Passiespelen in Tegelen vragen een grote toewijding De bodem van Nederland is rijker dan men doorgaans vermoedt, maar niet rijk genoeg Honderden dorpelingen werken mee Lichtsignalen voor het opkomen Kolen, zout, olie en gas bieden nog mogelijkheden lialiaanse zomermode ZATERDAG 2 APRIL 1955 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD - Ir.v. jy SMART BLIJFT JONG al wordt de wereld oud, de liefde Gods blijft in ons schade lijden". Het is een gloedvolle stem, die deze inleidende zinnen tot de proloog legt en zij klinkt in alle hoeken en gaten van „De Doolhof", het openlucht theater van Tegelen, waar nn na vijf jaar wederom de passiespelen worden gehouden. Plotseling zwijgt de stem, de regisseur komt naar voren en geeft de spreker enkële aanwijzingen, dan klinkt zij opnieuw met dezelfde gloed en bezieling van zoëven en gaat zij zonder hapering verder tot de laatste strofen van de proloog: „Wij doen het uit liefde Dies sta God ons bij. Aan Hem de eer de wangunst dragen wij". Even heerst er een stilte in „De Doolhof", dan hoort men van alle kan ten goedkeurend gemompel en de regisseur knikt de proloogzegger bemoe digend toe. Verder gaat het spel weer en de toeschouwer kijkt toe in adem loze bewondering. r\E AMATEURS van Tegelen bren- gen hun spel op eenvoudige maar verrassende wijze, een wijze die de toeschouwers wederom zal im poneren en die zij voor een groot deel danken aan hun eminente re gisseur, de heer Thijssen, die naast de beslommeringen van zijn dage lijkse werk (hij is directeur van een grote ijzerfabriek) ook de veelom vattende taak van regisseur der pas siespelen op zich genomen heeft. Toen we hem dezer dagen ont moetten, ontspon zich een vertrou welijk gesprek over de passiespelen. Met veel animo heeft de heer Thijs- sen reeds een jaar lang al zijn vrije tijd gegeven aan de zware taak, die hem op de schouders is gelegd, maar hij is er van overtuigd, ondanks te genwerking van het slechte weer (waardoor hij pas veel later dan an dere Jaren kan gaan repeteren in het openluchttheater) dat, wanneer op 19 Mei as., op Hemelvaartsdag, de première van de uitvoering der passiespelen een aanvang neemt, ook het succes voor de daarna volgende 31 opvoeringen verzekerd is. De heer Thijssen is een rondborstig man en hij vertelt van de moeilijk heden, waarmede hij bij de regie van de spelen te kampen heeft Hij is zich terdege bewust van zijn taak: het brengen van 'n passiespel, waar in niet alleen de spelers, maar- ook het toeschouwende publiek dit groot se drama opnieuw meemaken. De re gie over een stuk. met 86 sprekende rollen en meer dan 500 figuranten is geen kleinigheid en zelfs een be- roepsregisseui zou hieraan de han den vol hebben. Gelukkig beschikt men over een uitgelezen stel ama- Jezus keert voor de derde maal te-1 „Kunt gij dan niet één uur met mij rug naar zijn slapende leerlingen. waken?" (Foto's Cas v. Os, R'dam) Jezus voor Pilatus. teur-toneelspelers en elke vijf jaar stromen opnieuw de aanvragen bin nen een rol te mogen spelen in dit drama aller eeuwen. „DAT KUNNEN WIJ NOOIT" DE KUNSTLIEVENDE inwoners van Tegelen zijn eigenlijk zelf de oorzaak geweest van het ontstaan van de passiespelen, die thans voor de zevende maal worden opgêvoerd. Door de kunstzinnige inslag van de bevolking -- men telt o.a. verschil lende zang- en muziekverenigingen probeerde men reeds in 1926 om te komen tot een uitvoering van de