Strijd tegen de werkloosheid en subsidie-commentaren Mr. Cals reikte filmprijs uit Qeü*. aan Uiden Friese heren verschijnen weer in Friese klederdracht 5Je dame DONDERDAG 5 JUNI 1952 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 1 Tweede Kamer Op vragen van het Tweede Kamer lid de heer Nederhorst (Arb.) be treffende het peil der werkgelegen heid op 1 Mei 1952, alsmede betref fende de stand van de werkloosheid op die datum, heeft de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, mede namens de minister van Eco nomische Zaken, schriftelijk het vol gende geantwoord: Blijkens de gegevens van het rijks arbeidsbureau op 30 April bij de ar beidsbureaux. als werkloos ingeschre- ven 125.530 mannen en 6730 vrouwen. De minister van Economische Zaken heeft in Febr. jl. als zijn mening ken baar gemaakt, dat er naar gestreefd diende te worden, dat gemiddeld de werkloosheid zich niet verheft bo ven het in normale omstandigheden onvermijdelijke minimum, dat kan worden geschat op 3 pet. van de af hankelijke beroepsbevolking of om streeks 35.000 personen. Toch is de ontwikkeling tot dusver enigszins ongunstiger geweest dan in Februari mocht worden verwacht, niettegestaande het feit, dat het aan tal geregistreerde werldozen sedert 31 Januari 1952 reeds met ca. 38.000 is verminderd. Verschillende oorzaken hebben hier toe medegewerkt. ~In de eerste plaats is gebleken, dat de uitvoering van het wederom ver hoogde woningbouwprogramma iets meer tijdverlies medebrengt dan aan vankelijk werd verwacht. Aangeno men mag v/orden, dat de vraag naar arbeidskrachten in de woningbouw sector haar hoogtepunt nog niet heeft bereikt. In de tweede plaats is in de be reidheid tot het doen van nieuwe in vesteringen een zekere teruggang te bespeuren die o.m. samenhangt met het prijsverloop op de wereldmark ten en de mede daarop gebaseerde conjunctuurverwachtingen. De voor- raadvorming in het bijzonder heeft hiervan reeds de weerslag ondervon den. Tenslotte bevindt de vraag naar duurzame consumptiegoederen, in het bijzonder die naar textielproducten, zich op een lage niveau dan in de afgelopen jaren. In dit opzicht is een verbetering binnen afzienbare tijd waarschijnlijk en in enige bedrijfstakken reeds in gang. Dienovereenkomstig is reeds aan gekondigd, dat een aantal uitgaven in de bouwsector, zowel voor woning bouw als voor openbare werken, weer zou worden verhoogd, waarme de inmiddels bevredigende voortgang is gemaakt. Daarvan zal in het bij zonder de verhoging van het wo ningbouwvolume ten goede komen aan de vraag naar duurzame ver- bruiksgoederen. Vooruitlopend op de uitkomsten van genoemd onderzoek, heeft de re gering, teneinde de vraag naar enkele soorten duurzame consumptiegoede ren te vergroten, een voorstel inge diend tot verlaging van de tarieven van de omzet- en weeldebelasting voor een aantal dezer goederen. Voorts heeft zij besloten tot een versnelling van de uitkeringen wegens oorlogs schade aan onroerend goed en aan huisraad. Tenslotte heeft zij een be drag ter beschikking gesteld voor verbetering van bestaande woningen, dat tezamen met de bedragen, welke dientengevolge door gemeenten en belanghebbenden zullen worden ver strekt, zal kunnen bijdragen tot be strijding van de werkloosheid bij die bouwvakarbeiders, die in het onder houdswerk hun bestaan vinden. In totaal zal voor het rijk tïit de drie bovengenoemde maatregelen een ver mindering van inkomsten, cq. verho ging van uitgaven met circa 65 mil- lioen voortvloeien. Bijzonder onderwijs in de knel? In het voorlopig verslag van de