Gesigneerd schoolportret van
de koningin gevonden
ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1952
DE LEIDSE COURANT
TWEEDE BLAD PAGINA 2
In partij oude foto's en platen
„OPGEDRAGEN AAN
MIJN LIEVE VADER"
Op een onlangs gehouden veiling
heeft een handelaar in tweedehands
goederen te Laren (N.H.) een par
tijtje foto's, lijsten, platen enz. ge
kocht.
Bij nadere bezichtiging bemerkte
hij, dat zich onder de gekochte goe
deren een ingelijste foto van konin
gin Juliana bevond, genomen in de
Bchoolklas toen zij elf jaar was.
Deze foto droeg het eigenhandig
door de koningin geschreven onder
schrift: „Opgedragen aan mijn lieve
vader bij zijn terugkeer in 1920 en
een vrolijk Pasen", gevolgd door
een aanduiding wie van de klasge
noten op de foto zichtbaar waren.
De ondertekening luidde „Juliana
van Oranje".
Op hoge prijs
Aangezien de eigenaar vermoed
de, dat de Koningin wel prijs zou
stellen op deze jeugdfoto, deelde de
koopman zijn vondst schriftelijk aan
Soestdijk mede. Reeds de volgende
dag vervoegde zich iemand van het
paleis te zijnen huize. Deze bekeek
het portret en nam het, na verkre
gen toestemming, mee om het de
vorstin te laten zien. Uit een schrij
ven van de particulier secretaris
van de Koningin vernam de koop
man, dat de Koningin blij was de
foto weer in haar bezit te hebben.
De plaat was op onverklaarbare
wijze op de veiling terecht gekomen.
Teeltbeperking
hyacinthen
De minister van Landbouw, Visse
rij en Voedselvoorziening heeft het
besluit van het bèdrijfschap voor
sierteeltproducten tot de wederin
stelling van teelt beheersende maat
regelen voor de hyacinthenteelt
goedgekeurd. In het voedselvoorzie
ningsblad van 20 Augustus 1952 is de
desbetreffende verordening van het
bedrijfschap gepubliceerd. Aanlei
ding tot deze maatregelen is de on
gebreidelde uitbreiding van het
areaal hyacinthera sedert de ophef
fing van de teeltbeperking in 1948.
Bij de nieuwe maatregelen, die de
uitbreiding van de hyacinthenteelt
binnen bepaalde grenzen houdt, is
in ruime mate rekening gehouden
met de belangen van de kwekers met
een zeer klein bedrijf. Ook is reke
ning ghouden met de belangen van
die kwekers, die op een solide basis
de hyacinthenteelt willen beginnen.
landdag „steun wettig
gezag".
Op de landdag van het Nationaal
Instituut „Steun Wettig Gezag", pro
vincie Zuid-Holland, op 20 September
te Rotterdam, maken de vrijwilligers
corpsen een mars door de stad, waar
aan zullen deelnemen een compagnie
van de reservegrensbewaking, twee
bataljons en een verzorgingspeloton
van de Nationale Reserve, twee bat
terijen luchtdoelartillerie en afdelin
gen zowel van de reserve-rijkspolitie
als van de reserve gemeente-politie,
elk ter sterkte van een bataljon.
In de colonne marcheren mee de
drumband van de Nationale Reserve,
de Koninklijke Militaire Kapel, het
muziekcorps van de Huzaren van
Boreel, de drumband en het muziek
corps van de rijkspolitie en de drum
band van de gemeentepolitie.
Bij het défilé langs het stadhuis
staat de marinierskapel daar ter
plaatse opgesteld.
Het aantal deelnemers aan de land
dag kan op 7 8000 worden geschat.
Dit overstelpend grote aantal heeft
tengevolge dat het ruiterfeest in het
Kralingse Bos niet door kan gaan.
Het is niet uitvoerbaar gebleken deze
grote menigte in de daarvoor be
schikbare zeer korte tijd van Kra
lingen naar het terrein bij het Ahoy'-
gebouw te vervoeren, waar de corp
sen zich op moeten stellen voor mars
en défilé. Thans zal des morgens ir
het Ahoy'-gebouw zelf voor deelne
mers en genodigden een gemengd
programma worden aangeboden van
muziek, sport en militaire demon
stratie.
