Wie puzzelt mee
De Knokkersburchf
ZATERDAG 10 )ULI 1954
DE LEIDSE COURANT
DERDE BLAD PAGINA 2
Horizontaal: 1. schok, 5. aarden
kruikje, 9. zware zijden stof, 10. voor
zetsel, 12. ontkenning (Eng.), 13. lui
tenant (afk.), 14. broeder (afk.), 15.
vordering, 17. teken in de dieren
riem, 19. dikke pap, 20. snugger, 22.
dienstbode, 23. voorzetsel, 24. muziek
noot, 25. vervoermiddel, 28. enigs
zins vochtig en koud. 31. meisjes
naam, 32. beet, 34. meisjesnaam, 35.
voegwoord (Fr.), 36. oude Egyptische
zonnegod, 37. dat is (afk. lat.), 39.
bjjwoord, 40. handelsgenoot. 42. zij
de van het voorhoofd, 43. deel van
het misgewaad, stool.
Verticaal: 1. bezinksel, 2 afnemend
getij, 3. Üjkvaas, 4. Europeaan, 5.
rustig, 6. knaagdier, 7. jongensnaam,
8. worsteling, 11. witte, slanke toren
by een moskee, 14. legerafdeling, 16.
muzieknoot, 18. telwoord, 19. afkor
ting van berylium, 21. wolkenbank
aan de horizon, 22. zekere ziekte aan
de poten der paarden, 25. fijne haren
zeef, 26. bijwoord, 27. voorzetsel, 29.
munt in China, 30. meisjesnaam. 32.
muziekinstrument, 33. grappenmaker,
36. meisjesnaam, 38. boomloot, 40.
muzieknoot, 41. meisjesnaam.
OPLOSSING.
Horizontaal: 1. pok, 3. als, 6. om,
8. Thomas, 10. Malta, 12. Ali, 14. la,
15. ets, 16. dolend, 19. Ans, 21. te,
22. Eerde, 23. elke, 25. rem, 27. Aa,
29. oma, 31. Arnhem, 34. Samara, 36.
Ida, 37. Urk, 38. Sn, 40. els, 42. Pisa,
44. Steen, 46. t.a., 48. dar, 49. meteen,
51. era, 52. es, 54. eer, 55. Indus, 57.
eRnkum, 59. ga, 60. eik, 61. taf.
Verticaal: 1. Prater, 2. kot, 3. ah,
4. lol. 5. smaak, 7. made, 8. tin, 9.
sas, 10. met, 11. L.S., 12. aldaar, 13.
Lee, 17. ora. 18. Delhi, 20. Ne, 22. Em-
maus, 24. lieden, 26. Eos, 28. en, 30.
Amram, 32. raster, 33. mal, 35. A.K.,
39. nee, 41. struif, 42. pa, 43. Irene,
44. stê, 45. enig, 47. aas, 48. dor, 50.
Eem, 51. Ed, 53. ski, 56. nat, 58 uk.
Oplossingen kunnen tot en met
Donderdag aan ons bureau gestuurd
worden. De prijzen zijn sigarettenko
ker, sieraad en boek. De taart werd
gewonnen door C. Opsta.l, Meerlaan
47, Stompwijk; het sieraad N. J.
Oomen, Nieuwstraat 10, Roelof-
arendsveen en het boek door mej.
M. C. v. d. Berg, St. Jorissteeg 40,
Leiden.
Aetheridanken
ZONDAG.
TELEVISIEPROGRAMMA.
AVRO. KRO, VARA en VPRO.
19.3021.30 Overname Vlaamse
Televisie: 1. TV-Juniorsclub. 2. Con
cert. 3. Filmrep. Guldensporenspel.
4. Wegcode. 5. „De Slag der Gulden
Sporen", TV-film. 6. TV-nieuws.
HILVERSUM I, 402 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.30 IKOR
en VPRO. 12.00 AVRO. 17.00 VPRO.
