Door Alkemade loopt 5.2 km. van de
Rijksweg 4 A (Rotterdam-Amsterdam)
ZONDAGMORGEN
Nederland bezit thans
een Marionetten-opera
ZATERDAG 5 DECEMBER 1953
DE LE1ÜSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 4
Van ingrijpende
aard zijn de plan
nen van de Rijks
waterstaat, om
door de gemeen
te Alkemade de
autosnelweg Den
Haag-Amsterdam
Rijksweg No.
4A aan te leg
gen. De gemeente
heeft aan een
weg van deze
klasse en van de
ze richting, ge
zien het bestaan
de wegenschenja,
uiteraard geen
bijzonder grote
behoefte. Daar
het in de bedoe
ling ligt het we
gennet in de ge
meente Alkemade
bij Nieuwe We
tering een aan
sluiting aan de
Rijksweg No. 42
te verschaffen,
zal de verkeers-
ligging van de
woonkernen ech
ter stellig een
verbetering on
dergaan. Daar
naast is ook het
verkeer naar het
Brassemermeer
en de Kagerplas-
sen hiermede ge
baat, aldus lezen
we in het sociaal
economisch rap
port betreffende
Alkemade.
Tegenover deze
voordelen staat
een verlies voor
de gemeente van
20 a 25 ha. kost
bare cultuurgrond
Gelukkig is door
de Rijkswater
staat de nieuwe
weg zodanig getraceerd, dat zo min
mogelijk schadesnijding en aantas
ting van het landschap zal plaats vin
den. Het tracé door de Googerpolder,
onvermijdelijk voor een gunstige
tunnelkruising met de Ringvaart van
de Haarlemmermeer, veroorzaakt
weliswaar schade aan de landbouw
bedrijven aldaar, doch een ruilver
kaveling kan hierin gedeeltelijk te
gemoet komen.
LENGTE 5.2 ELM.
De Hoogmadeseweg wordt door de
geprojecteerde Rijksweg gesneden,
zodat gedeeltelijk een paralelweg
nodig is. Het zal aanbeveling verdie
nen om deze paralelweg voor het
automobielverkeer geschikt te ma
ken, waardoor de verbinding Hoog-
madeRijpwetering in waarde stijgt.
De lengte van de nieuwe Rijksweg
zal in de gemeente Alkemade 5.2 km.
bedragen. De dichtheid van het we
gennet in de gemeente vermeerdert
daardoor tot 1.65 km/km2. Vergele
ken met Zuid Holland (0,48 km/
km2), is dit zeer hoog. De oppervlak
te van de verharde weg neemt tot
2.8% van de oppervlakte land in de
gemeente toe.
Voor de toekomst valt een inten
siever verkeer te verwachten, maar
bij de handhaving van het huidige
locale wegennet zijn voorlopig geen
moeilijkheden te verwachten. Bij
snelle toeneming van het verkeer
zal de Langeweg van een B- in een
A-weg moeten veranderd worden.
De wegen in de bebouwde kom j
zullen volgens de rapporteurs aan
doelmatigheid winnen, indien op de
daartoe gewenste punten een marke
ring van de rijweg wordt aangege
ven door een trottoir of door een lijn
van witte straatstenen. Voor enkele
punten, waar de bebouwing en situa
tie de verkeersveiligheid en situa-
is het wenselijk te geraken tot ver
keerstechnische verbeteringen, waar
bij speciale aandacht moet worden
besteed aan ruim uitzicht, verkeers
geleiding, parkeergelegenheid e.d.
Een kruispunt, dat hiervoor in aan
merking komt, is dat naast het raad
huis te Roelofarendsveen. Hier ont
wikkelt zich een centrum van de ge
meente en mede door een eventuele
wegverbinding naar Woubrugge zal
dit kruispunt steeds meer verkeer
tot zich trekken.
WEG NAAR WOUBRUGGE.
