Te weinig persoonlijkheidsvorming bij jonge katholieken Enige belasting-verlichting voor de middenstand Limburgse jeugdleidster in de bergen verongelukt „,.1BER 1954 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 3 GEESTELIJKE ONTWIKKELINGSGEBIEDEN 4. Maatschappelijk Opbouwwerk Wij willen tenslotte even stilstaan bij de problemen die samenhangen met de veranderingen van het woon- milieu, welke in onze dagen veelvul dig voorkomen. Doordat het even wicht tussen de bevolkingsgroei en de uitbreiding van de bestaandsmid- delen op het platteland in de meeste gevallen ontbreekt, is het veelal noodzakelijk, dat op het platteland opgegroeide mensen hun vertrouwde omgeving verlaten of zich ofwel in het buitenland ofwel in de steden van het eigen land een bestaan te verwerven. Het spreekt welhaast vanzelf, dat vooral aan de emigratie naar het buitenland van stedelingen zowel als plattelanders grote gevaren voor het geestelijk leven verbonden zou den zijn, wanneer niet voor een goe de selectie, persoonlijke voorberei ding en nazorg in de aanpassings periode zou worden zorg gedragen. Wij constateren met voldoening, dat de burgerlijke Overheid in dit opzicht baanbrekend werk heeft ver richt en daarbij de confessionele or ganisaties in belangrijke mate heeft ingeschakeld. Het is Onze wens, dat de katholie ken, die willen emigreren, hun be langen toevertrouwen aan de Ka tholieke Centrale Emigratie Stich ting, die Wij in dit verband de aan gewezen instantie achten. Tevens wensen Wij, dat de toe komstige emigranten mede onder leiding van genoemde Stichting de nodige aandacht besteden aan de persoonlijke voorbereiding op deze voor hen zo belangrijke stap. Ook bij de verandering van milieu binnen de grenzen van het eigen land staan de geestelijke belangen van de katholieken op het spel. Veelal immers komen de migran ten uit de beschermde dorpsgemeen schap terecht in de grote stad, waar in zij aanvankelijk geïsoleerd staan. Wij achten het noodzakelijk, dat door de zielzorgers en de organisa ties aan dit vraagstuk meer aandacht wordt besteed. Wij weten immers, dat het verlaten van de oude omge ving voor vele migranten heeft ge leid tot een vervreemding van de Kerk. Het is onze taak om een dergelijk verlies, een dergelijke schade aan het geestelijke en morele peil van ens volk, in de toekomst met kracht van daden te voorkomen. De wortel van het kwaad is na melijk gelegen in de veelal onvol doende persoonlijkheidsvorming van onze jonge katholieken die, eenmaal buiten tie gemeenschap van hun ge boortedorp, niet zonder schade de invloed van de grote stad ondergaan. Het is daarom onze taak om bij de opvoeding van onze jeugd de per soonlijksvorming bewust na te stre ven, om hen te helpen in hun nieu we milieu de goede aanpassing te vinden. Wij wijzen er met nadruk op, dat deze vorming allereerst en hoofdza kelijk in de gezinsgemeenschap moet plaats hebben. Enerzijds beseffen Wij dat de func tie van het gezin in de huidige sa menleving een ingrijpende wijziging heeft ondergaan, waardoor belang rijke taken aan andere organen moes ten worden overgedragen, ander zijds hebben de ouders in vele geval len de neiging al te gemakkelijk hun aandeel in de opvoeding! aan andere personen en instellingen over te la ten. De moderne opinievormende com municatiemiddelen zoals radio en in de toekomst televisie dringen de gezinnen binnen, waardoor de vormende invloed van de opvoeding in het gezin belangrijk aan waarde kan inboeten. In de sfeer van gebon denheid en saamhorigheid binnen de gezinsgemeenschap liggen onmisken baar de voorwaarden voor een dus danige persoonlijkheidsvorming, dat (hieruit ook de hoog noodzakelijke roepingen voor priesterschap en re