Wie puzzelt met meel
N
)E KRANTENTUIN
i
,De Knokkei*sbui*cht'" <3»
ZATERDAG 31 JULI 1954
DE LEIDSE COURANT
VIERDE BLAD - PAGINA 1
Horizontaal: 1. verbinding van
twee oevers, 5. deurpost, 9. tijdreke
ning, 11. aanwijzend voornaamwoord,
12. kippenloop, 13. bol, kogel, 15.
zelfkant, 16. been, bot, 20. uiteinde
van een as, 22. zeer groot aantal, 26.
edelgas, gebruikt voor reclame, 27.
ontkenning (spreektaal), 29. vaar
tuig, 31. hoepel, 32. deel van een et
maal, 33. jongensnaam, 35. sociëteit
(afk.), 36. stoomschip (afk.), 37. pa
rool, 38. salaris, 39. scheikundigteken
voor tin, 40. bontjas, 41. voegwoord,
43. plaats op Amelgnd, 44. niet har
de slag, 45. muzieknoot, 46. een aan
tal aaneengebouwde huizen, 48.
brandkraan (afk.), 50. peulgewas, 52.
voedsel, 53. lengtemaat, 55. plechtige
gelofte, 57. drama, 60. jongensnaam,
61. harig, 63. land in Europa (afk.),
64. niet dik, 65. visrokerij, 66. smal
le vaargeul, 68. tovergodin, 70. gem.
in Z.H., 71. buidel, 73. keurig, 74.
zoon van Jacob, 75. gem. in N.H., 77.
poeierig steenstof, 78. deel van een
phototoestel, 79. ridderteken.
Verticaal: 1. adellijke titel, 2. hou
ten hand-egge, 3. lijkvaas, 4. gebod,
5. sine dubio (afk.), 6. voorzetsel, 7.
bevroren, fijne regen, 8. krijgsmacht.
10. vragend voornaamwoord, 14.
wandeldreef, 16. gezellig, 17. deel
van het aangezicht, 18. lichaamsdeel.
19. vrucht, 21. langwerpig blok hout.
23. een halve toon verlaagde g, 24.
onbep. voornaamwoord, 25. niet ge
sloten, 27. rhinoceros, 28. bekende
afkorting, 30. prulwerk, 33. hevig,
sterk, 34. rivier in Rusland. 37.. on
derricht, 40. hoofddeksel, 42. afval
van steen, 44. hoogste punt, 45. sui
kerpopje voor zuigelingen. 47. deel
van het oor, 48. boom, 49. merk op
gouden en zilveren werken, 51. fa
milielid, 52. komt van het varken,
53. eenmaal, 54. plaats in de schouw
burg. 56. aanwijzend voornaam
woord, 58. gem. in N. Brad.; 59. mu
zieknoot. 60. tussenzetsel, 62. makker,
65. wijfje van het edelhert, 67. dam
langs een water, 69. telwoord, 70.
vaste bodem, 72. oude benaming voor
liter, 74. insect, 76. motorschip (afk.),
77. bijwoord.
OPLOSSING VORIGE WEEK:
Horizontaal: 1. enk, 4. Zaandam,
10. dat, 13. Nora, 15. steil, 16. bede,
17. trens, 19. ets, 20. erker, 21. stiel,
23. egaal, 25. A. M., 26. avond, 29.
An. 31. er, 33,orde, 35. Adam, 37. B.
L., 38. ree, 40. eerbaar, 42. Leo, 43.
hevig, 44. bar, 45. elite, 46. Ada, 47.
gronden, 50. s.o.s., 51. as, 52. been,
53. Eede, 55. ne, 56. sr, 57. Edens,
59. 1.1., 61. speet, '63. traan, 66. stoet,
67. aal, 69. angel, 71. oord, 72. dries,
74. Dora, 75. mat, 76. stellig, 77. sok.
Verticaal: 1. ent, 2. nors, 3. Kreta,
5. as, 6. Ate, 7. netto, 8. dis, 9. al, 10.
Dekan, 11. adel, 12. ter, 14. animo,
16. braam, 18. Se, 20. eg, 22. lade, 23.
Edda, 24. verhaal, 27. verbond, 28.
Naarden, 30. bloesem, 32. reeds, 34.
