Zweedse schaatsers leiden
met grote voorsprong
Het begon met een grap
WOENSDAG 31 JANUARI 1951
Ut I.EIUSE COURAN'l
TWEEDE BLAD - PAGINA 2
SCHAATSWEDSTRIJDEN TE KARLSTADT
Nederlanders hadden last van korte baan
Op de eerste dag van do ontmoeting Zweden—Nederland té Karlstad
hebben do Zweden een onverwacht grote voorsprong genomen, dit ove
rigens tot voldoening van de vele duizenden toeschouwers, die een luid
gejuich aanhieven toen de stand na afloop van de twee nummers: Zwe
den 71 pnt, Nederland 39 pnt, werd bekend gemaakt. De wedstrijd werd
onder ideale weersomstandigheden gereden, maar het ijs was, naar het
oordeel van de rijders, in feite toch niet zo prima als het er uitzag. En
hiermee moet rekening gehouden worden bij het bestuderen van de ge
maakte tijden. Aad de Koning re^d een zeer goedo 500 meter. Hij klop
te in de zesde rit zijn tegenstander Svensson overtuigend en bleef in
het klassement slechts 0,1 sec. boven do tijd van de winnaar Larsson. Op
de 3000 meter was van" 't Oever, die vierde werd in de rangschikking,
onze beste man.
Aan de landenwedstrijd namen
voor elke ploeg zes rijders deel,
waarvan er slechts vijf voor de rang
schikking per afstand in aanmerking
kwamen. Dc laatste man van ieder
team viel dus af. De puntentelling
was voor een eerste plaats 10. 9 voor
een tweede, 8 voor een derde plaats,
en zo vervolgens.
Onze jongens waren tevreden over
dc staat van het ijs, maar niet over
de lengte van dc baan. Die bedroeg
namelijk 333 1/3 meter, terwijl zij
bij dc training gewend waren aan
een 400 meter baan. Zij kregen der
halve last in de bochten, die te nauw
waren, wat de tijden van meer dan
één Nederlander nadelig beïnvloedde
Charisius had de meeste pech door
dot hij in zijn rit tegen Dahlberg,
toen hij uit de blnnenbocht kwam
de Zweed lag buiten en iets achter
uit de baan vloog. 20 meter voor
dc finish. Hij zou de rit waarschijn
lijk hebben gewonnen in een tyd van
ongeveer 46.5 seconde als hij zijn ba
lans had kunnen houden. Maar hij
raakte als gezegd uit de baan en
werd twaalfde, geplaatst in 62 sec.
wat onze ploeg ongeveer 8 punten
scheelde. Overigens overkwam dc
Zweed Hallkvist hetzelfde in zijn
rit tegen van der Eist.
Deze onprettige ervaring maande
onze landgenoten tot voorzichtigheid
op de 3000 meter. Ze gaven zich niet
ten volle, bang als ze waren voor
een valpartij. Charisius reed de af
stand in 5 19.0. een tijd waarover hij
niet voldaan was. Op het ijs te Ting-
valla had ik 5.12.0 kunnen rijden,
zei hij, maar die 333 meter baan was
een strop voor ons.
Toon de wedstrijd een aanvang
nam vroor het vier graden cn ver
keer de het ijs in prima staat.
Nadat de team's verwelkomd wa
ren door de heer Sven La aftman,
voorzitter van de Zweedse Sehaat-
senrijdersbond, en de volksliederen
waren gesoêeld, werd begónnon met
de 500 meter.
Het klassement van de 500 meter-
luidt: 1. Larsson (Z) 46.1 sec.; 2. de
Koning (N) 46.2 sec.; 3. Svensson
(Z) 46.7 sec.; 4. Dahlberg (Z) 46.8
sec.; 5. Engstroem (Z) 47.2 sec.; 6.
Stroem ,Z) 47.4 sec.; de Grabff (N)
48.0 sec.; 8. van 't Oever (N) 48.3
scc.; 9. van der Eist (N) 48.9 sec.; 10.
Wervers (N) 50.1 sec.; 11. Hallkvist
(Z) 59.9 scc. (gevallen); 12. Chari
sius (N) 62.0 sec. (gevallen). Zwe
den 36 pnt.. Nederland 19 pnt.
Het klassement van de 3000 meter
luidt: 1. Dalhberg (Z) 5.12.4; 2/3.