ligieuze staat kunnen voortkomen, en dat de katholieke leken bij on gunstige veranderingen van hun persoonlijke omstandigheden het ge- loof, hun vaderlijk erfdeel, zullen bewaren en beleven. In gezinnen die in dit opzicht te kort schieten, zullen alle personen en instanties die daartoe geroepen zijn, steun moeten bieden om deze tekorten op te heffen. In aanvulling daarop zullen de leerkrachten van onze scholen het uiterste moeten ge ven indien noodzakelijk met ge bruikmaking van nieuwere onder wijsmethoden de kinderen mede te vormen tot diep van godsdienst doordrongen mensen. De betekenis van onderwijs kan nooit hoog genoeg worden aangeslagen, en Wij vragen allen, die met zoveel toewijding van het onderwijs hun levenstaak maken, er steeds voor te blijven zorgen, dat de positie van het katholieke onder wijs nergens wordt ondergraven, en dat het peil van het onderwijs ge zien het grote belang voor de vor ming der jeugd zo hoog mogelijk wordt opgevoerd. Ook de vorming buiten schoolver band zal onze volle aandacht verdie nen, terwijl de thans reeds opge groeide jeugd in haar vrijetijdsbe steding zal dienen te worden geleid door een élite van jeugdleiders. Het is van het hoogste belang, dat de jeugd zich juist in het kader van de individuele vorming een positieve waardering verwerft voor het goede van de katholieke organisatorische verbanden. De jonge man en het jonge meisje zullen via een verantwoorde beroeps keuzevoorlichting het werkende le ven moeten worden binnengeleid. Een goede beroepsscholing is een on ontbeerlijke voorbereiding voor het leven. Het is reeds vele malen ge constateerd, dat de katholieken op maatschappelijk gebied een grote achterstand vertonen. Vooral door een goed doordacht programma zal deze achterstand worden ingehaald. Tenslotte willen Wij met klem wij zen op het grote nut van een juiste en gezonde voorlichting over, en vooral van een degelijke en gezon de voorbereiding op het huwelijk. Veel van het huwelijksleed is te wij ten aan het lichtvaardig huwen. Het is noodzakelijk, dat wij onze jeugd bij voortduring blijven doordringen van de onverbreekbaarheid van het huwelijk en van de ontzaglijke ver antwoordelijkheid welke op hen rust bij de keuze van de echtgenoot en van de medeopvoeder van de kinde ren. Slechts door al deze activiteiten zal het mogelijk blijken de platte- landsjeugd maar ook de jeugd van onze grote steden tegen de gevaren van onze huidige samenleving te wa penen niet alleen, maar hen te ma ken tot een licht op de kandelaar, dat straalt voor een wijde omgeving. Let op het bekende FYFFES- ETIKET. Alleen dit waar borgt U het beste van het beste: de échte FYFFES, voedzaam en verrukkelijk allien echt met blauw ttiket op iedere kam Brabants dorp doorvuur bedreigd 2 boerderijen verwoest Een uitslaand brand in het dorp Teeffelen (gemeente Llth) heeft gis termiddag de boerderijen van H. van den Brand en L. Hol verwoest. In beide boerderijen gingen de hooi oogst en een deel van de landbouw- inventaris verloren. Uit de woning van L. Hol is ook vrijwel niets van de huishoudelijke inboedel gered. In deze boerderij kwamen ook zeven varkens in het vuur om. Persoonlijke ongelukken hebben zich niet voor gedaan. Een tijd lang heeft men gevreesd; Boerderij door vurig kinderspel vernield In het Friese plaatsje Fochtelo, ge. meente Ooststellingwerf is gister avond een boerderij afgebrand. De schade wordt geschat op ongeveer 50.000 gulden. De brand ontstond omstreeks zes uur. De vlammen laaiden op uit de oude, pas verbouwde boerderij, waar door van de inboedel weinig kon wor den gered. De brandweer van Foch telo verleende nog wel assistentie, doch kon niet verhinderen dat de boerderij geheel in de as