De taak van „Rijnland'' voor stad en land zilueten WOENSDAG 28 DECEMBER 1949 DE LEIDSE COURANT PAGINA 2 Sukarno hield intocht zijn Groot enthousiasme te Batavia De Indonesische bevolking heeft president Sukarno een stormachtige ontvangst bereid, toen hij met het eerste vliegtuig van de „Garuda In donesian Airways" uit Djogja op Kemajoran arriveerde. Reeds uren te voren hadden mensendrommen, tot vele lO.OOüen, zich in de nabijheid van het vliegveld en langs de weg waar de president en zijn stoet langs zouden komen, geconcentreerd. De jongeren hadden een plaats gevonden in palen, bomen en geïmproviseerde tribunes. Even na half 12 waren 2 dakota's met rood-witte staarten bo ven het vliegveld verschenen, die met gejuich door de massa werden begroet. Zij maakten een ereronde boven de stad en wierpen pamfletten uit. Om 11.42 uur landden de vlieg tuigen. Voordat Sukarno het vlieg tuig verliet werd de gewijde rood witte vlag dezelfde, die 17 Augustus 1945 bij de onafhankelijk heidsverklaring op het gebouw aan de Pegansaan Oost 56 werd gehesen door enkele militairen van de T. N. I. uit het vliegtuig gedragen en met een jeep, welke voorafgegaan en gevolgd werd door twee motorrij ders, naar het Koningsplein gebracht Ook de kinderen van Sukarno gingen vooruit. President Sukarno, die met luid merdeka-geroep werd begroet, inspecteerde nadat het Indonesia Raya was gespeeld een erecompagnie van de T. N. I. Sukarno, die gekleed was in wit uniform van opperbevelhebber van de strijdkrachten van de R.I.S., nam vervolgens plaats in een open wijn rode wagen. Gedurende de rit langs de laan van het vliegveld, beklommen enthouias- ten de automobielen, die de auto van de president volg en. De stoet, die geopend werd met een politiejeep, baande zich moeizaam een weg door de duizenden juichenden. Sukarno nam staande de ovaties in ontvangst.' Toen de stoet voor het paleis te Batavia arriveerde, bleek, dat de menigte de afzetting van de touwen en politie geheel doorbroken had. Tot aan de trappen van het bordes was de menigte doorgedrongen. Na dat de Packard van de president voor het bordes was gearriveerd en Sukarno was uitgestapt, werden hij en zijn gezin verwelkomd door het ontvangstcomité dat onder leiding stond van de minister van binnen landse zaken, Anak Agung Gde Agung. Na de welkomstrede van Anak Agung zou volgens tevoren opge- Aethe*-''lar»ken DONDERDAG HILVERSUM I, 301,5 m. 7.00—24.00 AVRO. 7.00 Nieuws. 7.30 Sluiting. 8.30 Nieuws. 8.40 Radio ochtendblad. 9.00 Weerberichten. 9.30 Voor de vrouw. 10.50 voor de kinderen. 11.00 Caril lon, orgel en sopraan. 12.00 Muset- te-orkest. 12.30 Mededelingen. 12.33 „In 't spionnetje". 12.38 Pianospel. 13.00 Nieuws. 13.15 Dansmuziek. 14.00 Voor de vrouw. 14.30 Strijk kwartet. 15.00 Voor de zieken. 16.00 Gevarieerd programma. 16.30 Slui ting. 17.30 Voor de jeugd. 18.00 Nieuws. 18.15 Sportpraatje. 18.30 Voor de Ned. Strijdkrachten. 19.00 Voor de kinderen.- 19.05 Muzikale causerie. 19.45 Regeringsuitzending. 20.00 Nieuws. 20.05 Actualiteiten. 20.15 Radio Philharmonisch orkest en solist. 21.00 „Plakboek 1949". 21.45 Piano voordracht. 22.00 „De vertoning", hoorspel. 23.00 Nieuws. 23.15 Sport. 23.25 Klankbeeld over de K.L.M. HILVERSUM H, 416 m. 7.00 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO. 14.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws. 7.15 Morgengebed en liturgische kalender. 7.30 Sluiting. 9.00 Weerberichten. 9.30 Waterstan den. 9.35 Kamerorkest en solist. 10.45 Gewijde muziek. 11.00 Voor de zieken. 12.00 Angelus. 12.03 Lunch concert (12.30—12.33 Mededelingen) 12.55 Zonnewijzer. 