Hallkvc6t (Z) en Engstroem (Z)
5.12.5; 4. van 't Oever (N) 5.15.3; 5.
Larsson (Z) 5.15.8: 6. de Graaff (N)
5.15.9; 7. de Koning (N) 5.16.4; 8. v.
d. Eist (N) 5.18.7; 9. Stroem (Z)
5.18.8; 10. CharislUs (N) 5.19.0; 11.
Svensson (Z) 5.24.3; 12. Wervers (N)
5.26.2. Zweden 35 pnt. Nederland 20.
Na twee nummers is dc stand:
Zweden 71 pnt.. Nederland 39 pnt.
Heden wordt de wedstrijd voortge
zet.
Van der Eist en do Graaf, reap,
negende en zevende op dc 500 meter
kunnen sneller, maar de bochten
speelden ook hun parten. De Graaf
werd zesde óp de 3000 meter in
5.15.9, voor hem geen slechte tijd,
maar van 't Oever deed het nog be
ter door vierde tè worden in 5.14.5,
een zeer goede prestatie. De beste
Nederlander van deze dag wdb ech
ter ongetwijfeld Aad de Koning, het
geen ook blijkt uit zijn derde plaats
in het alg. klassement,
Dit ziet er thans als volgt uit; 1.
Larsson 98.650 pnt.; 2. Dahlberg
98.867; 3. de Koning 98.933; 4. Eng
stroem 99.283; 5. Stroem 100.533; 6.
de Graaf 100.650; 7. van 't Oover
100.717; 8. Svensson 100.750; 9. van
der Eist 101.417; 10. Wervers 104.467;
11. Hallkvist 111.983; 12. Charisius
115.250.
Onze jongens waren opgetogen
over de buitengewoon hartelijke
ontvangst, welke hun van do zijde
der Zweden te beurt is gevallen. Zij
werden te Karlstadt opgewacht door
hun gastheren en in triomf naar het
hotel gebracht. Ook toen zc voor de
aanvang van de wedstrijd hun ere
rondje moesten rijden, eerst dc zes
Nederlanders, daarna de zes Zweden
werden ze uiterst geestdriftig door
de duizenden toeschouwers toege
juicht. „Zoals hier in Karlstad
hebben we het nog nergens gehad",
was het unanieme oordeel van de
ploeg.
VOETBAL
HET TEAM VAN DE RODE
DUIVELS.
De samenstelling van de ploeg van
dc Rode Duivels, welke 6 Februari
op het terrein van La Gantoise te
Gent tegen de Zwaluwen uitkomt, !s
als volgt:
Doel: Seghers (La Gantoise)
Achter: Berloo (La Gantoise) en
Vancste (Kortrijk Spr.).
Midden: de Buck (Eendracht
Aalst), van Potteberghe (F. C Brug
ge) Delmulle (La Gantoise).
Vóór: de Bruyne (St. Nicolaas)
van Steelant (St. Nicoiaos; Annie.?
(F. C. Renalx), van Varentergh (Ra
cing Club Gent) en Freddy Chaves
(La Gantoise)
Reserven: Carels (F. C. Brugge),
Crepain (F. C. Brugge), Fenaux
(Kortrijk Sp) e n Vandierendonck
(Oostende).
LEIDSE VOETBALBOND.
NAGEKOMEN EN VERBETERDE
UITSLAGEN.
Senioren:
1 C: LFC 4—VVSB 0—2; Warmun-
da 2SVLV 2 5—3.
2 B: KRV 1—VVOA 1 4—3; UDO
1Lugdun. 5 23.
2 C: LFC 5—ASC 5 5—1.
2 E: Rouwkoop 3Weter. B. 2 5—4.
3 A: Lisse 4-SJZ 2 0—0.
3 C: Alph. B. 3—ASC 7 4—1.
3 D: DOCOS 4—Lugdun. 10 0—3.
3 D: Weter. B. 3—UDO 2 2—3.
4 A: SJZ 3Stompw. B. 3 23.
4 B: DOSR 5—Morschkw. 3 6—2;
UDO 3—Teyling. 4 1—4.
4 C: SVLV 4—St. Bern. 4 4 1—0.
4 D: Alph. 4—Alphen 6 51;
Stompw. B. 4—Rouwkoop 4 1—5.