werd ge legd. De bewoner was de landbou wer Koopmans en de eigenaar de fam. Hardhout. De politie, die een onderzoek instelt naar de oorzaak, vermoedt dat kinderen in of nabij de boerderij met lucifers hebben ge speeld. dat het hele dorp in vlammen zoü opgaan, immers de wind was krach tig en Teeffelen bestaat uit een klei ne dertig boerderijen, die naast en achter elkaar gebouwd zyn. Geluk kig stond de wind echter zo, dat de vonken voor het grootste deel op het land terecht kwamen. Het blussingswerk is uitgevoerd door de brandweercorpsen van Lith en Oss en de regionale brandwéer uit Oss en ook de brandweer van 's-Hertogenbosch is op het terrein van de brand aanwezig geweest, maar zij behoefde geen assistentie te verlenen. ZEEPOST. Met de volgende schepen kan zee post worden verzonden. De data waarop de correspondentie uiterlijk ter post moet zijn bezorgd, staan, tussen haakjes, achter de naam van het schip vermeld. Indonesië en Ned. Nw. Guinea ma. „Sumatra" (18 Sept.). .s. „Zeeland" (23 Sept.); Ned. Antillen m.s. „Sar- pedon" (21 Sept.); Suriname m.s. „Bonaire" (22 Sept.); Unie van Z. Afrika en Z.W.-Amka m.s. „Oranje fontein" (221 Sept.); Canada s.s. „Groote Beer" (20 Sept.), m.s. „Noor- dam" (23 Sept.); Zuid-Amerika s.s. „Andes" (22 Sept.); Australië s.s. „Iberia" (23 Sept.); Nieuw Zeeland via Engeland (18 Sept.). 60 JAAR LIEF EN LEED, De heer en mevr. A. K. Keijzer Voogd te Herkingen zullen op Maan dag 20 September a s. de dag her denken waarop zij 60 jaar in den echt verbonden zijn. PRINSJESDAG Vier prinsessen in rijtoer Dinsdag a.s. des middags zullen de K ningin en de Prins met de vier prinsessen een rijtoer door de bin nenstad van Den Haag maken. In de eerste-open rode landauer met vier paarden bespannen, zullen gezeten zijn de Koningin, de Prins en de prinsessen Margriet en Marijke. In een tweede met vier paarden bespan nen open rode landauer zullen de prinsessen Beatrix en Irene plaats nemen. De stoet zal de volgende route ne men (vertrek 3.45 uur): Lange Voor hout, Tournooiveld, Lange Houtstr., Plein, Lange Poten, Spuistraat, Wa genstraat, Huygensplein, Stations weg, Hoefkade, Vaillantlaan, Zuid Binnensingel, Lijnbaan, Westeinde, Groenmarkt, Hoogstraat, Noordeinde, Heulstraat, Lange Voorhout. NED. TROEPEN IN DUITSLAND. Op Vrijdag 17 en Zaterdag 18 Sep tember zal het burger-vervoer wel licht plaatselijk enig oponthoud on dervinden op sommige wegen, waar langs het militair vervoer wordt ge leid tijdens de verplaatsing van het Nederlandse legerkorps naar Duits land. In het algemeen rijden de mili taire colonnes op de genoemde dagen tussen 3 uur des morgens en 5 uur des namiddags de wegen via Zwolle en Apeldoorn naar Almelo en Hen gelo en de grensposten bij Dene kamp en Enschede, alsmede de we gen vanuit Zeist, Grave en Ede via Arnhem naar Elten. Twaalfhonderd K.A.B.- vrouwen naar Lourdes Met bisschop in haar midden MGR. PAULISSEN SJW.A. HEEFT GEESTELIJKE LEIDING. Voor vele honderdefi katholieke vrouwen van ons land was het heden de grote dag van haar leven, waar zij lang naar hebben uitgezien en die door moeizaam sparen geduren de vele maanden was voorbereid. Twaalfhonderd vrouwen uit de KAB- familie trokken onder auspiciën van de Centrale Reiskas op naar Maria's genade-oord in Lourdes om in het Mariale jaar op een zeer bijzondere wijze uitdrukking te geven aan haar Maria-devotie. Drie treinen waren nodig om de pelgrims, uit verschillende plaatsen van het land afkomstig, naar het verre en, naar men hoopte, warmere Zuiden te voeren. De eerste trein, bestemd voor het vervoer van de 360 zieken en een kleine groep gezonde deelneemsters, vertrok gisterenoch tend om half elf met 70 zieken vanaf het centraal station te