Deze verbinding met Woubrugge
hangt samen met de behoefte tot ont
sluiting van de gemeente in zuide
lijke richting, derhalve vanuit dat
gedeelte, waar zich de grootste ne
derzettingen hebben kunnen ont
wikkelen. Niet in de laatste plaats is
deze verbinding van belang voor het
tuinbouwbedrijf, dat de belangrijk
ste bestaansbron is. Voor een vlotter
transport van de producten, die in
Roelofarendsveen worden geveild, is
zo'n weg van veel gewicht. Momen
teel wordt de afzet in de richting
Utrecht, Rotterdam en België
moeilijk door de slechte verbinding
over het Paddegat. Het jaarlijks ver
voer per as vanaf de veiling bedraagt
thans ongeveer 150 ton groenten en
fruit en plus minus 250 ton bloemen,
waarvoor gemiddeld 30 auto's per
veilingdag nodig zijn.
Bij verdere ontwikkeling van het
tuinbouwareaal zal een verbinding
naar het Zuiden steeds dringender
worden. Bovendien vraagt het we
genstelsel in Roelofarendsveen om
deze doortrekking voor alle ver-
voerssoorten o.a. ook voor het toe
komstig woon-werkverkeer naar de
Rijnstreek.
En tenslotte ontstaat gelegenheid
Rijp wetering-Zuid en Roelofarends
veen onderling te koppelen, waar
door in het meest volkrijke deel van
de gemeente een gesloten vierkant
in het wegenstelsel tot stand wordt
gebracht. Grotendeels kan hiervoor
van de bestaande Zwarteweg in de
gemeente Woubrugge, welke een
kruinbreedte heeft van 9.009.50 m.
gebruik worden gemaakt.
Op de scheepvaartweg door de
Heimanswetering, Woudwetering,
Paddegat, Braassemermeer en Ring
vaart van de Haarlemmermeer niet
te hinderen, lijkt een pontveer, even
tueel een brug over de Wijde Aa te
verkiezen via welke de doortrekking
op de Bateweg in Woubrugge en zo
verder op de Provinciale weg No. 6
aansluit.
De vertrekkende Columbiaanse gezant, de heer Carlos Vera Villamizar,
heeft Vrijdagmiddag afscheid genomen van het Spaans Instituut en Z.K.H.
Prins Bernhard, die daar aanwezig was. Van links naar rechts: de schei
dende gezant, Z.K.H. Prins Bernhard, en Prof. Dr. C. F. A. van Dam.
BAARD (VALS) EN PAARD (GESTOLEN)
VAN DE H. NICOLAAS
Poppen hebben ten alle tijde een
grote aantrekkingskracht op mensen
uitgeoefend. Waar ter wereld zien
mensen bevonden, maakten zij
beeldjes van zichzelf, hetzij alleen
om zich ermee te vermaken, als kin
derspeelgoed, of om deze poppen een
taak te geven in de cultuurhistorie
van hun land. Hiertoe voerden zij
deze poppen ten tonele en gaven hun
een rol te spelen in een historisch of
folkloristisch stuk.
Waarschijnlijk heeft dit' poppen
spel zich het eerst ontwikkeld in de
Oosterse landen: in de oude Indische
verhalen kent men poppen, die zich
konden bewegen en zelfs konden
spreken. De poppen in het Japanse
poppenspel zijn heel groot en zo ver
nuftig samengesteld, dat zij behalve
de ledematen, ook de ogen, mond en
zelfs de wenkbrauwen kunnen bewe
gen.
Het Javaanse poppenspel, de wa
jang, is aan vele Nederlanders be
kend en al is er een diepgaande stu
die nodig om het „libretto" van een
speelstuk te begrijpen, men wordt
ook zonder dat getroffen door de
weelde van kleur en lijn, die zulk
een poppenspel ten toon spreidt.
Maar ook wij, Westerlingen, heb
ben onze poppenspelen. In België
b.v. vindt men nog vele steden, waar
poppenspelen worden vertoond, n.l.
in Brussel, Gent, Luik, Doornik en
niet te vergeten, Antwerpen. De
Poesjenellenkelder had vroeger
men speelt er nu nog maar alleen op
aanvraag zijn vaste plaats in het
Antwerpse volksleven. Nu vindt r
er het Landpoppentoneel, dat met
veel succes voorstellingen geeft. En
hoe is het nu eigenlijk met het pop
penspel in Nederland gesteld? Als
echt volksvermaak is ons alleen de
poppenkast bekend, met zijn onster
felijke Jan Klaasen en diens onont
beerlijke Katrijn. Wij kenden echter
van de kermis het Marionetten-thea
ter, dat door vreemdelingen in ons
land werd vertoond.
