„Ruwe stoot" wagen van loon-motie was nodig in het spoor te houden om KtV.P. heeft zich gaarne met program van regering verenigd Sectie-vergaderingen op K+V+P*-congres Schaepman-herdenking op K+V*P+~congres MAANDAG 9 NOVEMBER 1953 Ut l.ElDSh COURANT DERDE BLAD PAGINA 1 PROF. ROMME OP K.V.P.-CONGRES Gisterochtend werd de derde ple naire zitting van het congres van de K.V.P. gehouden. Met de Minister van Staat, mr. Van Schaik en andere leden van de Raad van State, waren aanwezig de Katholieke ministers en staatssecretarissen, met uitzondering van mr. Luns, die te Stockholm ver toeft, de heer Serrarens, rechter in het gerechtshof va de Europese ge meenschap voor kolen en staal, mr. Kortenhorst, voorzitter van de Tweede Kamer en prof. mr. Romme. Zij werden begroet door de vice- voorzitter der partij, de heer Chr. Matser, die mededeelde, dat een te legram was ingekomen van de partij voorzitter. de heer Andriessen. Hem zijn telegrafisch de beste wensen voor herstel toegezonden. Het congres verenigde zich met de resoluties, die aan de hand der stel lingen, inleidingen en gedachtenwis- seling in de sectievergaderingen, zijn opgesteld. REDE PROF. ROMME. De voorzitter van de Katholieke Tweede Kamerfractie, prof. mr. C. P. Romme, sprak hierna een rede uit, waarin hij verslag deed van het ver loop der parlementaire werkzaam heden. Vooraf herinnerde hij eraan, dat de voorzitter Zaterdag woorden van fel protest heeft doen klinken te gen de onmenselijke knechting en ontrechting, waaraan achter het IJzeren Gordijn iedereen bloot staat. Naar aanleiding van het jongste ge beuren temidden van het goede en dappere Katholieke volk der Polen, waar de communistische macht zich andermaal heeft vergrepen aan een prins der Kerk heb ik in de Kamer namens de fractie om gevoegd bij hen, die uit alle delen van de we reld andermaal hun stem van veront waardiging, de stem der menselijk heid, hebben doen horen tegen al dit onrecht aan de vrijheid van mensen en aan de vrijheid der kerken aan gedaan, zeide spr. Hij stelde voor in een telegram aan de vertegenwoordiger van de Poolse regering in ons land een woord van ernstig protest te doen horen tegen de onderdrukking van het vrije woord der Kerk. Voorts stelde hij voor een telegram te zenden aan de Paus om hem kenbaar te maken, dat de katho lieken opkomen tegen elke commu nistische schending van de vrijheid der menselijke persoonlijkheid en van de rechten der Kerk, zoals die schending zich nu weer heeft vol trokken tegen de persoon van kardi naal Wyszinski. Herinnerend aan de watersnood en de spontane hulp in offers van werk en persoonlijke inspannning, betoogde spr., dat tot grondslag, doel en wezen van het politieke leven be hoort een voortdurend streven naar meer menselijkheid. Dat de politieke overtuiging onlos makelijk verbonden is met de levens beschouwing, is in Nederland, tot in de doorbraakkringen toe, een gewon nen standpunt, zeide prof. Romme. Wat nog niet een gewonnen stand punt lijkt te zijn is dit: dat de poli tieke overtuiging niet alleen gevoed wordt uit de levensbeschouwing, maar dat de politieke overtuiging ook een* dienende taak heeft ten aan zien van de levensbeschouwing. Het voeren van politiek is niet alleen het nemen van concrete maatregelen, dat is de uiterlijke verschijningsvorm er van. Naar zijn innerlijke wezen is het voeren van politiek een beïnvloeding van de volkszeden, de medevorming van de volkscultuur. Voor de katho lieken betekent het, dat zij in en ook door de politiek streven naar die toestanden en verhoudingen, waar door in ons volk de menselijkheid van de mens als kind Gods wordt erkend en in het volksgeheel tot ontwikke ling en bloei kan komen. Met dit