Geschiedenis van 40 jaren »Kaag« en 30 jaren »Kaagweek« Ju „Se Sjivth" zag de „Jiaag" het teaenöiicfit fZ)e Slew en „SXe Jiang" Jipa, Hiaat ZATERDAG 1 JULI 1950 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 1 WIE OVER WARMOND SPREEKT, denkt aan de Kaag; wie het over de Kaag heeft, denkt aan de Kaagweek en de Kaagweek is synoniem met van Hoolwerff, die de Kagerplassen „ontdek te" in de 20ste eeuw, die duizenden en duizenden het genoegen van het verblijf op de prachtige Hol landse meren leerde kennen, die de zeilers kweekte in ons land en hen in staat stelde de mooie zeilsport met haar vele facetted genoegen en vermaak, durf en ondernemingsgeest, kameraadschap en sportivi teit, aan te leren en te ontwikkelen. Dat is het werk van ir. J. C. Van Hoolwerff, een eenvoudig man, die zich nimmer op de voorgrond plaatste, maar die door zijn capaciteiten èn als zeiler èn als vereni gingsleider zich ontpopte als een man van gezag en als een man van tact, die zijn vereniging „De Kaag" bekend maakte tot ver buiten de landsgrenzen. 't Is wonderlijk zo spoedig een ver eniging historie maaktVeertig jaar geleden lagen de Kagerplassen nog vergeten in onvergelijkelijke schoonheid temidden van het Hol landse polderlandschap, 't Was in 1910, dat de heer v. Hoolwerff dit stukje ongerept natuurschoon ont dekte. Velen zullen misschien zeg gen: was het maar zo gebleven, want nu wordt die schoonheid dikwijls verstoord door ontelbare bezoekers, die niet om het natuurschoon de plassen opzoeken. Aan hen zouden we willen vragen: is het natuur schoon van een omgeving minder mooi, omdat het gemakkelijker dan vroeger te bereiken is. Is het min der schoon, omdat thans duizenden en niet een enkeling ervan kunnen genieten? Hoe het ook zij, de heer v. Hool werff ontdekte de Kagerplassen en zag daarin een geschikte gelegenheid om dit waterrijk gebied nader te brengen tot de grote massa, die week in week uit, jaar in jaar uit in de grote steden het dagelijks voortjakkerend bestaan beleeft en hunkert naar het ogenblik om ver pozing en ontspanning te zoeken in de vrije natuur. Er werd in 1910 reeds door 'n en keling gezeild op de Kagerplassen. Ieder voor zich vermaakte zich, kun dig of niet kundig, al of niet uitge rust met behoorlijke schepen, tuiga- ge of bemanning. De heer v. Hoolwerff kwam en liet zijn gedachten daarover gaan en in zijn brein rijpte een plan wedstrijdzeilen, eikaars krachten meten in sportieve strijd. Het begon Op 18 Sept. 1910 verzamelde de heer v. Hoolwerff een aantal zeilers aan boord van het jacht „Wilhelmi- na" van de heer G. H. Cunaeus. Daar werd besloten tot het houden van een wedstrijd. Twaalf dagen later vonden de zei lers elkaar in een zeer druk bezochte bijeenkomst in café-restaurant „In den Vergulden Turk" te Leiden, waar de eerste besprekingen over dez>e wedstrijd werden gehouden en v/aar de handicap en klasse-indeling werden vastgesteld. En op 2 October werd op de Kagerplassen de eerste Zeil-wedstrijd gehouden met 24 deelnemers. Onder de deelnemers waren ir. J. C. v. Hoolwerff (met de „Ingeborg" in de handicapklasse voor scherpe jachten). Verder o.m. de heren Th. Fontein, H. J. de Groot, W Z. v. d. Mey, B. Ouwerkerk, J. F La Rivière, van Rossum du Chattel, G. H. Sythoff en P. A. Wernink. Op 14 October 1910 waren de zei lers weer bijeen in een bijeenkomst in „In den Vergulden Turk" te Lei- cen, alwaar de Vereniging „De Kaag" werd opgericht met 59 leden en waar, onder voorzitterschap na tuurlijk van de heer v. Hoolwerff. het bestuur zich verder als volgt for meerde; J ,F. la Rivière, secretaris, S. J. Sala, penningmeester, C. J Heyhen, F. Visser, G. H. Cunaeus en