Te weinig persoonlijkheidsvorming
bij jonge katholieken
Enige belasting-verlichting
voor de middenstand
Limburgse jeugdleidster in
de bergen verongelukt
„,.1BER 1954
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 3
GEESTELIJKE ONTWIKKELINGSGEBIEDEN
4. Maatschappelijk Opbouwwerk
Wij willen tenslotte even stilstaan
bij de problemen die samenhangen
met de veranderingen van het woon-
milieu, welke in onze dagen veelvul
dig voorkomen. Doordat het even
wicht tussen de bevolkingsgroei en
de uitbreiding van de bestaandsmid-
delen op het platteland in de meeste
gevallen ontbreekt, is het veelal
noodzakelijk, dat op het platteland
opgegroeide mensen hun vertrouwde
omgeving verlaten of zich ofwel in
het buitenland ofwel in de steden
van het eigen land een bestaan te
verwerven.
Het spreekt welhaast vanzelf, dat
vooral aan de emigratie naar het
buitenland van stedelingen zowel
als plattelanders grote gevaren voor
het geestelijk leven verbonden zou
den zijn, wanneer niet voor een goe
de selectie, persoonlijke voorberei
ding en nazorg in de aanpassings
periode zou worden zorg gedragen.
Wij constateren met voldoening,
dat de burgerlijke Overheid in dit
opzicht baanbrekend werk heeft ver
richt en daarbij de confessionele or
ganisaties in belangrijke mate heeft
ingeschakeld.
Het is Onze wens, dat de katholie
ken, die willen emigreren, hun be
langen toevertrouwen aan de Ka
tholieke Centrale Emigratie Stich
ting, die Wij in dit verband de aan
gewezen instantie achten.
Tevens wensen Wij, dat de toe
komstige emigranten mede onder
leiding van genoemde Stichting de
nodige aandacht besteden aan de
persoonlijke voorbereiding op deze
voor hen zo belangrijke stap.
Ook bij de verandering van milieu
binnen de grenzen van het eigen
land staan de geestelijke belangen
van de katholieken op het spel.
Veelal immers komen de migran
ten uit de beschermde dorpsgemeen
schap terecht in de grote stad, waar
in zij aanvankelijk geïsoleerd staan.
Wij achten het noodzakelijk, dat
door de zielzorgers en de organisa
ties aan dit vraagstuk meer aandacht
wordt besteed. Wij weten immers,
dat het verlaten van de oude omge
ving voor vele migranten heeft ge
leid tot een vervreemding van de
Kerk.
Het is onze taak om een dergelijk
verlies, een dergelijke schade aan
het geestelijke en morele peil van
ens volk, in de toekomst met kracht
van daden te voorkomen.
De wortel van het kwaad is na
melijk gelegen in de veelal onvol
doende persoonlijkheidsvorming van
onze jonge katholieken die, eenmaal
buiten tie gemeenschap van hun ge
boortedorp, niet zonder schade de
invloed van de grote stad ondergaan.
Het is daarom onze taak om bij de
opvoeding van onze jeugd de per
soonlijksvorming bewust na te stre
ven, om hen te helpen in hun nieu
we milieu de goede aanpassing te
vinden.
Wij wijzen er met nadruk op, dat
deze vorming allereerst en hoofdza
kelijk in de gezinsgemeenschap moet
plaats hebben.
Enerzijds beseffen Wij dat de func
tie van het gezin in de huidige sa
menleving een ingrijpende wijziging
heeft ondergaan, waardoor belang
rijke taken aan andere organen moes
ten worden overgedragen, ander
zijds hebben de ouders in vele geval
len de neiging al te gemakkelijk hun
aandeel in de opvoeding! aan andere
personen en instellingen over te la
ten.