Regge, 36. arend, 37. beton, 39. Eva,
41. ban, 42. lis. 48. reet, 49. eest, 52.
breed, 54. eland, 56. sport, 58. email,
60. Lagos, 61. stoa, 62, et, 64. ra, 65.
Nero, 66. som, 67. are, 68. lel, 70. lak,
72. dt, 73. si.
Oplossing tot en met Donderdag
aan het bureau van ons blad. Op de
enveloppe „Puzzel" vermelden. Een
taart, sieraad en boek zyn beschik
baar.
De sigarettenkoker werd gewon
nen door C. P. Nolvers, 's Graven-
weg 320, Capelle a. d. IJssel; het .sie
raad door Th. Karremans, Oude Rijn
9. Leiden en het boek door J. A.
Mooyenkind, Haag weg 13, Leiden.
Aetherklanken
ZONDAG.
TELEVISIE-PROGRAMMA'S.
Gezamenlijk programma van AVRO,
KRO, VARA en VPRO.
16.1517.00 Aankomst v. d. Tour
de France te Parijs.
HILVERSUM I. 402 m.
8.00 VARA. 12.00 AVRO. 17.00 VARA.
18.30 VPRO. 19.00 1KOR. 20.00—24.00
AVRO.
8.00 Nieuws, weerber., postduiven-
ber. en gram. 8.20 Gram. 8.45 „Langs
ongebaande wegen", caus. 9.00 Sport-
meded. en postduivenber. 9.05 Muzi
kale caus. 9.45 „Geestelijk leven",
caus. 10.00 Gram. 10.30 „Met en zon
der omslag". 11.00 Promenade-ork.
12.00 Sportspiegel en postduivenber.
12.05 Lichte muz. 12.35 „Even afre
kenen Heren!" 12.45 Lichte muz.
13.00 Nieuws. 13.05 Meded. of gram.
13.10 „Een dagje uit in of om Uw
eigen stad". 13.20 Verz. progr. v. de
mil. 14.00 Boekbespr. 14.20 Radio
Philharm. ork. 15.20 „Van magisch
tapijt tot vliegende schotel?", discus
sie. 15.35 Dansmuz. Intermezzo:' Tour
de Franse. 16.30 Sportrevue. 17.00
Gram. 17.30 Voor de kinderen. 17.50
Sportjourn. 18.15 Nieuws en sport-
uitsl. 18.30 Korte Doopsgez. kamp
dienst. 19.00 Voor de jeugd. 19.30 Ge-
sprek over de Oecumene. 19.45 „De
vlam en de wind", hoorsp. 2 0.00
Nieuws. 20.05 Gram. 21.00 Tour de
France. 21.10 Lichte muz. 21.40 Ca
baret. 22,10 Strijkork. 22.40 Act.
23.00 Nieuws. 23.15 Pianospel. 23.40—
24.00 Gram.
HILVERSUM II, 298 m.
8.00 KRO. 9.30 NCRV. 10.00 IKOR
12.00 NCRV 12.15 KRO. 17.00 NCRV.
19.45—24.00 KRO.
8.00 Nieuws. 8.15 Gram. 8.25 Plech
tige Hoogmis. 9.30 Nieuws en water
standen. 9.45 Orgelconc. 10.00 Kerk
dienst. 11.00 Esperanto-kerkdienst.
12.00 Vocaal ens. 12.15 Gram. 12.20
Apologie. 12,40 Musette ork. 12.55
Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en katho
liek nieuws. 13.10 Lunchconc. 13.40
Boekbespr. 13.55 Altviool en piano.
14.25 Gram. 14.40 Idem. 15.20 Holland
Festival 1954: Concertgebouwork.,
omr. koor en sol. 16.10 „Katholiek
Thuisfront overal! 16.15 Sport. 16.30
Vespers. 17.00 Geref. kerkdienst.
18.30 Gewijde muz. 19.00 Kerkel'jk
nieuws. 19.05 Gram. 19.30 „Weg en
werk der Kerkhervormers" caus.
19.45 Nieuws. 20.00 Gram. 20.30 Sym-
phonette ork. en soliste. 21.00 „Graf
schrift voor een spion", hoorsp. 21.50
Gevar. muz. 22.10 Act :'2.20 Gram.
22.45 Avondgebed en liturg, kal.
23.00 Nieuws. 23.15—24.00 Gram.
MAANDAG.
HILVERSUM I, 402 m.
7.00 VARA. 10.00 VPRO.
10.20—24 00 VARA.
7 00 Nieuws. 7.13 Gram. 8.00 Nieuws.