Men heeft nog een onderzoek naar
de herkomst ingesteld, omdat men
meende, dat met deze foto ook het
spoor was gevonden van een tijdens
de oorlog uit het Huis Ten Bosch
verdwenen en nimmer teruggevon
den aantal schilderijen.
de PRINS NAAR BELGIë.
Prins Bernhard is in gezelschap
van zijn moeder met zijn vliegtuig in
Le Zoute (B.) geland. De Prins zal
aan het internationale concours hip-
pique aldaar deelnemen.
springbokken voor
de koningin
Het hoofd van de Plantsoenen
dienst in geheel Zuid-Afrika, de heer
Van Balen, die heden uit Johannes
burg op Schiphol arriveert, zal de
Koningin twee jonge springbokken
aanbieden. Deze dieren, die Dinsdag
a.s. met een vrachtvliegtuig van de
K.L.M. op Schiphol worden ver
wacht, zijn zeldzame exemplaren. De
heer Van Balen zal in Nederland de
aanleg van de plantsoenen bestude-
Minder emigranten
naar Australië
In 1953 zullen 80.000 immigranten
in Australië worden opgenomen in-
plaats van 150.000, vertelde ons de
heer H. Holt, de Australische minis
ter van arbeid en immigratie, die
thans een bezoek aan Nederland
brengt. Met hoeveel het aantal toe
te laten Nederlanders, in dat jaar zal
verminderen kon hij evenwel nog
niet zeggen.
Als oorzaak van de inkrimping van
't aantal immigranten noemde de heer
Holt de hoge investeringen, die de
immigratie van de staat vraagt. Voor
de investering van kapitaalsgoederen
als scholen, ziekenhuizen, aanleg
voor water- en electriciteitsvoorzie-
ning enz. zijn jaarlijks vierhonderd
millioen Australische poniden nodig.
Bovendien bestaat in Australië op
het ogenblik een lichte werkloosheid
als gevolg van de economische om
standigheden. De inkrimping van het
aantal immigranten achtte de Aus
tralische minister overigens van tij
delijke aard.
Na zijn bezoek aan Europa zal de
heer Holt in de Verenigde Staten be
sprekingen voeren met autoriteiten,
die geïnteresseerd zijn in het emigra-
tievraagstuk.
Gisteren bracht de minister een
bezoek aan minister Joekes en had
hij een bespreking met mr. Haveman,
de commissaris voor emigratie.
Urkers terug uit
Argentinië
„Er is al genoeg over ons geschre
ven en het betekent allemaal niets"
was het enige commentaar van twee
Urker vissers, die op Urk uit Argen
tinië zijn teruggekeerd. De gerepa-
trieerden zijn twee zoons van A.
Korf. Ide Korf vertelde, dat zijn
broer met nog een paar andere Ur
kers het twee maanden in het bin
nenland zouden proberen. Lukte het,
dan zou hij er ook weer heengaan.
„Het is een prachtig land", aldus
Ide, „maar als je geen eigen, renda
bel bedrijfje hebt, is het niets ge
daan".
Ze hadden geen honger geleden,
zo vertelde hij omdat steeds een
groot gedeelte van de ploeg werk
had in fabrieken of aan de haven.
Twee werken nog op een fabriek en
de rest is het binnenland ingetrok
ken om te vissen. De eerste berich
ten hierover zijn niet erg moedge
vend, de vangst was gemiddeld 50
kg. Zes van de 18 emigranten zijn
nu weer op Urk. De anderen geven
de moed nog niet op. Maar mislukt
de rivier visserij, dan komen ze voor
het einde van dit jaar weer naar Urk.
HOOFDPIJN!
Mijnhardc't Hoofdpijnpoeder*. Doos 47 cent
Het zilveren jubileum
van Tilburgs
Hogeschool
Het 25-jarig bestaan der Tilburg-
se Katholieke Economische Hoge
school zal officieel gevierd worden
op 21 November a.s. Ook de dies der
hogeschool valt op deze datum,
waarop hot feest van de H. Thomas
van Aquino gevierd wordt. Dit is de
__D, waarop in 1927 het „Hoogwaar
dig Episcopaat van de Nederlandse
Kerkprovincie" de stichting der Ka
tholieke Economische Hogeschool
officieel aan de Nederlandse Ka
tholieken mededeelde en de stich
ting onder zijn hoge bescherming
nam.