13.00 Nieuws en katholiek nieuws. 13.20 Bariton en orgel. 14.00 Vrouwenkoor. 14.45 Voor de vrouw. 16.30 Sluiting. 17.50 Re geringsuitzending. 18.15 „De stem van de Christelijke vakbeweging", causerie. 18.30 Voor de jeugd. 19.00 Nieuws. 19.15 Muzikale causerie. 19.40 Radiokrant. 20.00 Nieuws. 20.05 Gevarieerd programma. (21.0021.35 Familiecompetitie). 22.15 Buiten lands overzicht. 22.45 Avondoverden king. 23.00 Nieuws. steld program Sukarno een bood schap uitspreken op een platform, dat opgesteld was op het grasveld van de paleistuin. Doordat de men senmenigte in de tuin was gegaan, was dat echter onmogelijk, zodat Su karno zijn boodschap uitsprak vanaf het bordes. Hij wérd telkenmale on derbroken door Merdeka-geroep en kreten als „Aceoord". Sukarno, die na vrijwel iedere zin door gejuich onderbroken werd, ver klaarde, dat vóór het einde van 1951 Irian (Nieuw Guinea) deel zal uit maken van de R.I.S. „Daarvoor moe ten wij werken, werken, werken en strijden, strijden, strijden en een na tionale eenheid vormen", zo zeide Sukarno. Vervolgens verzocht Su karno om de veiligheid te bewaren en rust en orde te handhaven. De buitenlanders, ook de Nederlanders, moeten wij op waarde schatten. „Wij zijn nu in vrede met de Neder landers. De Nederlanders zijn onze geëerde gasten en het is mijn wens. dat u allen nette gastheren zijt". Onder leiding van Sukarno en de autoriteiten op het bordes riep de bevolking tien minuten lang „Mer- deka". Sukarno begaf zich vervol gens in het paleis, waar hij in de werkkamer de Hoge Commissaris van Nederland, dr. Hirschfeld, ont ving. Daarna werd in een andere paleis zaal gelegenheid gegeven kennis te maken met de president, waarvan in ruime mate door vele Nederlandse en Indonesische autoriteiten gebruik werd gemaakt. Nog lange tijd bleef de enorme menigte in de omgeving van het pa leis, doch de tuin van het paleis werd na afzetting en ontruiming door de T.N.I. verder niet betreden. H. STOEL ERKENT ACADEMISCHE GRADEN IN PHILOSOPHIE AAN KATHOLIEKE UNIVERSITEIT. Kardinaal Pizzardo, prefect van de Romeinse Congregatie der Semina ries en Universiteiten, heeft aan Kar dinaal de Jong, als voorzitter der St. Radboudstichting medegedeeld, dat de academische graden in de philoso phic, aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen behaald, door de H. Stoel als geldig worden erkend Voortaan zal derhalve aan de Katho lieke Universiteit van Nijmegen, naast de academische studie in de wijsbegeerte, zoals die door de Ne derlandse wetgeving is geregeld en door de Nederlandse giaden bekroond wordt, ook een studieregeling be staan, leidende tot graden die voor het canoniek of kerkelijk recht gel den. Hoewel aan deze laatste studie ook een voorgeschreven klassieke op leiding vooraf moet gaan. is daarvoor geen gymnasiaal eindexamen of staatsexamen vereist. ZES BROERS WERDEN PRIESTER Zevende volgt in 1950 Op de Tweede Kerstdag heeft de weleerw. pater G. Pennock C.ss.R. in de parochiekerk van de H. Li- duina aan de Schenkkade te Den Haag zijn eerste plechtige H. Mis opgedragen. De neomist is de zesde priesterzoon van de familie Pennock. Bij het H. Officie werd hij bijge staan door zijn priesterbroers rector L. Pennock uit Heiloo, als presbyter assistens, pater F. Pennock, C.ss.R. als diaken en pater P. Pennock van de S?lesi?nen van Don Bosco als sub-diaken. In het priesterkoor had nog plaats genomen dr J.Pennock M.S.C. De zesde priesterzoon ls missiona ris in Brazilië. Deze hoopt het vol gend jaar met verlof in het vader land te zijn, wanneer de zevende zoon, fr. R. Pennock, O.F.M. Cap. de H. Priesterwijding