passiespelen. Het viel echter niet mee en het ging boven de financiële draagkracht, bovendien nam in deze tijd het bioscoopbezoek zeer sterk toe en waren de spelers zelf zeer onte vreden. Het bloed kroop echter waar het niet gaan kon De films bevielen ook niet en er ontstond een drang naar beter tijdverdrijf. In 1930 maakten een aantal inwoners van Tegelen een studiereis naar Oberammergau, maar kwam eigenlijk gedesillusion- neerd terug met de uitroep: „Dat kunnen wij nooit". Enkele vooruitstrevende lieden lieten zich niet afschrikken en bin nen veertien dagen was er een be sluit genomen tot opvoering van de passiespelen. Een openluchttheater werd gebouwd met 309 zitplaatsen en bij de eerste uitvoering in 1931 op tekst van pastoor Van Delft, een groot bijbelkenner bleek al dade lijk, dat er moest worden uitgebreid. In 1932 wederom een opvoering en in 1934 werd het comité passiespelen omgezet in een stichting en men be sloot om de vijf jaar uitvoeringen te geven. In 1940 werd gespeeld op tekst van pater Jac. Schreurs, die thans nog gebruikt wordt. Thans beschikt men ook ovei een accommodatie van 5000 zitplaatsen, terwijl de eerste vijf voorstellingen voor het komende sei zoen reeds zijn uitverkocht. Moeder Natuur houdt van verrassingen ^EDERLAND HEET EEN ZEEVAREND VOLK, dat in een roemrijk ver- leden zijn vlag plantte op iedere wereldzee; Nederland is een agrarisch land en Nederland wordt een industrieland. Dit zijn zo de gedachten, die Ce Nederlander over zijn eigen land heeft en te weinig wordt aan de mogelijk heid gedacht, dat Nederland ook gebieden heeft, waar de bodem zo rijk is, dat e- mogelijk in de toekomst een bloeiende mijnbouw zou kunnen ont staan. Zeker, we denken aan de gebieden van Zuid-Limburg, waar een gedeelte van onze kolenbehoefte uit de grond gehaald wordt; we denken aan de en kele gebieden, waar zout gevonden wordt en zo nu en dan komt een ge rucht over oliewinning en aardgasboringen. Maar alhoewel Nederland wel altijd een gebrek zal houden aan belang rijke delfstoffen, schuilen er toch meer mogelijkheden in de Nederlandse bodem, dan men zo oppervlakkig vermoedt. TE DIEP. De meeste van deze delfstoffen zijn echter momenteel nog niet op een economisch verantwoorde wijze aan de oppervlakte te brengen en daar om wordt er geen rekening mee ge houden. Toch zou Nederland b.v. in de strikte zin van het woord niet afhan kelijk behoeven te zijn van de 4K millioen ton steenkool, die per jaar ingevoerd moeten worden, want bui ten Zuid-Limburg zijn nog gebieden in Nederland, die deze kolenbehoefte zouden kunnen dekken, alleen zal het de nodige tijd vergen om deze gebieden in exploitatie te brengen. Nederland maakt in de laatste tijd een begin met de ontginning van deze kolengebieden en zo wordt momen teel gewerkt aan de Beatrix-mijn bij Vlodrop, de eerste niet-Limburgse mijn. Ook in de Achterhoek bij Winters wijk zijn kolenlagen gevonden, maar aan het ontwikkelen van dit gebied wordt nog niet gedacht, evenmin staan de gesignaleerde kolenlagen bij Oostzaan momenteel in het brand punt van de belangstelling. De oor zaak hiervan is, dat de lagen te diep liggen, zodat wij met onze middelen niet in staat zijn hen te ontginnen. VOOR HET NAGESLACHT. De waarnemend directeur van de Geologische Stichting te Haarlem, die aan dit onderwerp dezer dagen een lezing gewijd heeft, achtte het echter van belang, dat intensieve on derzoekingen