8.18 Gram. 9.00 Gym. voor de vrouw.
9.10 Gram. 9.35 Waterst. 9.40 Gram.
10.00 „Voor de oude dag", caus. 10.05
Morgenwijding. 10.20 Pianorecital.
10.40 Voor de zieken. 11.25 Piano en
viola d'amore. 11.40 Voor de kinde
ren. 12.00 Gram. 12.30 Land- en
tuinb. meded. 12.33 Voor het platte
land. 12.38 Pianoduo. 13.00 Nieuws.
13.15 Voor de Middenstand. 13.20
Gram. 14.00 Voor de vrouw. 14.15
Fluit en piano. 14.45 „Gunnar Helm-
fried schaakt met z'n geweten",
hoorsp. 15.35 Koorzang. 16.45 Vra-
genbeantwoording. 17.15 Gram. 18.00
Nieuws en comm. 18.20 Gram. 18.45
„Het volle pond", caus. 19.00 Gram.
19.25 „Het Bisschoppelijk mandement
en het N.V.V.", caus. 19.40 Gram.
20.00 Nieuws. 20.05 „Tosca", opera
(gr.). 21.00 „De weg omhoog", caus.
21.15 Gram. 21.40 „De vreugde van
het offer", hoorsp. 22.10 Dansmuz.
22.35 Pianorecital, 23.00 Nieuws. 23.15
Verslag v. h. 39e Wereld Esperanto-
Congres in Haarlem. 23.20—24.00
Gram.
Hoe lang Brammetje
probeerde geld te
verdienen
(Vervolgverhaal door Trudi).
Heel dikwijls werd het boekje over
motoren, van Bram, er bij gehaald en
dan zaten ze met gewichtige gezichten,
de hoofden heel dicht bij elkaar, te stu
deren op de moeilijke zinnen en vak
termen, waar ze nog nooit van gehoord
hadden. Ondanks de goede voorzorgen,
wisten ze op een gegeven ogenblik met
een grote schroef geen raad en nu de
motor kant en klaar staat, ligt die
schroef nog in de schuur. De motor is
klaar gekomen en heel mooi geworden,
maar ze hebben er hard voor moeten
werken. De onderdelen waren niet zo
oud als die van de fiets, alleen was alles
zeer verwaarloosd. Met poetsdoeken
hadden ze hem heel mooi blinkend ge
kregen. Nu. 't werk. dat ze hadden ver
richt. was geen kleinigheid. Al hun vrije
tijd hadden ze er aan gegeven. Ze had
den ook nog twee vrije dagen van school
gehad en toen waren ze weer bij de
boer gaan werken. Samen hadden ze toen
zes gulden verdiend en voor dat geld
zijn ze op een Zaterdagmiddag op de
ouwe-spullenmarkt een koplamp gaan
kopen. Ze hadden er warempel nog ruzie
om gehad ook. Peter wilde 'n hele grote,
maar die was niet zo mooi. Brammetje
wilde liever een kleine kopen en na
tuurlijk, zoals altijd, kreeg Bram zijn
zin, maar Peter liep de hele middag met
een boos gezicht te mokken. Gelukkig
draaide hij later weer bij.
Daar stond nu de motor kant en klaar,
blinkend als een zonnetje. Ze waren er
alle vier even trots op. Om de beurt
probeerden ze hem in de straat en hij
deed 't best. 't ging zelfs prima. Bram
mocht 't eerst. Als een koning zat hij
op 't brode zadel. De jongens zouden
hem bij 't begin duwen, maar weg was
Bram al en met heus geen klein vaartje.
Na Bram mocht Wim en dan Peter en
danzouden ze 't wagen? Zou hij er
niet doorzakken? Ach nee, Hans had net
zo goed meegewerkt.
Tot en met Peter ging 't best maar
Hans had nog niet aangetrapt of daar
kwam Petersen aan, de agent. Hans had
niets in de gaten, met een vuurrood
hoofd probeerde hij het brede stuur te
fcpuden.
„Wat moet dat, jongeheer?"
Hans schrok en wilde uit alle macht
remmen. Maar waar moest hij ook weer
op duwen? Hij wist het niet en met een
vaart vloog hij Petersen voorbij.
„Stop!" riep de agent bars.