streven, aldus prof. Romme, zijn wij bezig op elk terrein, waarop een be paalde politieke bemoeiing zich be weegt. In dit verband noemde hij de Zondagswet, de rede van de heer Peters om meer barmhartigheid in het gratiebeleid, de kinderbijslag- politiek, de te verwachten realise ring van de gezinsraad. Hetzelfde streven komt ook tot uiting op geheel andere gebieden, op het terrein der sociale verhoudingen en op het eco nomische en financiële terrein. Europese Nederlanders en Neder landse Europeanen. De heer Romme betoogde vervol gens, dat de Europa-politiek voor de toekomst van Nederland en voor de toekomst van elk land van ons we relddeel, zoals ook voor dit wereld deel zelf, ook helemaal los van de Russische dreiging, van fundamen tele en vitale betekenis is. Wij moe ten Europeanen worden, zeide spr. En hij voegde eraan toe de gedachte, dat willen wij aan Europa geven wat wij kunnen, wij ook goede Nederlan ders moeten blijven. Het gaat erom, om het ene Europa te winnen, maar het blijft even hard er om gaan, om het ene Nederland te behouden. Eigenlijk moeten wij meer dan deze beide hebben, betoogde de heer Rom me. Wij verlangen nog naar een der de, naar een uiteindelijke totstand koming van de Benelux. Meer vrijheid in de loonvorming. Komende tot het streven naar meer menselijkheid op het binnenlandse economische enfinanciële en sociale terrein zeide spr., dat thans centraal aan de orde zijn een aanpassing op het gebied van de loonvorming en de loonbepaling, en een eerste forse schrede op het terrein van verlichting in de druk der belastingen. Over beide zaken, die in de afge lopen weken in de Kamer aan de or de zijn geweest, zeide de heer Romme o.a. het volgende: De fractie heeft gemeend de zaak van vrijheidsverruiming in de loon vorming met enige kracht aan de or de te moeten stellen. Zij heeft zelfs daarbij het ongebruikelijke middel gebezigd, om reeds vóór het rege- ringsantwoord te komen met een mo tie, waarin zij haar grondgedachten had vermeld met betrekking tot de inhoud, de strekking en de begren zing van de vrijheidsverruiming, wel ke zij onder de gewijzigde, ver ruimde economische omstandigheden van vandaag voorstaat. Dat ons over de ongebruikelijke hantering van het motiemiddel verwijten zouden wor den gemaakt, stond op voorhand vast. Wij zijn niet zulke kinderen in de politiek, dat de gemaakte verwijten als even zovele verrassingen over ons gekomen zijn. Maar men moet voor een goede zaak op zijn tijd ook ver wijten over hebben, zelfs als men ze voorziet. Van alle critische kwalificaties, welke ons optreden zijn ten deel ge vallen, zou ik de beste willen noemen die, welke dit optreden heeft ge noemd een ruwe stoot. Daar zit iets in, zeide prof. Romme. Maar de ter zake doende, beslis sende vraag is of die ruwe stoot al of niet noodzakelijk was. Spr. vervolgde aldus: Natuurlijk wisten wij, dat de re gering besloten had tot overweging van de vraag, of wijzigingen in het systeem loonpolitiek gewenst zijn. Dat stond in de troonrede. Dat be sluit was dus gevallen vóór Prins- Een overzicht van de H. Mis, welke Zondagochtend in het Jaarbeurs gebouw te Utrecht is opgedragen ter gelegenheid van het Partijcongres 1953 der Katholieke Volkspartij. jesdag, misschien al een hele tijd voor Prinsjesdag men kan in ieder geval ook zeggen dat dat be sluit genomen was voordat het overleg in de Stichting van de Ar beid over de loonronde ter compen satie van de huurverhoging en ter opheffing van het restant der con sumptiebeperking definitief was vastgelopen. Dit latere feit nu van het definitieve vastlopen van hét overleg in de Stichting van de Ar beid is in de socialistische partij pers het sein geworden, om met kracht te