De diesviering omvat een plech
tige H. Mis op te dragen in de pa
rochiekerk van St. Jozef en een
plechtige openbare zitting van de
senaat om 4 uur des middags, tij
dens welke de rector magnificus
een feestrede zal uitspreken. Hét ge
detailleerde programma werd nog
r.iet vastgesteld. Wel zal er op 21
November ook een receptie worden
gehouden.
Meerdere personen zullen op 21
November hun zilveren jubileum
vieren, t.w. B. J. M. van Spaendonck
te Tilburg, secretaris van het cura
torium en secretaris van de Raad
van Toezicht, dr. M. J. H. Cobben-
hagen te Tilburg, hoogleraar, mgr.
prof. dr. Th. Goossens, hoogleraar
en eerste rector magnificus der
Kath. Ec. Hogeschool, prof. H. A.
Kaag, te Tilburg, hogoleraar, mag.
dr. F. A. Weve, O.P. te Tilburg,
hoogleraar, dr. M- de Haas te Til
burg, lector, dr. G. J. de Vries te
Waalwijk, lector. P. J M. van Dom
melen te Tilburg, administrateur
van de Kath. Ec. Hogeschool en mej.
J. van Osch, assistente van de bi
bliotheek der K. E. H. Deze negen
jubilarissen zullen op 1 September
in het gebouw der hogeschool in in
tieme kring worden gehuldigd. Een
officiële huldiging zal op 21 Novem
ber worden gehouden.
De volgende curatoren hebben se
dert de oprichting zitting: H. M. J.
Blomjous, mgr. dr. P. J. M. van Gils,
beiden te Tilburg, mr. dr. W. G. A.
van Sonsbeek te Heino (O.), drs. J-
A. A. M. Verhoeven te Tilburg.
Jubilerende leden van de raad
van toezicht zijn: J. P. J. Asselbergs
te Bergen op Zoom.'W. J. R. Drees-
mann te Amsterdam, mr. N. C. M.
A. v. d. Dries, den Haag, L. Jans-
sens Czn. Tilburg, J. de Jong, De
Bilt, dr. L. J. Kortenhorst, Den
Haag, H. Kuypers, Lisse, Alph. Lau-
dy, Hilversum, W. G- A. v. d. Lugt,
Rotterdam, H. Mannaerts, Tilburg,
prof. mr. dr. Raaymakers S.J., Nij
megen, mr. dr. L. F. H. Regout,
Meerssen (L.), prof. mr. G- Russel,
Amsterdam, Cl. Schellens, Eindho
ven, W. Schweitzer, Heerlen, Ch.
Stulemeijer, Breda, P. M. Vismans,
Breda, en Jos. Wouters te Tilburg.
eeuwfeest huize
„ruwenberg".
Het eeuwfeest van Huize „Ruwen-
berg" te St. Michielsgestel zal op 3
September a.s. feestelijk worden her
dacht. Mgr. W. Mutsaerts, bisschop
van Den Bosch, zelf oud-leerling van
dit bekende onderwijsinstituut, zal op
die dag in tegenwoordigheid van tal
rijke andere oud-leerlingen een pon
tificale H. Mis opdragen in de pa
rochiekerk te St. Michielsgestel.
„met ongevraagd verlof"
De heer drs. Herman Jonker, tot
voor kort chef van de afdeling „Het
gesproken Woord" van de A.V.R.O.
en daarna onder de heer H. de Wolf
op deze afdeling werkzaam is, is
voor drie maanden „met ongevraagd
verlof" gezonden.
brandkast gekraakt.
Gisteren is te Nijmegen door toe
val ontdekt, dat in de nacht van
Woensdag op Donderdag een brutale
inbraak is gepleegd in de kantoren
van de Gelderse triplexhandel op de
Meiermarkt, gelegen achter de
Burchtstraat te Nijmegen.
De dieven drongen de kantoren
binnen via de ijzerhandel van de fir
ma Voerman, waar zij enige kleinig
heden stalen. Vandaar kwamen zij
door een raam uit te lichten in het
pand vani de triplexhandel. Hier
hebben zij op vakkundige wijze een
brandkast gekraakt, zelfs zo secuur,
dat men er op het eerste gezicht niets
van kon zien. De binnendeur van de
brandkast toonde enige beschadi
ging. De dieven vonden in een kas
boek 600 aan bankpapier, dat zij er
uit haalden. De recherche heeft de
zaak in onderzoek.