Marionetten. Deze naam komt
van heel oude tijden tot ons. Hij
stamt uit de Christelijke tijd en is
in wezen een verkleinwoord van de
naam Maria. De beeldjes van de
Heilige Maagd werden n.l. Mariola
genoemd en deze naam werd in de
l^op der tijden weer veranderd in
J riëtte, Marion, Marionette.
En onder deze laatste naam trekt
het poppenspel de wereld door. In
Frankrijk, Duitsland en Engeland,
bloeide in de achttiende eeuw een
ware Marionetten-kunst en Parijs
had zelfs al in 1664 een Marionetten-
Opera.
In Nederland kwam deze kunst
eerst later tot leven en wel in 1920,
toen Herman Roelvinck, de auteur
van vele toneelstukken met een ma
rionettenspel begon. In 1923 ver
scheen de Olijftak en er werd zelfs
een Marionettenclub van Gooise
kunstenaars opgericht
Maar nog veel te weinig Neder
landers weten, dat wij sinds 1947 een
Nederlandse Marionetten-Opera be
zitten.
In het oude stadje Hoorn, eertijds
een van Neerlands voornaamste ha
vensteden, bevindt zich het Hoornse
Marionetten-theater, dat wordt ge
leid door de dirigent-componist Ri
chard Heuckeroth. Deze naam is geen
onbekende klank voor muziek-min-
nende en in de eerste plaats Opera-
minnende Nederlanders, want Ri
chard, een zoon van de grote diri
gent J. Martin S. Heuckeroth, is
vooral bekend als: „Heuckeroth van
de Opera". Bezield en begaafd diri
gent, met een onfeilbare kennis van
toneel- en opera-literatuur, heeft hij
zijn sporen op dit terrein ruimschoots
verdiend. Men denke slechts aan de
dagen der Nederlandse Opera-Koop
man, waar Richard Heuckeroth het
ewemble tot ongekende hoogte wist
op te voeren. Een van de grote eve
nementen was de openingsvoorstel
ling onder zijn leiding: „De Juwe
len van de Madonna", van de Ita
liaanse componist WolfFerrari.
Richard heeft de belangstelling
\oor het poppentheater geërfd van
zijn vader, die hoewel hij er steeds
weer pogingen toe deed, het nooit
tot de bouw van een theater heeft
kunnen brengen. Richard echter be
gon in 1929 met de bouw van een
Marionettentheater, dat in 1940 was
voltooid enin de grote chaos
van 1940—'45 verloren ging, met een
groot deel van de unieke instrumen
ten-verzamelingen van zijn vader.
Ook een schat aan muziek werd
door de overweldigers vernietigd.
Richard ging na de bevrijding weer
onverdroten aan het werk. Hij bouw
de in anderhalf jaar tijds een tweede
theater. En daar, in dat oude burger
huis in Hoorn, voltrok zich, heel stil
en zonder dat de grote „men" er
veel van merkte in 1947 een waar
evenement op cultuur-gebied: Ne
derland kreeg een Marionetten-
opera.
En Richard Heuckeroth heeft heel
zijn talent en al zijn krachten, die
hem na de harde bezettingstijd ge
bleven zijn, aan dit theater gewijd.