zal ontvan gen. Zij hebben ook nog een zuster in het klooster. M. L. HONNERLAGER GRETE t Oudste inwoner van Nederland Gisternacht is op 103-jarige leef tijd in Breda overleden de heer M L. Honnerlage Grete, oud-burge meester van Schiedam en oudste inwoner van Nederland. BIETENLEVERING OP THOLEN Te Scherpenisse en Poortvliet op Tholen werd dezer dagen de bieten levering beëindigd. Scherpenisse overtrof alle voorgaande jaren met een levering van 8.760.580 kg bieten. Poortvliet bracht het in precies 3 maanden tot 3.278.904 kg bieten. De totale opbrengst van het eiland Tho len kan thans op ruim 32 1/2 mil- lioen kg bieten worden geschat. De 5 pCt. loonsverhoging In het bouwbedrijf. Tussen de samenwerkende pa troonsorganisaties en de Uniebonden in het bouwbedrijf is volledige over eenstemming bereikt inzake de door de regering toegestane loonsverho ging van 5 procent, aldus deelt de algemene bouwvakarbeidersbond ons mede. In de metaalnijverheid. De voorstellen van de vakraad voor de grote metaalnijverheid betreffen de verwerking van de loonsverho ging van 5 procent in de loonregeling zijn door het coll. van rijksbemidde laars goedgekeurd. Dan duurder brood, zeggen de bakkers. De samenwerkende organisaties van werkgevers in het bakkersbe drijf hebben zich, naar zij ons mede delen, beraden omtrent de mogelijk heden om de loonsverhoging van 5 pet. in hun bedrijfstak door te voe ren. Unaniem waren zij van mening, dat, hoezeer op zich zelf ook deze loonsverhoging sociaal gerechtvaar digd moet worden geacht, de renda biliteit in het bakkersbedrijf niet toelaat de ondernemingen de daar uit voortvloeiende lasten te laten dragen. Zij achten derhalve deze loonsverhoging slechts dan aanvaard baar, indien gelijktijdig daarmee ge paard gaat een verhoging van de prijs van het zogenaamde regerings brood. In verband hiermede achten zij, zo delen zij tenslotte mede, het noodzakelijk, dat het college van rijksbemiddelaars in deze zijn uit spraak doet. waardoor de verant woordelijkheid uiteraard geheel bij dit college berust. STIJGING PRIJSINDEXCIJFERS VAN HET GEZINSVERBRUIK IN NOVEMBER De door het centraal bureau voor de statistiek samengestelde reeksen prijsindexcijfers van het gezinsver- bruik zijn thans voortgezet met in dexcijfers per 15 November 1949. Zij vertonen een stijging ten opzichte van die per 15 Oct. 1949. Het totaal-indexcijfer van reeks 1, indexcijfers volgens huishoudreke- ningen April 1948Maart 1949, steeg van 15 October op 15 Novem ber van 197 naar 202 of met 2 5 pet en dat van reeks 2, indexcijfers vol gens huishoudrekeningen 1935-'36, van 217 naar 221 of met 1,8 pet. De belangrijkste prijsstijgingen vonden in de groep voedingsmidde len plaats. Zo stegen m. i.v. 3 No vember de prijzen van rundvlees tengevolge van de opheffing van de subsidie op rundvlees. Hiertegen over stond een verlaging van de prijzen van varkensvlees, waarvoor m.i.v. dezelfde datum de subsidie werd verhoogd. Voorts stegen *a prijzen van peulvruchten, koffie, thee, kaas, eieren, groenten en fruit. Bovengenoemde prijsveranderin- gen hadden tot gevolg dat het in dexcijfer voor de voedingsmiddelen van 15 October op 15 November 1949 van reeks 1 steeg van 233 naar 242 of met 3,9 pet., terwijl het indexcij fer van reeks 2 van 244 naar 251 of met 2,9 pet. opliep. Bij de niet-voedingsmiddelen be gon het prijsverloop de gevolgen van de devaluatie te vertonen. Kle ding en schoenen stegen in prijs, hetgeen tot gevolg- had, dat de in dexcijfers voor kleding en schoeisel van reeks 1 opliepen met resp. 1,9 en 2,2 pet., en die van reeks 2 met resp. 2,2 