gaan ageren tegen de gedachte van een wijziging in het systeem van de loonvorming: de mislukking van het overleg zou doorslaand bewijs zijn, dat het gel dende systeem van centrale over- heidsbeheersing van de lonen niet gewijzigd zou kunnen en mogen worden. Het was niet voor de eerste maal, dat wij van die zijde een dergelijke buiten-parlementaire partijactie te gen bepaalde regeringsvoornemens, misschien nog vage voornemens, moesten ervaren -- en het zal naar alle waarschijnlijkheid ook wel niet voor de laatste maal geweest zijn. In deze situatie was naar onze mening een „ruwe stoot" nodig, om de wa gen niet te doen ontsporen. Dat op zichzelf het punt ,in het parlementai re debat aan de orde moest komen en zou komen, stond uiteraard vast: de troonrede had erover gesproken, en aan de hand van het verloop van zaken met de jongste loonronde was bij herhaling het pleit voor ongewij zigde voortzetting van het geldende systeem gevoerd. Het middel van de motie moest hierbij op ongebruike lijke wijze worden gehanteerd, om in deze gevoelige zaak niet te komen tot rondspartelen in een zee van misver standen en toedichtingen, die veel ge makkelijker te creëren en te formule ren zijn ten overstaan van een alge mene redevoering dan ten overstaan van een nauwkeurige samenvatting in een concept-uitspraak der Kamer. Daarenboven betwijfel ik, aldus spr. of zonder motie minister Suurhoff in de Kamer had kunnen zeggen, wat hij nu, ik geloof feitelijk terecht, wel ge zegd heeft, n,l.: „De gemoederen zijn dusdanig in beweging geraakt, dat er niet de minste kans bestaat, dat een beslissing tot St. Juttemis zal kunnen worden verschoven of dat men de zaak zal kunnen laten liggen, gesteld al dat een der hierbij betrok ken partijen daartoe de neiging zou hebben". Na deze uitspraak, en nadat de mi nister-president uitdrukkelijk ver klaard had, dat „er zeker redenen zijn om een wijziging van het systeem te overwegen, omdat de toestanden zich inderdaad hebben gewijzigd", hebben wij geen behoefte meer aan een onmiddellijke uitspraak van de Kamer. Evenmin leek ons intrekking van de motie gewenst: daaruit zou den alleen maar conclusies getrokken zijn, welke de zaak, waar het om ging bevordering dat er vrijheids ver ruiming in de loonvorming tot stand zal komen conclusies welke aan deze zaak weer ten kwade zouden zijn gekomen. Wij hebben dus geko zen de weg van aanhouding der motie. De heer Romme constateerde, dat de zaak van de vrijheidsverruiming in de loonvorming nu grondig op de baan is. „Onze gedachten over haar uitwerking liggen ter tafel; in de Ka mer is van een grote meerderheid voor vrijheidsverruiming gebleken; en het overleg met het bedrijfsleven, waarom de motie ook vroeg, zal wor den gevoerd door een overheid, waar van men weet dat zij zeker rede nen ziet tot wijziging van het gelden de systeem. Of men dit dan verder nederlaag dan wel overwinning wil noemen ,laat mij persoonlijk koud als een botje", aldus spr. De eerste forse schrede Vervolgens kwam hij te spreken over de „eerste forse schrede" welke gezet is op het pad naar verlichting van de belastingdruk. De verlichting thans met ruim een half milliard. Hij verklaarde, dat de fractie zich uitdrukkelijk op het standpunt heeft 'gesteld zich met deze eerste forse schrede in het algemeen te kunnen verenigen. Met 500 millioen ging zij helemaal accoord, aan 23 millioen had zij liever een andere bestem ming gegeven. De KVP had de 23 millioen, die de regering nog kon afstaan, willen be steden aan een verlichting in de vier percents heffing, die de ondernemers over het uitbetaalde loonbedrag moeten betalen. Zij is voor het on aanvaardbaar van de minister ge weken, omdat het gehele belasting