Mooier wonen en daarbij toch het oude beginsel vasthouden MODERNE INTERIEURS VROUWEN KRIJGEN HET GEMAKKELIJKER Kippenvel is dikwijls het begin Midden in Veluwse bossen verrees sanatorium voor asthmapatiëntjes Vacantie en vervuiling Liefdes-verklaring op papier na tien jaar retour aan afzendster ZATERDAG 31 JULI 1954 DE LEIDSE COURANT DERDE BLAD PAGINA 1 Het is al heel lang: geleden, dat on ze grootouders voor een bedragje tus sen de ƒ150,en ƒ200.— hun hele ui tiet gingen kopen. Sindsdien zijn niet alleen de mensen, maar ook de prijzen veranderd. Het is dus niet zo gemakkelijk om vergelijkingen te maken. Maar een enkel houvast heb ben we toch wel. In bijna elk huis kan men nog zo'n oud meubelstuk vinden, dat een halve eeuw schoon maakwoede heeft weten te overleven. Waarschijnlijk is het oude buffetje favoriet, maar daarnaast treft men ook geregeld bejaarde linnenkasten en stoelen aan. Als onze grootouders hun inkopen gingen doen, dan wildenze iets de gelijks hebben. Ze liepen meestal niet met het plan rond, om tijdens hun huwelijk de hele inventaris nog eens te vernieuwen. Daaróm moesten hun spulletjes een stootje kunnen hebben. De kinderen, die ze zouden krijgen, moesten in huis kunnen ronddartelen zonder dat de meubel maker of stoffeerder er rijk van wer den. Dat was een beginsel! Het uiterlijk van het meubilair stond niet op de eerste plaats; punt één was de kwaliteit. Men kan dat het beste constateren, als op zekere dag het besluit valt, om van „dat ouwe ding" eindelijk eens brandhout te maken. Practisch altijd staat de hakker reeds na vijf minuten naar adem te snakken, omdat er bijna geen doorkomen aan is. Bij het nageslacht. Het nageslacht wilde het beter dan grootvader doen en dat was zijn goed recht. Tenslotte ligt het in de lijn der ontwikkeling, dat men alles altijd steeds beter wil maken en het aan vankelijke averechtse resultaat van dit streven behoeft zelfs geen ver ontrusting te brengen. Op den duur komt men er wel weer. Dit laatste geldt ook voor de meu belen, die in ons leven zo'n grote rol spelen, omdat we er van 's morgens vroeg tot 's avonds laat mee in aan raking komen. In de grote steden van ons land worden de laatste jaren regelmatig meubeltentoonstellingen gehouden. In Den Haag was het vorig jaar „Kunst en Kitsch"; in Amsterdam is het dit jaar gedurende de vacantie- maanden „Goed Wonen". Het bijzondere van deze tentoon stellingen is, dat zij zich niet op de eerste plaats met allerlei snufjes wenden tot het publiek, dat goed in de duiten zit. Integendeel zelfs! Zij vragen juist in het bijzonder de aan dacht van de mensen met een heel gewoon inkomen. De Amsterdammers hebben dat zeer demonstratief gedaan met opof fering van de mooie gevel van het Stedelijk Museum. Voor „het goede doel" heeft men langs het gehele ge bouw een houten plankier getimmerd, dat de wandelaar in de gelegenheid stelt om voor hij zijn toegangsbe- wijsje koopt te zien, of het wel de moeite waard is. Geen kwestie van prijs. Het aardige van dergelijke tentoon stellingen is, dat men steeds de kans krijgt om twee inrichtingen te ver gelijken 'n gebruikelijke en een moderne. De gebruikelijke dat strekt de iniatiefnemers tot eer wordt door gaans nog te smaakvol gepresen teerd. Wij zijn er van overtuigd, dat het gemiddelde op lager peil staat, maar niettemin geeft bijna iedere be zoeker de voorkeur aan het moderne interieur. Meestal op de toon van „Nou ja, dat vind ik natuurlijk mooier, maar de prijs zal er ook wel naar zijn!" En als hij dat hardop zegt, doet hij meteen een zeer verrassende erva ring op, want er is altijd wel iemand aanwezig, die met een klein optel sommetje kan aantonen, dat het ver schil alleen een kwestie van smaak en niet van prijs is. Men kan deze uitspraak in elke willekeurige meu belzaak óp waarheid toetsen. Er zijn natuurlijk moderne meubelen, die zeer prijzig zijn, maar daar tegenover staat, dat men met een beetje uitkij ken en het nodige overleg voor zijn spaargeld