De moderne opinievormende com
municatiemiddelen zoals radio en
in de toekomst televisie dringen
de gezinnen binnen, waardoor de
vormende invloed van de opvoeding
in het gezin belangrijk aan waarde
kan inboeten. In de sfeer van gebon
denheid en saamhorigheid binnen de
gezinsgemeenschap liggen onmisken
baar de voorwaarden voor een dus
danige persoonlijkheidsvorming, dat
(hieruit ook de hoog noodzakelijke
roepingen voor priesterschap en re
ligieuze staat kunnen voortkomen,
en dat de katholieke leken bij on
gunstige veranderingen van hun
persoonlijke omstandigheden het ge-
loof, hun vaderlijk erfdeel, zullen
bewaren en beleven.
In gezinnen die in dit opzicht te
kort schieten, zullen alle personen
en instanties die daartoe geroepen
zijn, steun moeten bieden om deze
tekorten op te heffen. In aanvulling
daarop zullen de leerkrachten van
onze scholen het uiterste moeten ge
ven indien noodzakelijk met ge
bruikmaking van nieuwere onder
wijsmethoden de kinderen mede
te vormen tot diep van godsdienst
doordrongen mensen. De betekenis
van onderwijs kan nooit hoog genoeg
worden aangeslagen, en Wij vragen
allen, die met zoveel toewijding van
het onderwijs hun levenstaak maken,
er steeds voor te blijven zorgen, dat
de positie van het katholieke onder
wijs nergens wordt ondergraven, en
dat het peil van het onderwijs ge
zien het grote belang voor de vor
ming der jeugd zo hoog mogelijk
wordt opgevoerd.
Ook de vorming buiten schoolver
band zal onze volle aandacht verdie
nen, terwijl de thans reeds opge
groeide jeugd in haar vrijetijdsbe
steding zal dienen te worden geleid
door een élite van jeugdleiders. Het
is van het hoogste belang, dat de
jeugd zich juist in het kader van de
individuele vorming een positieve
waardering verwerft voor het goede
van de katholieke organisatorische
verbanden.
De jonge man en het jonge meisje
zullen via een verantwoorde beroeps
keuzevoorlichting het werkende le
ven moeten worden binnengeleid.
Een goede beroepsscholing is een on
ontbeerlijke voorbereiding voor het
leven. Het is reeds vele malen ge
constateerd, dat de katholieken op
maatschappelijk gebied een grote
achterstand vertonen. Vooral door
een goed doordacht programma zal
deze achterstand worden ingehaald.
Tenslotte willen Wij met klem wij
zen op het grote nut van een juiste
en gezonde voorlichting over, en
vooral van een degelijke en gezon
de voorbereiding op het huwelijk.
Veel van het huwelijksleed is te wij
ten aan het lichtvaardig huwen. Het
is noodzakelijk, dat wij onze jeugd
bij voortduring blijven doordringen
van de onverbreekbaarheid van het
huwelijk en van de ontzaglijke ver
antwoordelijkheid welke op hen rust
bij de keuze van de echtgenoot en
van de medeopvoeder van de kinde
ren.
Slechts door al deze activiteiten
zal het mogelijk blijken de platte-
landsjeugd maar ook de jeugd van
onze grote steden tegen de gevaren
van onze huidige samenleving te wa
penen niet alleen, maar hen te ma
ken tot een licht op de kandelaar,
dat straalt voor een wijde omgeving.
Let op het bekende FYFFES-
ETIKET. Alleen dit waar
borgt U het beste van het
beste: de échte FYFFES,
voedzaam en verrukkelijk
allien echt met blauw ttiket op iedere kam
Brabants dorp doorvuur bedreigd
2 boerderijen verwoest
Een uitslaand brand in het dorp
Teeffelen (gemeente Llth) heeft gis
termiddag de boerderijen van H.
van den Brand en L. Hol verwoest.
In beide boerderijen gingen de hooi
oogst en een deel van de landbouw-
inventaris verloren. Uit de woning
van L. Hol is ook vrijwel niets van
de huishoudelijke inboedel gered. In
deze boerderij kwamen ook zeven
varkens in het vuur om. Persoonlijke
ongelukken hebben zich niet voor
gedaan.