Maar Hans reed maar door en als hij
zo voortrende zou hij weldra op de Dam
komen, waar het zo erg druk is. Hans
dacht dat zijn laatste uurtje geslagen
was. Wat hij ook probeerde, de vaart
minderde niet. Het zweet liep met
straaltjes van zijn gezicht. In de verte
zag hij al weer een agent. Ja. dat heb
je in zo'n grote stad. Hij drukte weer
eens op alle mogelijke knopjes, niets
hielp. Van zenuwachtigheid drukte hij
op de toeter. Het was een oorverdovend
lawaai. Gelukkig, eindelijk had hij de
handrem te pakken en hij remde kei
hard. Knarsend en piepend stond de
motor stil. De agenten waren er nu zo
bij. maar wat keken ze vreemd op toen
ze daar zo'n kleine jongen op een pracht
van 'n motor zagen zitten. Er kwamen
meer mensen om de motor heen staan
en die schudden bedenkelijk het hoofd
dat zo'n klein joch het durfde bestaan
om op een motor te rijden. Hans veegde
intussen met een grote zakdoek zijn ge
zicht af en probeerde zo zijn figuur nog
een beetje te redden.
„Je naam jongeman?" vroeg de agent,
terwijl hij in een boekje bladerde. Hans
antwoordde niet. De agent keek hem
hun fiets gepakt toen ze Hans zo weg
zagen draven. En Ja. 't was maar goed
voor Hans, dat ze zo spoedig kwamen,
want toen de agent Brammetje zag, toen
herinnerde hij zich dadelijk het vrien
denpaar.
Hans moest vertellen hoe hij aan de
motor kwam, maar hij durfde haast
niets te zeggen en daarom deed Bram
het maar. Hij vertelde heel eerlijk alles,
ook dat ze die motor hadden gekregen
voor een fiets.
„Maar jongens, weten jullie dan niet,
dat je in de stad zo maar niet mag rij
den? Daar heb je een rijbewijs voor
nodig en die kun je pas krijgen als je
achttien jaar bent".
De Jongens keken een beetje sip, maar
de agent was helemaal niet kwaad. Hij
kon zich de trots van de jongens best
voorstellen. Eerst zelf de motor gemaakt
en nu vanzelf wilden ze hem proberen
ook. De agent, die veel verstand van
motorfietsen had, had met één oogopslag
gezien, dat die motor van de jongens
knap werk was.
„Zeg, jongens, mag ik die motor van
jullie eens proberen? De vier jongens
knikten allemaal van „ja" en daar reed
de agent weg op hun mooie motor. Hij
was weer gauw terug.
„Voortreffelijk jongens; het is prach
tig werk", prees de agent en klopte ze
om beurten op de schouder.
„Zeg. ik wil zaken met jullie doen.
Jullie mogen toch niet rijden op een
motor, nog veel te jong. Ik heb thuis
een goede zeilboot, willen jullie niet
ruilen. Ik de motor en jullie de zeil
boot. In een zeilboot mogen jullie wel
varen".
De jongens keken elkaar eens aan.
Eigenlijk hadden ze met de motor naar
de fietsenmaker willen gaan om hem te
verkopen maar... 'n zeilboot, een
heuse zeilboot, waar ze met z'n vieren
in konden zitten, dat was toch ook niet
gek.
„Jullie mogen wel gaan kijken bij me
thuis. Hij staat in de schuur op een
houten stelling. Hij is niet eens zo erg
oud. Ik zou jullie ook nog wel zeilen
willen leren".
Ze keken elkaar stom verbaasd aan.
Brammetje deed weer het woord en zei
heel parmantig: „Als u hem eerst zoudt
willen laten zien. dan kunnen we nog
wel eens overleggen, wat we doen
zullen".
Daar stapten ze dus mee naar 't huis
van de agent. Zo ver was 't nu ook niet
lopen. Opeens zei Peter:
„Jongens, we zijn onze fietsen ver
geten".
„Gos. ja, dat is waar ook", riepen ze
tegelijk.
De jonge agent moest er om lachen.
„Loop maar mee jongens, Stevensen
zorgt wel voor jullie karretjes". De
agent had makkelijk praten, die reed op
hun motor.
Voor een klein huisje toeterde hij een
paar maal en al gauw deed een jonge
vrouw de voordeur open.
„Maar Jan, wat heb je nu meege
bracht? Vier boeven?"
„Nee vrouwtje, dit zijn vier jongens,
die de zeilboot willen zien".