17.30 VARA. 20.00—24.00 AVRO.
8.00 Nieuws, weerber. en postdui-
venber. 8.18 Gram. 8.35 Voor het
platteland. 8.45 Eng. volksliedjes. 9.00
Sportmeded. en postduivenber. 9.05
Radio-Reiswijzer. 9.25 Instr. trio. 9.45
„Geestelijk leven", caus. 10.00 Voor
de kinderen. 10.30 „De Ned. Herv.
Gemeente in Lopden en haar kerk
gebouw", klankb. 10.55 Rep. 11.00
Inwijding Ned. Herv. kerk Austin
Friars, Londen. 12.00 Sportspiegel,
event, postduivenber. 12.05 Mandoli-
ne-ork. 12.35 Even afrekenen, Heren!
12.45 Jeugdens. 13.00 Nieuws. 13.05
Meded. of gram. 13-10 Een dagje uit
ir. of om uw eigen stad. 13.20 Verz.
progr. v. d. militairen. 14.00 Boekbe
spreking. 14.20 Holland Festival: Ka-
rr.ermuz. In de pauze: Toneelbeschou
wing. 15.50 Gram. 16.00 Idem. Inter
mezzo: Tour de France. 16.30 Sport-
revue. 17.00 „Tussen Kerk en We
reld", caus. 17.20 „Van het Kerkelijk
Erf", caus. 17.30 Voor de kinderen.
17.50 Sportjourn. 18.15 Nieuws en
sportuitsl. 18.30 Zondagsruiters. 19.30
Spontane reacties. 20.00 Nieuws. 20.05
Rep. 20.15 Amus. muz. 20.55 Tour de
France. 21.05 Gram. muz. 21.20 Jour
naal. 21.30 Metropole-ork. 21.55 Piano
a quatre-mains. 22.15 Vacantieprogr.
23.00 Nieuws. 23.15 Dansmuz. 23 45—
24.00 Gram.
HILVERSUM II. 298 m.
8.00 NCRV. 8.30 IKOR. 9.30 KRO.
17.00 NCRV. 19.45—24.00 KRO.
8.00 Nieuws en weerber. 8.15 Orgel-
conc. 8.30 Kampdienst. 9,30 Nieuws.
9.45 Gram. 9.55 Hoogmis. 11.30 Vra-
genbeantw. 11.45 Strijkork. 12.20
Apologie. 12.40 Gram. 12.55 Zonne
wijzer. 13.00 Nieuws en katholiek
nieuws. 13.10 Lichte muz. 13.40 Boek-
bespr. 13.55 Residentie-ork. 15.05 „Be
trekkingen van Guido Gezelle en
Stijn Streuvels met Belgisch Lim
burg", caus. 15.25 Kamerork., koor en
sol. 15.50 Pianorecital. 16.05 Gram.
16.10 „Katholiek Thuisfront overal!"
16.15 Sport. 16.30 Vespers. 17.00 Ge
reformeerde kerkd. 18.30 Gram. 18.45
Vocaal kwart. 19.00 „Nieuws uit de
kerken". 19.05 Gram. 19.30 „Litur
gie", caus. 19.45 Nieuws. 20.00 Gram..
20.25 De gewone man. 20.30 Symp'no-
nette-ork. en sol. 21.05 „Zonneschijn
tje", hoorsp. 21.50 Gram. 22,05 Clave-
cimbelconc. 22.35 Act. 22.45 Avond
gebed en lit. kal. 23.00 Nieuws. 23.15-
24.00 Gram.
MAANDAG.
HILVERSUM I, 402 m.
7.00—24.00 AVRO.
7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 8.00 Nieuws
8.15 Gram. 9.00 Morgenwijding. 9.15
Orgelconc. 9.30 Voor de vrouw. 9.35
Waterst. 9.40 Gram. 11.00 Voordr.
11.15 Omr. ork. en declamator. 12.0Q
Sopr. en orgel. 12.30 Land- en tuinb
meded. 12.33 In 't spionnetje. 12.38
Gram. 13.00 Nieuws. 13.15 Meded. of
gram. 13.20 Promenade-ork. 14.00
„Wat gaat er om in de wereld?",
caus. 14.20 Gram. 15.35 Gevar. progr.