J. van Mannekus. Op 19 Nov. van hetzelfde jaar aan vaardde de heer A. J. Schölvinck, burgemeester het erevoórzitterschap der vereniging en deze ging eerst goed draaien toen in het begin van 1911 de Koninklijke goedkeuring op de statuten was verkregen. De oprichtingswerkzaamheden wa ren veeleisend geweest. Immers, de Kagerplassen waren grotendeels on ontgonnen zeilersgebied. Tal van peilingen en opmetingen moesten worden verricht om de plassen in kaart te brengen, het bepalen en doen verwijderen van ondiepten, het voorkomen van vuil-stortingen, het aankopen van de tegenover „De Een zaamheid" gelegen boerderij als so ciëteit en wedstrijdterrein.... Kort om, als 'n zeiler van thans al de ge makken en genoegens van het zei len op de Kagerplassen beleeft en Ir. J. C. van Hoolwerff bij de ingang van de starttoren, óók zijn werk. doorleeft, zal hij bij enig nadenken kunnen aanvoelen, hoe er in de eer ste jaren door de heer v. Hoolwerff en zijn helpers gepionierd moest worden om dat kleine begin te doen uitgroeien tot wat het thans is. Slechts weinig .zeilers zullen zich de oude Kaag-boerderij in de oor spronkelijke toestand herinneren: op dc plaats waar nu de ruime, gerie felijke, overal uitzicht biedende ron de Kaag-sociëteitszaal gelegen is, be vond zich aanvankelijk een gedeelte van de stalling, de uitloper van Je boerderij, gelijk zich nu nog aan de zuidelijke kant van het gebouw be vindt. De heer L. v. d. Steur, pupil van de heer v. Hoolwerff en thans voorzitter van „De Kaag". De Jachthaven en „Koninklijk" Op 14 Juli 1912 werd door burge meester Schölvinck de jachthaven van „De Kaag" officieel geopend, waartoe in 1911 water en grond aan de Warmonder Leede was aai kocht. In 1914 werden door het uitbreken van de eerste wereldoorlog alle wed strijden afgelast, doch in 1915 leefde de vereniging weer op en op 15 Juni van dat jaar werd besloten mede werking te verlenen aan de oprich ting van het Vrijwillig Landstorm Korps Motor-, Vaar- en Voerwezen. Twee jaar later, op 23 Dec. 1917 dc vereniging was dus toen nauwe lijks zeven jaar oud werd haar het praedicaat „Koninklijke" ver leend, in 't bijzonder voor het werk der vereniging in het Vrijwillig Landstormkorps, hierboven genoemd. Inmiddels was in 1916 de heer H. J. de Groot (De „Pipa") aangezocht om het bestuur behulpzaam te zijn bij de werkzaamheden voor de ver eniging en we behoeven de tegen woordige zeilers niet meer te vertel len wie „de Pipa" was, want hij was de vraagbaak van ieder,rlie iets met De Kaag" te maken had Van 1916 tot 1943 was hij de man, die de be langen der vereniging naast de heer v Hoolwerff heeft behartigd als geen ander. En dat op 'n wijze, die ieder sympathie voor deze werker inboezemde: zijn gulle lach, zijn jo viaal optreden, zijn optimisme zijn bijna spreekwoordelijk geworden. Men mist hem nog steeds bij Kaag week, bij Voor-Kaag en Na-Kaag, bij de onderlinge wedstrijden, bij de zo dikwijls gehouden jollen-kampioen- schappenEen plaatsvervanger, die werkte als hij zal moeilijk ge vonden worden. De eerste Kaagweek In 1918 werd eveneens weer op initiatief van de heer v. Hoolwerff de eerste Kaagweek gehouden van 19 tot en met 23 Juli, welke data, va riërend al naar gelang het insprin gen met het jaar, steeds als Kaag- week-data zijn vastgehouden. De eer ste Kaagweek trok 145 deelnemers en misschien wel als gevolg daar van het ledental steeg in het vol gend jaar tot boven de 500. Als maar u tbreidingen De vereniging groeide gestadig ver der uit. In 1921 werd de betonnen starttoren gebouwd en tijdens de Kaagweek van dat jaar in gebruik genomen. Daarmede was de oude to ren verdwenen. De aanlegsteigers