In October gaat de trein naar
Utrecht eveneens „hoog rijden"
1
,,r
Binnenkort begint afbouw van viaduct
aan de Rijnsburger weg en perrontunnels
ZOALS U HET NIET ZIET
ZATERDAG 13 JUNI 1953
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 1
Leidse Spoorwegwerken vragen nog twee jaar
1MÏET ONBARMHARTIG leedver-
maak zien de Leidenaars thans
hoe de slopershamer zwaait boven
het oude stationsgebouw en hoe
iedere mokerslag weer een brok
muur omlaaghaalt. Over enkele we
ken zal men van het gebouw niet
veel meer zien en in Augustus moét
het helemaal verdwenen zijn. Dan
zal er weer een stap gezet zijn naar
voltooiing van de Leidse Spoorweg
werken, aan welk plan (25 mil-
lioen gulden!) in December 1948 be
gonnen werd en dat vermoedelijk
nog wel twee jaar tijd zal vragen
voordat de laatste hand er aan ge
legd zal zijn.
Behalve de afbraak van het oude
gebouw is de eerste zorg thans het
omhoogbrengen van de baan naar
Utrecht, zódat het goederenvervoer
van het goederen-emplacement
Haag weg, via de thans gereed zijnde
hoge baan, naar de Lichtfabrieken,
het abattoir en het stationnetje aan
de Herensingel kan geschieden. Een i
deel van het dijklichaam, beginnend
voorbij de spoorwegovergang aan de
Morsweg, ligt al gereed.
Maar voordat de aansluiting op de
bestaande hoge baan kan geschieden,
moet eerst de oude baan Amster
damDen Haag wórden opgeruimd.
In de loop van Augustus moet deze
aansluiting een feit zijn.
Ondertussen kan ook begonnen
worden met zandrijden vóór het ver
breden van de hoge baan achter het
oude stationsgebouw. In October
volgt dan het electrisch hóógrijden
van de trein naar Utrecht, die voor
lopig langs het tweede perron zal
stoppen, omdat het eerste perron
nog niet klaar is, althans niet het
spoor dat er langs komt te liggen.
Aan de andere kant wordt thans
gewerkt aan de afrit van de hoge
baan naar Herensingel en Lichtfa
brieken.
Van het goederen-emplacement
Haagweg naar het station ligt thans
maar één spoor; in Juli en Augustus
zal hier een dubbel spoor gelegd
worden, waardoor enige stagnatie
zal ontstaan bij de spoorwegover
gangen aan Haagweg en Morsweg.
AFBOUW VIADUCT.
In de loop van Augustus verdwij
nen de gehate spoorbomen aan de
Rijnsburgerweg, die thans alleen maar
gebruikt worden wanneer een goe
derentrein over de oude lage baan
rijdt. Deze baan zal dan geheel op
geruimd zijn, waardoor men gelegen
heid krijgt het Rijnsburgerweg-via-
duct af te bouwen. Zoals voorbij
gangers duidelijk kunnen zien, ont
breekt de middenmoot er nog aan,
waarvan de ruimte door de lage
baan in beslag genomen wordt.
Voordat deze lage baan in 1949 werd
verlegd, heeft men op de plaats
van de middenmoot reeds geheid en
een betónvlóer gestort, zodat nu al
leen de bovenbouw nog gemaakt
behoeft te worden. In de loop van
de zomer 1954 zal deze tunnel in
gebruik genomen worden, waarna
het noodviaduct kan verdwijnen.
Ook het viaduct aan de Gevan-
genlaan, waaraan nog een stuk van
32 meter ontbreekt, kan dan afge
bouwd worden, waarmede de Spoor
wegen in October a.s. gereed hopen
ie zijn.
DE PERRONTUNNELS.