16.30 Gram. Intermezzo: Tour de
France. 16.55 Viool en piano. 17.30
Voor de padvinders. 17.45 Gram. 17.50
Militair comm. 18.00 Nieuws. 18.15
Tour de France. 18.25 Amus. muz.
19,00 Rep. of gram. 19.15 Amateur-
progr. 19.45 Regeringsuitz.: „Gevaren
bij de omgang met bestrijdingsmid
delen" door dr. K. Hartsuyker. 20.00
Nieuws. 20.05 Josephine Baker, 20.55
Tour de France. 20.45 Gram. 20.55
„Het Opleidingscentrum Middelo",
ldankb. 21.05 Russische volkstheater,
21.25 Voordr. 21.45 „La Bohème",
opera (acte 1, 2 en 3). 23.00 Nieuws.
23.15 „La Bohème" (acte 4); 23.45
24.00 Gram.
HILVERSUM II, 298 m.
7.00—24.C0 NCRV.
7.00 Nieuws. 7.10 Gram. 7.15 Gym.
7.30 Gram. 7.33 Gewijde muz. 7.45
Een woord v. d. dag. 8.00 Nieuws en
weerber. 8.15 Sportuitsl. 8.20 Gram.
9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de
huisvrouw. 9.35 Gram. 10.30 Morgen
dienst. 1.00 Gram. 11.45 Lichte muz.
12.25 Voor boer en tuinder. 12.30
Land- en tuinb.meded. 12.33 Gram.
12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15
Lichte muz. 13.45 Gram. 14.05 School
radio. 14.30 Gram. 14.45 Voor de
vrouw. 15.15 Gram. 15.20 Omr. ork.
en solist. 16.00 Bijbeloverdenking.
16.30 Gram. 17.00 Voor de kleuters.
17.15 Gram. 17.30 Voor de jeugd. 17.45
Regeringsuitz.: W. L. Brugsma: „Ne
derlands-Franse vriendschap". 18.00
Dameskoor. 18.20 Sport. 18.30 Orgel
conc. 19,00 Nieuws en weerber.
19.10 Oude muz. 19.30 Pari. comm.
19.45 Clavecimbelrecital. 20.00 Radio
krant. 20.20 Orgelconc. 20,50 Gram.
21.05 „Nederland van de waterkant",
klankb. 21.40 Gram. 22.10 „Kirchen-
tag te Leipzig". 22.25 Gram. .22.30
Vocaal ens. 22.45 Avondoverdenking.
23.00 Nieuws en S.O.S.-ber. 23.15
24.00 Gram.
Afgevallen, „Oh Tine, je bent
ontzettend afgevallen. Zó slank ben
„Nee hoor, ik val af van ergernis
over mijn dienstmeisje".
„Maar waarom ontsla je haar dan
niet?"
„Dat doe ik wel, maar ik moet eerst
120 pond wegen".
Samenloop van omstandigheden.
Hij: „Zeg, bestaat de gehele maaltijd
uit dit beetje groente?"
Zij: „Ja lieveling, ik kan er heus
niets aan doen. De vlam sloeg in de
pan en van schrik gooide ik de bran
dende biefstuk op de pudding. Nou,
en toen heb ik de soep moeten ge
bruiken, om de brand te blussen."
r) 3
f- i
"f
ÉKiil x
Dokter: „Schuif maar op. ik voel
me ook niet lekker. (Lilliput).
„Die flauwe aardigheid
haal je nou altijd uit
wanneer het zeil pas
geboend is."
(Tif Bits).
c 1
N l
>E KRANTENTUU
Hoe lang Brammetje
probeerde geld
te verdienen
(Vervolgverhaal door Trudi).
„Maar Peter heeft er een nieuw stuur
opgezet en dat was ook veel waard", zei
een ander.
Ze besloten toen allen eerlijk te delen.