4 E: SJZ 4UVS 12 0—9: VVSB
4—KRV 3 5—1.
Junioren:
D: VVSB (A)—SVLV (A) 3—4;
Warmunda (A)—DOCOS (A) 2—0.
E: St. Bern. (A)—Altior (A) 3—1;
Meerburg (A)Stompw. B. (A) 3
Weter. B. (A)Alph. B. (A) 1—0.
F: Lisse (B)—VVSB (B) 2—1.
G: Alph. B .(B)—DOSR (B) 1—3;
Altior (B)-WOA (A) 0—6; DOCOS
(B)—SJZ (A) 1—0: MMÖ (A)—
Weter. B. (B) 7—0.
H: Lisse (D)—Teyling. (C) 0—1;
SVLV (B)—Lisse (C) 3—0.
I: SVLV (O—St. Bern. (B) 3—1.
HET OVERLIJDEN VAN
JAN BOEREE.
Van medische zijde deelt men ons
mede. dat na een onderzoek is ge
bleken, dat het overlijden van de
jeugdige Jan Boereé op Zondag j.l.,
tijdens de juniorenwedstrijd Haarlem
RCH, in geen enkel verband staat
met de sportbeoefening. Dit tragisch
voorval had op elke willikeurige
plaats kunnen gebeuren.
AMSTERDAMSE EERSTE
KLAS8ERS VOORSTANDERS
VAN AMATEURISME.
Dc vijf eerste klasse-voetbalvereni
gingen in Amsterdam, Blauw Wit,
Ajax, DWS, de Volewijckersen DWV.
hadden gisteravond de sportpers uit
genodigd, om bij monde van dc heer
F. X. A. Drilling hun standpunt ken
baar te maken ten aanzien van het
probleem amateurisme—professiona
lisme. Alle vijf clubs waren name
lijk van mening, dat tot op heden
aan de verenigingen to weinig kans
wordt geboden van hun mening op
dit punt to doen blijken. De heer
Drilling, die ln een uitvoerig cn hel
der betoog uiteenzette, waarom alle
Amsterdamse eerste klassers cn
naar hij veronderstelde ook het me-
rendocl van de overige eerste klasse-
clubs voorstanders blijven van het
amateurisme, ging aan de hand van
een vijftal hoofdpunten na, waarom
en waardoor het grooiond verlangen
naar Invoering van het professiona
lisme in ontstaan.
Die vijf hoofdpunten waren:
le. de trek naar het buitenland; 2e.
het professionalisme leidt tot spel
peilverbetering; 3e. de prestaties van
het Nederlands elftal zijn zeer ma
tig; 4e. het bestaande amateurisme is
een schijn-amateurisme; 5e. de so
ciale onbillijkheid, dat de spelers, die
zoals het heet „het geld bij elkaar
schoppen", hiervan niets krijgen.
Ten aanzien van punt één was spr.
van mening ,dat Nederlandse spelers,
die wel in enigerlei vorm betaling
zouden ontvangen, toch naar het bui
tenland zouden gaan, wanneer daar
de voorwaarden gunstiger lagen. In
dit verband stelde hij Zweden als
voorbeeld.
Over de vraag, of het professio
nalisme tot spelpeilver i tering zal
leiden, behoefde men ook volgens
de heer Drilling niet te discus
siëren. Dit is een feit, dat onomsto
telijk vast staat. De mindere presta- I
ties van het Nederlands elftal nam
hij niet al te tragisc*.. Wel was hij
steeds sprekende namens de vijf eer-
ste-klassers van mening dat het
niet langer aangaat ons vertegen
woordigend elftal te plaatsen tegen
over ploegen van prof.-spelers, waar
door er krachtmetingen ontstaan die
lijken op ontmoetingen tussen een
lichtgewicht en zwaargewicht.
Over het schijn-amateurjsme spre
kende, erkende hij de zekere onzui
verheden, die zich helaas hier en
daar voordoen, maar naar eer en ge
weten meende hij te kunnen verkla
ren, dat bij de Amsterdamse" eerste
klassers nog nooit een speler na een
wedstrijd een rijksdaalder in han
den heeft gekregen. Het punt van
„het geld bij elkaar schoppen", acht
te hij daarom aanvechtbaar, omdat
het een vaststaand feit is, dat juist
door dit „bij elkaar geschopte geld",
de ontwikkeling van voetbal in ons
land zo'n enorme vlucht heeft geno
men. Dit geld, zo broodnodig voor
de lagere elftallen en speciaal voor
het jeugdwerk, biedt de mogelykheid
voor deze tak van sport als massa
ontspanning. Zou men overgaan tot
professionalisme, dan zou volgens
spr. met moeite het geld bijeen ko
men voor dc betaling van de spelers
en zou het jeugdwerk onvermijdelijk
in de knel komen.