Een tijd lang heeft men gevreesd;
Boerderij door vurig
kinderspel vernield
In het Friese plaatsje Fochtelo, ge.
meente Ooststellingwerf is gister
avond een boerderij afgebrand. De
schade wordt geschat op ongeveer
50.000 gulden.
De brand ontstond omstreeks zes
uur. De vlammen laaiden op uit de
oude, pas verbouwde boerderij, waar
door van de inboedel weinig kon wor
den gered. De brandweer van Foch
telo verleende nog wel assistentie,
doch kon niet verhinderen dat de
boerderij geheel in de as werd ge
legd. De bewoner was de landbou
wer Koopmans en de eigenaar de
fam. Hardhout. De politie, die een
onderzoek instelt naar de oorzaak,
vermoedt dat kinderen in of nabij de
boerderij met lucifers hebben ge
speeld.
dat het hele dorp in vlammen zoü
opgaan, immers de wind was krach
tig en Teeffelen bestaat uit een klei
ne dertig boerderijen, die naast en
achter elkaar gebouwd zyn. Geluk
kig stond de wind echter zo, dat de
vonken voor het grootste deel op het
land terecht kwamen.
Het blussingswerk is uitgevoerd
door de brandweercorpsen van Lith
en Oss en de regionale brandwéer
uit Oss en ook de brandweer van
's-Hertogenbosch is op het terrein
van de brand aanwezig geweest,
maar zij behoefde geen assistentie
te verlenen.
ZEEPOST.
Met de volgende schepen kan zee
post worden verzonden. De data
waarop de correspondentie uiterlijk
ter post moet zijn bezorgd, staan,
tussen haakjes, achter de naam van
het schip vermeld.
Indonesië en Ned. Nw. Guinea ma.
„Sumatra" (18 Sept.). .s. „Zeeland"
(23 Sept.); Ned. Antillen m.s. „Sar-
pedon" (21 Sept.); Suriname m.s.
„Bonaire" (22 Sept.); Unie van Z.
Afrika en Z.W.-Amka m.s. „Oranje
fontein" (221 Sept.); Canada s.s.
„Groote Beer" (20 Sept.), m.s. „Noor-
dam" (23 Sept.); Zuid-Amerika s.s.
„Andes" (22 Sept.); Australië s.s.
„Iberia" (23 Sept.); Nieuw Zeeland
via Engeland (18 Sept.).
60 JAAR LIEF EN LEED,
De heer en mevr. A. K. Keijzer
Voogd te Herkingen zullen op Maan
dag 20 September a s. de dag her
denken waarop zij 60 jaar in den
echt verbonden zijn.
PRINSJESDAG
Vier prinsessen
in rijtoer
Dinsdag a.s. des middags zullen
de K ningin en de Prins met de vier
prinsessen een rijtoer door de bin
nenstad van Den Haag maken. In de
eerste-open rode landauer met vier
paarden bespannen, zullen gezeten
zijn de Koningin, de Prins en de
prinsessen Margriet en Marijke. In
een tweede met vier paarden bespan
nen open rode landauer zullen de
prinsessen Beatrix en Irene plaats
nemen.
De stoet zal de volgende route ne
men (vertrek 3.45 uur): Lange Voor
hout, Tournooiveld, Lange Houtstr.,
Plein, Lange Poten, Spuistraat, Wa
genstraat, Huygensplein, Stations
weg, Hoefkade, Vaillantlaan, Zuid
Binnensingel, Lijnbaan, Westeinde,
Groenmarkt, Hoogstraat, Noordeinde,
Heulstraat, Lange Voorhout.
NED. TROEPEN IN DUITSLAND.