Utrecht naar het Zuiden, richting Maastricht. Het aantal invalide passagiers, dat in Den Bosch de reis aanvaardde, bedroeg 100 terwijl er op de tussenstations nog enige tientallen werden opgeno men. Uiteraard vergde dit veel tijd, zodat de ziekentrein eerst omstreeks die uur via Maastricht-Eisden ons land verliet. De overige deelneemsters vertrok ken in twee speciale treinen met als respectievelijk vertrekplaatsen Den Bosch en Tilburg. De Brabantse hoofdstad was de verzamelplaats van de pelgrims uit het Westen, Noorden en Oosten des lands. Omstreeks drie uur vertrok deze groep uit den Bosch. Het was voor de pelgrims een aangename verras sing een bisschop in haar midden te mogen ontvangen. Het was Z. H. Exc Mgr. H. J. Paulissen S.M.A., oud-bis schop van Kumasi, die zich bij de pelgrims voegde. TAPIJTEN VATTEN VLAM. Doordat arbeiders met een lasap paraat in een der kelders van de ta- pijtfabriek Corn, van den Brink aan de Huygensstraat te Hilversum aan het werk waren geweest, moest Woensdagavond brandalarm worden gegeven, omdat een grote stapel op geslagen tapijten, bestemd voor ex port, aan het smeulen was gegaan. Veiligheidsmaatregelen om de sta pels met zeilen af te dekken bleken niet afdoende te zijn geweest, De brandweer wist het gevaar spoedig te bezweren. Gistermorgen bleek, dat een stapel van tweehonderd tapijten schade had opgelopen tot een bedrag van enkele tienduizenden guldens. Tweede Kamer In de Tweede Kamer werd het de bat over de Middenstandsnota voort gezet. De staatssecretaris van Economi sche Zaken, de heer VELDKAMP, zette zijn rede voort. Bij tal van mid- denstandsbedrijven, zegt hij, be staat een ontstellend tekort aan in zicht over de mogelijkheden, die in het huidige beleid reeds zijn vervat. Gaarne wil hij eens bij wijze van proef een of meer functionele consu lenten aanstellen in enkele bran ches. Het zal niet nodig zijn dat de consulenten in alle branches des kundig zijn. Ze dienen slechts alge meen deskundig te zyn. Dat de in terdepartementale samenwerking op dit gebied niet goed zou zijn be strijd de staatssecretaris met de meeste nadruk. De staatssecretaris van Financiën, de heer VAN DEN BERGE, zegt dat bij hem enige reserve bestaat, we gens het algemene karakter van de belastingheffing, ten aanzien van het bezien van de fiscale politiek te gen de achtergrond van een bepaal de groep. Toch wil de staatssecretaris wel toezeggen dat hij in overleg zal tre den met de minister van Economische Zaken en de staatssecretaris, om een onderzoek in te stellen naar de fis cale druk, die op de middenstand rust. Hij meent dat, zowel bij de be oordeling van de belastingdruk als bij de vraag van de verdeling, het algemene karakter van de belastin gen krachtig voorop moet staan, waarbij dan nog bezien kan worden of een herziening in bepaalde secto ren gerechtvaardigd is. Wat de fiscale politiek ten aanzien van de inkoopcombinaties betreft, meent spr. dat de tariefcommissie moet doorgaan met te beoordelen, of er sprake is van een grossierscom binatie of niet. Ten aanzien van de investeringsaftrek voor firma's ziet hij wel aanleiding om de belasting dienst aanwijzing te geven om de vraag, of het minimum van 3000 gulden bereikt is, per firma te be kijken en niet per belastingplichtige firmant. Voorts wil hij wel overwe gen om de belastingvrijdom voor de stille reserve, die aanwezig blijkt bij liiquidatie en in geval van overlij den, uit te breiden van 5000 gulden tot 7500 gulden. De heer HOOIJ (KVP) is dank baar voor de tegemoetkomingen. De heer VAN DE WETERING (CHU) acht zich in hoofdzaak wel bevredigd door de opmerkingen van Gistermorgen is op de proosdij te Meerssen, het centrum van de Ka tholieke Diocesane