Tegelijk met de afbouw van het
Rijnsburgerweg-viaduct kan ook be
gonnen worden aan de voltooiing
van de perrontunnels. De heizigers
verlaten thans het nieuwe station
aan de achterzijde en moeten dan de
oude baan in de open lucht overste'
ken om via het laatste stuk van de
perrontunnels de perrons te berei.
ken. Aan de verbinding tussen sta
tion en tunnels zal in Augustus be
gonnen worden, hetgeen inhoudt, dat
het reizigersverkeer omgelegd zal
moeten warden.
Daarom zal er een zanddam ge
legd worden tussen het nog niet ge
bruikte eerste perron en het tweede
perron. De reizigers gaan dan in het
station de trap op naar het eerste
perron, steken daar de dam over, ko
men op het tweede perron en kun
nen dan eventueel wanneer zij
naar Den Haag moeten via de trap
pen op het derde perron komen. Wel
iswaar een ietwat omslachtige weg,
maar het kan nu eenmaal niet an
ders.
vallen, maar het wordt onwaar
schijnlijk geacht, dat de bussen een
andere plaats zullen krijgen, omdat
iedere andere plaats minder gunstig
is voor hen, die er gebruik van wil
len maken. Ook de kans op over
schilderen in een minder opvallende I
kleur is zeer gering, omdat overal j
in het land de felle rode en blauwe
kleuren ;an bussen en automaten
bij het publiek bekend zijn en een
andere kleur verwarring kan wek
ken.
OVERKAPPING TE KORT.
Bij alle goede ervaringen, die de
reizigers met het nieuwe station
hebben opgedaan, blijft echter het
bezwaar bestaan van de veel te korte
overkapping op het tweede perron,
die volgend jaar v/eliswaar ver
breed zal worden tot over het eerste
perron, maar die volgens de plannen
de huidige lengte houdt. Nu het zo
mer is, gaat het nog wel. Maar hoe
zal het zijn als straks de winter
komt? Zestig meter is een veel te
kleine lengte vóór een overkap
ping, gezien de lengte van de huidige
treinstellen. Het publiek, dat gereed
staat om in te stappen, moet dan ook
voor een groot deel buiten de over
kapping wachten, straks in regen,
sneeuw en storm.
Het bezwaar is bekend: geen geld.
Maar het w'l er bij ons niet in, dat de
Spoorwegen, waar dit een plan be
treft van een slordige 25 millioen
gulden, geen gaatje meer zouden
kunnen vinden om deze overkap
ping tot het dubbele te verlengen.
De kosten hiervan vallen practisch
in het niet, vergeleken bij het enor
me bedrag, dat met de hele Leidse
Spoorwegwerken gemoeid is.
Waar de Spoorwegen zo vaak het
woord „service" gebruiken, hadden
de Leidse reizigers mogen verwach
ten, dat zij niet in de kou behoefden
te staan. Hopelijk zullen de vele
klachten hierover de Spoorwegen
nog eens ooit vermurwen om de over
kapping te verlengen! Heel reizend
Leiden zou de N.S. hiervoor dank
baar zijn.
TWEEDE FIETSENSTALLNIG.
Nu het woord „service" eenmaal
gevallen is, mag er ook nog even op
gewezen worden, dat het plan be
staat aan de achterzijde van het
station, waai* een afzonderlijke in-
en uitgang is voor de reizigers uit
en in de richting Oegstgeest, een
kleine fietsenstalling te bouwen,
waar enige honderden rijwielen ge
borgen kunnen worden. De Oegst-
geestenaren, die per fiets naar het
station komen, kunnen deze prac-
tische ingang niet gebruiken, omdat
zij hun fiets aan de voorzijde in de
rijwielenkelder moeten stallen. Een
afzonderlijke stalling aan de Oegst-
geestzijde zou voor hen een prach
tige .oplossing zijn. Bovendien is de
kelder vaak geheel vol, zodat uit
breiding ook in dit opzicht welkom
zou zijn.
Dit alles overziende, is het duide
delijk, dat met de gehele afbouw
van de Leidse spoorwegwerken nog
wel twee jaar gemoeid zullen zijn.