pet. en 2,7 pet. Een stijging van de prijzen van huishoudelijk linnengoed had tot ge volg, dat het indexcijfer voor de groep woninginrichting en huisraad in beide reeksen met 2.3 pet. steeg. Tenslotte waren de prijsstijgingen van petroleum en rijwielbanden oorzaak van de stijging van de in dexcijfers voor de overige groepen met resp. 1,3 pet. en 1,2 pet. HANDHAAF ZONDAGS RIJVERBOD! Zegt Christ. Nationaal Vakverbond. Het christelijk nationaal vakver bond in Nederland heeft aan de raad van ministers een brief gezonden, waarin het als zijn mening uit spreekt dat de te verwachten stijging van de benzineprijs geenszins zal leiden tot een zuinig gebruik van auto's op Zondag. Degenen, die des Zondags voor hun genoegen gaan autorijden zijn daartoe in het alge meen financieel in staat De practijk zal dan ook naar de mening van het C.N.V. stellig uitwijzen, dat op Zon dag enorme bedragen aan deviezen zullen worden verspild. Gelet op de economische toestand van ons land, acht het verbond een dergelijke ver spilling onverantwoord. Tenslotte is het verbond van oor deel, dat het Zondagsrijverbod de Zondagsrust in belangrijke mate be vordert. Het verbond acht de Zon dagsrust een godsdienstig ert sociaal goed van hoge orde en meent, dat de overheid geroepen is, de Zondagsrust te bevorderen. Het verbond verzoekt de raad van ministers met nadruk, 't daarheen te leiden, dat het Zondagsrijverbod ook na 1 Januari a.s. gehandhaafd blijft. Zaterdagavond is op de Utrechtse- weg nabij Zeist de 38-jarige mevr. W. A. B. uit Utrecht door een N.B.M.- bus overreden, toen zij voor een stil staande bus langs de rijweg over wil de steken. Het slachtoffer was op slag dood. Maandagavond is op de Provin- cialeweg te Ouddorp bij Alkmaar de 29-jarige mevrouw Van Baar uit Koedijk door een achter haar ko mende auto aangereden. Tijdens het vervoer naar het ziekenhuis is me vrouw Van Baar, die moeder was van twee kinderen, overleden. MAN LAG BLOEDEND OP DE WEG Maandagavond tegen half twaalf is op de weg van Axel naar Hulst nabij het Poolse kruis een man ge vonden die in een plas bloed lag. Hij had een schedelbreuk 'en is des nachts overleden. AERO-HOLLAND WORDT GELIQUIDEERD Naar wij vernemen heeft het be stuur van de „Aero-Holland" beslo ten zijn vliegbedrijf stop te zetten. De liquidatie van het bedrijf zal ge leidelijk geschieden, doch vermoede lijk reeds per ultimo Maart een feit zijn. Het bestuur van de Aero-Hol land is tot dit besluit gekomen, om dat naar zijn mening in ons land op het ogenblik de voorwaarden ontbre ken, die onontbeerlijk zijn voor de opbouw van een particulier vlieg bedrijf naast de K.L.M. Het grootste deel van het 60 man omvattende personeel van de „Aero- Holland" is reeds ontslag aangezegd met een opzeggingstermijn van drie maanden. Een klein deel van het personeel zal in dienst blijven, om dat de „Aero-Holland" zijn commer ciële activiteit voorlopig denkt voort te zetten. De „Aero-Holland" hoopt zijn re laties, zij het voorlopig niet meer met eigen vliegtuigen, te kunnen blijven bedienen. Er is nog geen definitieve beslis sing genomen, wat zal geschieden met de luchtvloot van de „Aero- Holland", die op het ogenblik be staat uit 3 Dakota's, 2 Beechcrafts, 5 Cessna's, zeven Koolhovens FK 43 en 1' Fokker S 9. De Aero-Holland werd einde 1947 opgericht. De nieuwe vaslgeslelde regeling In de jongste vergadering van de Prov. Staten heeft het Statenlid M. P. v. d. Weyden een betoog gehou den. waarin hij de voorgestelde nu aanvaarde belasting op het ge bouwde eigendom voor „Rijnland" verdedigt op haar redelijkheid, ge zien de taak van