De heer Drilling was er ook niet
van overtuigd, dat de mindere presta
ties van het Nederlands elftal van
wezenlijke invloed zijn op de publie
ke belangstelling, die volgens hem
wel zou teruglopen, wanneer het
geen hij onvermijdelijk achtte bij
invoering van het professionalisme
de toegangsprijzen zouden moeten
worden verhoogd.
Voor hem, en dus voor alle hoofd
stedelijke eerste klassers, woog ten
slotte het zwaarst het verder vóórt
bestaan van het jeugdwerk en het
spel om het spel, waardoor Neder
land met 328.000 voetballers naar ver
houding het grootste aantal beoefe
naren telt. „Alg. Dgbl."
AUTOMOBILISME
DE STERRIT NAAR MONTE CARLO
Gisteren zijn de bijzondere prljzëh
voor de sicr.it 1951 toegewezen.
Wat de Nederlandse deelnemers
be.reft verwierve Polis en Seven-
stern met Bentley en van Wickevoort
Crommelin beker, beschikbaar ge
steld door de Internationale Sporting
Club ter herinnering aan mr. G. A.
van Wickevoort Cromme in voor de
best geplaatste Nederlandse ploeg
Dot pi'ijs voor dc geriefelijkste wa-
en in categorie IV vie ten deel aan
[rcisel en Perk met Renault.
Gateonides en Van Luyk kregen
de Breve-beker vöor de meest luxieu-
ze wagen met Sunbeam-Talbot.
„EUROPESE" CANADEZEN—
HHIJC-COMB.
Op dc Hokij te Den Haag wordt
hedenavond een ijshockcywedstrijd
gespeeld tussen een gecombineerd
team van ln Europa spelende Cana
dezen en HHIJC-spclers cn de
ploeg, die dc Verenigde Staten zal
vertegenwoordigen op het tournooi
om net wereldkampioenschap in
Maart te Parijs.
De samenstelling van dc combina
tie zal pas kort voor de wedstrijd de
finitief zijn. Zeker is, dat de volgen
de Canadezen zullen worden opge
steld: Cook (Brussel), Scott (Ballln-
court, Parijs), Myhall (Racing Pa
rijs), Leadbeater (Antwerpon). An-
dreoift en Carrey (Den Haag). Het
team wordt aangevuld met enkele
spelers van HHIJC.
TILBURGAMERIKAANSE
PLOEG 5—8.
Tilburg verloor gisteravond met
58 van de nationale ijshockeyploeg.
De tussenstanden waren: 21, 32,
KUNSTRIJDEN
NEDERLANDSE KAMPIOEN
SCHAPPEN TE DEN HAAG.
Vrijdag 16 Februari worden op de
Hokij te Den Haag de Nederlandse
kampioenschappen kunstrijden en
ijsdansen gehouden, onder auspiciën
van dc Kon. Ned. Schaatsenrijders-
bond.
SCHAKEN
W. A. T. SCHELFHOUT f
Gisternacht is na een langdurig
ziekbed op 76-jarige leeftijd overle
den de heer W. A. T. Schelfhout, een
der bekendste en populairste figuren
uit het Nederlandse schaakleven van
de laatste 50 jaar
De heer Schelfhout heeft de
schaaksport gediend als actief speler,
die in tal van nationale cn ook in
enkele internationale wedstrijden
successen boekte, als bestuurslid van
de Kon. Ned Schaakbond en van V.
A.S. (Verenigd Amsterdams Schaak
genootschap) en vooral als journa
list met een scherpe en geestige pen.
In die laatste kwaliteit heeft hij eni
ge tijd dc hoofdredactie van het tijd
schrift van de Nederlandse Schaak
bond gevoerd en gedurende veertig
jaar de schaakrubriek van de Tele-
graaf-Het Nieuws van de Dag ver
zorgd.