De schipbreuk op de
Westerschelde
De rijkspolitie te water te Wemel-
ainge is er in geslaagd opheldering
te brengen in het drama, dat zich,
naar men aanneemt, vorige week
Vrijdag op de Westerschelde ter
hoogte van Rilland Bath heeft afge
speeld. De in het begin van deze
week aangespoelde lijken waren van
de Antwerpse kantoorbediende B. E.
v. d. Brandt en zijn 36-jarige echtge
note J. van Bessel.
Zij hadden zich met een jachtje
uit Antwerpen op weg begeven om
een zeiltocht door Nederland te ma
ken. Aan boord bevond zich ook de
65-jarige heer F. van Bessel, de va
der van mevrouw v. d. Brandt. Het
gezelschap is Vrijdag op de Wester
schelde tijdens bijzonder ruw weer
in moeilijkheden gekomen en heeft
daarbij tenslotte de dood gevonden.
Men had afgesproken andere zei
lers in Wemeldinge te ontmoeten,
maar toen het jachtje daar Vrijdag
avond niet gearriveerd was, hebben
dezen hun tocht voortgezet. Een van
deze zeilers is inmiddels te Dordrecht
achterhaald en een hunner zal naar
Rilland Bath overkomen om de lijken
te identificeren. Het lijk van de 65-
jarige heer Van Bessel is op Bel
gisch grondgebied aangespoeld.
f 600 terug maar
niet dankbaar
Een Amsterdamse heeft bij het per
soneel van het Arnhemse Gemeente-
Vervoerbedrijf een verre van prettige
indruk achtergelaten door de wijze,
waarop zij een door haar in de trol
leybus verloren tasje met zeshonderd
gulden in ontvangst nam.
Een chauffeur van de bus had het
tasje op een der zitplaatsen zien lig
gen en had er eerlijk een blik inge
worpen, in de hoop op die manier
achter de naam van de eigenares te
komen. Op de terugweg naar het be
ginpunt van de dagelijkse route
kwam bij een der halten een opge
wonden vrouw naar hem toe, die
vroeg of hij haar tasje gevonden had.
„Ja, mevrouw, heeft geboft, want
er zat nogal wat geld in. Maar gaat
u even mee naar het Willemsplein,
want gevonden voorwerpen mogen
alleen maar tegen een afgiftebewijs
teruggegeven worden".
Zo ongeveer luidde het antwoord
van de chauffeur. Dat was echter in
het geheel niet naar de zin van de
vrouw, die het ten eerste een bruta
liteit vond, dat de chauffeur in haar
tasje had durven kijken en die bo
vendien verbolgen protesteerde tegen
de ,rit naar het Willemsplein, waar
voor ze nog eens een dubbeltje moest
betalen.
Ook tegenover de chef, naar wie
ze de chauffeur tegen wil en dank
had moeten volgen, herhaalde zij op
hoge toon haar protesten. Ze bleek
evenmin voor rede vatbaar toen haar
op rustige toon uiteen werd gezet, dat
identificatie van en het tekenen van
een afgiftebewijs voor gevonden
voorwerpen noodzakelijk zijn om be
drog te voorkomen.
Zij zette boos haar handtekening,
nam haar tasje en stevende zonder
een dankwoord weg.
(N. v. d. D.).
Klant aan de haal
met horlogie
Donderdagmiddag vervoegde zich
bij de firma Knoef aan de Olden-
zaalsestraat te Hengelo (O.) een da
me om een horloge te kopen. Terwijl
zij een keus stond te maken, kwamen
nog enkele klanten de winkel binnen.
Van de drukte maakte de dame ge
bruik er met een horloge vandoor te
gaan.
De heer Knoef zette de achtervol
ging in op een geleende fiets. De die
vegge, die te voet was, liep de
Schefferlaan in, vervolgens de Jan
van Galenstraat en stak daarna de
Oldgjnzaalseweg weer over. In de Dr.
Schaepmanstraat bereikte de heer
Knoef haar. Zij gaf het horloge te
rug en vervolgde haar weg.
De heer Knoef snelde naar huis om
de politie te waarschuwen. Opnieuw
werd een achtervolging begonnen.
De daderes had inmiddels de rand
van de stad weten te bereiken, waar
zij door de weilanden trachtte te ont
komen. De politie arresteerde haar.
Zij bleek de 33-jarige mej. A. W. H.
uit het Duitse plaatsje Gildehaus te
zijn. Na haar arrestatie viel zij van
emotie flauw. („Trouw").