Jeugdbeweging, bericht ontvangen dat mej. Elisabeth Maria Sporken, commissaresse van de „Kabouters" in Limburg te Adel- boden in Zwitserland bij een berg- ongeval om het leven is gekomen. De reddingsploeg die, nadat mej. Sporken vermist werd, anderhalve dag had gezocht, heeft gistermorgen het stoffelijk overschot gevonden. Mej. Sporken was als vertegen woordigster van de gidsenbeweging aanwezig op een studieweek in Adel- boden en bleef daar na afloop nog enkele dagen met vacantie. DODELIJKE MIST. Dinsdagmiddag is zij een wandel tocht gaan maken. Om half zeven 's avonds heeft zy die dag nog met een Engelse gidsenleidster een ge sprek gevoerd. Het bergpad, dat zij nam, was goed begaanbaar, maar in de avond is er mist komen opzetten. Toen zij 's avonds laat in haar ho tel werd vermist, is onmiddellijk een reddingsbrigade uitgetrokken. Nadat de gehele nacht gezocht is, werd gistermorgen het lyk aange troffen in een ravijn. Waarschijnlijk is mej. Sporken in de mist mis gestapt, in een ravijn gestort en door een bergstroom mee gesleurd. Het stoffelijk overschot vertoonde een ernstige hoofdwonde. Mej. Sporken, oud 28 jaar, was se dert drie jaren werkzaam in Meers sen. Zij was Zweedse van geboorte en woonde in Blerick bij Venlo. de staatssecretaris, ten aanzien van de moeilijkheden met de vestigings reglementen in het bakkersbedrijf. De heer PESCHAR (PvdA) zegt dat hij niet is overtuigd ten aanzien van het behoefte-element. De sterke weerstand er tegen wordt door hem betreurd. De heer CORNELISSEN (VVD) vraagt hoever het staat met de voor bereidingen van het hoofdbedrijf schap Ambacht en waaruit even tueel de moeilijkheden nog bestaan? De heer VAN EIJSDEN (AR) vraagt of het mogelijk is, dat over heidssteun wordt gegeven aan de middenstandsorganisaties als zij, ter overbrugging van de periode tot het totstandkomen van bedrijfsorganen, zelf maatregelen treffen op voorlich- tingsgebied? De heer LEMAIRE (KNP) is het er mee eens, dat het markt-analy- tisch onderzoek en voorlichting ten aanzien van het vestigingsbeleid wel dienend, maar niet dwingend moeten zijn. Zal dit ook het geval zijn ten aanzien van de vestigings- credieten? De heer HAKEN (CPN) staat niet op het standpunt dat men de mid denstand in de watten moet leggen. Men moet alleen gelijke kansen scheppen en er dient niet gedwongen gesaneerd te worden. De heer VAN DIS (SG) zegt dat in het 13de hoofdstuk van het boek Nehemia duidelijk staat aangegeven, waarom Zondagsverkoop in strijd met Gods gebod is. De Staatssecretaris, de heer VELD KAMP zegt bereid te zijn het pro bleem in het bakkersbedrijf, ten aan zien van de vestigingsreglementen, te onderzoeken, maar wil er nog op wijzen dat het moeilijk is om veran deringen aan te brengen, als men eenmaal aan dergelijke dingen be gint. De Middenstandsnota wordt voor kennisgeving aangenomen. De stemming over de motie-Haken wordt aangehouden tot heden. Het wetsontwerp instelling van een productschap voor bier wordt zonder hoofdelijke stemming aange nomen. De vergadering wordt gesloten. Hebberige huishoudster Tal van huishoudelijke voorwer pen, levensmiddelen en kledingstuk ken lagen vanmorgen uitgestald op de groene tafel van de strafkamer van de Rotterdamse rechtbank. Het waren goederen, die een 38-jarige huishoudster ontvreemd zou hebben van de familie, bij welke zij werkte. De vrouw ontkende dat alles te hebben weggenomen. Voor elk van de voorwerpen had ze een verkla ring. Het een was haar geven, het ander had ze geruild enz. De getui- an de familie luid en ook de officier van justitie meende dat de goederen op onrechtmatige wijze in haar be zit waren gekomen. Hij eiste een jaar gevangenisstraf met aftrek. Uit spraak over veertien