gehouden zullen wor den naar de bodemmogelijkheden van Nederland, want alhoewel onze technische middelen soms niet toe reikend zijn om de ontginning met succes ter hand te nemen, kan het nageslacht wellicht profiteren van ons vooronderzoek. Zo heeft Nederland voldoende steenzout om de gehele wereld nog honderden jaren tevreden te stellen, en alhoewel deze bodemrijkdom reeds op verschillende plaatsen be nut wordt, speelt het vervoerspro bleem hier dikwijls eèn belangrijke rol, daar de ontginning zeer eenvou dig en goedkoop is. Als practisch resultaat van deze bodemrijkdom is de sodafabriek te Delfzijl te noemen, die nooit rendabel zou kunnen werken als niet enkele kilometers van de industrie verwij derd bij Winschoten het zout uit de grond gehaald werd. KLEI-VOORRAAD MINDER. Aardolie wordt hier en daar in Ne derland gevonden, maar speelt voor lopig nog geen belangrijke rol, al zijn neg lang niet alle onderzoekingsmo gelijkheden in practijk gebracht. Aardgas ligt iets gunstiger, maar cok van deze delfstof is de voorraad er de aanwezigheid in thans nog niet gesignaleerde gebieden een min of meer witte kaart. Een onverwacht probleem levert de kleivoorraad in Nederland. Neder land is min of meer beroemd om zijn steenbakkerijen, maar de moge lijkheid is niet uitgesloten, dat over enkele jaren de voorraad klei, die voor de steenbakkerijen noodzakelijk is. uitgeput zal zijn, zodat het geen overbodige luxe is, wanneer onder zoekingen naar nieuwe kleilagen ge daan worden. Naast al deze mogelijkheden gaf dr. A. J. Pannekoek ook een over zicht van de delfstoffen, die Neder land hoogstwaarschijnlijk niet in zijn bodem herbergt, waardoor ons land wel altijd afhankelijk zal blijven van de invoer. Ijzerertsen, tin, alumi nium, uranium en kali zijn in'onze bodem nog niet aangetroffen, het geen echter nog helemaal niet wil zeggen, dat deze producten in onze bodem niet aanwezig zijn; men heeft hen alleen nog nooit geconstateerd en. volgens dr. Pannekoek is het al- tüd de moeite waard om de onder zoekingen naar de bodemrijkdom van Nederland voort te zetten, want de natuur houdt nu eenmaal van verrassingen en waarom dan niet in het plekje grond, dat Nedetland heet? DE ROLVERDELING EEN JAAR voor het begin der passiespelen heerst er altijd een grote spanning in Tegelen. Op Witte Donderdag worden dan officieel de rollen toegewezen, nadat de nieuwe aanvragers zijn getest op hun kun nen. In een plechtige bijeenkomst worden de spreek- en figurantenrol len toegekend en wordt zowel door bestuur als door spelers een plechti ge gelofte afgelegd „aanvaard ik dee moedig de mij toegewezen rol en be loof algehele toewijding aan mijn taak en onderwerping aan de leiding der passiespelen". De spelers behoren volgens de re glementen allen in Tegelen te wonen en katholiek te zijn. De leeftijd van de medespeders varieert van 2 tot 87 jaar en opmerkelijk mag hier worden genoemd de rol van Petrus, die voor de zevende maal is toege wezen aan N. Franssen, die op 73- jarige leeftijd nog onvervangbaar blijkt te zijn. De Christusrol is dit maal gegund aan Pierre Niessen, een 27-jarige jongeman, die reeds bewe zen heeft een goed acteur te zijn. Het passiespel van Jac. Schreurs bestaat uit 4 bedrijven en neemt ruim vier en een half uur in beslag. Dan voert wederom de weg van Be- thanië via het Cenakel en het San hedrin naar Gabattha, om haar hoog tepunt te vinden op Golgotha, waar