£ied aan deze tifd
FORMA T EU RIT IS
Het is weer Donkerder geworden,
nu Donker met zijn kabinet
ook weef terzijde is gezet:
het v/eer is donkerder geworden.
De zon der politiek schijnt slecht,
haar schijn is, zegt men, niet oprecht.
Het is een politieke Zomer
met regenvlagen, storm en wind,
geen mens haast, die de zon nog vindt
en toch wordt he$l het land steeds lomer,
en wacht nu maar in treurnis af
aan 't donker formateurengraf.
Er liggen er al drie begraven
in 't politiek familiegraf,
de steen moet er weer telkens af
voor 'n nieuwe tocht naar deze haven.
Het is een sterfte, zo ik zie,
een formateurs-epidemie.
Die ziekte is forrnateuritis,
dat is: als de formatie faalt,
de vis wordt dan wel duur betaald,
zoals bij 't hengelen geschied is
zoals door Donker opgezet,
naar mensen in zijn kabinet.
Och, stop-it, zou ik willen zeggen.
't Gaat goed zo er komt toch geen eind
geen ruzie in het parlement.
Er is geen eer meer in te leggen
met extra- of parlementair,
och laat de zaak demissionair.
TROUBADOUR.
£en luoeatifn
RAAKT ZOEK
DOOR WILLY WATERMAN
31)
„Zoek hem dan op," opperde de
nachtsteward.
„Heb ik gedaan, maar ik kan *IR
niet vinden."
„Zoek nog eens, u vindt 'm best,"
adviseerde de stem van buiten.
„Heb ik gedaan," herhaalde Mo-
rescu, „ik heb vier keer mijn hele
hut afgezocht."
„De aanhouder wint." stelde de
steward hem gerust, „u zult 'm best
vinden."
„Ik zal 'm niet vinden," grauwde
Morescu. „Ik heb alles onderstebo
ven gehaald en ik ga niet nog eens
alles op zijn kop zetten."
„Tja...." zei de steward, als u
niet zoeken wilt, kunt u ook niet
verwachten hij moet er toch zyn."
Morescu balde zijn vuist tegen de
gesloten deur:
„Best mogelijk, maar hij is er
niet!"
Er viel een korte stilte. De steward
vond blijkbaar, dat de discussie op
een dood spoor was geraakt, want
hü ging zich bepalen tot het bespre
ken van concrete feiten:
„Waarvoor heeft u mij eigenlyk
gebeld?"
„Om nfijn deur open te maken."
„Ja, maar u hebt de sleutel," zei
de steward geduldig.
„Nee! Ik heb 'm niet!" brulde Mo
rescu.
„Nou, ik heb 'm ook niet," zei de
man in de gang.
Morescu balde zijn vuisten tegen
de deur, liet ze dan weer zakken en
zei langzaam:
„In elk hotel en op elk schip heb
ben ze duplicaatsleutels; die zullen
er van deze deuren toch zeker ook
wel zün?"
„Natuurlijk zijn die er!" zei de
steward verontwaardigd.
„Haal dan mijn duplicaatsleutel,
en maak mijn deur open."
„Da's een idee, dat is natuurlijk
mogelijk," zei de steward. Voetstap
pen verwilderden zich in de gang.
Morescu's horloge wees bijna half
twee.
„Misschien zijn ze nog niet weg,"
mommelde hij hoopvol, in zijn hut
heen en weer lopend.
De steward kwam terug.
I -
„De duplicaatsleutel is er niet,"
meldde hij.
Wat?" schreeuwde Morescu.
„De sleutel is weg; alle aiideren
hangen er, maar nr. 143 is weg."
„Maar ik wil er uit, verduiveld
nog aan toe!" brulde de opgeslotene,
en hief zijn voet op om de deur een
trap te geven. Op dat ogenblik klonk
er echter een heftig geklop op de
wand, die hem scheidde van de twee
slapende jongelingen.
„Is het nou uit!" brulde de ene
jongeling.
„Ik wil slapen!" riep de ander.
„Stilk," zei Morescu, en liet zijn
voet zakken.
„Ziet u nou," zei de verwijtende
stem van buiten, „u maakt het hele
schip wakker. Weest u 'nu verstan
dig, er is niks meer te beleven, de
bar is gesloten, de band ligt in bed
en het hele schip is als uitgestorven,
gaat u toch slapen, morgen is er
weer een dag."
„Haal een loper!" beval Morescu.
„Een loper?"