Met zijn vrouw als onschatbare me
dewerkster heeft hij een repertoire
opgebouwd, dat de volgende werken
omvat: „La Bohème" van Puccini,
„Hansel und Gretel" van Humper-
dinck, „Bastien et Bastienne" van
Mozart, (gevolgd door divertisse
menten) en „Paljas" van Leonca
vallo. Het laatste werk tot nu toe,
bracht Richard Heuckeroth „l'Enfant
et les Sortileges", met de muziek
van Maurice Ravel, terwijl de grote
Franse schrijfster Colette het li
bretto schreef. Dit werk, dat de to
neeldirecteur zulke enorme eisen
stelt, dat het practisch onmogelijk is,
het ten tonele te voeren, is door Het
Hoorns Marionetten-Theater uitge
voerd. Zonder meer mag van deze
opvoering gesproken worden als van
een daad op cultuur-historisch ge
bied. Een groep studenten van de
Franse sectie van de Amsterdamse
Universiteit, die met hun professo
ren een voorstelling van „L'enfant
et les sortilèges" bijwoonden, waren
zeer onder de indruk van de wijze
waarop de kunstenaar Heuckeroth
dit werk het recht deed wedervaren,
waarop het als kunstwerk aanspraak
mag maken
Kan men van Ravel's werk spre
ken als van een der modernste wer
ken op opera-gebied, ook de oudst
overgebleven opera heeft Heucke-
roth's volle respect. Het is „II Com-
battimento di Tancredo e Clorinda"
van Claudio Monteverdi. Aan de
montage van deze opera heeft Heu
ckeroth twee en een half jaar ge
werkt. Hij maakt alle poppen zelf.
terwijl mevrouw Heuckeroth de cos-
tuums verzorgt. Omstreeks Kerstmis
kan da eerste voorstelling van Mon
teverdi's opera worden tegemoet ge
zien. Dan zullen de poppen hun rol
len spelen, dan zal een prachtige
wire-recorder Monteverdi's muziek
doen klinken en de toeschouwers,
die als altijd de genodigden zijn van
de heer en mevrouw Heuckeroth,
zullen dit miniatuur theater als het
ware zien groeien, de poppen zullen
levende zangers en zangeressen wor
den en men zal zich waarschijnlijk
wanen in de opera, die geen land
kan ontberen, dat er aanspraak op
maakt, cultuurland te zijn.
HYPOTHEKEN
en roor alle andere sakeD
op het gebied ran on-
oerende goederen
3ouw-enMakelaarsb«drijf
v. d. Drift
WAT kan het toch raar lopen in de
wereld! Daar hebben we onze
goede St. Nicolaas, die vanavond aan
alle deuren belt en rammelt als een
schavuit je en vannacht over de da
ken riddert, terwijl iedereen siddert
of het de koek zal zijn of de gard
Wie was St. Nicolaas?
Een ordentelijke bisschop, die zes
tien eeuwen geleden leefde, onder
het bewind van keizer Constantijn
stierf en ging hemelen, doch niette
min kans ziet ieder jaar op een
stoomboot van Spanje naar Neder
land te varen, om hier goede gaven
en strenge vermaningen uit te de
len. Daar is hij altijd sterk in ge
weest. Volgens de levensbeschrijving,
welke het brevier van hem geeft,
is Nicolaas eens in het holst van de
nacht er op uit getrokken om door
een open venster geld te werpen in
een huis, waar het juist goed van pas.
kwam. En eveneens volgens het bre
vier was hij zachtmoedig bij het ver
manen en streng bij het berispen.
Bovendien weet St. Nicolaas uit
eigen ervaring, wat het zeggen wil
met rammelende kettingen meege
nomen te worden. Hij kwam in de
gevangenis terecht en werd daaruit
pas vrijgelaten toen keizer Diocle-
tianus door keizer Constantijn de
Grote was opgevolgd. Hij heeft eerst
veel later het gemak van een stoom
boot leren kennen, maar was toch
altijd met de zee vertrouwd. Toen
hij aan boord van een zeilschip ging,
voorspelde hij de matrozen, dat er
storm op til was en toen onverhoeds
de storm losschoot en de aanwe
zige mannen en muizen dreigden
opgeslokt te worden door de woelende
baren, wist hij het natuurgeweld plot
seling te bedaren. Daarom is hij pa
troon van de zeevarenden en be
schermheer van Amsterdam Maar
in Spanje is St. Nicolaas bij ons
v/eten nooit geweest, ofschoon nie
mand er aan mag twijfelen, dat hij
er ieder jaar vandaan komt. Zijn
wieg stond „in de bekende stad Pa
tara in Lycië", aldus het brevier
maar onze aardrijkskundige ken
nis blijkt te kort te schieten. Lycië
moet een landstreek zijn ergens in
Turkije en van de hoofdstad dier
landstreek, Myra, werd hij plomp
verloren bisschop. Hij kwam 's mor
gens in Myra de kerk binnen, maar
werd bij de deur vastgehouden en
met instemming van het gehele volk
tot bisschop gewijd. De keuze bleek
een goede te zijn. Hij vervulde zijn
hoge ambt met ernst en volharding
in het gebed, vele nachtwaken en
verstervingen en met een onbekrom
pen gastvrijheid en vrijgevigheid.