vaste commissie voor het onderwijs uit de Tweede Kamer over het wets ontwerp tot wijziging van de middel baar-onderwijswet, de hoger-onder- wijswet en de pensioenwet 1922, wordt o.m. gevraagd, of de voorge stelde regeling van het leerplan voor de handelsavondscholen wellicht ten gevolge zal hebben, dat de handels avondscholen met keuzevakken in de vervolge niet meer voor subsidiëring I in aanmerking zullen komen. Indien deze vraag bevestigend beantwoord zou moeten worden, zou de commis sie hiertegen ernstig bezwaar heb ben. De toelichting, waamede de verho ging van het subsidie in de personele en materiële kosten met 2 pet. wordt gemotiveerd, achtten enige leden niet geheel duidelijk. In de totale kosten (schoolgeld plus rijksbijdrage) is van zelfsprekend door de schoolgeldverla ging geen verandering gekomen. Het valt daarom niet in te zien, dat deze verlaging van invloed kan zijn op het percentage van de kosten der bijzon dere scholen, dat in de vorm van sub sidie aan die scholen wordt vergoed. Verscheidene leden bepleitte een volledige vergoeding door het rijk van de leraarssalarissen. Vooral nu een verhoging van de vergoeding tot 97 pet. wordt voorgesteld, zal dit voor de schatkist slechts een geringe verzwaring betekenen. EERSTE KAMER De belastingvrije giften In het voorlopig verslag van de commissie van rapporteurs uit de Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot wijziging van het besluit op de inkomstenbelasting 1941, van het besluit op de loonbelasting 1940 en van het besluit op de vennootschaps belasting 1942 wordt o.m. het volgen de gemeld. Verscheidene leden toon den zich zeer teleurgesteld over de inhoud van het ontwerp. Volgens de memorie van toelich ting, zo merkten zij op, beoogt het ontwerp het treffen van een verant woorde regeling, waardoor in de be staande nood van een reeks instellin gen kerkelijke, charitatieve en andere wordt voorzien. Het is voor deze leden nauwelijks een vraag, of wat thans geboden wordt wel aan deze opzet beant woordt. De praktische betekenis van het wetsontwerp komt hun zeer pro blematisch voor. Met name ontnemen volgens deze leden de eisen, voor het inwerkingtreden van de belasting vrijdom gesteld, aan het wetsontwerp goeddeels zijn betekenis. Met minimum van 100, evenals het gestelde maximum van 3 pet. van het inkomen of de winst, konden zij billijken met het oog op de uitvoering van de wet. Er werd echter opgemerkt, dat voor de hogere belastbare inkomens 2 pet. van het z.g. zuivere inkomen wel 5 tot zelfs .8 pet. van het werke lijk genoten inkomen zal bedragen en dat de volle benutting van de be lastingvrijdom alsdan op 12,5 pet. tot 20 pet. van het werkelijk inkomen beslag zou leggen. Voor wat de mid dengroep betreft, zijn de in deze kringen bestaande spanningen thans wel van voldoende bekendheid. En voor de lagere inkomens kan men c^e betekenis van het wetsontwerp voeglijk op nihil stellen. In het voorlopig verslag commissie van rapporteurs uit de Eerste Kamer over het ontwerp van wet tot goedkeuring van plaatselijke belastingverordeningen voor een be paalde termijn wordt het volgende gemeld: De eisen van de practijk hebben ten gevolge gehad, dat het beginsel van goedkeuring in den loop der jaren is gedenatureerd. Men neemt vrij al gemeen aan, dat goedkeuring onder voorwaarde niet bestaanbaar is, daarnaast echter heeft men geca moufleerde goedkeuring onder voor waarde, zoals goedkeuring voor een bepaalde termijn, waaraan de Hoge Raad nu een einde heeft gemaakt en gedeeltelijke goedkeuring, zoals in de practijk wel