Het was onderdehand droog geworden
en daar gingen ze met z'n vieren heel
gewichtig naar de fietsenmaker. Niemand
mocht natuurlijk op de fiets zitten an
ders werden de trappers vuil. Ze von
den het toch al jammer, dat de banden
nat werden van de vochtige straten
maar Hans had in de gauwigheid nog
een oude doek meegenomen en vlak voor
de fietsenmaker veegde hij de banden
nog even helemaal droog. Ja, die ban
den, dat was wel een beetje jammer, de
banden waren erg slecht. Peter had er
nog over gedacht orn die ook om te rui
len, maar toen hij even nadacht vond
hij dat toch een beetje te erg. Om de
waarheid te zeggen: hij was toch wel 'n
beetje bang voor zijn vader. Hij wilde
dat wel niet aan de andere jongens laten
merken, maar toch ging zijn hartje wel
een beetje harder kloppen als hij dacht
aan zijn vaders mooie fiets met dat
lelijke stuur.
Zo kwamen de vier vrienden bij de
fietsenmaker. De oude man keek wel een
beetje achterdochtig toen Brammetje
vertelde dat hij die mooie fiets wilde
verkopen, want het gebeurde wel eens
dat jongens een fiets, die voor een huis
stond, weg namen en dan probeerden te
verkopen. Hij bekeek de fiets eerst van
alle kanten.
„Zit er geen lamp op?" vroeg hij ein
delijk.
De jongens keken elkaar verlegen
aan. Daar hadden ze helemaal niet aan
gedacht en Peter dacht nog: „had ik die
maar van mijn vaders fiets afgehaald".
„De banden zijn ook niet best, jonge
lui". De jongens keken verbaasd naar de
oude man. Wat bezielde hij? Wilde hij
hun mooie fiets niet eens kopen? Dat
zou helemaal mooi worden. Dan zouden
ze wel naar een andere fietsenmaker
gaan. Er waren er heus nog wel meer
„Hoe komen jullie eigenlijk aan die
pracht kar jongens?? Vertel eens eerlijk,
jullie hebben hem toch niet gestolen?"
Gelukkig stond Peter achter de rug
van Hans en kon de fietsenmaker zijn
gezicht niet zien. Hij kreeg het wel een
beetje warm en hij nam zich voor om
alles zo gauw mogelijk aan zijn vader
te vertellen, 's Was misschien nog het
beste als hij het zou vertellen als zijn
drie vriendjes er bij waren. Zij zouden
toch nog een middag bij hem komen
spelen en danzij hadden immers
ook een beetje schuld.
Nu hoorde hij Brammetje zeggen: „We
hebben er alle vier hard aan gewerkt
meneer en alles zelf gekocht van onze
eigen verdiende centen".
..Nou dat vind ik knap van jullie.
Jullie kunnen mijn knechten wel wor
den later. Maar luister eens jongens.
Jullie zien dat de banden erg slecht zijn
en dat er nog een lamp op moet. Nu kan
ik jullie wel geld voor die fiets geven,
maar dat moeten jullie weer met zijn
vieren delen en dan zou er voor ieder
toch niet zo erg veel overblijven".
De jongens keken een beetje teleurge
steld. Ze zijn toch echt niet van plan die
fiets voor niets weg te geven. Ze wisten
heus wel dal ieder maar een beetje zou
krijgen.
„Maar", ging de oude man verder, ter
wijl hij zijn neus snoot, „ik heb nog een
oude motor staan". De gezichten van de
jongens straalden ineens op. Zouden ze
een motor krijgen?
„Jullie moeten je er niet te veel van
voorstellen: hij heeft altijd in een voch
tige schuur gestaan, maar als jullie een
fiets van een mesthoop zo kunnen op
knappen, dan kunnen jullie die motor
ook best opknappen. Jullie mogen hem
eerst wel eens zien en er dan eens rustig
over nadenken. Want 't is natuurlijk heel
belangrijk".
De jongens knikten, ze konden in ieder
geval wel eens gaan kijken. De oude
man ging voorop. Achterin de werk
plaats was een deur en toen kwamen ze
op een heel klein plaatsje. Veel licht
kwam hier niet. Rondom stonden alle
maal hoge huizen.
„Ja hier werk ik 's zomers. Ze zon
komt hier niet en 't is altijd lekker fris.
Hij maakte de schuurdeur open. Een
klein donker schuurtje was 't maar.
„Ik zal eerst eens een beetje licht
maken. Zo, dat is beter. Daar staat hij
jongens".