Op Vrijdag 17 en Zaterdag 18 Sep
tember zal het burger-vervoer wel
licht plaatselijk enig oponthoud on
dervinden op sommige wegen, waar
langs het militair vervoer wordt ge
leid tijdens de verplaatsing van het
Nederlandse legerkorps naar Duits
land. In het algemeen rijden de mili
taire colonnes op de genoemde dagen
tussen 3 uur des morgens en 5 uur
des namiddags de wegen via Zwolle
en Apeldoorn naar Almelo en Hen
gelo en de grensposten bij Dene
kamp en Enschede, alsmede de we
gen vanuit Zeist, Grave en Ede via
Arnhem naar Elten.
Twaalfhonderd K.A.B.-
vrouwen naar Lourdes
Met bisschop in haar midden
MGR. PAULISSEN SJW.A.
HEEFT GEESTELIJKE LEIDING.
Voor vele honderdefi katholieke
vrouwen van ons land was het heden
de grote dag van haar leven, waar
zij lang naar hebben uitgezien en
die door moeizaam sparen geduren
de vele maanden was voorbereid.
Twaalfhonderd vrouwen uit de KAB-
familie trokken onder auspiciën van
de Centrale Reiskas op naar Maria's
genade-oord in Lourdes om in het
Mariale jaar op een zeer bijzondere
wijze uitdrukking te geven aan haar
Maria-devotie.
Drie treinen waren nodig om de
pelgrims, uit verschillende plaatsen
van het land afkomstig, naar het
verre en, naar men hoopte, warmere
Zuiden te voeren. De eerste trein,
bestemd voor het vervoer van de 360
zieken en een kleine groep gezonde
deelneemsters, vertrok gisterenoch
tend om half elf met 70 zieken vanaf
het centraal station te Utrecht naar
het Zuiden, richting Maastricht. Het
aantal invalide passagiers, dat in Den
Bosch de reis aanvaardde, bedroeg
100 terwijl er op de tussenstations
nog enige tientallen werden opgeno
men. Uiteraard vergde dit veel tijd,
zodat de ziekentrein eerst omstreeks
die uur via Maastricht-Eisden ons
land verliet.
De overige deelneemsters vertrok
ken in twee speciale treinen met als
respectievelijk vertrekplaatsen Den
Bosch en Tilburg. De Brabantse
hoofdstad was de verzamelplaats van
de pelgrims uit het Westen, Noorden
en Oosten des lands.
Omstreeks drie uur vertrok deze
groep uit den Bosch. Het was voor
de pelgrims een aangename verras
sing een bisschop in haar midden te
mogen ontvangen. Het was Z. H. Exc
Mgr. H. J. Paulissen S.M.A., oud-bis
schop van Kumasi, die zich bij de
pelgrims voegde.
TAPIJTEN VATTEN VLAM.
Doordat arbeiders met een lasap
paraat in een der kelders van de ta-
pijtfabriek Corn, van den Brink aan
de Huygensstraat te Hilversum aan
het werk waren geweest, moest
Woensdagavond brandalarm worden
gegeven, omdat een grote stapel op
geslagen tapijten, bestemd voor ex
port, aan het smeulen was gegaan.
Veiligheidsmaatregelen om de sta
pels met zeilen af te dekken bleken
niet afdoende te zijn geweest, De
brandweer wist het gevaar spoedig
te bezweren. Gistermorgen bleek, dat
een stapel van tweehonderd tapijten
schade had opgelopen tot een bedrag
van enkele tienduizenden guldens.
Tweede Kamer
In de Tweede Kamer werd het de
bat over de Middenstandsnota voort
gezet.
De staatssecretaris van Economi
sche Zaken, de heer VELDKAMP,
zette zijn rede voort. Bij tal van mid-
denstandsbedrijven, zegt hij, be
staat een ontstellend tekort aan in
zicht over de mogelijkheden, die in
het huidige beleid reeds zijn vervat.