Rijn'and. Wij ontlenen aan diens betoog het volgende: Bij de behandeling van dit onder werp wil ik graag beginnen met de mededeling, dat mij dit voorstel van Gedeputeerde Staten voldoening schenkt. Reeds jaren langs is dunkt mij de behoefte aan een regeling als deze gevoeld geworden zonder dat dit ooit is uitgevoerd geworden. Met de voorgestelde vertegenwoor diging kan ik mij wel verenigen. Hiermede wordt een, nieuw principe ingevoerd, dat, naar mijn mening op de duur doorgang zal moeten vinden, niet alleen bij de Grootwaterschap pen, maar ook bij de Waterschappen. Hoeveel gebouwde eigendommen, fabrieken, e.a., gelegen in de water schappen, hebben niet evenveel of meer belang soms bij het droog hou den der polders en het berijdbaar houden der wegen dan eigenaren van de grond. Het waterstaatsbelang hebben de gebouwde en ongebouwde eigen dommen gemeen. De boezem van Rijnland heeft een groot aantal vertakkingen in diverse gemeenten. Die boezem is het bin dende element van grote waarde tussen stad en platteland en tussen de 50 gemeenten onderling. Dat ge meenschappelijke belang vraagt om meer samenwerking, het vraagt om meer gemeenschappelijke behande ling. Daarom moet die zaak niet be zien worden uit een oogpunt van be langentegenstellingen, maar als een van genoten, boezemgenoten, bond genoten in de strijd tegen het water. De nieuwe belasting. In het nieuwe Reglement van Rijn land zal dus nu het gebouwde eigendom een deel moeten gaan dragen van de lasten van het Hoogheemraadschap. Een medaille heeft twee kanten, zo ook deze kwestie. Iedere ingezetene heeft belang bij het werk van het Hoogheemraad schap en het is dan ook een eis van rechtvaar-igheid, dat hij ook in de lasten draagt. Mensenhanden hebben de tegen woordige toestand tot stand ge bracht. Heel vroeger was het Hoog heemraadschap een onafzienbare moerasvlakte. Met menselijk ingrij pen in deze rauwe natuur, met de aanleg van dijken ongeveer 1000 jaar geleden, werd deze nieuwe toestand geschapen. Al spoedig ontstonden de hoog heemraadschappen. Men wist dus toen al, dat waterkering en water lossing noodzakelijk waren om de streek bewoonbaar te maken en te houden. Men woont niet zo maar be neden het niveau van de zee. Er zijn 11400 ha met 258 bemalingsin stallaties. In '39 hebben deze 15 mil- lioen p.k.u gepresteerd om stad en land er droog te houden. Daar merkt het publiek niet zo veel van. Op 8 Februari 1946 was als ge- vo'g van de zware regenval het land reeds door en door verzadigd. Toen viel op 8 Februari een zeer grote hoe veelheid water, dat in Rijnlands boezem moest worden bewaard. Machinisten en molenaars waren op hun post; de gemalen en de mo lens werkten op volle kracht. In de couranten las men van overstromin gen in binnen- en buitenland, maar hier, in Rijnland, niets van dat alles. Men had toen de gevolgtrekking kunnen maken: men weet nu ten minste waar het geld blijft! De taak van Rijnland. Rijnlands taak bestaat uit: de waterkering, de peilbeheer- sing, de zorg voor de hoedangheid van het water. Het belang, dat ieder heeft bij de waterkering, is, nogal vanzelfspre kend, zo, dat het eigenlijk niet no> dig is hierop nader te wijzen. De peilberheersing is ook van groot belang. Om de boezemstand binnen be paalde grenzen te houden, moet er een zekere hoeveelheid water ge loosd worden in natte tijden, in dro ge tijden ingelaten. Naarmate de grenzen enger ge steld worden, moet er meer gele en meer ingelaten worden ook in een verloop van een etmaal. Naarmate men het peil beter wil beheersen, wordt de oei'beheersing duurder; dat is duidelijk want ook de