„Een loper, een verstelbaar ijzeren
ding, waar je alle mogelijke sloten
en koffers mee open kunt krijgen. Je
krijgt een dollar als je een loper op
de kop kunt tikken."
„Dat is ook toevallig," zei de ste
ward, „ik heb er een in mijn zak."
Terwijl de steward aan het slot
morrelde, vroeg Morescu zich af.
wie er in 's-hemelsnaam belang bij
kon hebben, de sleutels van zijn ka
merdeur te stelen. Gestolen, met
opzet gestolen waren ze, dat stond
vast. De sleutel had steeds aan de
binnenzijde van zijn kamerdeur ge
zeten tot.... ja, tot wanneer....?
Morescu liet zich in een stoel val
len en beet op zijn uitgedoofde si
gaarToen die Amerikanen naast
hem waren binnengekomen om te
protesteren tegen het lawaai., juist,
toen zat de sleutel al niet meer in
de deur. Hij had de deur op slot wil
len draaien, maar de sleutel stak
nfet in het slot. Om tien uur, toen
die stoelen uit elkaar werden ge
haald, *was de deur telkens op slot
gegaan, toen was de sleutel er dus
nog geweest. Daarna was er niemand
anders in de kamer geweest dan
Crofts met die andere twee. Ja,
Crofts met zijn kornuiten waren de
enige, die de sleutel hadden kunnen
meenen?enmaar waarom? Waar
om? Hij peinsde, maar de enige ver
klaring die hij kon vinden, was, dat
ze hem een poets hadden willen bak
ken en daarom ook de duplicaatsleu
ZondaqmoAqen
's NACHTS
IN DE HUISKAMER
XJJAKKER geworden door een onbe-
wust vernomen geruis, zijn we
midden in de nacht, kuis en zedig
gestoken in een blauw-wit-blauw ge
streepte pyama, naar beneden gegaan
ini de veronderstelling, dat er een in
breker in kuis was, doch in de zeer
stellige overtuiging, dat er géén in
breker in huis was. Indien we de
zeer stellige overtuiging hadden ge
had, dat er een inbreker in huis was,
zouden we in bed zijn gebleven in de
veronderstelling, dat er géén in huis
was. Ge zult dat ndet dapper noemen,
maar dat zijn we ook niet.
Toen onze stellige overtuiging on
geschokt bleef door uitblijvan van
een klap met een ploertendoder of
iets van dien aard, hebben we ons in
de huiskamer in een van de vorstelij
ke zetels genesteld. Deze huiskamer
wordt gratis verlicht door een ge
meentelijke schemerlamp buiten op
straat. Wie iets bizonders wil bele
ven, moet zich 's nachts naar zijn
eigen huiskamer begeven, om daar
een uurtje te schemeren op kosten
van de gemeente. Zelfs in zulk een
mondain gedoe als Leiden is 't om
streeks 2 uur 's nachts zeer stil. Zeer
stil buiten op straat. Zeer stil in de
kamer, waar de zachte tik van de
zwarte pendule, overdag onhoorbaar,
de tred van de tijd door de verre
eeuwigheid benadrukt. De kamer is
in het licht-en-donker gehuld, dat
Rembrandt zo beminde. Het licht zil-
vert in de vorken en messen vara de
gereed staande ontbijttafel en glanst
in een glazen potje met bosbessen
jam. Het omlijst met gulden schemer
het donkere schilderijtje van een
grootmoeder, die zo jong nog in het
kraambed sterven moest. Het legt
een plas van licht op het achter glas
starende portret van een lieve zuster,
die in een Japans concentratiekamp
bezweek. Er ritselt iets in de stilte
QOT voor alle doeleinden
ia®!!?
jjfl CREYGHTON
mB&HHBc
&KÏ Hooicr.46 Tel. 20114
(Advertentie) 1
tel van het bord hadden weggeno
men.
Er klonk een knap, het slot sprong
open en de steward verscheen in de
deuropening. Morescu keek hem nij
dig aan, haalde een dollar te voor
schijn en spoedde zich de gang door
naar de hun van Crofts. De hut was
gesloten. In de hut daarnaast sliep
Turpey. Die hut was niet gesloten.
Morescu trad binnen en tastte naar
de schakelaar.
Het opflitsende licht bescheen een
lieflijk tafreel. Op het witte kussen
rustte Turpey's hoofd, waaruit een
heftig gesnurk opsteeg. Zijn armen,
bekleed met een teer-rose pyjama-
stof, rustten op de dekens, terwijl
op het lage tafeltje naast het bed 'n
stilleven prijkte, gevormd door een
revolver, een stapel magazines en 'n
halflege whiskyfles.