„Nou, zulke belangrijke heren zal ik
maar binnenlaten hè!" En lachend
gooide zij de deur wagenwijd open. De
agent vertelde nu in de gauwigheid aan
zijn vrouw wat hij van plan was te
doen en zij keek met bewondering naar
de vier ondernemende jongens.
„Blieven jullie een glas limonade?"
vroeg ze vriendelijk.
„Nou en of, astublieft".
Vooral Hans knikte vol vuur, hij was
nog niet afgekoeld na die felle rit en
hij had dit wel nodig. Als hij er weer
aan terugdacht kreeg hij het weer warm
en hij nam zich vast voor eerst de rem
men góed na te kijken als hij weer zo
iets ging doen. Een zeilboot was in ieder
geval niet zo heet.
„Kom joh, ga mee," we gaan de boot
bekijken of ga je niet mee?" porde Peter
hem aan, toen hij zo in gedachten ver
diept zat.
„Natuurlijk, wat dacht je!"
Wordt vervolgd.
EEN SPELLETJE VOOR EEN
REGENACHTIGE VAC ANTIEDAG.
We zitten met z'n allen om de tafel en
hebben ieder een pen of potloodje bij
ons. Ook is er nodig een lang stukje pa
pier b.v. de helft van een blocnotevel.
We spreken af dat we een verhaaltje
gaan maken, b.v. over een vacantiedag
of over een boottocht jé of een brief aan
moeder enz. Nummer 1 begint nu een
regel van 't verhaaltje te schrijven en
de anderen mogen niet kijken. Nu vouwt
hij die regel naar achteren om en geeft
het papier aan zijn buurman, die de
tweede regel moet schrijven, terwijl
1 alleen het eerste woordje van
een klein woordje zyn zoals
„toen", „en", „bij" enz. Zo gaan we door
met het papier door te geven, terwijl
ieder maar één regel mag schrijven,
steeds omvouwen en het eerste woordje
gezegd wordt.
Als op deze manier alle spelers een
beurt gehad hebben, wordt het papier
uitgevouwen en het verhaal voorgelezen.
Meestal wordt 't iets heel grappigs.
EEN SPELLETJE MET EEN CENT.
We nemen een speelkaart en leggen
die precies in het midden op de top van
de middelvinger. Leg daarop nu een
cent weer precies in het midden.
Nu kun je met duim en wijsvinger
van de andere hand met een kort tik
de kaart van je vinger schieten: dit
moet heel vlug gebeuren, de cent blijft
dan op je vinger liggen. Misschien lukt
het de eerste keer nog niet, maar als je
oefent lukt het je vast wel.
CORRESPONDENTIE,
Wim v. d. rKogt, Schenkelweg 67, Zoe-
terwoude komt ons een verhaaltje ver
tellen over:
EEN ONGELUK.
Jan had voor zijn verjaardag een fiets
gekregen. De dag daarna vroeg hij aan
zijn moeder of hij een eindje mocht
fietsen. Dat vond zijn moeder goed. Jan
haalde zijn fiets uit de schuur en ging
weg.
Een eindje van huis af stond een auto,
die juist vertrekken ging. Jan dacht,
daar ga ik achter hangen. Vlug pakte
hij met z'n ene hand de klap vast en
daar ging hij. Eerst ging het zacht maar
al gauw ging de auto harder rijden en
Jan er maar achteraan. Plots kon hij
niet meer vasthouden en liet los. Juist
kwam er een auto achter hem aan. De
chauffeur, die de beweging van Jan zag.
remde zo hard hij kon maar 't was al
te laat. Jan werd tegen ~de grond ge
smakt en zijn fiets was helemaal kapot.
Dadelijk kwam er een agent bij, maar
toen de chauffeur alles vertelde kreeg
Jan nog een bekeuring toe. Met een
flink gat in zijn hoofd werd hij naar
huis gebracht. Zijn moeder was heel erg
boos. ook al omdat de mooie fiets hele
maal verniêld was.
Rietje v. d. Valk, Leldseweg 300, Voor
schoten. Zeg Rietje ik ben nu ook be
nieuwd of je de meubeltjes van de klosjes
gemaakt hebt. Vertel het me eens.
Judith Oostdam, Acaeialaan 52, Lei
derdorp. Toen ik je mooie postpapier
zag, dacht ik: „Ha, daar zal vast een
lange brief inzitten". En mis poes, alleen
de oplossing van het raadsel. Alles was
goed en netjes geschreven Judith.