Het voornaamste zal echter in de loop
van het volgend jaar achter de rug
zijn, zodat we toch kunnen zeggen:
het einde komt in zicht!
UTRECHT LANGS EERSTE PERRON
Wanneer de perrontunnels gereed j
zijn en de reizigers weer de weg
kunnen volgen, die zij thans gaan
zij het dan niet meer gedeeltelijk
door de open lucht kan verder j
gegaan worden met het verbreden i
van de hoge baan tot aan het nieuwe
station. Daarna kan het eerste per
ron in gebruik genomen worden
voor de richting Utrecht. Het spoor
hierlangs zal ook gebruikt worden
voor het goederenvervoer. Dit eist
edhtèr, dat alle kunstwerken dan
gereed zijn.
HET STRATENPLAN.
In Augustus of September wordt
ook begonnen met afbraak van de
oude ijzeren spoorbrug over de Haar
lemmertrekvaart. Tevens wordt dan
de oude baan weggegraven voor
zover dat nodig is om de wegen aan
te leggen ter doortrekking van de
Haarlemmerweg en Maredijk. Pas
in de loop van 1954 zal de verbin
ding tussen de twee delen van de
Maredijk aan weerszijden van de
spoorbaan weer tot stand gebracht
zijn.
Hiermede is nog niet gezegd, dat
dan ook het stratenplan voltooid zal
zijn. Zoals bekend, ligt het in de be
doeling de Maredijk te verbreden tot
een goede verbindingsweg tussen
Naar aanleiding van vele klachten, speciaal van ouden van dagen, heeft men
thans hekjes en leuningen aangebracht op de bordestrappen.
Leiden en - Oegstgeest, maar het ziet
er niet naar uit, dat de gemeente
haast maakt met dit plan. Evenmin
kan verwacht w >rden, dat in de zo
mer 1954, wanneer het Rijnsburger-
weg-vnaduct helemaal klaar is, ook
de nieuwe weg over het Schutters
veld gereed zal zijn. Het gaat im
mers niet alleen om deze weg, maar
om verbreding van de Turfmarkt
(grote bocht voor de scheepvaart) en
de bouw van een nieuwe Turfmarkts-
brug. De plannen hiervoor liggen wel
gereed, maar het begin van uitvoe
ring is nog niet te zien.
Tenslotte valt ook niet te verwach
ten, dat gelijktijdig met de viaducten
ook de Gevangenlaan en de Gordel-
weg gereed zullen zijn. Nu mag men
de gemeente Leiden geen verwijt
maken; tenslotte zijn deze viaduc
ten mede met hel oog op de toe
komst gebouwd. Men heeft voorzien,
dat de aanleg van een hoge spoor
baan een stuk van de stad zou af
snijden en daarom maatregelen ge
nomen door de bouw van enige via
ducten, die in hut toekomstige we
genplan van pas zullen komen. Wan
neer? Een vraag, waarachter het
vraagteken voorlopig nog blijft staan.
HEKJES EN LEUNINGEN.
Nu het nieuwe station en de hoge
baan enige weken in gebruik zijn,
kan geconstateerd worden, dat de
baan zich goed houdt er komen
geen verzakkingen meer voor en
dat het nieuwe station de reizigers
uitstekend voldoet.
Wel is vanaf de opening steeds de
klacht gehoord, dat er geen hekjes
of leuningen op de trappen van het
bordes naar de plaatskaartenhal wa
ren aangebracht, waardoor het trap
penlopen vooral voor ouden van da
gen enigszins gevaarlijk werd. Gè-
vaarlijk waren bovendien de trappen
aan weerszijden, waar kinderwa
gen-hellingen zij a aangebracht. Hier
in wordt thans verbetering gebracht
door het aanbrengen van hekjes en
leuningen, zodat dit ongerief straks
verholpen is.