Gaarne wil hij eens bij wijze van
proef een of meer functionele consu
lenten aanstellen in enkele bran
ches. Het zal niet nodig zijn dat de
consulenten in alle branches des
kundig zijn. Ze dienen slechts alge
meen deskundig te zyn. Dat de in
terdepartementale samenwerking op
dit gebied niet goed zou zijn be
strijd de staatssecretaris met de
meeste nadruk.
De staatssecretaris van Financiën,
de heer VAN DEN BERGE, zegt dat
bij hem enige reserve bestaat, we
gens het algemene karakter van de
belastingheffing, ten aanzien van
het bezien van de fiscale politiek te
gen de achtergrond van een bepaal
de groep.
Toch wil de staatssecretaris wel
toezeggen dat hij in overleg zal tre
den met de minister van Economische
Zaken en de staatssecretaris, om een
onderzoek in te stellen naar de fis
cale druk, die op de middenstand
rust. Hij meent dat, zowel bij de be
oordeling van de belastingdruk als
bij de vraag van de verdeling, het
algemene karakter van de belastin
gen krachtig voorop moet staan,
waarbij dan nog bezien kan worden
of een herziening in bepaalde secto
ren gerechtvaardigd is.
Wat de fiscale politiek ten aanzien
van de inkoopcombinaties betreft,
meent spr. dat de tariefcommissie
moet doorgaan met te beoordelen, of
er sprake is van een grossierscom
binatie of niet. Ten aanzien van de
investeringsaftrek voor firma's ziet
hij wel aanleiding om de belasting
dienst aanwijzing te geven om de
vraag, of het minimum van 3000
gulden bereikt is, per firma te be
kijken en niet per belastingplichtige
firmant. Voorts wil hij wel overwe
gen om de belastingvrijdom voor de
stille reserve, die aanwezig blijkt bij
liiquidatie en in geval van overlij
den, uit te breiden van 5000 gulden
tot 7500 gulden.
De heer HOOIJ (KVP) is dank
baar voor de tegemoetkomingen.
De heer VAN DE WETERING
(CHU) acht zich in hoofdzaak wel
bevredigd door de opmerkingen van
Gistermorgen is op de proosdij te
Meerssen, het centrum van de Ka
tholieke Diocesane Jeugdbeweging,
bericht ontvangen dat mej. Elisabeth
Maria Sporken, commissaresse van
de „Kabouters" in Limburg te Adel-
boden in Zwitserland bij een berg-
ongeval om het leven is gekomen.
De reddingsploeg die, nadat mej.
Sporken vermist werd, anderhalve
dag had gezocht, heeft gistermorgen
het stoffelijk overschot gevonden.
Mej. Sporken was als vertegen
woordigster van de gidsenbeweging
aanwezig op een studieweek in Adel-
boden en bleef daar na afloop nog
enkele dagen met vacantie.
DODELIJKE MIST.
Dinsdagmiddag is zij een wandel
tocht gaan maken. Om half zeven
's avonds heeft zy die dag nog met
een Engelse gidsenleidster een ge
sprek gevoerd. Het bergpad, dat zij
nam, was goed begaanbaar, maar in
de avond is er mist komen opzetten.
Toen zij 's avonds laat in haar ho
tel werd vermist, is onmiddellijk
een reddingsbrigade uitgetrokken.
Nadat de gehele nacht gezocht is,
werd gistermorgen het lyk aange
troffen in een ravijn.
Waarschijnlijk is mej. Sporken in
de mist mis gestapt, in een ravijn
gestort en door een bergstroom mee
gesleurd. Het stoffelijk overschot
vertoonde een ernstige hoofdwonde.
Mej. Sporken, oud 28 jaar, was se
dert drie jaren werkzaam in Meers
sen. Zij was Zweedse van geboorte en
woonde in Blerick bij Venlo.
de staatssecretaris, ten aanzien van
de moeilijkheden met de vestigings
reglementen in het bakkersbedrijf.
De heer PESCHAR (PvdA) zegt
dat hij niet is overtuigd ten aanzien
van het behoefte-element.
