wat grijs werd, en dat hij klei
ne lijntjes rond zijn ogen had. Ze zag
de markante lijn van kin en kaak.
Soms zag hij ineens op terwijl ze hem
bekeek, en dan was ze weer vrese
lijk verlegen, totdat hij glimlachte
en zei, dat hij niet gevaarlijk was!
Zelfs niet voor kleine kostschool
meisjes.
„Maar ik ben niet langer een kost
schoolmeisje", protesteerde ze. „Daar
ligt mijn diploma. Ik ken nu steno
grafie, typen, correspondentie en mu
ziek ik ben een vat vol weten
schap nu. U kunt me vragen wat u
wilt, monsieur, en ik zal u laten zien
dat ik het weet".
Hij dacht na, terwijl hft het brood
brak, en toen zei hij met een over
moedige inval: „Wel, wat dunkt je
dan van je nieuwe voogd?"
„Ja ik.
Ze keek naar het tafellaken, en
dan ineens zag ze hem recht in de
ogen, zodat zijn hart er iets sneller
van ging kloppen. Hij zag meteen in,
dat hij dat niet had mogen zeggen,
en hij vervloekte zijn onbezonnen
heid, en nam zich voor voortaan be
ter op zijn woorden te letten. Hij
moest met haar oppassen. Ze keek
hem vast aan met haar kinderogen.
„Dat is de makkelijkste vraag die u
kon stellen, mon gardien! Ik hou ver
schrikkelijk veel van mijn nieuwe
voogd, en ik geloof niet dat er een
aardiger voogd op de wereld kan be
staan".
,,Dat is helemaal goed, mademoi
selle Caron", grapte hij. „Je hebt 'n
10 verdiend, en je krijgt de eerste
prijs. Die zal ik kopen zodra we een
geschikte winkel tegen komen. Maar
ik denk, dat je nu wel graag naar de
trein wilt gaan, om van je vriendin
nen afscheid te nemen?"
„Graag monsieur".
Wat was het zalig om in de grote,
witte wagen te zitten, en te leunen in
die dikke verende kussens! Om de
kracht van de motor te voelen en
Marcel zo bekwaam te zien rijden..
Ze stoven met gemak andere wagens
voorbij op de polderweg.
Op het stationnetje van Pont Le-
fevre was het een drukte van belang.
Er hing een sfeer van zenuwachtig
heid, tranen en zoenen. Verschillen
den van de meisjes die nu heengin
gen, zou zij nooit meer terugzien.
Anderen mischien nog eens toevallig
een paar maal van haar leven, als
zij in de woonplaats der anderen
zou komen. Het gaf een gevoel van
eenzaamheid en verlatenheid, dat hun
hart zwaar maakte om het' verlies.
En Simonne voelde, dat zij dit nooit
zou hebben weten te dragen, als zij
nog zo alleen op de wereld was ge
weest als twee dagen geleden. Nu,
met Marcel naast zich, voelde zij
zich sterk, ondanks hét afscheid.
Het scheen dat hij niet merkte, dat
honderden paren ogen voortdurend
naar hem keken, dat iedereen van
de meisjes wist wie hij was. Hij rook
te een pijp, en zat op een laad wagen
tje te wachten terwijl Simonne sprak
met Hermance Lapage en Emma
Breau. Hij liet hen hun gang gaan
en keek uit over de polders.
„Wat zul jij nu een mooie tijd te
gemoet gaan", zei de donkerogige
Lapage ondeugend, terwijl ze naar
Marcel Bernard keek. „Weet je, dat
de vrouwen in Frankrijk allemaal
gek op hem zijn? Ik heb het wel van
mijn moeder gehoord. Ze noemen
hem ginds Don Juan. Er zullen er
duizenden jaloers Op je zijn".
,,0", zei Simonne alleen. Het gaf
haar een grote schok zo iets te ho
ren. „De vrouwen zijn allemaal gek
op hem". Natuurlijk, wie zou ook
geen bewondering hebben voor zo
iemand! Maar dat hoefde toch niet
te betekenen, dat hij naar hen keek?
„Het zal een hard gelag zijn voor
de kleine schoolmeester", zei Emma
plagend. „Hij wordt helemaal in de
schaduw gesteld door de komst van
deze schitterende ster. Ik denk dat
hij wel zal moeten sterven aan een
gebroken hart".
„Och loop", zei Hermance, die veel
te wijs was voor leeftijd. ,,Een man
sterft niet aan gebroken hart. Die
dichtende schoolmeester gaat nu treu
rige balladen maken waarin hij zucht
van „Simonne, O mijn Simonne", en
maakt hij weer daverende liefdes-
dan komt er een andere schone, en
liederen".
„U bent wel wat cynisch, mademoi
selle". Ze had hem niet aan horen
komen in het vuur van het gesprek,
en nu stond Marcel Bernard naast
hen. „Zoveel wijsheid van zulke jon
ge lippen!"
Hermance Lapage kleurde onder
haar make-up, die de nonnen met
zoveel bezorgdheid hadden aan
schouwd!
(Wordt vervolgd)