TAFELTENNIS
B.A.T. Vorige week was slechts
een competitiewedstrijd vastgesteld
tussen BAT III cn Allomansgcest I.
De wedstrijd eindigde in 5—5 gelijk
spel. Voor Zaterdag 3 Februari zijn
twee competitiewedstrijden vastge
steld n.I. Readij II—BAT I en BAT
II—Treffers V.
DAMMEN
L.D.V.-WEDSTRIJDEN
De afgelopen week werden de on
derlinge bordenwedstrijden bij LDV
voortgezet. In afd. A noteerden wij
de volgende uitslagen: W. Heems
kerk—P. v. d. Stel 2—0. Th. Uytten-
bogaardA. Sladek 11, W. Heems
kerkM. Kruider 20, P. v. Leeu
wenJ. Huisman Jr. 2—0 reel. I.
Telen?Th. Uyttenbogaard 11. W.
HeemskerkP. v. Leeuwen 20, P.
v. d. Stel—J. Huisman Jr. 1—1, Th.
DU HET 25-JARIG BESTAANSFEEST van het Oranje-Comité te Breda
vergaderden de leden in het stadhuis. Er hield een auto stil en twee
man schoten toe om de secretaris, do heer C. S., krom van de ischias, de
stoep op te helpen. Ze droegen hem de zaal in en brachten hem naar een
stoel naast die van de heer J. Veraart.
Deze wierp een blik op de gezwol
len tijdelijk in een pantoffel van
de bode gestoken voet van de heer
S. en zei: „Maar amice, tvat mankeert
jou toch eigenlijk?"
„Ischias", zei de heer S. „Erg pijn
lijk en ik kan geen voet zonder dat
iemand me helpt, verzetten".
„Dan moet je naar Zoetermcer
gaan" zei de heer Veraart. „Mijn
vrouw had er ook last van en daar
woont iemand, die haar er helemaal
vanaf geholpen heeft. Ik heb het met
mijn eigen ogen gezien, anders zou
ik het niet geloofd hebben. Ik heb
nog precies onthouden, wat hij met
haar deed. Als we even naar de ka
mer hiernaast gaan, zal ik het je la
ten zien".
Men hees de heer S. uit zijn stoel,
bracht hem naar een andere kamer
van het stadhuis cn daar vertelde de
heer Veraart, wat hij in Zoetermeer
had gezien. Hij maakte bepaalde be
wegingen, streek, zwaaide met z'n
handen en zei toen: „Zó deed hij en
mijn vrouw was meteen beter".
„En ik ook", zei de heer S. Hij
stond op, strekte zijn benen en armen
eens en wandelde tot stomme verba
zing van de heer Veraart als een
kaars naar de vergrderzaal terug.
Dat was op 16 December jl. Het
verhaaltje van deze snelle genezing
verscheen in een landelijk blad
toen begon het lieve leven",
zegt de heer Veraart .„Ze kwamen
van alle kanten van het land. Uit
Middelburg, uit Tiel, uit Venlo, uit
Den Bosch.
De heer Veraart zit tegenover ons
in de kamer achter zijn zaak in le
vensmiddelen op de hoek van de
Leeuwerikstraat in de Bredase Bel-
crumwijk. Hij is gewoon in zijn witte
jasje voor zijn klanten de suiker en
de koffie af te wegen en de kaas te
snijden. Dat wil zeggen: gedurende
de laatste drie dagen van de week
doet hij dat hoofdzakelijk zelf. Op
Maandag, Dinsdag en Woensdag is
Uyttenbogaard—M. Kruider 20. In
deze afdeling staat W. Heemskerk
met 10 punten uit 6 partijen en 1
afgebr. partij er zeer goed voor, de
2e en 3e plaats wordt hier ingeno
men door A. Sladek met' 8 pnt. uit
6 partijen en P. v. Leeuwen met 7
pnt. uit 6 partijen.
In afd. B. waren de volcnde uit
slagen: M. BrinksB. Slegtenhorst
0—2, P. v. d. Reyden—L. Zitman
2-0. B. SlegtenhorstJ. v. d. Mey
20. C. KlinkenbergA. v. d. Rey
den 2—0. Een behoorlijke voor
sprong heeft B. Slegtenhorst in deze
afd. genomen met 9 pnt. uit 5 par
tijen gevolgd door W. Klefjn Jr. met
8 pnt. uit 7 gespeeld.