voorkomt o.a. ten aanzien van uitbreidingsplannen en bouwverordeningen. De regering werd echter verzocht Mgr. Willekens treedt af Mgr. P. Willekens S.J., Apostolisch Vicaris van Djakarta, heeft wegens hoge leeftijd en om gezondheidsre denen tot de H. Stoel het verzoek gericht om van zijn functie te wor den ontheven. Mgr. Willekens is voornemens ook na zijn ontslag in Indonesië te verblijven. Mgr. Willekens werd op 6 Decem ber 1881 te Reussel in Noord-Bra bant geboren. Tijdens Mgr. Willekens' bestuur deden zich grote politieke wijzigin gen voor. Na een rustig Nederlands bestuur volgde in 1942 de Japanse bezetting van Java. Gedurende deze periode van grote spanningen kon Mgr. Willekens zeer vruchtbaar werk verrichten, daar hij aan internering door de Japanners kon ontsnappen. Verscheidene jaren lang was Mgr. Willekens bijna de enige priester in Djakarta. Na de beëindiging der vij andelijkheden volgde de woelige pe riode tot de souvereiniteitsover- dracht. Gedurende 1947 en 1948 ver bleef Mgr. Willekens ruim een jaar in Nederland om weer op verhaal te komen en nieuwe krachten op te doen. PATER SIMONS S.V.D. BISSCHOP VAN INDORE. Pater F. M. H. Simons, Missionaris van het Goddelijk Woord, is door de H. Stoel benoemd tot bisschop van het nieuw opgerichte bisdom Indore in Noord-West India. Het nieuwe bisdom, suffragaan van het aartsbis dom van Bombay, telt 7.0OC.000 in woners, van wie 17.000 Katholieken. Het gebied is voor 80% Hindoe en voor bijna 20% Mohammedaan. Pater Simons werd op 30 Juli 1908 te Tegelen geboren. Dr. Cassianus Hentzen zeventig jaar Op Zondag 8 Juni a.s. viert Dr, deze gehele aangelegenheid nog I Cassianus Hentzen Q.F.M., Pastoor eens in studie te willen nemen, en van de H. Joseph-parochie te Delft hierbij te betrekken de gedeeltelijke goedkeuring, welke de Hoge Raad wellicht te zijner tijd eveneens zou kunnen frustreren. „De tijd voor Nederlandse speelfilms is rijp" Gistermiddag heeft de staatssecre taris van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen mr. J. M. L. Th. Cals, ten departemente de prijs uitgereikt, die Nederland op het filmfestival te Cannes had gewonnen. Zoals bekend, werd door de jury uit de vier inzendingen, die van Ne derland te Cannes uitkwamen, de film van Herman van der Horst, „Het scot is te boord", met de „Grand Prix" en de gehele Nederlandse in zending vermeld wegens haar uit stekend gehalte. In zijn toespraak zeide mr. Cals, dat het overbodig was om nieuwe lauweren toe te voegen aan degene, die de Nederlandse cineasten reeds in Cannes ontvangen haHden. staatssecretaris dankte de culturele advies-commissie van de Nederlandse Bioscoopbond voor het aan zijn mi nisterie uitgebrachte gunstige advies. Drie van de naar Cannes gezonden films, zo vervolgde mr. Cals, zijn ge maakt met steun van de overheid, waaraan de leden van de Staten- Generaal hun goedkeuring hebben gehecht. Hij zeide, dat de resultaten van RIJDT RUSTIG RIJDT OPEL Een OPEL OLYMPIA met z'n sterke rustige motor en drie gesynchroniseerde geruisloze versnellingen, maant z'n be stuurder niet tot als maar grotere en niet meer verantwoorde snelheid. Dit is een van de redenen, dat de POPULAIRE OLYMPIA naar verhouding zelden bij verkeersongevallen betrokken is RIJDT VEILIG RIJDT OPEL Hoge Rijndijk 90 - v. Oldenbarneveltstr. 