In deze levensbeschrijving komen
vele gewoonten van de heilige bis
schop tot uiting, welke hy nog he
den ten dage niet heeft afgeleerd.
Maar nergens staat vermeld, dat de
heer bisschop van Myra bedreven was
in het nemen van hindernissen te
paard. Met geen woord wordt ook
gerept van Zwarte Piet. Is hij Zwar
te Piet eerst later tegen het lijf ge
lopen? Heeft deze hem de edele rij
kunst en de circus-vertoningen op
schoorstenen en daken bijgebracht?
W5 schreven in de aanhef dezes
niet voor niets, dat het soms
wonderlijk lopen kan in de wereld!
De vrome bisschop van Myra, die
met een psalm op de lippen ten he
mel voer, komt ieder jaar terug hol
lend door de lucht op het wilde
paard Sleipnir, met een horde gil
lende en schreeuwende vrouwen
achter hem aan! Hij is plotseling de
(gedoopte) Wodan, de hoogste god
onzer Germaanse voorvaderen gewor
den. Wanneer het vroeg donker was
in de lemen, riet-gedekte huizen van
onze voorouders de winter-winden
door de schoorsteen joelden en
gierden, de sneeuwstormen over de
lage landen raasden en wolken
witte poeder in kolken optoliezen,
zeide men tot elkaar: „daar gaat de
grijze- lang-gebaarde Wodan op zijn
ros en de Walkuren, zijn hofstoet,
rennen achter hem aan". Er werden
aan de over de daken rijdende god
heid wij-geschenken geofferd; er
werd gefeest en er werd enorm ge
geten. Toen de Evangeliepredikers
hier kwamen, bleken onze voor
ouders zo gehecht te zijn aan die
huiselijke feestelijkheid ter ere van
Wodan (de Woens- in 't Engels-
Wednes-dag was hem speciaal toe
gewijd), dat zij 't maar het beste
vonden aan St. Nicolaas de baard en
het paard van Wodan cadeau te ge
ven. Het ging hun echter te ver de
bisschop met een stel gillende keu
kenmeiden te omringen. Daar kwa
men duiveltjes voor in de plaats,
die eerst later zwarte toeten kre
gen. Want Zwarte Piet is lang zo
echt niet als St. Nicolaas, maar ook
St. Nicolaas is niet helemaal echt.
Zijn witte baard is vals en zijn paard
gestolen.
MAR IUS.
NIEUWE UITGAVEN
„Marijke's grote avontuur op
het land" van Greta Volle-
wens-Zeylemaker. Uitgeve
rij Hollandia Baarn. Prijs
4.90.
Dit bij uitstek goede boek voor
jongens en meisjes, verhaald ons hoe
kinderen uit de steden kunnen ge
nieten van de vrije natuur als zij op
het platte land vacantie doorbrengen.
Zij leren van hun land te houden. Het
vontuur van Marijke en haar vriend
jes en vriendinnen is op zeer humo
ristische manier geschreven. Het zal
zeker met graagte door de jeugd van
8 tot 15 jaar worden gelezen.
De grappige tekeningen zijn door F.
Wijnnand raak getypeerd.
Scène uit de 2e acte van de opera
„L'enfant et les Sortilèges" „Het
Kind en de Spoken" muziek van
Maurice Ravel, tekst van Mme
Colette.
Vertrekkende Columbiaanse gezant