Broodbelegging Sergeant: „Wat
heeft een goed soldaat op zijn brood?"
Jansen: „Vet sergeant!"
Sergeant: „Nee sufferd!"
Pleterse: „Boter natuurlijk".
Sergeant: „Neen stommelingen ook
geen boter. Hij heeft recht op zijn
brood!"
Deelneming gevraagd Dieven kwa
men op een boerderij en 'haalden alle
kippen uit de ren. Toen de boer de
volgende dag wilde gaan voeren,
trof hij alleen de luaan nog aan met
een kaartje om zijn hals: „Vannacht
om vijf over twee ben ik een-en-
twintig maal achtereen weduwnaar
geworden.
Beproeving Postbode (tot leer
ling): „Het zal me benieuwen, hoe
die 'hond van boer Pietê^e zich tegen
je gedraagt."
Vergissing Hij ('s nachts): „Ach
vrouwtje.... hik.... het berust op
een vergissing. Ik wist n-niet meer,
wat je g-gezegd had: om tien uur
t-thuis en twee glazen bier of om
t-twec uur thuis en tien glazen bier".
HILVERSUM II, 298 m.
7.00—24.00 NCRV.
7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym.
7.33 Gewijde muz. 7.45 Een woord
voor de dag. 8.00 Nieuws en weerber.
8.15 Gram. 3.30 Tot Uw dienst. 8.35
Gram. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor
de vrouw. 9.35 Gram. 10.30 Morgen
dienst. 11.00 Gram. 11.45 Mariniers
kapel. 12.25 Voor boer en tuinder.
12.30 Land- en tuinb. meded. 12.33
Gram. 12.50 Klokgelui. 13.00 Nieuws.
13.15 Gevar. muz. 13.45 Gram. 14.00
Voor de jeugd. 14.30 Gram. 14.45
Voor de vrouw. 15.15 Kamerork. en
soliste. 18.00 Bijbellezing. 16.30 Ca-
rillonconc. 17.00 Voor de kleuters.
17.15 Gram. 17.45 Regeringsuitz.:
Rijksdelen Overzee: Ref. E. H. Mic-
kelson: „Beschavingswerk in de Ba-
liemvallei". 18.00 Koorzang. 18.20
Gram. 18.30 Orgelconc. '19.00 Nieuws
en weerber. 19.10 Muz. caus 19.30
„Volk en Staat", caus. 19.45 Gram.
20.00 Radiokrant. 20.20 „Alkmaar
700 jaar stad", klankb. 21.30 „Neder
land van de Waterkant". 22.00 Viool
en piano. 22.15 Gram. 22.45 Avond
overdenking. 23.00 Nieuws en S.O.S.-
ber. 23.15—24.00 Gram.
„Schaam jij je niet om' te stelen!
Als je geld nodig hebt, vraag het
dan. Hier heb je vijf cent van tante
Aagje". (S.E.P.)
Oplossing Vader: „Mijn dochter
wil een portret boven de piano heb
ben en ik weet niet, wie ik haar ge.
ven zal."
Vriend: „Geef een portret van Beet
hoven, die was toch doof."
Spellen Telefoniste: „Ik kan Uw
naam niet verstaan. Wilt U evet
spellen?"
Andere kant van de lijn: „Kuier!"
De k van koe en de uier van hetzelf
de beest."
IJlen Dokter: „Zo mevrouwtje,
gaat het al beter met Uw man?"
Zij: „Oh nee, dokter. Het wordt
steeds erger. Sinds gisteravond is hij
aan het ijlen. Telkens als ik bij hem
kom, zegt hij: „Dag liefste!"
Goede vangst „Heb je niets ge
schoten?"
„Wat dacht jc? Ik had een goede
vangst."
„En je weitas is leeg!"
„Ja, dat klopt. Of zie jij soms kans
om een jachtopziener in zo'n kleine
tas op te bergen."
Uitvlucht „U had twee eieren
van me geleend en nu laat U er maar
één terugbrengen".
„O, hemeltje, dan heb ik me ver
teld"
Gezellig Zij: „Wat kijk je toch
lelijk".
Hij: „Nou, als ik daar toch plezier
in heb!"
Johanna v. d. Boog, President Ster
straat 5, Leiden. Je moet het briefje
hierboven eens lezen Johanna. In de
vacantie heb je vast wel eens tijd voor
een briefje.