dagen. HARDLEERSE BEDRIJFSLEIDER. Voor de Haarlemse rechtbank heeft zich gisteren een 36jarige bedrijfslei der, verdacht van verduistering in dienstbetrekking, moeten verant woorden. In 1950 tot 1953 was hij as sistent-bedrijfsleider van het Apollo- paviljoen te Amsterdam en o.a. be last met het beheer van de sigaret- tenkas. Volgens de tenlastelegging stak hij regelmatig gelden in zijn zak en toen dit uitkwam zou de patroon ver dachte een schuldbekentenis hebben laten tekenen van 1332; anders zou hij de politie waarschuwen. Daarna was de man bedrijfsleider van hotel „De Leeuwerik" te Haar lem, waar hij belast werd met het innen van grote bedragen als er ge meenschappelijke maaltijden of con gressen waren geweest. Verdachte zou hiervan 1800 niet hebben afgedragen. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van tien maanden, waarvan vier voorwaardelijk. Uit spraak 30 September a.s. MET EEN Door O. Straminoff 17) Teneinde zijn plan ongestoord te kunnen volvoeren, zonder ook maar iemands achterdocht op te wekken, had hij zich verzekerd van de diens ten van een zekere Stanley Rogers, een man, die zijn onvoorwaardelijk, vertrouwen genoot en die door zijn doorzicht en zijn uitgesproken talent voor organisatie zich bij hem onmis baar had weten te maken. Ongetwij feld was er niemand te vinden, die zo nauwkeurig de zwakke plekken van Francis P. Norman kende, als mr. Rogers, de huidige secretaris van sir William Sparkes. Mr. Rogers was immers jarenlang de financiële raadsman geweest van een der be drijven van Francis P. in Chicago! en dus van diens wereldzaken en hun vele vertakkingen op de hoogte. En niemand wist beter het ju -te mo ment te kiezen om tot de aanval over te gaan dan mr. Rogers, op wiens terugkeer uit New York sir William nu, in zijn hoofdkwartier in Parijs, zat te wachten Deze mr. Rogers zou hem verslag uitbrengen over zijn laatste manoeuvres. Terwijl hij in steeds stijgende spanning over zijn plannen gebogen zat, deed zich een zelfbewust klopje op de deur horen, en mr. Rogers trad het vertrek binnen. Mr. Stanley Rogers was een man van ongeveer 30-jarige leeftijd. Hij was mager van postuur, op het schrale af, met iets afstotends in zijn gelaat, dat hij tevergeefs tracht te te verbergen. Daarbij had zijn oogopslag iets sluws en zijn gehele manier van doen iets uitermate on rustigs. En dat sir William Sparkes, die anders by uitstek de kunst ver stond zijn mensen te beoordelen en te kiezen, blind was voor deze in het ooglopende karaktertrekken, was wellicht niet in de laatste plaats toe te schrijven aan het feit, dat hij nu eenmaal voor zijn doel een man no dig had, die nergens voor terug deinsde. „En?" luidde de vraag van sir William Sparkes. Maar hoe beheerst dit ene woordje schijnbaar ook ge klonken had, er trilde al de span ning in, die zich de laatste maanden sinds de afwezigheid van zijn secre taris tot op haar uiterste hoogtepunt had verzameld. Een brede, zeer zelfbewuste glim lach trok over het gelaat van mr. Rogers. Hij legde de dikke actentas voor zich op tafel, zette zich in een clubfauteuil tegenover zijn opdracht gever en eerst toen antwoordde hij: „Het is my aangenaam u te kun nen mededelen, mijnheer, dat ik de zaak tot in alle onderdelen voor el kaar heb." Sir William Sparkes rees half uit zijn stoel overeind. „Dus...." klonk het hees van zijn lippen. „Dus is het nog slechts een kwestie van hoogstens enkel maanden, voor wij Francis P. totaal onder de knie heb ben", luidde het antwoord. „Wanneer, de bom precies zal barsten, kan ik natuurlijk niet op 'enkele weken na zeggen. Echter, wanneer we straks samen rustig de stukken doorzien, welke ik uit Amerika heb meege bracht, zult u daaruit