De sterke weerstand er tegen wordt
door hem betreurd.
De heer CORNELISSEN (VVD)
vraagt hoever het staat met de voor
bereidingen van het hoofdbedrijf
schap Ambacht en waaruit even
tueel de moeilijkheden nog bestaan?
De heer VAN EIJSDEN (AR)
vraagt of het mogelijk is, dat over
heidssteun wordt gegeven aan de
middenstandsorganisaties als zij, ter
overbrugging van de periode tot het
totstandkomen van bedrijfsorganen,
zelf maatregelen treffen op voorlich-
tingsgebied?
De heer LEMAIRE (KNP) is het
er mee eens, dat het markt-analy-
tisch onderzoek en voorlichting ten
aanzien van het vestigingsbeleid
wel dienend, maar niet dwingend
moeten zijn. Zal dit ook het geval
zijn ten aanzien van de vestigings-
credieten?
De heer HAKEN (CPN) staat niet
op het standpunt dat men de mid
denstand in de watten moet leggen.
Men moet alleen gelijke kansen
scheppen en er dient niet gedwongen
gesaneerd te worden.
De heer VAN DIS (SG) zegt dat
in het 13de hoofdstuk van het boek
Nehemia duidelijk staat aangegeven,
waarom Zondagsverkoop in strijd
met Gods gebod is.
De Staatssecretaris, de heer VELD
KAMP zegt bereid te zijn het pro
bleem in het bakkersbedrijf, ten aan
zien van de vestigingsreglementen, te
onderzoeken, maar wil er nog op
wijzen dat het moeilijk is om veran
deringen aan te brengen, als men
eenmaal aan dergelijke dingen be
gint.
De Middenstandsnota wordt voor
kennisgeving aangenomen.
De stemming over de motie-Haken
wordt aangehouden tot heden.
Het wetsontwerp instelling van
een productschap voor bier wordt
zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
De vergadering wordt gesloten.
Hebberige
huishoudster
Tal van huishoudelijke voorwer
pen, levensmiddelen en kledingstuk
ken lagen vanmorgen uitgestald op
de groene tafel van de strafkamer
van de Rotterdamse rechtbank. Het
waren goederen, die een 38-jarige
huishoudster ontvreemd zou hebben
van de familie, bij welke zij werkte.
De vrouw ontkende dat alles te
hebben weggenomen. Voor elk van
de voorwerpen had ze een verkla
ring. Het een was haar geven, het
ander had ze geruild enz. De getui-
an de familie luid
en ook de officier
van justitie meende dat de goederen
op onrechtmatige wijze in haar be
zit waren gekomen. Hij eiste een
jaar gevangenisstraf met aftrek. Uit
spraak over veertien dagen.
HARDLEERSE BEDRIJFSLEIDER.
Voor de Haarlemse rechtbank heeft
zich gisteren een 36jarige bedrijfslei
der, verdacht van verduistering in
dienstbetrekking, moeten verant
woorden. In 1950 tot 1953 was hij as
sistent-bedrijfsleider van het Apollo-
paviljoen te Amsterdam en o.a. be
last met het beheer van de sigaret-
tenkas.
Volgens de tenlastelegging stak hij
regelmatig gelden in zijn zak en toen
dit uitkwam zou de patroon ver
dachte een schuldbekentenis hebben
laten tekenen van 1332; anders zou
hij de politie waarschuwen.
Daarna was de man bedrijfsleider
van hotel „De Leeuwerik" te Haar
lem, waar hij belast werd met het
innen van grote bedragen als er ge
meenschappelijke maaltijden of con
gressen waren geweest.
Verdachte zou hiervan 1800 niet
hebben afgedragen.
De officier van justitie eiste een
gevangenisstraf van tien maanden,
waarvan vier voorwaardelijk. Uit
spraak 30 September a.s.