Christus aan het kruis genageld wordt. BAARDEN EN HAREN MAAR EER het zover is, heeft de heer Thijssen al diverse band opnamen gemaakt om later in de een zame beslotenheid van zijn kamer de stemmen nog eens tot ziah te laten komen en de eventuele fouten uit 't drama te verwijderen. Want zijn streven is er op gericht elke vijf jaar betere spelen te brengen dan de voorgaande en elke uitvoering beter te maken dan de voorafgaande, tot dat hij misschien zal kunnen zeggen: „Zo wil ik het hebben en zo blijft het", al beseft de regisseur, dat dit ogenblik nog ver verwijderd ligt. Hij zit nog bij iedere uitvoe ring op zijn plekje om de spe lers te waarschuwen, dat zij moe ten opkomen via een van de twaalf ingangen, waar een groen en een rood lampje zijn aangebracht voor „gereedhouden" en „opkomen". De grootste zorg van de heer Thijs sen is echter of zij werkelijk op het moment, dat zij moeten opkomen, aanwezig zijn, want zodra hij hen maar ziet verschijnen, ontsnapt hem een zucht van verlichting. Wie thans op een gewone dag in Tegelen komt, merkt op het eerste gezicht niets van de komende passie spelen, maar reeds spoedig komt men op zijn weg wel een man tegen met lange vrouwenharen en een baard. Deze groeien al sinds de dag van zijn uitverkiezing. En het is de grote ver dienste van kapper Seelen, de gri meur en kapper, die sinds het begin van de passiespelen er reeds geheel belangeloos /oor zorgt, dat deze man wordt tot een imponerende figuur, waarnaar straks zowel Nederlanders als de buitenlanders men ver wacht de Belgen, Duitsers, Engelsen, Fransen, Italianen en Amerikanen weer in groten getale met bewon dering zullen kijken. De krijgsknechten vielen op hun knieën voor Hem en bespotten Hem, zeggende: „Wees gegroet, gij koning der Joden!* DE BANGE HAZEN Naar het land van vechtersbazen huppelden twee bange hazen. Maar hoe Hip en Hup ook zochten, e>* werd nergens meer gevochten. Er was gekker nog misschien niet één vechtersbaas te zien! „Stil", zei Hup, „stil Hip, ik boor wat!" „Ja", zei Hup, „ik ook, wat was dat?" „In dat huis", zei Hup, „daar was het, daar, help riep iemand, help, gevaar!" Hip keek Hup en Hup keek Hip aan. Hup zei: „laten we gauw weggaan". Maar die stem riep uit -het huis: „help toch, help toch, help.... een muis!" „O", zei Hip, „zijn ze daar bang voor?" Zij het huis in, trap op, gang door: op de tafels, op de kast, aan de lamp hield één zich vast stonden alle vechtersbazen, banger nog dan bange hazen. Hip en Hup stuurden die muis uit het vechtersbazenhuis. Met die langstaart op hun rug hipten ze naar huis terug. Toen ze daar gekomen waren kwam een kar vol kool en blaren, vol met hazenlekkernijen voor het hazenhuisje rrden. Hip zei: ,,'t is voor jou en mij! Kijk, er zit een kaartje bij: „dit is voor de dapp're hazen van de bange vechtersbazen". MIES BOUHUYS. De Italiaanse modehuizen heb ben in het Palazzo Gitti getoond, wat de nieuwe zomermode gaat brengen. GIORGIO AVOLIO geeft zijn creaties, die vooral voor stad en reis zijn bedoeld, weer het on miskenbare kenmerk van goede smaak mee. Prachtige wollen stoffen in verrukkelijke voor- jaarskleuren, geven reliëf aan rechte mantels, onberispelijk van coupe en zorgvuldig uitge werkt in de details. Boorden van ribbeltrieotage worden met ver rassende nieuwe effecten op zij in mantels en korte jasjes gezet, tamelijk grote zakken en kragen onderstrepen de losse en bewust