een heel wat beter resul taat kan bereiken dan waarmede de meeste mensen genoegen nemen, om dat zij niet voldoende van de moge lijkheden op de hoogte zijn. Ook nog onpractisch. Op de meubeltentoonstellingen van deze tijd wordt een handnekkige strijd gevoerd tegen allerlei meube len en stofferingen, die zo langzamer hand burgerrecht hebben gekregen. Het vloerzeil met imitatie parket-pa troon, het schuin gelegde namaak- Perzische kleedje en het donker ge beitste eiken buffet met nieuw-Go- tisch yzerbeslag krijgen de hardste klappen. Hartige woordjes worden er ook gesproken over de ballonkuiten van de stoelpoten, die inderdaad iets weg hebben van de knotsen zij het in gepolitoerde verschijning waar mede de Batavieren elkaar te lijf gingen, als ze een paar schedeltjes gerstenat teveel op hadden. Old-Dutch, Old-Finish en het schijnmöderne Nieuw-Gotische gedoe, alles krijgt zijn beurt. Men vraagt zich af, of de meeste mensen over een mooiere inrichting beschikken dan hun grootouders? Velen zullen zeggen „Neen!". Het be roerde is echter, dat de inrichting wel onpractischer is en dat zelfs al heeft men iets aan „schoonheid" ge wonnen dit in geen verhouding staat tot het verschil in practisch op zicht. Van de glimmende meubeltjes blijft na korte tijd niet veel moois meer over, vooral niet als er de gehele dag kinderen in huis zijn. Ook de bekle ding deelt dit lot meestal vrij spoe dig. De andere kant. Naast deze critiek op wat men pleegt te noemen „verkeerd wonen", kan men op de diverse meubelten toonstellingen het nodige zien en ho ren betreffende de moderne meube len. In veel gevallen kan men een stre ven ontdekken naar een combinatie van sierlijkheid en practische brink-' baarheid. De houten stoelen zijn ge makkelijk te onderhouden, ook in ge zinnen met kleine kinderen, en losse kussentjes kunnen toch de nodige fleur geven. Bij de gemakkelijke stoelen valt het op, dat alles gedaan, om stof nesten te voorkomen, waarbij zij te vens stevig zijn zonder „gewichtig" te worden. Er is zeer zeker geen krachtpatser nodig, om een stoel van zijn plaats te krijgen. En hoeveel vrouwen zijn er niet, die bij de weke lijkse grote beurt van de kamer bijna al haar krachten verspillen alleen aan liet sjouwwerk? In alle opzichten coquetteert het moderne meubel op de eerste plaats met de vrouwen, die het zich niet moeilijker wensen te maken dan strikt nodig is en daarbij biedt het zóveel gerief, dat de mannen, die ook een duit in het zakje mogen doen, zich gemakkelijk bij de keuze zullen neerleggen. Ook al kost het in som mige gevallen moeite, omdat het nooit meevalt met het oude te bre ken. Veelomvattend. Want er komt meer kijken, als men de moderne richting kiest. Het gaat niet alleen over een paar stoe len en een tafel; het gaat over het gehele interieur. De zware vitrage en de indrukwek kende overgordijnen in een klassiek patroon kunnen zich in het moderne interieur niet handhaven. Als men aan het inrichten gaat, moet men smaak en durf bezitten. Men moet met kleuren kunnen werken. In de nieuwe huizen met hun gro te ramen, waar het licht zo gemak kelijk binnenkomt, zal men de no dige moed gemakkelijker Opbrengen. Alles leent zich er voor, om de sprong met succes te wagen. Om te werken met kleurencombinaties, die de ouderen als ze naar de plan nen luisteren kippenvel doen krij. gen, maar die hen tenslotte ver baasd doen staan, als ze het resultaat te zien krijgen. „Dat valt me mee!", is gewoonlijk het eerste commentaar en het komt dikwijls voor, dat zij zelf ook al spoedig gaan experimen teren. In de meeste gevallen begint men met het verwijderen van de tafel uit het midden der kamer en het maken van een eethoek. Dat behoort tot de reacties, wanneer men de ruimtewerking van een moderne in richting heeft ervaren. Je voelt, dat je „er kan lopen". Nu willen we niet eindigen met het voorbijgaan van een teer punt. Want op exposities kan men nu wel zeg gen: „Zó woont U goed" en „Zó woont U verkeerd", maar de