Tenslotte werden In afd. C. de
volgende partijen gespeeld: B. de
Kier—S. Mandi 0—2, J. Dreef—J.
W. Freeke 20. L. C. GerritsenW.
Kleijn Sr. 02, J. DréefB. de Kier
20, S MandiL. C. Gerritsen 20
en C. Klinkenberg—C. B. Janssens
1—1. De leiding behoud hier S. Man
di met de volle winst uit 5 partijen
voet gevolgd door J- Dreef die
slechts 1 punt minder heeft. De
andere spelers in deze afdeling zijn
voorlopig uitgeschakeld voor de bo
venste plaats.
het vooral zijn dochter die de men
sen uit de buurt bedient, want dan
houdt hij zitting voor zijn bezoekers.
Hij vindt het helemaal niet erg
dat zijn naam een klank kreeg, die-
hem bezoekers uit alle delen van het
land toevoert. „Het is nu eenmaal
begonnen", zegt hij fatalistisch. „En
wie zal het tegenhouden? Ik heb
meelij met elk ongelukkig hondje,
dat ik zie. En waarom zou ik dan
niet de mensen heipen, die ongeluk
kig zijn en pijn lijden?"
De schuifdeuren gaan even open
en de dochter steekt haar hoofd naar
binnen.
„Vader, iemand van de kant van
Ginnekén vraagt, of u vandaag nog
kunt komen".
„Onmogelijk", zegt de heer Ver
aart. „Dc hele week ben ik bezet.
Laat hem maar hierheen komen, dan
zal ik wel zien.
„Dat kan niet. Het is iemand die
verlamd is".
„Eens kijkenGoed, Vrijdag
avond zal ik er zijn".
„Mensen die niet kunnen lopen,
kan ik ook helpen. Toen ik de heer
S. van zijn pijn afgeholnen had vroeg
hy me om eens te kyken naar zijn
zuster die verlamd was. Zij was er
héél erg aan toe. Ik heb haar gehol
pen en na een paar dagen liep zij
weer. Een andere dame hier uit Bre
da, had moeite met haar baby. Ik
heb ook in dit geval geholpen."
Geen magnetiseur.
„Ik ben geen magnetiseur. Wel
krijg ik allerlei magnetiseurs aan de
telefoon, die me geleerde dingen ver
tellen waar ik geen verstand van
heb. Zij proberen het volgens syste
men waar ik niets van afweet en als
ze met iemand geen raad weten vra
gen ze of ik er ook bij wil komen.
Maar daar heb ik geen tijd voor,
want ik moet toch ook mijn zaak in
het oog houden. Ik zeg dan: stuur ze
maar, dan zal ik wel zien wat ik kan
doen".
Mijn eerste drie bezoekers1 waren
patiënten van onze huisarts. Ik heb
hem eens gevraagd wat hij van mij
dacht en hij zei: „U bent voor honderd
procent positief. Zo vindt je er maar
één op de 40.000 en er is er maar één
in het millioen die dat van zichzelf
ontdekt. Zo een bent u er".
Geen geld.
De heer Veraart mag op grond van
de wet op de geneeskunde geen diag
nose stellen en geen geld vragen voor
zijn behandeling. Dat doet hij ook
niet. Zeer klaarblijkelijk helpt hij de
mensen, omdat ze pijn lijden en hij
verheugt er zich van harte over als
ze die niet meer voelen.
Na dit babbeltje over zijn merk
waardige gave keert dc heer Veraart
naar zijn winkel terug om klanten
te helpen. Het is Dinsdag en dan
worden de boodschappen 's morgens
gedaan in verband met de middag
sluiting. „Dat komt net mooi uit met
de zitting", zegt hij.
En 's avonds stapt hij in de auto
en begint hij zijn rit langs de huizen
waar mensen liggen die niet naar
hem kunnen toekomen.
„De Stem".
iJXokie Zhvtf in 3$exi& ffiaai duikt op,
9. Het was ongeveer half tien in de
avond toen Gorgel langs het huls van
Dokie Durf sloop. „Hij zal wel geen
ouwe juffrouw zijn die 's avonds on
der z'n bed kijkt", mompelde de boos.
doener, terwijl hij zich, na een paar
deskundige handgrepen aan het
venster van de detective te hebben
verricht, de kamer binnensprong.