eenvoudige stijl van de model len. De tricotagemodellen van MIRSA brengen nieuwe thema's van decoratie voor blouses, spen cers en zomerjumpertjes. Stre pen in alle denkbare soorten en variaties vormen het hoofdmo tief. Zeer interessant zijn de overalls van tricotage in lichte, heldere kleuren. De wijde rokken van GLANS brengen geen nieuwe noot in de komende zomermode; origineel is alleen een avond-overall, ge maakt /an de fijnste zwart wol len jersey, geheel om het li chaam gedrapeerd van polsen tot enkels. In verband hiermee moet de aandacht gevestigd worden op de duidelijk uitgesproken nei ging, die op de modeshows te Florence viel waar te nemen, om bij de zomermodellen de ar men te bedekken. ANNA TOSCO brengt voor de zomer een reeks zeer geslaagde zee- en zeilensembles. De leng te van de nauwsluitende panta lons variëert van knie tot en kel. De effen gekleurde blouses zijn op bekwame wijze in har monie gebracht met de fantasie- stoffen der pantalons, opzij diohtgemaakt met een reeks don kerblauwe knoopjes. Een losse witte jersey blouse wordt er overheen gedragen. Bijzondere zorg is besteed aan de reis- en stadensembles, waarin wollen jersey het ideale uitdrukkings middel is, dat door zijn natuur lijke soepelheid de enigszins stijf aandoende verlengde taillelijn corrigeert. Deze ensembles be staan uit deux-pièces met een lange blouse, aangevuld met mantels of korte jasjes van rech te lijn. Het kleurengamma be staat hoofdzakelijk uit tinten geel, caramel en oker, dikwijls gecombineerd met roomwit. VALDITEVERE brengt een nieuwe interessante serie wollen handweefstoffen met een opmer kelijke variatie van tamelijk opvallende, veel effect sorteren de dessins. MYRICAE heeft met de ge bruikelijke goede smaak een col lectie gepresenteerd, die op fol kloristische motieven was ge- inspireerd; rokken en jasjes, af gewerkt met Sardinisch galon, rokken van zeer fijne wollen weefsel met grote gedrukte des sins in levendige kleuren en een voudige chemisiers van wollen voile, gewerkt met een lang lijf. Verdrogen de bloemknoppen Het verdrogen van de bloem knoppen pleegt bij onze huis- planten veelvuldig voor te ko men. Vooral bij Azalea's doet dit euvel zich dikwijls voor. Het te leurstellende is, dat de vele MIRSA knoppen grote verwachtingen hebben gewekt enEnfin U kent dat. Tenslotte kwam er niets van terecht. Over het algemeen wordt het verdrogen van knoppen veroor zaakt door een te droge atmos feer. Indien U reeds teleurstel lingen op dit terrein ondervon den hebt, adviseren wy U de plant voortaan dikwijls te be sproeien met lauw water. De re sultaten van dit middel zijn uit stekend. BEHANDEL UW MAN MET TACT 7EG NOOIT tegen Uw man: „Ik ga schoonmaken, morgen moet je de gang' maar witten". Het woord schoonmaak roept zelfs bij zeer gewillige echtge noten sterke weerstanden op. Bereidt hem dus tactisch voor op zijn aandeel in de voorjaars schoonmaak. Mannen houden' niet van vol dongen feiten. Zij moeten er aan een zacht lijntje bij getrokken worden. Daar is tijd voor nodig. Dus: Niet overhaast starten. Zeg: „Over twee weken ga ik aan de schoonmaak en dan moet jij aan 't witten". „Goed", bromt hy achter zyn krantje en denkt meteen bij zichzelf: „Nog twee weken! Wie dan leeft, wie dan zorgt!" Maar twee weken zijn vlug om en dan zit hij er zonder tegen stribbelen aan vast. SONJA.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1955 | | pagina 5