zelf kunnen concluderen, dat ontsnappen niet meer mogelijk is. Binnen drie, laten we zeggen, hoogstens vier maanden zal de algehele ruïne van de mach tige kauwgom-koning en heerser over de beurs van Amerika een vol dongen feit zijn en de man, die dit kunststuk want een ander woord weet ik er niet voor tot stand gebracht zal hebben, is...." hij wachtte even en keek zijn meester met een fluwelen uitdrukking in de ogen aan „sir William Sparkes". De aangesprokene liet zich op nieuw in zijn stoel vallen en veegde zich het zweet van zijn voorhoofd. De reactie, na de vele maanden van spanning, deed zich in al haar hevig heid voelen. Eindelijk was dan het grote ogenblik nabij, het ogenblik,! waarnaar hij meer dan een kwart eeuw reikhalzend had uitgezien. Hij zou de man zijn, die de onoverwin nelijke Francis P. Norman, wiens naam van de daken der hoofdsteden van vijf werelddelen straalde, de nekslag gegeven had. Een glimlach van nameloze vol doening trok over zijn gelaat. Ja, nu was het grote moment van zijn leven, het ogenblik der afrekening, aangebroken. Had deze man hem niet het schoonste, het liefste, wat hij ooit ter wereld bezeten had, ont stolen? Welnu, nu was het zijn beurt om hem alles af te nemen, wat hy in een leven van langdurige en on afgebroken werkzaamheid had op gebouwd, zijn macht, zijn aanzien, zijn millioenen. Langzaam vertrok zijn slimlaoh tof «on griinc wol haast afschuwelijke grijns, en wie nu de oude heer Sparkes, de succesvolle Australiër, had gadegeslagen, zou in hem nauwelijks de beminnelijke fi guur herkend hebben, die daarstraks welhaast met de waardigheid van een vorst achter zijn schrijfbureau had gezeten. Toen hij ietwat van zijn aandoening bekomen was, voegde hij zijn secretaris, die hem al die tijd geen seconde uit het oog verloren had toe: „Laten we dan maar onmiddellijk aan de arbeid tijgen. Ik moet zeg gen, dat ik hoogst nieuwsgierig ben" op welke wijze u. Doch, toen sir. Sparkes de hand naar de actentas uitstak, trok Stan ley Rogers deze snel naar zich toe. Het was een onbewust gebaar ge weest, maar wellicht juist daarom was het de Australische millionnair niet ontgaan. „Vóór wij verder gaan", viel mr. Rogers hem nog steeds op de bemin nelijkste wijze in de rede, „hoe staat het met de voorwaarde onzer over eenkomst? Heeftheeft uw doch ter eindelijk toegestemd?" Alsof hij een slag ontvangen had kromp sir William Sparkes in zijn stoel ineen. Het hoofd zonk hem op de h-rst, en lang"~im, bijna tcon- ir.r.R Ir'--' J--r h"t -ortvk d'- woorden: „Zij heeft ongeveer zes maanden geleden mijn huis na een heftige scène verlaten. Haar tegenwoordige verblijfplaats is me onbekend." De eeuwige glimlach op het gelaat van Stanley Rogers was als bij tover slag verdwenen. Uitdagend zagen nu de sluwe ogen de millionnair aan. „U kent de voorwaarden", beet hij hem toe. „U weet, dat u op het ogen blik het lot van uw vijand in de hand heeft, maar ja, als u zich niet aan onze afspraak houdt, dan Met een dreigend gebaar nam de secretaris de actentas weer op. Maar als bezwerend stak sir William Spar kes zijn beide armen in de hoogte. „Ik heb alles gedaan, wat ik kon," riep hij uit, zijn zenuwen nauwelijks meer meester. „In alle dagbladen van Engeland heeft mijn oproep gestaan, heb ik haar letterlijk gesmeekt weer in mijn woning in Park Lane terug te keren. Maar alles tevergeefs. Ik heb de beste speurders in myn dienst genomen om te trachten haar op te sporen, maar tot nu toe zonder re sultaat. Toch kan het onmogelijk lang meer duren, of zij zal my haar verblijfplaats noodgedwongen ken baar moeten maken. Zij ontvangt niet de minste toelage mijnerzijds,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1954 | | pagina 9