werden verbeterd en nieuwe bijge bouwd, zodat steeds meer schepen konden meren het afgelopen jaar nog kwam de Zuidelijke aanlegsteiger gereed Ook de jachthaven werd her haaldelijk uitgebreid, van steeds meer schuitenhuizen voorzien. In 1932 werd de sociëteit geheel verbouwd en vernieuwd, zoals wij het gebouw nu kennen met zijn gro te zaal en koepeloverwelving en een interieur, dat aan comfort en gezel ligheid het toppunt van geriefelijk heid mag genoemd worden. Naast het comfort voor de zeiler aan land werd tevens alles in het werk gesteld om het wedstrijdzeilen zo perfect mogelijk te maken. In 1934 werden de electrische lampen op de starttoren in gebruik geno men en in de oorlog werd de schit terend uitgedachte automatische electrische startinstallatie door een thans in Amerika vertoevend lid uitgedacht, uitgewerkt en in practijk gebracht, een installatie, die zo perfect werd, dat zij door technici van naam als een wonder van de moderne tijd wordt genoemd. De amateur, die deze installatie vervaar digde, gaf daarmede blijk van groot technisch kunnen. Zo zouden we kunnen doorgaan met het opsommen van de uitbrei dingen, die „de Kaag" in de voorbije jaren heeft ondergaan, doch ieder zal het met ons eens zijn, dat van de oude „Kaag" niet veel meer te her kennen is in zijn tegenwoordige mo derne uiterlijk. Hulde aan de werkers Dat al het bereikte niet alleen is gekomen door het werk van de voor- 'tter, die 35 jaar lang het Kaagschip cp zo vortreffelijke wijze bestuurde, noch van.de reeds genoemde „Pipa" de Groot, zal niemand verwonderen. Zij waren weliswaar pioniers voor Kaag, doch vonden 'n aantal me dewerkers, die wellicht meer ach ter de schermen toch onnoemelijk veel werk hebben verzet. En we denken dan aan ir. L. Doe- des, die als evenknie van de heer v. Hoolwerff van 1919 tot 1947 op on navolgbare wijze het secretariaat waarnam en op velerlei wijze de be langen van de vereniging diende. Dan denken we aan mr. E. E. Men- ten, die van 1931 tot 1947 het pen ningmeesterschap bekleedde. We denken aan mevr. H. G. van HoolwerffLa Bastide, de echtge note van de voorzitter, die vele Kaagweken lang, iedere dag op de starttoren zat als schrijfster om van cie vertrekkende en aankomende wedstrijdschepen notitie te houden. Wat al werk daarvoor verzet moest worden bij de vroegere primitieve regeling, weten alleen zij, die haar Lij haar werk hebben gadegeslagen. 't Zijn slechts enkele grepen, die we doen uit de lange lijst van mede werkers van „De Kaag", doch deze vijf personen verdienen ongetwij feld een ereplaats in de geschiedenis der vereniging, hoe lang zij ook mo ge blijven bestaan. Een taak voor het huidige bestuur Ieder, die de geschiedenis van „De Kaag" kent of die uit dit artikel daarvan kennis neemt, zal begrijpen, dat het huidige bestuur een zware taak op de schouders is gelegd. Toch mag „de Kaag" niet ontevre den zijn, want de personen, die thans met voorzitter Luuc van der Steur de touwtjes in handen hebben, we ten, dat er veel van hen gevraagd wordtMaar wij weten ook, dat de geest van opoffering en voortva rendheid, die hen bezielt, hen in staat zal stellen het KaagsCbip voort te doen zeilen in do koers, welke de lieer van Hoolwerff c.s. hebben aan gegeven. Het huidige bestuur: de heren L v. d. Steur, H. W. Nijman, W. de Graaf, J. M. G. Schrama, dr. H. W. v. Batenburg, V. Englebert, A. J. ten Hoeve en W. J. J. A. Couwen- berg, heeft een grootse taak. Moge het in staat zijn die volledig te vol brengen tot welzijn van de vereni ging, tot heil van de zeilsport, welke zulk een belangrijke plaats in ons land is gaan innemen. De Kaag-sociëteit voorheen en thans: Boven de