„Ik weet niet of meneer Durf een
hoogvlieger is, maai' assie vannacht
niet hoog de lucht in gaat, is mijn
naam geen Gorgel", zei de gangster
blijkbaar rotsvast ervan overtuigd,
dat liij wel degelijk Gorgel was. Het
pakje, Of liever gezegd, de bóm,
werd voorzichtig onder Dokie's bed
geschoven Alsof het zijn dagelijks
Werk was, verliet Gorgel, via de re
genpijp, de kamer van de detective.
Een g.etuiye 1
die niet ópsta ft 1
Roman van:
R. AUSTIN FREEMAN
(vertaald door F. van Ve'*»en).
„Dank U zeer", zei Thorndyke.
Uw informatie is niet alleen van zeer
veel nut; ik verwacht zelfs, dat zij
van hoge waarde zal blijken te zijn.
Zoals U weet, mijnheer O'Donnell,"
vervolgde hij, „staat redeneren enigs
zins gelijk met het bouwen van een
boog. De metselaar metselt op een
boogvormige mal een aantal stenen,
welke hun eigen gewicht niet kun
nen dragen. Maar als hij tenslotte
dc sluitsteen er in geplaatst heeft, is
dc boog klaar en kan hij niet alleen
zijn gewicht, doch een zware boven
bouw dragen."
„Dat is zo, dokter, maar als ik het
vragen mag, heeft deze metsclge-
schiedenis iets met deze zaak Uit te
staan?"
„Ja het heeft tenminste zijn bete
kenis", antwoordde Thorndyke. „Ik
>on zelf sedert enige tijd bezig zo'n
oog te bouwen figuurlijk gespro
ken tenminste Toen U vanavond
hier kwam, was het nog slechts een
aantal losse stenen, doch dOor Uw
vriendelijke hulp heb ik de sluit
steen cp z'n nlaats gekregen. Dat Is,
wat ik bedoel."
De Amerikaan schikte nadenkend
zijn papieren in zijn tas, terwijl hij
een vragende blik op Thorndyke ge
richt -hield.
„Ik zou graag willen weten, wat
ik U voor belangrijks heb verteld,"
zei hij na enige ogenblikken. Het
komt my niet voor. dat ik een of
andere opzienbarende nieuwigheid
gelanceerd heb. Ik weet echter, dat
net nutteloze moeite is, enige drang
op U uit te oefenen en daai-om zal
ik maar naar mijn hotel gaan en
over hetgeen U gezegd heeft naden
ken."
Hy schudde ons allen vriendelijk
de hand cn toen Thorndyke hem
had uitgelaten, hoorden wij hem dc
trap nfschuifelen.
Een paar minuten na zijn vertrek
sprak niemand van ons. Thorndyke
broeide blijkbaar op dc pas ontvan
gen inlichtingen, terwijl Jervis en ik
ons bezighielden met de door Thorn
dyke afgelegde verklaring, welke
zozeer de nieuwsgierigheid van de
detective had opgewekt.
Eindelijk opende Jervis het onver-
vermijdelijke debat. „Ik begin een
glimpje licht in de 2aak van d-e over
leden Maddock te ontdekken", zei
hij, „maar het is slechts een glimpje
Doch uit hetgeen U te-zen O'Donnell
zei, maak ik op, dat U de zaak volle
dig onder de knie heeft".
„Volledig eigenlijk nog niet. Ik
heb figuurlijk gesproken en dat is
soms misleidend. Wij hebben een
aantal feiten en omstandigheden ge
constateerd. Vervolgens heb ik een
hypothese opgezet cn die moet vol
umen overeenstemmen met de fei
ten. welke zijn vastgesteld.
Met onze nieuwe feiten en aan de
hand van de laatst? inlichtingen
kunnen wij vermoedelijk onze hy
nothese uitbreiden: uitvoeriger in
details opbouwen. Wanneer dan na
onderzoek blijkt, dat het met niets
in tegenspraak is, kunnen wij aan
nemen dat het onderzoek is afgelo
pen. Dan ls dc zuok gereed, om aan
prn demonstratieve proef te onder-
wernon."
„En moeten wij hieruit besrijnen".
vroeg Jervis. „dat U de zaak Mad
dock voor die demonstratieve proef
neming in gereedheid heeft?"