Nieuwsgierig kwamen ze naderbij en
bekeken hem van alle kanten. „Geen
lamp, meneer!" merkte Hans heel slim
op. „Ja jongens, ik heb jullie gezegd
dat hij oud was en daar blijf ik bij".
Hans was de eerste die er op ging zit
ten. „Zit lekker, niet geknee hele
maal niet gek".
„Jongens wat doen we nu?" Ze keken
allemaal naar Brammetje. Hij moest be
slissen. Het was erg moeilijk voor Bram.
Ze hadden alle vier niet veel verstand
van een motor, 't Was zo heel anders
dan eert fiets. Een fiets ging vanzelf,
maar een motor?
„Ja, als 't aan mij ligt, dan kunnen
we er met z'n vieren toch wel wat van
maken, lijkt mij. En als we helemaal
geen raad weten, mogen we dan bij u
komen?"
De oude man knikte. Hij was eigenlijk
wat blij met deze goeie koop. Een goede
tweedehands fiets voor een hele oude
motor. De jongens probeerden onderde
hand de motor er uit te krijgen. Maar
met twee man duwen kregen ze hem
bijna niet vooruit Bram en Hans moes
ten ook helpen.
De fietsenmaker keek lachend toe. „Er
zat toch pit in zo'n stelletje jongens",
overwoog hij. „Ze mogen zeggen wat ze
willen van de moderne jeugd, maar
zulke Hollandse jongens, die hun han
den uit de mouwen konden steken,
mocht hij wel.
Ze sleepten de motor op het plaatsje
daar konden ze hem beter zien. Hij was
donkerrood en nog 'n tamelijke grote
ook. Ze konden er best met z'n drieën
op zitten. De toeter deed het ook nog
goed. Jammer dat de wielen scheef za
ten, mar daar verzonnen ze wel wat op.
Eerst moesten ze zorgen dat de motor
bij Brammetje in de schuur kwam en
dat was nog geen gemakkelijk werkje.
Het was een leuk gezicht die vier jon
gens te zien duwen en sjouwen. Alle
mensen op straat keken er naar. Ze
hadden al gauw vuurrode hoofden,
alsof ze de hel hadden aangeblazen. Na
veel gemodder kwamen ze bij Bram-
metjes huis en toen begon het net weer
te regenen. Oma had het stel al aan
zien komen -en schudde haar oude grijze'
hoofdje. „Wat die jongens toch niet alle
maal bedenken de laatste tijd", mom
pelde ze zachtjes voor zich heen. „maar
ja, dit was in elk geval toch nog beter
dan altijd op straat lopen slenteren en
kattekwaad uithalen. Ze haastte zich
naar buiten om de schuur te openen,
zodat de jongens met een vaartje het
gevaarte op zijn plaats kregen. Ze spra
ken af deze avond er verder niets meer
aan te doen. maar te wachten tot de
eerste vrije middag. Brammetje had nog
van zijn overleden vader, een boek over
motoren en daar zou hij in die tussen
tijd eens in snuffelen. Ook moest hij
nodig weer beginnen met het oefenen in
koordlopen. na schooltijd. De hele week
had hij er niets meer aan gedaan en dan
zou hij 't misschien wel verleren en dat
was nu juist niet zijn bedoeling. De
voorstelling, waarover hij zo lang ge
droomd had, moest doorgang vinden. Bij
nader inzien zou hij het zijn vrienden
maar vertellen, ze konden hem misschien
nog wel helpen, bij voorbeeld met het
verkopen van de kaartjes. Maar er was
nog veel meer te doen.
Mevrouw Ranters had aan Peter ge
vraagd wanneer zijn vrienden nu eens
kwamen. Met algemene stemmen werd
besloten dat ze 's Zondags zouden ko
men, dan konden ze immers toch niet
werken met hun goede kleren aan. Zo
stapten ze dan die Zondag naar Peters'
huis. Brammetje wist nog steeds niet
wat hij moest vragen. Elke avond lag
hij er over te piekeren in bed. Eerst
dacht hij aan een nieuwe lamp op de
motor.
Wordt vervolgd.