persoon lijke smaak speelt uiteindelijk de be langrijkste rol. Er zijn ook moderne interieurs, die volkomen „onbewoon baar" zijn. En wanneer men zich in het mooiste niet thuis zou voelen, moet men het ook zeker niet nemen. Eén ding lijkt ons echter van groot belang: Dat men eens gaat kijken op de meubeltentoonstellingen, die in musea of dikwijls in zaken worden gehouden. De ommekeer, die er ook op dit gebied plaats vindt, is de moei te waard en zal voor velen aanleiding zijn, om ook tot eigen bevredi ging nieuwe wegen in te slaan. PLAATS VOOR 30 KINDEREN In het vooruitzicht van Rijkssubsi die is aan de Dennenweg in Huis ter Heide bereids geopend het eerste asthma-centrum voor kath. kinderen, waar dertig kinderen gelijktijdig kunnen worden verpleegd. De eerste practijk heeft men kunnen opdoen in het afgelopen half jaar met elf kin deren van vijf tot tien jaar. Dokter N. J. M. Aarts uit Zeist heeft er de medische leiding; de algemene ver zorging is in handen van de directrice mej. De Lange. Gezien het feit, dat ongeveer 1500 kinderen in ons land asthmatisch zijn en er behalve de dertig in het katholieke centrum nog 140 kunnen worden verpleegd in het neutrale centrum te Hilversum, voor ziet dokter Aarts een lange wacht lijst, hetgeen aanleiding zou kunnen zijn voor de stichting op de duur van een tweede katholiek astmacentrum. Daar is uiteraard veel geld voor no dig, waar het Rijk slechts met 3. per dag subsidieert en de kosten 7bedragen. Wees zuinig op Zodra de tent is opgeslagen en zo dra de slaapplaats in het vacantiehuis in orde is gebracht, denkt een groot aantal kampeerders, dat zij nu ver der alle hygiënische maatregelen wel als een overbodige last over boord kunnen gooien. Waarom toch zijn er zo velen, die menen, dat kamperen pas echt leuk wordt, als je erbij gaat vervuilen? Misschien berust dat op een diep gevoelde behoefte om eens een tijd lang niet te worden herinnerd aan de beschaving en de eisen die zij stelt. Handen wassen? Niet nodig, dat doe je alleen maar, als je last van al te grote kleverigheid aan de vingers krijgt. Gezicht en lichaam reinigen? Wat uw gezondheid een onzin, je bent nu toch in de vrije natuur? Alleen als je toevallig gaat zwemmen, behoef je maar met wa ter in aanraking te komen, En tandenborstelen is helemaal een bezigheid, waarmee je je als kampeerder belachelijk maakt. Vliegen op het voedsel. Zitten er vliegen op je eten, wel dat is dan juist gezellig. Dat hoort bij het buitenleven. Een slechts afge dekte afvalkuil is vooral voor kin deren die nu eenmaal geboren vuilpoetsen zijn een aardig speel terrein. Dat dit allemaal te gek is om los te lopen, moest toch eigenlijk ieder een begrijpen. Helaas, een groot aan tal jongens en meisjes met lucifers doosjes om hun dassen is werkelijk te gek om in de vacantie los te laten lopen. Dat de hygiëne bij het kamperen ineens gemist zou kunnen worden, is een grove misvatting. Juist de kampeerder en de trekker dienen, meer nog dan onder gewone omstan digheden, de reinheid te betrachten. De meesten hunner, stedelingen, zijn in het dagelijks leven namelijk omringd door vele zorgen van de ge zondheid. Ze hebben het hele jaar zuiver drinkwater. Ook de afvoer van vuil wordt voor hen door de over heid geregeld. Veelal zijn deugdelij ke W.C.'s, dikwijls ook badkamers of douchegelegenheden in hun wonin gen te vinden. Sanitaire voorzieningen. Nu is het een feit, dat zowel in ons land, alsook in het buitenland de voornaamste schuld van de vervui ling van vacantiegangers bij de in richters en beheerders van kampeer - gelegenheden ligt. In vele boerderijen, tentenkampen en andere plaatsen waar de zomer gasten een aangenaam verblijf wordt voorgespiegeld, laat men het ontbre ken aan de meest elementaire sani taire voorzieningen. Dat betekent een aanslag op de gezondheid van arge loze, domme en gemakzuchtige kam peerders! Gelukkig zijn er ook goede kam- De katholieke stichting voor het asthmatische kind, dat haar eerste