Morescu sloot de deur achter zich
en liep op het bed toe. Hij schudde
de slaper, zonder resultaat. Hij trok
aan zijn oren en kneep zijn neus
dicht. Het gesnurk hield op, waar
door het geheel in a'esthetisch opzicht
aanmerkelijk vooruit ging; maar
Turpey ontwaakte niet. Morescu boog
zich voorover, tot bij het oor van de
slaper en riep:
„Politie!" Het bracht enige bewe- J
van de nacht. Het blijkt uw eigen
wijsvinger te zijn, welke een onwille
keurige beweging maakt over de ver
sleten stoelleuning. Zo zit ge daar
te midden van de slapende levenden
en te midden van de ontslapen do
den, in uw eigen huiskamer, in uw
eigen vlees (gehuld in een kuise pya
ma), in uw eigen stad, in het eigen
land, in de eigen wereld. Dan moet
ge vooral niet bevreesd worden voor
het raadsel, dat u aankijkt door het
grote oog van de nacht. Het grote oog
van de nacht kijkt u^ rustig en door
dringend aan. Wanneer ge zijn blik
weerstaat, ziet ge in de eeuwigheid.
Uw lichamelijke ogen worden ge
boeid, in de ban geslagen, gehypno
tiseerd door de blik van de eeuwig
heid, welke, in alomtegenwoordig
zwijgen, dit kleine bestaantje-in-de-
leunstoel aangrijpt, overweldigt en
het ontvoert aan de schemerende
huiselijkheid van de huiskamer, waar
de ontbijttafel reeds is klaar gezet.
Ge bevindt uzelven onverwacht ge
zeten in tegenwoordigheid van de
goddelijke Alomtegenwoordigheid.
Daar zit ge dan in uw leunstoel,
alleen, in de eenzame stilte van de
nacht alleen gelaten met uw God,
en dat te weten, dat te voelen en dat
te ervaren geeft een zeer, zeer grote
rust. Er is niets beangstigends in die
van God vervulde stilte van de nacht.
Het is de vertrouwelijke stilte van
een Al-Vaderlijk begrijpen uwer
zwakheden. Het is de sterke hand der
belofte, welke op uw schouder wordt
gelegd, een bemoedigende hand om
de goede strijd te strijden ten einde
toe. Het is de verwachting en toezeg
ging van een groot geluk, dat, door
het broze levens-vlies van ons ge
scheiden, doorzichtig wordt als de
sterrenpracht ira de duisternis van de
nacht. Wanneer de pendule klokke
drie slaat en ge besluit toch nog even
naar bed te gaan, slaapt ge in met
de vrede-volle ervaring, een Vader
als Vriend te hebben, die, zo ge
vriendschap met vriendschap en lief
de met liefde beantwoordt, u redden
zal en redden kan door alle verdruk
king en rampspoed heen. „In te,
Domine, speravi..-.Op U, Heer, heb
ik betrouwd, in eeuwigheid zal ik
Iniet beschaamd wordera". Amen.
Amen. Zo zij het.
MARIUS.
ging, maar niet veel. Dan viel Mo
rescu's blik op de whiskyfles. Het
resultaat, toen de geopende fles on
der de neus van de slaper werd ge
houden, was verrassend.
De t^er-rose pyjama rees overeind
en twee armen omklemden de fles.
„Mijn whisky gappen, hè?" grom
de Turpey, met zijn ogen knipperend
tegen het felle licht, „wat mot je?"
„Wie heeft de sleutel van mijn ka
merdeur?" grauwde Morescu, „ik
raad je aan, niet meer van die flau
we aardigheden uit te halen of je
vliegt met je drieën de laan uit."
„Wat een lawaai op mijn nuchtere
maag," merkte Turpey op, een slok
nemend uit de fles, „wat is er eigen
lijk aan het handje?"
Morescu nam hem de fles af en
zette die naast het bed.
„Hou toch eens op met dat lurken,
jullie hebben de sleutel van mijn
kamerdeur weggenomen en ik kon
er niet meer uit!"
Turpey sperde even zijn ogen open
en staarde hem aan, terwijl de be
tekenis van wat er gezegd werd, tot
hem doordrong.
(Wordt vervolgd)