plan in gevaar zou zijn gebracht. Een andere houding zou net even over het randje van de uitzinnigheid geweest zijn, aldus prof. Romme. „Bij geen van ons is zoiets maar een ogenblik in het hoofd opgekomen". Na uitvoerig op de belastingplan nen te zijn ingegaan zeide spr. niet aan de indruk te kunnen ontkomen, dat er een aantal lieden in don lan de zijn, die de vraag van de positie van het kabinet bij de debatten over de belastingen niet uit het middel punt van hun belangstelling hebben kunnen verdringen. Dat men zou kunnen komen tot een ernstige en enigszins verantwoorde mening, dat door de houding van de katholieken het kabinet nu misschien wel aan het wankelen zou gaan, leek hem in redelijkheid uitgesloten. Zouden wij werkelijk geacht kunnen worden, minder waarde te hechten aan de brede basis-politiek, op een ogen blik, waarop wij uitspraken, dat het derde kabinet-Drees een gelukkige groei heeft doorgemaakt en een con creet program heeft voorgelegd, waarmede we ons gaarne verenigen? vroeg hij. Ik wil wel zeggen, zo voegde hij er aan toe, dat ik zelfs niet in mijn gevoelens ten opzichte van de brede-basis-politiek geschokt ben door de vrijagepoging, waartoe bij monde van mr. Burger de Partij van de Arbeid thans ook in het par lement tegenover de Partij der Anti- Revolutionnairen is overgegaan. Tenslotte betoogde prof. Romme, dat de geborgenheid in de Voorzie nigheid de enige reële geborgenheid voor de wikkende mens is. De vaste hechte grondslag, zich bewust te weten in Gods hand, is de onmisba re grondslag voor elk persoonlijk le ven en voor elk volksleven. Alleen vanuit dit kader heeft het zin en betekenis om de rug te rechten, de wil te sterken en met blijde moed elke dag voort te gaan als enkeling, als burger van het volk, als verte genwoordiger van het volk, als over heid. Spr. besloot met een gebed tot St. Willibrord. Nadat het Wilhelmus was gezon gen dankte de voorzitter de heer Romme voor zijn rede en voor zijn werk in de fractie. Voorts deed hij zijn dank uitgaan naar de gasten en de sprekers. Overeenkomstig het voorstel van prof. Romme werd besloten een te legram te zenden aan de gezant van Polen en aan de Paus. Ook de pre sident van de V. N. zal telegrafisch van een en ander op de hoogte wor den gesteld. Het congres is daarna gesloten. Oproep tot een gemeenschappelijk wel vaartsprogram als bijdrage tot eenheid Ten vervolge op het verslag van het congres van de Katholieke Volks partij kan worden medegedeeld, dat een telegram gezonden is aan H.M. de Koningin, waarin haar onwankel bare trouw wordt betuigd. Aan kardinaal De Jong werd tele grafisch trouwe volgzaamheid en res pect aan zijn persoon verzekerd. In een telegram aan de aartsbis schop-coadjutor, mgr. Alferink, wer den gevoelens van trouw en steun tot uiting gebracht. Des middags zijn in het gebouw „Tivoli" sectievergaderingen gehou den. PROF. DR. GIELEN. Een daarvan was gewijd aan de onderwijs- en cultuurpolitiek. Dit on derwerp werd ingeleid door prof. dr. Jos. J. Gielen. Hij betoogde, dat van schoolvrede nog geen sprake is. De schoolstrijd is nog niet afgelopen, al is hij van andere vormen dan de schoolstrijd in het verleden ken merkte. MR. VAN SPAENDONCK. De inleiding in de sociaal-economi sche sectie werd gehouden door mr. B. J. M. van Spaendonck. Deze con- stateërde belangrijke vooruitgang in de afgelopen eeuw en betoogde, dat de ontwikkelingslijn van die jaren moet worden doorgetrokken tot ver hoging van de algemene welvaart. Men zal daarbij moeten opstellen, dat ieder individu recht heeft op een menswaardig bestaan, dat wil zeg gen een zodanig levensniveau, dat hij zijn persoonlijkheid stoffelijk en geestelijk kan ontplooien. Mr. Van