capacitei ten van de lossings- en in^tingsmid- de^n moeten dan groter zijn. De pr'mitieve manier van lossing heeft Rijnland moeten verlaten om aan de toenemende eisen te voldoen. Het belang voor de steden. Men zou kunnen vragen: Heeft de stedelijke bebouwing hiermede ook iets te maken? Het belang ook voor de steden van waterlozing en waterinlaat is zo evi dent, dat er eigenlijk niet over ge sproken zou moeten worden. Op 15 November 1944 zou heel Leiden on der water hebben gestaan, als er geen bemaling ware geweest. On danks het tekort aan brandstoffen is toen de hoogste stand van Leiden grachten maar 12 cm. boven nor maal peil geweest. Men moet ook eens aan de schippers denken. Hoe zouden dézen de zware concurrentie uithouden, altijd met de grootste mogelijke schepen, als er veel te weinig regen valt? Zodra de Rijnlandse boezem 10 a 15 cm. onder de peil staat, loopt de kolenvoorziening van Leidens cen trale spaak, want dan al kunnen schepen van 500 a 600 ton niet meer door de Leiderdorpse brug. Hoe zou het gaan met funderingen paalkoppen van bruggen en gebou wen, als Rijnlands boezem niet re gelmatig op peil werd gehouden? Bij te hoge boezemstanden zijn daar di rect de klachten van drassige tuinen, vollopende kelders, vochtige wonin gen. Bij te lage stand kunnen vaar tuigen niet aan de wal voor de los plaatsen komen, etc., etc. Als een schip te water gelaten moet werden, moet men even het peil iets verhogen. De streekbelangen De bloembollencultuur van de streek valt of staat met de beheer sing van het peil, maar dit geldt ook voor de belangen van de stedelingen. Het boezemwater wordt gebruikt voor de scheepvaart, de aan- en af voer van water met verontreiniging, voor de tuinbouw, voor de veeteelt, voor de industrie, voor de visserij (welke weer voedsel oplevert voor de mens), voor de recreatie, voor de watersport, voor de zwemsport en in onbebouwde kommen voor het opnemen van huishoud- en indus trie-afvalwater. Het water moet bruikbaar ge maakt en gehouden worden voor de landbouw en voor de industrie. Hoe zou de industrialisatie voortgang kunnen hebben zonder bruikbaar water? Vrijwel elk bedrijf heeft water no dig, maar producert ook afvalwater. In het voorstel wordt de een heid van Rijnland bevorderd, de ba sis van zijn bestuur verbreed met opneming van vertegenwoordigers ook van de gemeenten. Het gaat hier om inzicht in en begrip voor de gro te problemen, welke met dit alles samenhangen. De bevolking van Rijnland is de laatste 40 jaar met 200500% toegenomen en alle in woners hebben belang bij dit gro te vraagstuk. Er is een geweldige uitbreiding van stedelijke en landelijke bebou wingen. Hier wordt nu een bescheiden offer gevraagd van iedere eigenaar. De cijfers, welke hierover gegeven zijn (f 6 per jaar bij f 900 huur waarde) demonstreren, toch duide lijk, dat dit een bescheiden offer is in verhouding tot de belangen, wel ke hiermede gemoeid zijn. Tenslotte vroeg de heer v. d. Wey den de aandacht van het Col lege voor art. 157, waarin order F gehele vrijdom wordt gegeven aan wateren, op de kadastrale leggers voorkomende, welke tot de algeme ne boezem van het hoogheemraad schap behoren, voor zover zij niet verwaarborgd zijn. Pleit voor vrijdom Reeds in 1921 werd de redelijkheid van vrijdom van het water in de pol der Nieuwkoop en Woerden door de overheid erkend. De helft van de polder bestaat uit water, dat waar deloos is en dat later binnen Rijn land is betrokken. Daarom zou de gehele omslag door de eigenaren van weilanden moeten worden gedragen welke reeds bijna alle een eigen on derbemaling te bekostigen hebben. In