oude boerderij met daarnaast reeds de start- toren. Onder: de fraaie koepel vormige sociëteit, middelpunt der Kaag-bezoekers. men geen peil kon trekken op de ge maakte tijden. Later werd de toestand beter. Toen kon de pers de wedstrijden volgen van de starttoren, d.w.z. van de eer ste verdieping en we waren er al heel blij mee. De manier, waarop „verslag" gegeven werd, verschilde ook wel heel veel met die van de la tere tijd. Wij moesten ook toen nog voornamelijk ons beperken tot de uitslagen, maar die werden dan ook zo volledig mogelijk gegeven: naam van het schip, van de eigenaar, van de stuurman, alsmede de gezeilde lijd Toen „de Kaag" groeide en er 's avonds muziek werd gegeven, vonden we de volgende morgen on ze persplaatsen in de starttoren nog ingenomen door de slapende muzi kanten. Zo was het in de oude tijd. Tegenwoordig is het anders: „De Kaag" heeft een persboot, waarop de wedstrijden zoveel mogelijk kun nen gevolgd worden. En de „Kappie" van de pers boot doet telken jare zijn best om het de persmensen naar de zin te maken. Van de latere jaren mogen we „Kappie" Zuiderveld zeker niet on genoemd laten en vóór hem fungeer de Karei Minnebo als „Kappie" van de persboot. En dit jaar, over drie weken dus, hopen we hem weer te rug te zien op de Jubileum-Kaag- week. Het is bijna vanzelfsprekend, dat de groei van de vereniging „De Kaag" zich ook gedemonstreerd heeft in de persverslagen. Heel bescheiden was het begin, mede doordat de sport in het alge meen heel weinig plaatsruimte voor zich opeiste. Wanneer we de oude jaargangen van onze courant op slaan, maken we de ontwikkeling van „De Kaag" en „De Kaagweek" weer van begin tot einde mee. Curiositeitshalve laten we hieron der het verslag van de eerste Kaag dag in 1918 nog even volgen. Het luidde aldus: „De Kon. Zeil-, Roei- en Mo- torsportvereenging de Kaag, wel ke vereeniging niet alleen op wedstrijdgebied iets durfde on dernemen wat van den norm af wijkt, maar ook voor haar groot- sche havenplannen de aandacht van iederen watersportliefheb ber op zich vestigde, heeft de z.g. Kaagweek uitgeschreven, den vijfdaagschen wedstrijd, welke hedenmorgen 10 uur een aan vang nam. En nu zijn de belangstellenden bij drommen Warmond binnen getrokken. De hotels zijn dan ook meer dan vol, zelfs mangel en zolderkamertjes zijn logeer- plaatsen geworden. Ook bij par ticulieren zijn geen slaapplaat sen meer te verkrijgen. Het ge- heele dorp zit vol gasten. Dat het op de Kagerplassen bijzonder levendig is, valt buiten eenigen twijfel. Van de Kaag va ren alle jachten, dus 'n goede 150, uit. En waar er dan nog tal van vaartuigen zijn gekomen en nog komen uit Amsterdam, Haar lem, Aalsmeer, Leiden, Rotter dam en Dordrecht, wordt ge schat, dat Zaterdag en Zondag ten minste 300 schepen en scheepjes tegen de mooie hooge rietlanden gemeerd zullen lig gen Voor heden is het programma minder uitbundig. Met de 75 M2 en 45 M2 Kruiserklasse, de Re genboogklasse, de Scheldejollen en 12 Voetsjollen van standaard model, is het afgeloopen. Maar Zaterdag breiden de typen zich dermate uit, dat 16 nummers worden verkréTgen, terwijl Zon dag niet minder dan 22 num mers zullen moeten worden af gewerkt. Maandag krimpt het programma weer wat, om Dins dag op ingetogen wijze te ein digen". Zoals men ziet; een bescheiden verslag, maar èn de deelname der zeilers èn de omstandigheden waar onder wij, persmensen, de Kaag wedstrijden moesten verslaan, wa ren ook wel geheel verschillend bij die van tegenwoordig. De wedstrij den werden in de regel van de oever af gevolgd en ieder, die de Ka gerplassen kent, weet wat dit bete kent, want men zag het vertrek der