Spaendonck achtte het in strijd met dit principe wanneer het arbeidsloon tot voorwerp wordt gemaakt van scherpe calculaties, uitsluitend geba seerd op wat voor het stoffelijk le ven strikt nodig is. Dat men dit bij de voorbereidingen in de studeerka mer doet, kan men nog voor lief ne men, aldus inleider, maar het open lijk uitdragen van dit systeem is be ledigend voor de werknemer, die men openlijk nauwkeurig voor- en toe rekent, wat hij precies mag hebben. Men zal meer betekenis moeten toe kennen aan de psychologie, dan aan de mathematiek en een wijze van on derhandelen over het loonprobleem moeten aanvaarden die meer appe- leert aan het eergevoel en het zelfres pect van de werknemer. De belastingpolitiek zal er op moe ten worden gericht het bedrijfsleven in staat te stellen tot investeringen; ook in het belang van de werkgele genheid. De bestaansvoorwaarden van de particuliere onderneming en met name van de kleine er middelgrote familieonderneming mogen niet door de fiscus worden aangetast. De jong ste belastingmaatregelen zijn een stap in de goede richting, maar zijn toch niet voldoende. Men zal moeten streven naar een regeling, waarbij 14- en 15-jarigen in plaats van bedrijfsarbeid te ver richten voortgezet algemeen vormend en vakonderwijs ontvangen. Om de achterstand van de middengroepen weg te werken zullen verdergaande maatregelen nodig zijn dan die nu door de regering zijn getroffen. De sociale positie van het grote gezin zal verder moeten worden versterkt o.a. door verdere verbetering van de kinderbijslagregeling, door tege moetkomingen op het gebied van schoolgelden en fiscale faciliteiten. De korting van eigen inkomsten op de uitkeringen ten gevolge de noodwet ouderdomsvoorziening dient te verdwijnen. Mr. Van Spaendonck deed ten slotte een beroep op de ka tholieke maatschappelijke organisa ties de genoemde desiderata te con cretiseren in een gemeenschappelijk welvaartsprogram, ook als een bij drage tot de noodzakelijke politieke eensgezindheid van het katholieke volksdeel. MR. SASSEN. Mr. E. M. J. A. Sassen voerde het woord in de sectievergadering welke gewijd was aan internationale en su pranationale politiek. Integratie ten aanzien van defensie en economie is in feite nodig om de internationale veiligheid en de veiligheid der West- europese burgers te waarborgen. Over de in de sectievergaderingen gehouden inleidingen werd in de na middag in afzonderlijke bijeenkom sten van gedachte gewisseld, waarbij mede aan de orde kwam de ontwerp resoluties, die aan de plenaire zitting Prof. Rogier: „Hart uit lichaam halen is gevaarlijk experiment" Zaterdagavond werd de tweede plenaire zitting van het congres der K.V.P. gehouden. Ze was gewijd aan de herdenking van mgr. dr. H. Schaepman. Onder de gasten waren vertegen woordigers van buitenlandse zuster organisaties, zomede de heer dr P. Kasteel, Nederlands gezant in Chili. De vergadering werd in de gele genheid gesteld de herhaling van de rede van H. M. de Koningin ter ge legenheid van de sluiting van het laatste gat in de dijken, te beluiste ren. Prof. dr L. J. Rogier hield op deze vergadering een rede over de dr Schaepman. Hij herinnerde er daar in aan, dat prof. W. Asselbergs van Schaepman heeft gezegd: „Hij zag vooruit en was dus eenzaam in zijn ziel." De dichter heeft in Schaepman kort gebloeid, de geleerde is in hem niet tot volle wasdom gekomen, zei de prof. Rogier o.m., die Schaepman schetste als emancipator. In de we tenschap was hij een heraut. In de politiek echter ligt Schaepmans ware betekenis. Uitvoerig schetste spr. zijn optreden als lid der Tweede Ka mer, waar hij onafgebroken een sleu telpositie heeft bekleed. Prof. Rogier betoogde, dat zonder