art. 154 worden als waardeloze objecten erkend: de onbebouwde duingronden, die daarom worden vrijgesteld van de omslag. Spr. stelt voor, het Reglement van Rijland zó te wijzigen, dat art 157 ook vrijdom geeft aan waardeloos water, zoals voorkomt in de polder Nieuwkoop en Woorden. Anders zouden deze eigenaren worden verplicht hun eigendom af te staan, misschien aan een of andere bedelaar, op wie iets valt te verhalen. Dat zou geen aan lokkelijke toestand zijn. Spr. stemt volkomen in met het voorstel en hoopt, dat Ged. Sta- en Woerden. Anders zouden deze ten hun aandacht ook zullen willen welke hij aan het slot van zijn be toog heeft gemaakt. AUTO Door A. HRUSCHKA (Nadruk verboden) 29) Ja, dat begrijp ik. Als de za ken zoals u zegt, zo slecht gaan! Nietwaar? Kortom: hij kocht de dure schoenen, die ik hem aan bood, en die hem trouwens zeer goed pasten, Toen zei hü, dat hij mij ook een paar oude schoenen zou brengen, die moesten verzoold worden Een paar dagen later kwam hij terug. Hij had die dag buitengewoon veel werk gehad en de oude schoenen ver geten; maar 't was hem te binnen geschoten, dat ik hem misschien een groot plezier zou kunnen doen. Bij ons vorig onderhoud had ik toevallig gerept bij een vriend, die tuinman was en z'n best zou doen om mij op de plaats waar hij zelf werkzaam was, een broodwinning te verschaf fen U had hem dus van Brömer gesproken? Dat moet zo geweest zijn, maar ik kon 't mij niet meer herinneren. Ik had hem waarschijnlijk over Brö mer gesproken, toen 't gesprek over het tuinmansvak liep. De klant zei, dat hij een arme bloedverwant had, voor wie hij zoveel mogelijk moest zorgen. Het meisje had voorliefde voor 't tuinmansvak; bloemej en planten waren haar lust en haar leven. Doch mijn klant kende nie mand, tot wie hij zich kon wenden, om aan het verlangen van zijn be scherming tegemoet te komen. Zou ik haar misschien bij Brömer willen aanbevelen? Hij zou niet op een beetje geld zien, als 't meisje een vaste plaats kon krijgen, waar het kon leren. Ik zei, dat ik er over zou nadenken en misschien aan Brömer schrijven Dat deed u. En is Brömer toen op uw voorstel ingegaan? Ja onmiddellijk. Vlijtige handen kon hij voor al in het voorjaar goed gebruiken; ik mocht het meisje stu ren. Zij kreeg kost en inwoning, maar in de beginne slechts een klein loon. Brömer behield zich bovendien het recht voor, haar weg te zenden, indien zij onbruikbaar bleek te zijn. En kwam uw klant terug? Ja; acht of tien dagen later bracht hij me de schoenen om te ver zolen en vroeg of ik aan het meisje had gedacht. Ik liet hem Brömer's antwoord lezen; hij gaf mij vijftig' shilling en wij spraken alles af. De le Februari vertrok, zoals hij mij later vertelde, zijn nicht naar Sper- ber-Eck. Hij heeft natuurlijk meer dan eens haar naam genoemd, maar ik ben hem weer totaal vergeten. Vindt u 't niet 'n beetje vreemd dat hij u niet persoonlijk met zijn beschermelinge in kennis bracht? Vreemd? Toch niet. Ik ben van aard niet' bijzonder nieuwsgierig en 't meisje ging mij ook verder niets aan. Doch waarom vraagt u mij dit alles? Is er iets met dat meisje ge beurd? Heeft zij zich niet behoorlijk gedragen? Brömer heeft me een paar maal geschreven, dat hij zeer tevre den over haar was. Dat schijnt ook het geval te zijn geweest. Maar eergisternacht is zij plotseling met haar spullen en haar papieren en zonder iemand te verwittigen, van Sperber-Eck ver dwenen. Men is haar verblijf niet te weten kunen komen. Daarom schreef mij mevrouw Von Turnwald, dat ik bij u moest informeren. Bij mij? Ik weet geen jota van heel de zaak! Maar