37 Tel. 23041 Tel. 21583 (Advertentie) dien aard waren geweest, dat het verantwoprd was op de ingeslagen ■weg voort te gaan. De Nederlandse filmmakers hebben n.l. thans een peil bereikt, waarop zij zich gerust kunnen wagen aan het vervaardigen van grotere films en van speelfilms. Er zijn echter economische moeilijk heden, die daarvoor uit de weg moe ten worden geruimd. en algemeen geestelijk adviseur van de Algemene Katholieke Werkgevers Vereniging en het Katholiek Verbond van Werkgeversvakverenigingen zijn zeventigste verjaardag. Van 1918 tot 1936 was Pater Hent zen in Maastricht werkzaam als ziel zorger. Bekend zijn uit die jaren zijn openluchttoespraken, die hij op het O. L. Vrouwenplein hield en waar in hij een duizendkoppige menigte sprak over de devotie tot de „Sterre der Zee". Reeds terstond na zijn aankomst in Maastricht zocht Pater Hentzen contact met enkele Limburgse werk gevers en in 1918 werd, mede door zijn onverdroten ijveren, de Lim burgse R.K. Werkgeversvereniging opgericht. Intussen maakte de jubilaris zich zeer verdienstelijk voor het Katho lieke Onderwijs en werkte hij aan zijn proefschrift „De vestiging van Na 50 jaar De Friese heren hebben gisteren een gloriedag gehad. Reeds sinds 50 jaren hebben de Friese dames een nationale dracht aangepast aan de tijd en toch op en top Fries. De he ren waren er al die tijd minder goed van af gekomen. Toen hun histo rische klederdracht „uit de mode" raakte, was er niemand, die op het heldere idee kwam, ook voor hén een nieuw costuum te ontwerpen. Zo heb ben de Friezen 50 jaar in 'n gewoon colbertje rondgelopen, terwijl de da mes schitterden in al de kleur en char me, die de Friese klederdracht hun schonk. Van wie nu het initiatief precies uitgegaan is, valt moeilijk te achterhalen, maar nu na 50 jaar is er weer een Friese heren dracht ont worpen. Daar de ontwerper een dame is, mevr. J. KarsStienstra te Leeu warden, kunnen wij ons niet aan het idee onttrekken, dat de Friese da mes meenden, naast een Fries in een colbertje, niet zo heel voordelig uit te komen in hun klederdracht. Hoe het zij, de herendracht is er gisteren tijdens een bijeenkomst op het his torisch kasteel Poptaslot gedemon streerd. Het costuum (dat compleet bestaat uit jas, vest, ipantalon .en hoed) is in zekere zin geïnspireerd op de histo rische Friese mannendracht, maar verder is het geheel in moderne stijl uitgevoerd. Er zijn twee verschillen de modellen ontworpen. Het „Gried- hoek-exemplaar" is groen gekleurd en er is een klaver-motief in aange bracht, het „Bouwhoek-costuum" is lichtgrijs met een korenaar-motief. Jas en broek zijn gemaakt van hand- geweven Ierse tweed, vest en hoed van zuiver wollen soepele stof, waar van de tint past bij jas en broek. Het overhemd is van zijden pope- line. De jas is laag uitgesneden en hoog bij de hals uitgeknipt. Hij sluit met twee knopen, welke verbonden zijn door een lus. De pantalon heeft enigszins het model van een plusfour, maar is korter en nauwer om de knie. Er worden handgebreide sport kousen bij gedragen. Het hooggeslo ten vest reikt tot ongeveer 10 cm. onder de taille. De sluiting is met ge graveerde zilveren knopen. De hoed, waarvan stof en kleur gelijk zijn aan die van het vest, heeft een doorge stikte rand. Het model is eenvoudig en geeft een indruk van landelijk heid. Doordat de costuums geen ruit of streep hebben, zijn zij niet afhan kelijk van modewisseling. De kosten van een compleet costuum bedragen ongeveer 330, 2)e ftcet en mevJioum d'AiMy. in Uenelië. De burgemeester van Amsterdam, Mr. Arn. J. d'Ailly, en zijn echtgenote. Mevr. Mr. A. W. Ch. d'AillyFritz, brengen op het ogenblik een niet-offi- cieel bezoek aan Venetië. De heer en mevrouw d'Ailly in een Venetiaanse gondel op het Canale Grande ter hoogte van het Dogenpaleis (op de achtergrond). het