MET EEN
Door O. Straminoff
17)
Teneinde zijn plan ongestoord te
kunnen volvoeren, zonder ook maar
iemands achterdocht op te wekken,
had hij zich verzekerd van de diens
ten van een zekere Stanley Rogers,
een man, die zijn onvoorwaardelijk,
vertrouwen genoot en die door zijn
doorzicht en zijn uitgesproken talent
voor organisatie zich bij hem onmis
baar had weten te maken. Ongetwij
feld was er niemand te vinden, die
zo nauwkeurig de zwakke plekken
van Francis P. Norman kende, als
mr. Rogers, de huidige secretaris
van sir William Sparkes. Mr. Rogers
was immers jarenlang de financiële
raadsman geweest van een der be
drijven van Francis P. in Chicago!
en dus van diens wereldzaken en
hun vele vertakkingen op de hoogte.
En niemand wist beter het ju -te mo
ment te kiezen om tot de aanval
over te gaan dan mr. Rogers, op
wiens terugkeer uit New York sir
William nu, in zijn hoofdkwartier
in Parijs, zat te wachten Deze mr.
Rogers zou hem verslag uitbrengen
over zijn laatste manoeuvres.
Terwijl hij in steeds stijgende
spanning over zijn plannen gebogen
zat, deed zich een zelfbewust klopje
op de deur horen, en mr. Rogers
trad het vertrek binnen.
Mr. Stanley Rogers was een man
van ongeveer 30-jarige leeftijd. Hij
was mager van postuur, op het
schrale af, met iets afstotends in
zijn gelaat, dat hij tevergeefs tracht
te te verbergen. Daarbij had zijn
oogopslag iets sluws en zijn gehele
manier van doen iets uitermate on
rustigs. En dat sir William Sparkes,
die anders by uitstek de kunst ver
stond zijn mensen te beoordelen en
te kiezen, blind was voor deze in het
ooglopende karaktertrekken, was
wellicht niet in de laatste plaats toe
te schrijven aan het feit, dat hij nu
eenmaal voor zijn doel een man no
dig had, die nergens voor terug
deinsde.
„En?" luidde de vraag van sir
William Sparkes. Maar hoe beheerst
dit ene woordje schijnbaar ook ge
klonken had, er trilde al de span
ning in, die zich de laatste maanden
sinds de afwezigheid van zijn secre
taris tot op haar uiterste hoogtepunt
had verzameld.
Een brede, zeer zelfbewuste glim
lach trok over het gelaat van mr.
Rogers. Hij legde de dikke actentas
voor zich op tafel, zette zich in een
clubfauteuil tegenover zijn opdracht
gever en eerst toen antwoordde hij:
„Het is my aangenaam u te kun
nen mededelen, mijnheer, dat ik de
zaak tot in alle onderdelen voor el
kaar heb."
Sir William Sparkes rees half uit
zijn stoel overeind.
„Dus...." klonk het hees van zijn
lippen.
„Dus is het nog slechts een kwestie
van hoogstens enkel maanden, voor wij
Francis P. totaal onder de knie heb
ben", luidde het antwoord. „Wanneer,
de bom precies zal barsten, kan ik
natuurlijk niet op 'enkele weken na
zeggen. Echter, wanneer we straks
samen rustig de stukken doorzien,
welke ik uit Amerika heb meege
bracht, zult u daaruit zelf kunnen
concluderen, dat ontsnappen niet
meer mogelijk is. Binnen drie, laten
we zeggen, hoogstens vier maanden
zal de algehele ruïne van de mach
tige kauwgom-koning en heerser
over de beurs van Amerika een vol
dongen feit zijn en de man, die dit
kunststuk want een ander woord
weet ik er niet voor tot stand
gebracht zal hebben, is...." hij
wachtte even en keek zijn meester
met een fluwelen uitdrukking in de
ogen aan „sir William Sparkes".
De aangesprokene liet zich op
nieuw in zijn stoel vallen en veegde
zich het zweet van zijn voorhoofd.