Bovendien is er nog steeds-de kwes-;
tie van de brievenbussen, en post
zegel-automaten aan de voorzijde
van het station, waartegen; de beter
Kórtmann (K.V.P.) in de gemeènte-1
raad bezwaar gemaakt heeft uit I
aesthetische overwegingen. Een defi
nitieve beslissing is nog niet ge- J
Van het Rijnsburgerweg-viaduct
ontbreekt thans nog de middenmoot.
(Foto's „De Leidse Courant").
Portret aangeboden van wijlen
prot. dr. J. van der Hoeve
Ter gelegenheid van zijn zilveren
jubileum als Leids hoogleraar in de
oogheelkunde is indertijd door zijn
leerlingen, medewerkers en patiën
ten aan wijlen prof. dr. J. van der
Hoeve een door mr. R. Bakels ge
schilderd portret aangeboden. De af
metingen van dit portret waren
evenwel van dien aard, dat het na
zijn overlijden niet in aanmerking
kon komen voor plaatsing in de se
naatskamer der Universiteit. Voor
deze moeilijkheid werd een oplos
sing verkregen doordat een comité
van vrienden en vereerders van prof.
Van der hoeve, mr. Bakels bereid
vond het portret op kleiner formaat
over te schilderen.
Dit werk is dezer dagen gereed
gekomen en werd gisteren in de se
naatskamer aan de Senaat overge
dragen. Daarbij waren o.a. aanwe
zig de heren dr J. E. baron de Vos
van Steenwijk, voorzitter, jhr. mr.
F. H. van Kinschot en dr W. K. Dic-
ke, leden en mr. K. Wiersma, secre
taris van het college van Curatoren,
de rector-magnificus prof. dr. J. J.
L. Duyvendak, vele leden van de
medische faculteit, leden van het
comité en talrijke oud-medewer
kers, leerlingen en patiënten van de
zo zeer beminde hoogleraar, alsme
de dochter en kleinkinderen. Namens
hét comité werd het portret aange-
boden door de opvolger van prof.
Van der Hoeve, prof. dr. M. C. Co
lenbrander. De rector-magnificus,
die het geschenk namens de Senaat
in grote dank aanvaardde, herinner
de aan de zeer belangrijke plaats,
die prof. Van der Hoeve, in de Leid
se Senaat heeft ingenomen, vooral
ook tijdens de bezettingsjaren, toen
hij een grote rol heeft gespeeld bij
de sluiting der universiteit en zijn
uitstekende diplomatieke gaven de
academische belangen ten zeerste
hebben gediend. Op zijn beurt droeg
prof. Duyvendak het portret over
aan de zorg van het college van Cu
ratoren, welks president, baron de
Vos van Steenwijk, het geschenk
aanvaardde.
Hoe kort de perronsoverkapping is, blijkt uit deze foto. Deze reizigers zitten I
op een bank buiten de overkapping de trein af te wachten.
KOLEN
voor alle doeleind*»
CREYGHTON
Hooiqr.46 Tel. 20114
WE GELOVEN NIET, dat onze
keuze van deze week de Leide
naars veel moeite zal opleveren. Mis
schien zullen zij even denken, dat
het de Pieterskerk is, maar wanneer
het oog valt op de flanktorens, wordt
het de kijker direct duidelijk, dat dit
de Hooglandse kerk is. Mogelijk, dat
men even moet nadenken van welk
punt deze foto genomen werd, maar
wie ooit op de Burchtheuvel is ge-
weest en daar gegrepen is door de
betoverende schoonheid, die Leiden
vanaf dit punt laat zien, zal ook dit
onmiddellijk ontdekken. Alweer dus
een kerk, gezien vanaf de Burcht.
Toen we laatst vanaf deze plaats de
Hartebrugkerk namen, wees een le-1
zer er ons op, dat het gezicht op de
Hooglandse kerk nog veel mooier is,
reden waarom wij ons gehaast heb
ben ook dit plekje op de gevoelige
plaat vast te leggen. We blijven ons
aanbevolen houden voor andere tips.
(Foto: „De Leidse Courant")