Staatsmonopolie 17951813", waarop hij in 1919. in Leuven pro moveerde tot doctor in de economi sche en sociale wetenschappen. Pater Hentzen was niet alleen geestelijk adviseur van de Limburg se R.K. Werkgeversvereniging, doch tevens sinds 1927 lid van de Ónder wijsraad. Voorts droeg hij in zeer be langrijke mate bij tot de oprichting van de in 1925 geconstitueerde A.C. W.V., de Belgische Katholieke Werk geversvereniging. In 1936 verliet Pater Hentzen Limburg in verband met zijn benoe ming tot Pastoor van de parochie van het Allerheiligste Hart van Je sus te Haarlem. In 1938 volgde hij de in dat jaar overleden Prof. L. van Aken op als adviseur van de Algemene Katholie ke Werkgeversvereniging. In 1946 volgde zijn benoeming tot algemeen adviseur van het R.K. Verbond van Werkgeversvakvereni gingen. Thans is Pastoor Hentzen dus algemeen geestelijk adviseur van beide organisaties der katholieke Werkgevers, t.w. de Algemene Ka tholieke Werkgevers Vereniging, die de Federatie is van de vijf diocesane Katholieke Werkgeversorganisaties, én van het Katholiek Verbond van W erkgevers vakverenigingen Pater Dr. Cassianus Hentzen O.F.M. heeft een enorme activiteit ontwik keld, niet alleen als zielzorger, gees' telijk adviseur en onderwijsdeskun- dige, doch ook als publicist. Vooral verwierf de jubilerende Pater Hentzen bekendheid door zijn Commentaar op Quadragêsimo An no, waarvan intussen twee delen zijn verschenen. De grote verdiensten van de jubi laris werden bij gelegenheid van zijn zilveren priesterjubileum in 1933 er kend door zijn benoeming tot Offi cier in de Orde van Oranje Nassau. Jehovagetuigen contra Venlo De Jehova-getuigen, die tijdens een „openbare bijbellezing", in het afgelopen weekend door hen te Ven lo georganiseerd, hebben kunaen merken, dat de Limburgers nier bijs ter sympathiek tegenover hun bewe ging staan, hebben tegen diverse Ven- loënaren een aanklacht ingediend, wegens het verstoren van hun bijeen komst. De eigenaar van het hotel Nationaal, die hun een zaal verhuurd had, maar op het laaste moment deze zaal niet disponibel stelde, zal ver volgd worden wegens contractbreuk. Jaarverslag „Centr. Volksbank" Eén millioen voor woningbouw Voor de 31e maal sedert haar op richting verscheen dezer dagen het jaarverslag van de Spaarbank „De Centrale Volksbank" N.V., instelling van de Nederlandse Katholieke Ar beidersbeweging. Dit verslag, voor zien van meerdere statistieken en grafieken behandelt het boekjaar 1951. Dit boekjaar sluit met een uit staand spaartegoed v. 33.469.083.30. Een opmerkelijk verschijnsel is, dat het totale spaartegoed van de Volks bank in 1951 nog is toegenomen met ruim 1 millioen gulden! Dit feit spreekt te sterker wanneer men be denkt, dat bij verreweg de meeste spaarbanken het uitstaand spaarsal do in 1951 terugliep. Ingelegd werd een bedrag van 12.491.650.85 en terugbetaald 11.950.641.39, terwijl aan de spaar ders totaal aan rente werd vergoed ƒ619.258.81. Het aantal spaarders bedroeg op 1 Januari 1951 nog 162870, en was op 31 December 1951 uitgegroeid tot 174.240. Deze cijfers tonen aan, dat in de kring van de K.A.B. in het geheel geen sprake is van enige verminde ring van de spaarzin. Het tegendeel blijkt hier juist het geval. Het jaar 1951 is overigens slechts een getrou we copie van de laatste jaren. Dat het sparen naast het belang voor het individu ook een gemeen schapsbelang is, spreekt o.m. duide lijk hieruit, dat de Centrale Volks bank practisch het gehele bedrag vani ruim 1 millioen gulden, waarmede het uitstaand spaartegoed steeg, heeft aangewend voor het financieren van nieuwe woningen. Dit geschiedde via geldleningen waarvan 670.000.aan gemeenten en ƒ360.000.