Correspondentie
Corrie Caspers, Rijndijk 13. Hazers-
oudc. Maar kindje wat heb jij een
fijne verjaardag gehad en zoveel ca-
deaux. Prettig dat het juist 2e Pinkster
dag was, dan had- je meteen een vrye
dag. Dag Corrie. kom maar weer eens
gauw een babbeltjè maken.
Bernardine v. Stijn, Kanaalstraat 47,
Lissc. Zo Bernardientje wil je zo graag
met ons meedoen? Nu, dat kan hoor. De
oplossing was best in orde. Tot de vol
gende brief meiske.
Annle Zwetsloot, Bent 6, Hazerswoude.
Vindt jij zo'n letterraadsel heus zo
moeilijk? Toch was de uitkomst goed.
Dag Annie.
Evarlen Tijssen, Zeehospillum, Katwijk.
Wat heerlijk voor je Evarien dat je al
mag wandelen en dan al misschien zo
gauw naar huis. De zeelucht heeft je
vast goed gedaan. Jij hoort zeker ook
niet tot de gelukkigen, die altijd wat
winnen. Ik ook niet hoor. dus troost je
maar. Toch is het altijd leuk om mee te
doen en dan een antwoordje in de krant
te krijgen. Het beste er mee meisje,
Bep Kuiters, Zoeterwonde. Je oplos
sing zag er duidelijk en netjes uit.
Corrie Busohman, R'veen. Zolang je
veertien jaar bent mag je nog gerust
met ons meedoen, dus heb je nog een
heel jaar de tijd. Kind wat een mooi
cadeau, een vulpen. Waarom heb je er
groene inkt in gedaan? Vond je dat zo
mooi. Ik hoop er nog veel briefjes mee
te krijgen.
Annemarie Bouhuis. Voorstraat 95,
Noordwyk B. Aan je kleine verhaaltje
heb ik zo het een ander moeten veran
deren want de meeste zinnetjes waren
niet helemaal afgemaakt. Hoe oud ben
je Annemarie.
VACANTIE.
Wij hadden een vrij dag. Het was juist
erg warm. dus gingen we 's morgens al
naar het bos. We namen brood mee en
ook nog wat korstjes voor de vogels.
We speelden wegkruipertje achter de
dikke bomen en tussen de lage struiken.
Later speelden we nog tikkertje. Toen
we moe gespeeld waren gingen we boven
op de dijk zitten om uit te rusten. Daar
na rolden we er één voor één weer af
en met nieuwe moed klommen we er
weer op. Dat spelletje hielden we een
tijdje vol tot het tijd was om naar huis
te gaan. De broodkorstjes strooiden we
voor de vogels. We kwamen juist op
tijd thuis voor het eten. 's Middags gin
gen we naar het strand. We hadden een
fijne dag gehad.
Jacob v. d. Zwet, Broekweg, Llsse
komt ons even een heel klein verhaaltje
vertellen.
VLIEGEN.
„Help, hèlp. ik val!" riep Jantje mid
den in de nacht door het huis. Wat was
er gebeurd? Wel, Jan droomde dat hij
me* zijn vader mee mocht vliegen. En
nu was het vliegtuig omlaag gestort.
':je dacht dat hij verongelukte. Maar
.laats van onder het vliegtuig, lag hij
nu onder zijn bed om hulp te roepen.
Frans Bouwmeester. Rijpwetering.
Stuurde ons bij de oplossing nog een
aardige tekening met kabouters en ook
nog een versje, maar dat heeft Fransje
zelf niet gemaakt hè vent?
LIa Bakker, Zuidwcg 17, R(jpweterlng.
Jij kunt al netjes schrijven Lia. Dat zegt
de juffrouw zeker ook wel.
Dik Meijer, Rljpweterlng. Die molen
was een beetje te groot voor het papier.
Of was het papier een beetje te klein
voor de molen. Hoe zit dat?
Huug Duiven, Rljpweterlng. Dat was
een mooie gekleurde tekening met veel
bloempjes Huugje.
Ton Daleman, Rijpwetering. Waren
dat de auto's van de koningindie je ge
tekend en gekleurd hebt? Er was ten
minste veel oranje in. Mooi hoor Ton!