schepen, het ingaan van de tweede ronde en de finish en de rest hoorde men dan „van horen zeggen". Daar bij kwam nog, dat er verschillende handicapklassen meezeilden, zodat bijgenaamd H. J. de Groot, die vanaf 1915 als administrateur „de Kaag" heeft gediend op een wijze die boven mijn lof ver heven is. Administrateur, Professor in het splitsen en knoopen, Uitvin der van allerlei guitenstreken, Bewaker van de eigendommen der vereeniging bij dag en bij nacht, Bewaarder van een jolig humeur, waaraan een ieder zich gaarne spiegelt, Vriend van elk lid van „De Kaag", oud of jong. Aldus schreef F. S (ir. F. Stok- huyzen, die van 19221926 en van 19281945 bestuurslid der vereni ging was) in het Jubileumboek van „De Kaag" in 1935. Hij houdt van het water, hij houdt van den wind, Hij houdt van „De Kaag" en de Kaagweek, Hij houdt van een borrel, maar ook van zijn werk, Hij zorgt voor de Club en zijn maagtreek. Hij houdt ervan als de Vereeniging bloeit, Hij werkt en hij zwoegt en hij ploetert, En als je hem zegt, dat het rustenuur slaat, Dan vraagt-ie: Zeg, ben je betoeterd? Uit Jubileumboek 1935 kan ik mij abonneren Hier volgt de volledige lijst van agenten in de dorpen waar „De Leidse Courant" verschijnt. Even een seintje aan een dezer adressen en u ontvangt de volgende dag ons blad. Wie dus de Derde Laura-rit op de voet wil volgen en nog geen abonné van ons blad is, weet nu waar hij terecht kan. Lezers van dns blad, wijst uw ken nissen, die nog geen abonné zijn, op deze lijst en op de mogelijkheid zich te abonneren op „De Leidse Cou rant". Maakt propaganda voor uw katholiek gewestelijk dagblad! Ter Aar: Jac. Zevenhoven, Ring- sloot. Aarlanderveen: G. Stigter, Noord einde. Alphen a. d. Rijn: P. Schipper, Rozenstraat 26. Bodegraven: B. van Dijk, Nieuw - straat 25. Boskoop: H. Roodenburg, Otweg 2. Haagse Schouw: W. Verhoeven, Anna Paulownastraat 38a, Leiden. Hazerswoude Dorp: P. Brugman. Hazerswoude Groenendijk: J. Borst, Hoge Rijndijk. Hoogmade: A. C. Colijn. De Kaag-AbbcneS: Jac. Hoogka mer, dr. Heyelaan 38. Katwijk a. d. Rijn: J. v. d. Akker, Commandeurslaan 41. Katwijk a. Zee: C. v. d. Boon, Donker Curtiusstraat 28. De Kwaak (Oegstgeest): M. Th. Wijsman, Abspoelweg 15. De Kwakel: J. C. Vork, Drecht- dijk. Langeraar: J. v. d. Pijl, Lange- raarseweg. Leiderdorp: Mej. M. Vlasveld, Ho ge Rijndijk 311. Leidschendam: H. v. d. Plas, Mau velaan 22. Leimuiden: P. Lemmers, Dorps straat. Lisse (Dorp): M. Sprengers, Em- mastraat 34. Lisse (Engelenbrug) H. v. d. Aart, Nic. Damstraat 17. Nieuwkoop: J. v. d. Loo A 44. Nieuwveen: F. H. v. d. Berg, Dorpsstraat 265. Nieuwe Wetering: R. de Jeu, Nieuwe Veenweg 8. Noorden: Mej. Pieterse, S. v. Ca- pelweg. Noordwijk: G. Wassenaar, Pické- straat 1. Noordwijkerhout: Jac. Kroon, Ha venstraat. Oegstgeest: G. Koppers, Celebes- straat 60. Oegstgeest: H. Duivenvoorde, Ja- vastraat. Oud-Ade: J. v. d. Wereld, Zwarte- weg 3. Oude-Wetering: H. Vesseur, Over zijde 16B. Roelofarandsveen: R. Paauw, Boekhandel, Noordeinde. Rijnsburg: J. Hoogduin, Oegstgees- terweg 50. Rijpwetering: P. Wortman, Zuid einde 4. Sassenheim: H. A. Langelaan, Beatrixstraat 11. Stompwijk: G. Hilgersom, Dr. van Noortstraat 49. Valkenburg: M. v. Stijn, Hoofd straat 8. Voorhout: A. Hoogarvorst, Teylin- gerlaan 21. Voorschoten: J. G. Luynenburg, Hyacinthstraat 11. n Warmond: Jac. Sikking, Dorps straat 39. Wassenaar: J. Brouwer, School straat 22. Zoetermeer: Arkestetfn, Dorps straat. Zoeterwoude Dorp: Jac. Zandber gen, Schenkelweg. Zoeterwoude Vliet: C. v. d. Eist, Vlietweg. Zoeterwoude Weipoort: Joh. van Steijn, Weipoortsweg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1950 | | pagina 5