— aan parti culieren. NEDERLANDSE PATER IN FRANRIJK VERDRONKEN. Bij de familie Lambrigts, in Ble- rick, is bericht binnen gekomen, dat gisterenmiddag in een zwembassin te Perpignan in Frankrijk is verdron ken, de Blerickse pater L, Lambrigts, van de orde der Assumptiomisten. Pater Lambrigts was de laatste 5 jaar werkzaam als priester in Zuid Franrijk, Hij zal daar ook worden begraven. IN HET GRIJS door GEORGETTE MACMILLAN vertaling: HERMAN ANTON SEN 11) Franklin loosde een zucht van ver lichting, Esther was dus op het nip pertje aan herkenning ontsnapt. Tot nog toe was hij de enigste, die wist, dat ze midden in de nacht in dit on gelukshuis rondgedwaald had. Hij wist alleen, dat ze er geweest was, maar wat moest hij ervan zeggen, of denken? Kon hij dat lieflijke schep sel in verband brengen met het af schuwelijke toneel daar voor zijn ogen? Esther met haar eerlijke ge zichtje? Maar dc afschuwelijke vraag wilde niet uit zijn hoofd verdwijnen. Wat voerde ze hier uit? Een ding wist hij zeker: als iemand haar gan gen van die nacht moest nagaan, dan moest dat maar iemand anders zijn dan hijzelf. Hij had vertrouwen ge noeg in haar, om zonder de minste twijfel haar voor onschuldig te hou den. al zou hij wellicht niet in staat zijn, anderen daarvan te overtuigen. Met de reinheid van haar gelaat, de zachte schoonheid van haar stem en de onschuld, die uit haar ogen sprak, kon hij geen misdaad in verband brengen. Hij vond het echter wel enigszins jammer, dat ze geen ver trouwen genoeg in hem zelf had ge steld, om hem het geheim van haar middernachtelijke expeditie toe te vertrouwen. Zelfs in het licht der tragedie, die zich voor zijn ogen af speelde, vroeg hij zich af, of ze be grepen had, wat hij haar wilde zeg gen, voordat die angstkreet aan haar lippen ontsnapt was en of ze had willen luisteren naar zyn liefdes verklaring. Het gelaat van het meisje rees voor zijn geest op en scheen haar onschuld duidelijk te bepleiten. Eh zachtjes fluisterde 'hij in zichzelf: „Wat er ook van komt, ik zal je helpen, Esther." Terwijl hij voor het levenloze li chaam van zijn beste vriend stond, herinnerde hij zich haar smekende ogen en stem, toen ze in de opera met hem had zitten praten in de pauze. Hij dacht terug aan de be sliste trek om haar mond, toen ze hem had uitgenodigd tot een bezoek aan het huis van haar oom en aan haar angst, toen ze haar oom zag op dagen. En opeens voelde hij onbere deneerd en fel een wrok tegen de oom, in wiens huis ze was. Het kwam hem voor, dat het meisje niet thuis behoorde bij de mensen, bij wie ze inwoonde. Maar hij had nu geen tijd, daar verder over na te denken. Hij liep naar de telefoon en belde de politie op. Al spoedig verschenen een inspecteur en een agent. Ze on dervroegen hem. Ze hoorden Wil liams uit. Ze onderwierpen Franklin aan een kruisverhoor. Ze doorzoch ten het apartement om enig spoor te vinden. De lijkschouwer kwam en onderzocht de dode. Volgens hem was de dood onmiddellijk ingetreden als gevolg van een steek door het hart. Het gehele wettelijke apparaat kwam in beweging. De opsporing van de moordenaar van Gregory Blair had een aanvang genomen. De inspecteur kwam naar Franklin toe. „Ik geloof, dat het vo.or u nu wel het beste is, naar uw eigen kamer terug te keren, mijnheer Franklin," zei hy beleefd. „We hebben geen en kele reden u hier langer te houden." „Dank u, inspecteur," antwoordde Franklin loom en wilde zich verwij deren. „Wat