Joop Hogeboom houdt vast veel van
vogels. Hij heeft er tenminste zulke
mooie getekend.
Jan Strijk stuurde behalve de oplos
sing nog een tekening van een kasteel.
Theo Witteman liet ons een mooi huis
met een vlag en nog een heel mooi ge
kleurde boot zien. Daar was zeker feest
Theo.
Dora Koot heeft ook al zo haar best
gedaan. De juffrouw van school hangt
zeker wel eens een mooie tekening op.
Mies v. d. Poel stuurde ons een aardig
briefje. Knap hoor voor zo'n klein
meisje.
Theo v. d. Veen. 't Jonge wat een grote
boot; haast te klein voor 't blaadje.
Robbie Hogeboom. Wat zou er wel in
die vrachtauto zitten Robbie, die je ge
tekend hebt?
Gerard v. Haastrecht was nog zó vol
van het oranjefeest dat hij uit puur
enthousiasme het „Wien Neerlands'
bloed" opgeschreven heeft.
Wlm Zoetemelk schrijft ons over hun
mooie tuin met de bloeiende bomen en
ook over hun leuk geitje dat altijd ach
ter hen aanspringt.
Sjani v. d. Berg vertelt ons hoe ze toch
nog een ijsco kregen. Met Hemelvaarts
dag gingen Pa en mijn twee broetjes
naar oom Kees. Allemaal mochten we
natuurlijk niet mee. dat zou veel te
duur zijn. Maar moeder had gezegd: „Als
de jongens weggaan krijgen jullie een
ijsco". Natuurlijk wij maar kijken of er
een ijscoman aankwam, maar er kwam
niets. Intussen was het al vier uur ge
worden. Toen zei moeder: „Hier hebben
jullie centen, ga maar eens kijken, mis
schien komen jullie er wel een tegen".
En jawel hoor, dan kwam er een aan.
„Mijnheer heeft u vier ijsco's van vijf
cent".
„Nee zus, ik heb ze alleen nog maar
van tien centen".
Wat was dat jammer. We gingen
weer naar huis. Op de hoek van de straat
stond zowaar een ijsco. nu jullie begrij
pen dat we er gauw op af gingen. Zo
kregen we' die middag toch nog 'n ijsje.
Gerard Strijk tekende zo'n prachtig
huis, dat ik warempel zin krijg om er
in te gaan wonen.
Corrie Zandvliet krijgt een pluim voor
haar keurige briefje.
Huub Oudshoorn stuurde ook al een
mooie molen en een paar boten. Goed
zo Huubje!
Jan Jansen vindt het versje van:
„Klein, klein kleutertje" zeker heel erg
mooi. Toen ik nog zo klein was als
jullie zong ik het ook graag.
Marian v. Kins vertelt ons over haar
lieve kleine zusje Igna. Wat een mooie
naam is dat.
Jan Rotteveel heeft zeker heel goed
naar de „Piet Hein" gekeken. De teke
ning lijkt er reuze op.
Corrie Weenink maakte een verhaaltje
een versje en een tekening.
STOUTE KEES EN PIET.
Kees en Piet waren twee deugenieten.
Op een dag mochten ze gaan zwemmen
en toen gingen de stouterds in een mod
dersloot. Ze kwamen er pik-zwart uit en
toen gingen ze naar het zwembad. Alle
kinderen gingen een beetje op zij, voor
zulke zwarte jongens. Ze zwommen even
in het water en gingen toen weer naar
huis toe. Toen moeder hen zag schrok
ze en riep: „Wat zien jullie er vuil uit".
Daar stonden ze nu beteuterd te kijken
en zeiden eerst niets, maar opeens zei
Piet: „We hebben in de moddersloot ge
zwommen".
„O, daarom zijn jullie zo zwart. Kom
vlug in 't bad en dan voor straf naar
Ze deden het nooit meer.
Dag kinders, hoe staat het met de
klosj es? Hebben jullie er al veel. De
volgende week beginnen we.
TANTE JO EN OOM TOON.
9t
fif
13)