„Neen", antwoordde Thorndyke
„Ik ben nog in het stadium van hy-
oothesc en toen O'Donnell vanavond
hier kwam, waren er twee punten,
welke ik nog niet had kunnen veri-
fleeren. Maar met zijn hulp ben ik
daartoe in staat gesteld, zodat ik nu
een volledige hypothese van de
zaak heb. welke met alle feiten
en omstandigheden klopt. Wat nu
nog overblijft is gebruik maken van
de toetssteen; van de laatste proef
neming.''
„Ik veronderstel, dat U in de
loon van Uw onderzoekingen heel
wat nieuwe feiten heeft verzameld",
zei Jervis.
„Niet veel antwoordde Thorndy
ke „en de gegevens welke ik ont
vangen heb, deelde ik voor het
grootste gedeelte aan jou en Jardine
mede. Ik verzeker je. dat je, in
dien je slechts ie aandacht op de
zaak wilde controleren, je overvloe
dig materiaal zou hebben, voor een
meest overtuigende en volledige
verVloring."
Met een honend glimlachje keek
'en-is mii aan.
..Nu Jardine Howard" zei hy.
.Waarom fris jii je geheueen niet
eens od en vertel ic ons niet e°ns
duidelijk, wat er met wijlen myn
heer Maddock is gebeurd en waar
om zeker onbekend persoon zo hao-
pig op jouw corous is. Jij bent in
het bezit van alle feiten."
„Dat zeg jii", bitste ik, „maar dit
->eval doet mij denken aan de leg
kaarten uit miin ion°enstHd. Jr. had
dan een doosvol onregelmatig ge
vormde stukjes, die. als je ze op de
juiste plaats aan elkaar wist te pas
sen een landschap Vórmden. In deze
aangelegenheid kan ik de sluitstuk
ken niet vinden."
„Dat is een zeer goede vergelij
king". zei Thorndyke. „Ik heb van
deze geschiedenis ook een soort leg
kaart gemaakt. Toen O'Donnell bij
mij kwam vond hij mij bezig met
mijn puzzle, waaraan nog slechts
twee sluitstukken ontbraken, om het
landschap, dat de legkaart moest
vormen, volledig te maken. Van hem
ontving ik echter die twee sluitstuk
ken en zij pasten precies in de ledi
ge plaatsen, welke van zeer grillige
vorm waren. Al wat ik nu t? doen
heb is, te zien. of de plaat, welke de
legkaart vormt beantwoordt aan de
werkelijkheid of niet."
„Ik ben ervan overtuigd", zul Jer
vis, „dat U dit geval tot ln alle on
derdelen buitengewoon nauwkeurig
hebt ontleed."'
„Ja. Als uit de laatste vergelijking
blijkt, dat het landschap, of de
voorstelling van mijn legkaart oen
juiste weergave van de werkelijk
heid is, Han zal ik in staat zijn te
zeggen, en wel zeer precies, wat
er ten huize van Maddock is voor
gevallen, ik bedoel, wat de oorzaak
van zijn dood was en ik kan ie
nu wel reeds zeggen, dat die doods
oorzaak geheel anders Is, dan in dc
overlijdensacte is verklaard. Ik z&l
jullie dan ook mededelen, wie de
man is, die Jardine vervólgde en
nog een reeks van interessante om
standigheden bovendien. Nu ik over
die man spreek, schiet het mij te
binnen, dot onze vriend Jardine zich
ondanks onze afspraak, onze zeer
duidelijke afsoraak. toch op straat
heeft begeven."
„Maar 'dat is nu toch zeker van
geen belang meer." zei ik. „Die ke
rel is nu toch het spoor bijster en
zelfs, al heeft hii zijn vervolging
niet opgegeven, weten wij toch, dat
hij ongevaarliik is."
„Ongevaarliik!" riep Thorndyke.
.Wel kerel hij was juist een schuts
engel voor je! Heb je d»t niet uit de
verklaring ven Father Humperdinck
kunnen oomaken? Hij zat je zo dicht
op de hielen, dat het voor de andere
onmogelijk was, je aan te VaRen. Hij
heeft een slae oo ziin hoofd gekre
gen, welke voor jou bestemd was. Je
was werkelijk veel veiliger met hem.
dan zonder
„Maar die andere hebben wij
toch ook op een dwaalspoor ge
bracht", beweerde ik.
(Wordt vervolgd.