ik nog vragen wou," riep de inspecteur hem na, „dit huis wordt immers alleen door vrijgezellen be woond. is het zo niet, mijnheer Franklin?" „Ja, inspecteur". „Was mijnheer Blair gewoon in de avond nog al eens dames op bezoek te krijgen?" „Neen," antwoordde Franklin. „Hoe dat zo, als ik vragen mag?" Inplaats van te antwoorden haalde de inspecteur een stukje grijze, zij den franje te voorschijn. Franklin kon nauwelijks een kreet onderdruk ken, toen hij het zag. Hij herkende het onmiddellijk, want het was af komstig van de grijs-zijden avond mantel door Esther Hendrick die avond in de opera gedragen. „Ik vond dit aan een deurknop in de hall. Een haastig voorbijlopende vrouw moet het van haar mantel of japon gescheurd hebben. Als we die vrouw kunnen vinden, hebben we de moordenares te pakken.,, Die woorden schenen zich met gloeiende letters in zijn geheugen te branden. Die nacht sliep hy slecht en werd door afschuwelijke dromen gekweld. Een ongewenst gegeven. De volgende dagen waren dagen van geestelijke angsten en spanning voor Franklin. Het waas van geheim zinnigheid, dat om Esther Hendrick en haar gedragingen in de nacht van de moord op Gregory Blair hing, werd hoe langer hoe meer een bron van kwellingen voor de man, die in de korte periode van kennismaking met het meisje ondervonden had, dat ze de diepste gevoelens van zijn we zen opwekte, zoals nog nooit een an dere vrouw dat gedaan had. Het was ondenkbaar, dat Esther, die zulk een gevoelig, verfijnd en teerhartig meis je scheen te zijn, de moord bedreven zou hebben. Van de andere kant scheen het voor de hand te liggen, dat ze iets af wist van de misdaad zelf en ook van de dader. Maar in hoeverre ze in dat misdrijf betrokken was, bleef nog aan te tonen. Franklin zat urenlang bij zichzelf te overleggen, dat hij al dan niet de aan hem toevertrouwde papieren zou inzien. Hij hield zich voor, dat ze hem in vertrouwen waren overhan digd. Misschien waren het wel per soonlijke brieven van intieme aard. waarin het onbehoorlijk zou zijn te snuffelen. Het feit, dat ze in een los bladig boek zaten, was nog geen bewijs, dat het zakelijke papieren waren. Ten slotte borg hij de papieren weg in zijn brandkast, zonder ze in gekeken te hebben. Zijn eergevoel, dat hem tot deze handelwijze dreef, hinderde hem toch heimelijk. Een on derzoek der papieren zou wellicht veel kunnen- bijdragen tot oplossing van het geheim, zeker in zover hei: Esther Hendrick betrof. Intussen was de politie druk bezig met het verzamelen van bewijsstuk ken en gegevens, het schiften der feiten en het in beweging brengen der langzaam werkende wettelijke machinerie, die het raadsel zou moe ten ontrafelen. Williams, de huis knecht van Blair, werd ernstig ver dacht en steeds onder bewaking gehouden. Franklin zelf bemerkte heel goed, dat 'n man met het uiter lijk van een bulldog en in een blauw confectiepak hem in de gaten hield. En dit feit vérminderde zijn onge rustheid niet over het meisje, dat 'n zo voorname plaats in zijn leven was gaan innemen. Zyn onrust vermeerderde zeer, toen Williams tijdens een streng, verhoor door de politie, vertelde van de dame in avondmantel, die hij uit het huis had zien komen midden in de nacht. Dit in verband met het vinden van het stukje grijze zijden franje aan een deurknop in de wo ning van de vermoorde, vormde de grondslag van 'n sentimenteel kran tenbericht, waarin een geheimzinnige „dame in het grijs" werd voorgesteld als de voornaamste figuur in het moordgeval. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1952 | | pagina 6