wacht even., haar neef, de heer Meller, moet er iets van weten Hempel was blij verrast. Zo! hernam hij, u kent dus de naam van uw klant? Misschien weet u ook waar die woont. Ja, helemaal bij toeval weet ik hoe zij heet en ook, waar hij woont. Toen hij zijn verzoolde schoenen kwam halen hij wilde niet, dat ik ze hem thuisbracht, daar hij bijna altijd afwezig was, bevond zich juist mijn vrouw hier in de winkel. En een paar dagen later vertelde zij mij, dat mijn klant in het zelfde huis woonde, waar zij ging werken. Zij had hem daar reeds een paar maal zien in- en uitgaan. Hij bewoont ka mers aan de achterkant van 't gebouw op de eerste verdieping, heet Otto Meller en is handelsreizigr. Dank u. Ik zal hem opzoeken en naar Anna Milden vragen. Hoe ziet die meneer Meller er uit? Hij lijkt een beschaafd en def tig mens. Zo spreekt hij althans. Maar in zijn voorkomen is hij ove rigens geen aristocraat. Hij is van midelbare grootte, nogal zwaarlijvig, met een bruin, gladgeschoren gezicht, een haviksneus en grijze ogen. Zeer lichtgrijze ogen en zwart haar, vermoed ik. Want naar ik ver nomen heb, heeft een heer, die er zo uitzag, Anna Milden een paar maal op Sperber-Eck een bezoek gebracht. Men wist daar echter niet, wie hij was en van welke aard zijn betrek kingen met Anna waren, want zij liet er geen woord over uit. Ja, zwart haar heeft hij; maar dat zijn ogen zo bijzonder licht van kleur waren, is mij niet opgevallen. Ik vond ze heel gewon grijs. Grote handen en voeten niet waar? Ook dat komt uit. Voor zijn schoenen moest hij nummer 44 heb ben. 't Zal wel de persoon zijn, die u bedoelt. Trouwens, aan zijn stem zoudt u hem onmiddellijk herkenen. Hij lijdt, naar hij mij vertelde, sinds jaren aan de stembanden en het ge volg daarvan is een zeer onaange naam, bijna krijsend geluid.... Silas Hempel was zeer voldaan over zijn bezoek aan de oude schoen maker. En waarlijk niet zonder rede nen. Immers, hij kon er niet meer aan twijfelen, dat die Meller de hand langer van Andagola was, althans het werk voor frem opknapte en in lichtingen voor hem verzamelde. Otto moest in de Alserstrase nr 50 wonen, bij een oude juffrouw, die ka. mers verhuurde. Hempel ging er onmidellijk heen, De oude juffrouw die graag babbel de en geen kwaad vermoedde, twij felde geen ogenblik aan de oprecht heid van Hempel's verklaring, dat hij gekomen was om de heer Meller over een buitengewoon voordelige zaak te spreken. Maar de heer Mel ler was sinds een paar dagen weer op reis. Hempel kwam alles echter zeer gemakkelijk te weten, wat juf frouw Hedwig Mayer zelf aangaande haar huurder wist. Otto Meller, vertelde zij, had vroe ger vele jaren in Zuid-Amerika een eigen zaak gedreven. Hij had reeds een aanzienlijk vermogen verzameld, toen de kracht van een grote firma hem bijna alles weer deed verliezen. Moedeloosheid, ziekelijkheid en heim. wee dwongen hem met de restvan zijn vermogen naar Oostenrijk, zijn geboorteland, terug te keren. Hij reisde nu voor enige grote handelshuizen en verdiende ruim zijn brood, zodat hij het overschot van zijn fortuin voor zijn oude dag kon bewaren. Zijn beroep dwong hem, veel op reis te gaan, maar thuis was hij zeer ordentelijk en aangenaam mens. Juf frouw Mayer herinnerde zich niet, ooit een betere huurder te hebben gehad. Hij rookte niet, dronk niet en'kreeg nooit bezoek van dames. Trouwens, bezoeken kreeg hij helemaal niet, want met niemand had hij omgang. Hij zette ook bijna nooit een voet in een koffiehuis en was altijd beleefd vriendelijk en rechtvaardig. (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1949 | | pagina 2