centrum heeft gevestigd in het vroe gere kindertehuis „Willemijntje", steunt op het Wit-Gele Kruis, Her wonnen Levenskracht, het R.K. Huis vestingscomité, de bond van R.K. Zie kenfondsen en de Kinderuitzending in het Bisdom Haarlem. Dr. v. d. Me- rendonk heeft aan deze stichting de grote stoot gegeven en er voor ge zorgd, dat men met een voortreffe lijke staf kon beginnen. Aan de me dische kant staan een directeur, een kinderarts, 'n psycholoog en een psy chiater; aan de kant van de materiële verzorging de directrice met ver pleegsters, verzorgsters, laborante en huishoudelijke hulpen. Ofschoon de verpleegde kinderen de school in Soesterberg kunnen bezoeken, is er ook in het Centrum een onderwijze res werkzaam; bovendien heeft men de assistentie van een maatschappe lijk werkster, die de toestand in de gezinnen der komende verpleegden opneemt. Ideaal. De verpleegduur is minimaal zes maanden, doch meestal langer, tot zelfs eeri jaar. Alle psychologische factoren worden aangewend, om de genezing zo snel mogelijk te berei ken; daarbij is med£ van belang de inrichting van het Centrum. Het huis ligt temidden van een groot bosge bied, is ruim ingericht met speel- en eetzaal, met frisse slaapkamers voor maximaal vijf kinderen, met isolatie boxen en een complete medische af deling en laboratorium. Uitgebreide statistieken voor ieder kind geven een duidelijk overzicht omtrent het ge nezingsproces. En zijn de kinderen genezen naar huis teruggekeerd, dan nog wordt nauw contact met de naas te omgeving gehouden teneinde fou tieve instelling en schadelijke soma tische invloeden te voorkomen. Geestelijke genezing. Zowel dr. v. d. Merendonk als di recteur Aarts hebben ons iets ver teld over de betekenis van asthma bij kinderen. De stand van de weten schap is nog niet zo, dat alles te ver klaren valt; maar toch is de verple ging van dien aard, dat belangrijke successen kunnen worden bereikt door het gelijktijdig betrekken van geestelijke en lichamelijke factoren bij de medische behandeling. En de successen in eigen land kunnen die van een verblijf in het middenge bergte minstens evenaren. Bovendien beoogt de leiding van het Centrum in Huis ter Heide, de verpleegde kinderen te helpen hun angst voor de asthma-aanval te overwinnen, het zelfvertrouwen te versterken en hun te leren, gewoon mee te doen. peercentra, met ruime aanvoer van drinkwater en frisse toiletten, die een streng van de drinkwaterleiding gescheiden faecaliënafvoer hebben. Daar kan men dan kampwinkels aantreffen, waar de levensmiddelen stofvrij, koel en voor insecten onbe reikbaar worden bewaard. Daar wordt in de kampeerkeuken de grootst mogelijke zindelijkheid be tracht. Een goede gids. Wie nauwkeurig wil worden voor gelicht over de mogelijkheden tot gezond kamperen, leze het uitste kende boekje, dat bij de Landsdruk kerij werd uitgegeven. In „Technische hygiëne van kam- peergelegenheden" kan men alles vinden, wat men nodig heeft en men kan daar zijn voordeel mee doen. Men zie toe, dat het verblijf waar men terecht komt of waar de kinde ren heengaan, beschikt over de nood zakelijke hygiënische voorzieningen. Dit tot behoud van de gezondheid! Dr. H.'W. SCALONGNE. AMOR WERKTE ZONDER TANTE POS Zoals bekend hebben verscheidene personen in N. Limburg dezer dagen correspondentie ontvangen, die langer dan 10 jaar onderweg is geweest De postzending werd destijds wegens oorlogshandelingen te Genenp onder een vloer verstopt. Toen de oorlog voorbij was daoht niemand meer aan deze post, totdat dezer dagen bij herstelwerkzaamheden de brieveCn te voorschijn kwamen. Onder de correspondentie bevond zich ook een liefdesverklaring. Deze is thans te bestemder plaatse aangekomen. Het meisje, dat destijds haar gene genheid schriftelijk vastlegde is inmiddels met de man „harer dromen" ge trouwd en moeder van enkele blozende kinderen. Zij raapte haar eigen brief uit de brievenbus op

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1954 | | pagina 5