Alle Heemskerk, Dorpsstraat 101, War
mond. Fijn dat het gewonnen boek zo
naar je zin is. Je bent toch maar een
bolster.
Elske v. Remundt, Lammcnschansweg
137, Leiden. Als ik die mooie gele enve
loppe zie, weet ik al dat het een brief
van Elske is. Maar deze keer heb je
zeker geen tijd gehad voor een gezellig
babbeltje. Dag melske.
Bertie WeUermans, Kempenaerstr. 44,
Oegstgeest. Weer flink je best gedaan
Bertie. Je bent zeker over naar de
tweede klas. Veel plezier in de vacantie
Bertie en de groetjes aan allemaal.
Sjaantje Oudshoorn. RUpweterlng. Je
brief zag er al heel kermisachtig uit, zo
vol bloempjes. Je moet me toch eens
vertellen of je op de kermis nog wat
gewonnen hebt. Je versje over je lieve
kleine zusje komt hier achter.
MIJN ZUSJE.
Ik heb een heel lief zusje
Zij heeft mooi krullend haar
Omdat ze mooie krullen heeft
Houd ik zo veel van haar.
Ze is wel eens ondeugend
Dat vindt moeder niet lief
Maar met dat al, toch is zij
Ons aller hartedief.
Evarlen Tljssen. Hoge Rijndijk 175,
Zoetorwoude. Proficiat Evarien met je
beterschap. Dat is al weer achter de rug
hè. Fijn dat je na de vacantie nu weer
geregeld naar school mag. Vier eerst nog
maar eens prettig vacantie. Het beloofde
verhaaltje zie ik graag tegemoet. Dag
Evarien.
Anne dc Jong, Vecrstraat 23, Oude
wetering. Je verhaaltje over de ontvoe
ring van dat kleine meisje is wel een
beetje griezelig. De kinderen zouden er
akelig van gaan dromen. Kom, vertel
eens iets vrolijkers. Je kunt het best.
Annie en Jopie v. d. Berg, Koningin
neweg 18, Noordwykcrhout. Foei. foei,
is me dat lang wegblijven. Voortaan
weer geregeld meedoen hè Annie en
Jopie.
Corrie Jansen, Rijpwetering vertelt
ons weer eens over een ongehoorzaam
jongetje, die toch gaat zwemmen.
DIE STOUTE JAN.
graag
i dat hc
te koud was.
„Het water is niet koud", zei Jan.
„Wel waar", zei moeder, „en als je
boven komt, sta je te bibberen van de
kou".
„Wat geeft dat", zei Jan heel brutaal.
„Ik wil het niet hebben, dat je gaat
zwemmen", riep moeder nog Jan ach
terna, toen hij de tuin inliep.
Hij dacht, ik ga toch zwemmen. Bij
het water gekomen deed hij zijn kleren
uit. Moeder keek door de ramen en toen
ze Jan daar zag staan, liep ze naar bui
ten en pakte Jan beet, die juist het water
in wou stappen. Hij moest zich dadelijk
aankleden. Jan begon te huilen, maar
daar stoorde moeder zich niet aan. Toen I
hij aangekleed was, kreeg hij nog flink I
op zijn broek ook, maar dat was zijn I
eigen schuld.
Jan Strijk. R(jpwetering. Je hebt geen I
geluk gehad Jan. een ander heeft het
boek gewonnen. Hoe gaat het met de
visserij? Al grote gevangen?
Tonny Goddijn, Lammcnschansweg 44,
Leiden. Je leest toch zeker geregeld de
Krantentuin. En dan nog vergeten om
de raadsels op te lossen en een briefje
te schrijven. Foei Tonny. Voortaan
trouw mee doen, dan heb je ook kans
om iets te winnen. Is dat afgesproken
Tonny?
Giel Brouwer. P. J. Blokstraat 26,
Leiden. Dat eerste briefje van jou Giel,
ziet er keurig uit. de tekening ook en
de oplossing was ook goed. Je bent op
school zeker wel over gegaan.
We wensen jullie allemaal een fijne
vacantie.
TANTE JO en OOM TOON.
ze vrienden ne
men mm m te6rrp-
nerrn.ommetdete*
rrnef te re/zen,drrp
ze drn meteen rrn de
rrnslrgen vrn de
Birek-Hrnd-Clrn
ontsnrppen.Tn rlle
hrrst wordt rl hun
reisgoed rrn boord
gebrrcht.