De reactie, na de vele maanden van
spanning, deed zich in al haar hevig
heid voelen. Eindelijk was dan het
grote ogenblik nabij, het ogenblik,!
waarnaar hij meer dan een kwart
eeuw reikhalzend had uitgezien. Hij
zou de man zijn, die de onoverwin
nelijke Francis P. Norman, wiens
naam van de daken der hoofdsteden
van vijf werelddelen straalde, de
nekslag gegeven had.
Een glimlach van nameloze vol
doening trok over zijn gelaat. Ja,
nu was het grote moment van zijn
leven, het ogenblik der afrekening,
aangebroken. Had deze man hem
niet het schoonste, het liefste, wat
hij ooit ter wereld bezeten had, ont
stolen? Welnu, nu was het zijn beurt
om hem alles af te nemen, wat hy
in een leven van langdurige en on
afgebroken werkzaamheid had op
gebouwd, zijn macht, zijn aanzien,
zijn millioenen. Langzaam vertrok
zijn slimlaoh tof «on griinc wol
haast afschuwelijke grijns, en wie nu
de oude heer Sparkes, de succesvolle
Australiër, had gadegeslagen, zou in
hem nauwelijks de beminnelijke fi
guur herkend hebben, die daarstraks
welhaast met de waardigheid van een
vorst achter zijn schrijfbureau had
gezeten. Toen hij ietwat van zijn
aandoening bekomen was, voegde hij
zijn secretaris, die hem al die tijd
geen seconde uit het oog verloren had
toe:
„Laten we dan maar onmiddellijk
aan de arbeid tijgen. Ik moet zeg
gen, dat ik hoogst nieuwsgierig ben"
op welke wijze u.
Doch, toen sir. Sparkes de hand
naar de actentas uitstak, trok Stan
ley Rogers deze snel naar zich toe.
Het was een onbewust gebaar ge
weest, maar wellicht juist daarom
was het de Australische millionnair
niet ontgaan.
„Vóór wij verder gaan", viel mr.
Rogers hem nog steeds op de bemin
nelijkste wijze in de rede, „hoe staat
het met de voorwaarde onzer over
eenkomst? Heeftheeft uw doch
ter eindelijk toegestemd?"
Alsof hij een slag ontvangen had
kromp sir William Sparkes in zijn
stoel ineen. Het hoofd zonk hem op
de h-rst, en lang"~im, bijna tcon-
ir.r.R Ir'--' J--r h"t -ortvk d'-
woorden:
„Zij heeft ongeveer zes maanden
geleden mijn huis na een heftige
scène verlaten. Haar tegenwoordige
verblijfplaats is me onbekend."
De eeuwige glimlach op het gelaat
van Stanley Rogers was als bij tover
slag verdwenen. Uitdagend zagen nu
de sluwe ogen de millionnair aan.
„U kent de voorwaarden", beet hij
hem toe. „U weet, dat u op het ogen
blik het lot van uw vijand in de
hand heeft, maar ja, als u zich niet
aan onze afspraak houdt, dan
Met een dreigend gebaar nam de
secretaris de actentas weer op. Maar
als bezwerend stak sir William Spar
kes zijn beide armen in de hoogte.
„Ik heb alles gedaan, wat ik kon,"
riep hij uit, zijn zenuwen nauwelijks
meer meester. „In alle dagbladen van
Engeland heeft mijn oproep gestaan,
heb ik haar letterlijk gesmeekt weer
in mijn woning in Park Lane terug
te keren. Maar alles tevergeefs. Ik
heb de beste speurders in myn dienst
genomen om te trachten haar op te
sporen, maar tot nu toe zonder re
sultaat. Toch kan het onmogelijk
lang meer duren, of zij zal my haar
verblijfplaats noodgedwongen ken
baar moeten maken. Zij ontvangt
niet de minste toelage mijnerzijds,