Schaepman Ariëns nauwelijks denk baar is. Hebben de arbeiders duur zame verplichtingen aan Ariens, hoe veel danken zij aan diens geestelijke vader Schaepman. Hij heeft de so ciale gedachte tot ruggegraat van de politiek gemaakt. Van zijn geloofsgenoten heeft hy veel miskenning gehad en hoe alleen stond hij vaak in de Tweede Kamer fractie. Schaepman is moeten ster ven om erkend te worden in zijn grootheid. Hij was een man, die we bewonderen, maar ook genegen zijn, zeide spr. Hij was een gezellig man met een hart van goud, maai hij kon ook ongemakkelijk zijn. Spr. roemde voorts zijn warme menselijkheid. Van Schaepman, zeide hij, is het woord, dat een gezonde partijstrijd een rechter en een linkervleugel zal hebben. Als een persoonlijk ge tuigenis verklaarde prof. Rogier van oordeel te zijn, dat geen mens het recht heeft wat een raad van een wijze kerkelijke overheid is, tot een bevel te maken. Partijkiezen is een persoonlijke zaak. Dat kan Schaep man ons leren. Al heeft Schaepman de eenheid der katholieken gescha pen en een noodzaak genoemd, daar om mag men nog niet zeggen: wij handhaven haar omdat hij haar heeft gesticht en verdedigd. Vandaag zou schadelijk kunnen zijn wat in 1880 nuttig was. Men zou zich kunnen af vragen of er redenen zijn om deze eenheid te verbreken. Het anti-pa- pisme is niet dood en de katholieke emancipatie is niet voltooid, zeide spr. Dat is een aanleiding tot behoud van de eenheid. Motieven van apos tolische bekommering pleiten voor een katholieke partij. Duitsland ziet redding in christelijke democratie. Spr. merkte op, dat het partijpolitie ke leven gebaseerd is op godsdiensti ge beleving. Dat is het hart van de zaak. Degenen, die persoonlijk vin den, dat de katholieke partij bestre den moet worden moeten dat doen, maar spr. was van oordeel, dat het een gevaarlijk experiment is om het hart uit het lichaam te halen en te De voorzitter deelde nog mede, dat een telegram was ontvangen van De Gasperi namens de Christen-De mocratische Partij in Italië medede lende, dat hij verhinderd was te ko men. Hij zond de beste wensen voor het congres. Vervolgens hebben verscheidene buitenlandse vertegenwoordigers het woord gevoerd. BUITENLANDSE VERTEGENWOORDIGERS. De heer Bertrand sprak namens de Christelijke Volkspartij in Bel gië. Dr. Bruno Heck bracht groeten over van dr Adenauer en goede wen sen van de C.D.U. in West-Duitsland. In een boodschap van dr Adenauer wordt eraan herinnerd, dat door de nota van Rusland de voorstellen van het westen zijn afgewezen. Dat mag niet ontmoedigen. Men moet voort gaan om het werk der Europese ver eniging te voltooien. Dr Adenauer verklaarde het bemoedigend te ach ten, dat na jaren van leed en onrecht opnieuw vriendschapsbanden zijn ontstaan. Het vervult hem met grote voldoening, dat de Christelijke par tyen in gezamenlijke vastbesloten heid een nieuw Europa willen bou wen. De heer J. Scheidl sprak namens de Oostenrijkse zusterorganisatie en herinnerde o.m. dankbaar aan de weldaden, die Oostenrijk van Neder land heeft ontvangen. De heer J. Kurtz, sprak namens de Christelijke Volkspartij van Saar land en de minister-president Hoff mann. De heer dr M. Rosenberg, het woord voerend namens de katholie ke partij in Zwitserland, noemde de K.V.P. het voorbeeld voor zijn partij, die staat op christelijke grondslag. De vertegenwoordiger der Franse zusterorganisatie was ziek in ons land aangekomen en had deswege de terugreis aanvaard. De vergadering van deze Zaterdag avond werd opgeluisterd door het veronderstellen, dat het hart dan] koor „Katholiek" Utrecht" onder lei- zal blijven kloppen. cling van Hans Ponten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1953 | | pagina 6