Oegstgeests nieuwe Raadhuis in gebruik genomen Mogelijkheid tot vestiging industrie van VRIJDAG 2 DECEMBER 1949 DE LEIDSE COURANT rWEEDE BLAD PAGINA I In aansluiting op ons verslag van gisteren moesten wij onder de ge nodigden nog vermelden oud-bur gemeester A. J. Gerrevink en jhr. van Kinschot, burgemeester van Leiden. Toespraak van de commisaris. Na de welkomstwoorden van bur gemeester Baumann verkreeg de Commissaris der Koningin, mr. L. A. Kesper, het woord. Met veel genoe gen, aldus spr., ben ik naar Oegst- geest gekomen, en ditmaal niet als toeschouwer, maar om een hoofdrol te vervullen. Oegslgeest is een aan trekkelijke gemeente de ligging is mooi en er is veel natuurschoon. Oud-Indischgasten en gepensioneer den vooral strijken hier gaarne neer. En zoals overal zijn er ook hier moei lijkheden met huisvesting. Voor het Gemeentebestuur echter is het pro bleem van de huisvesting met deze nieuwbouw opgelost. Voor burgemees ter Baumann is het een verheugend feit, dat deze vernieuwing nog tijdens zijn ambtsperiode haar beslag heeft gekregen, al zal hij slechts tot 1 Ja nuari daar de voordelen van onder vinden. Spr. prees de burgemeester om zijn ondernemingslust en durf, en de Raad vanwege zijn wiize van dienen van het Gemeentebelang, zonder dit aan de politiek op te offe ren. Hij releveerde de goede naam die het secretarie-personeel bezit en ve-klaarde toen het verbouwde Raad huis voor geopend. De voorzitter van de Oranie- verenisring, de heer N. van Wei zen, gaf vervolgens een uitleg van de serie gebrandschilderde ramen in d° Raadszaal die door de burgerij van Oegstrest ziin ar^eboden en de verschillende takken van nijverheid uitbeelden. Een viertal kinderen van de di verse lagere scholen kwamen een bijbehorende oorkonde aanbie den. De heer van Weizen bracht de burgerij dank voor de offer vaardigheid en verzocht de bur gemeester het geschenk te wil len aanvaarden. Daarna nam de directeur van Ge meentewerken van het verbouwings plan, de heer A. Hoekstra, het woord. Spr. achtte met deze opening zijn taak beëindigd, en sprak zijn dank uit voor het in hem gestelde ver trouwen, waardoor zijn taak werd vergemakkelijkt; voor de gedurige belangstelling van de beide wethou ders, waarbij de belangstelling van wethouder de Neef zich tevens sterk richtte op de mogelijkheid, dat spr. mischien boven de begroting zou gaan. (Het was op het gezicht van bedoelde wethouder niet af te lezen in hoeverre deze belangstelling ook effectief was geweest!) Ook het per soneel van Gemeentewerken kreeg nog een pluim voor de getrooste opofferingen. Erepenning voor de commissaris- Burgemeester Baumann sprak enige dankwoorden en bood aan de Commissaris der Koningin als bewijs van erkentelijkheid voor zijn belangrijke arbeid aan de behartiging van de belangen de zer gemeente de zilveren ere penning der gemeente Oegst- geest met oorkonde aan. Vervolgens betuigde spr. dank namens het gemeentebestuur voor de gebrandschilderde ra men. Uit de spontaneïteit, waarmede uit de burgerij een comité is gevormd met het doel op de dag van de ope ning van het "Raadhuis aan de ge meente een blijvend aandenken te schenken aldus de burgemeester spreekt aanhankelijkheid en lief de voor de gemeente. Een dergelijke uiting van medeleven het kan niet anders zal voor de besturen de gemeentelijke organen tot steun zijn als ook een spoorslag om het werk, dat door hen verricht moet worden en vaak zo moeilijk is, met kracht, beleid en voortvarendheid voort te zetten. Het is goed gezien, dat gij daarbij ook de schoolkinderen hebt betrok ken. Het bestuur van een gemeente zullen zij thans waarschijnlijk nog niet begrijpen, maar wel zal hun le ven lang bijblijven, dat zij dit raam schonken. En wanneer zij over enige tijd dit alles wèl begrijpen, dan is thans een kiem gelegd, hen later goede burgers met ware burgerzin te doen zijn, onvoorwaardelijk het democratisch staatsbestel aanvaar dend. De N.V. Blikman en Sartorius dankte spr. voor de aangeboden voorzittershamer, en de fa. Koelman voor het door haar aangeboden smeedijzeren inkstel voor de trouw zaal. Tenslotte dankte spr. de direc teur der Gemeentewerken voor de eminente wijze, waarop hij dit ge bouw heeft ontworpen, opgetrokken en ingericht Uw volle werkkracht, geheel uw kunnen en al uw tijd, I dikwijls tot in de nacht, hebt gij aan deze stichting gegeven. De volle te- I vredenheid en de erkentelijkheid j van de Raad moge u op deze dag tot grote voldoening strekken. I Hiermede was het officiële gedeel te ten einde. Er werd thee geser veerd en er werden verversingen aangeboden. Onder leiding van wethouder de Neef maakten de raadsleden een rondgang door de nieuwbouw, en de burgemeesters der omliggende ge meenten deden hetzelfde onder lei ding van wethouder Dijsselbloem, waarbij vele genodigden zich aan sloten. GEMEENTERAAD VAN WARMOND De gemeenteraad van Warmond heeft besloten aan de beide in die gemeente bestaande muziekkorpsen een subsidie te verlenen voor elk te geven openbaar concert, tot een maxi mum per vereniging van 200. „Konden wij" aldus het college van B. en W. „bij de aanbieding van de begroting er onze vreugde over uitspreken dat die begroting sluitend was, thans kunnen wij tot onze spijt zulks voor deze begro ting niet doen, aangezien deze nog een ongedekt tekort heeft van 13.699.96. De voornaamste oorzaak van deze niet sluitende begroting is gelegen in de wijzigingen, welke bij Kon. Besl. zijn- aangebracht in de be- grotings- en rekenings-voorschriften der gemeente. Immers in tegenstel ling tot vroegere dienstjaren is krachtens die voorschriften thans niet meer toegestaan batige saldi van vorige dienstjaren ten bate te doen komen van de gewone dienst, om daar te worden gereserveerd. De be doeling van deze wiiziging is omheen begroting te verkrijgen waarbij de uitgaven over een bepaald jaar te doen. v/orden gedekt door over dat zelfde jaar te verwachten inkomsten. Invoering van straatbelasting. Gezien bovenstaande konden wij op de begroting 1950 dus niet als inkomst ramen een batig saldo van een vorig dienstjaar, zoals dat in de primitieve begroting voor het dienst jaar 1949 nog we] het geval was. In dien wij. evenals in 1949, ook voor 1950 een batig saldo hadden geraamd van 10.000.zou het tekort slechts 3699.96 hebben bedragen. Bij ver gelijking van de begroting voor 1950 met die van 1949 is er dus geen spra ke van grote achteruitgang in onze financiële toestand. B. en W. stellen voor een straatbe lasting in te voeren, waarvan de op brengst geraamd wordt op ƒ8000. Invoering van deze belasting heeft bovendien dit voordeel dat over het jaar 1950 geen korting meer zal wor den toegepast op de uitkering, welke de gemeente ontvangt uit het ge meentefonds. welke korting bedraagt 1339.12 Het totale tekort wordt hierdoor teruggebracht tot ƒ4360.83, voor welk tekort nog dekking moet worden gevonden. Voor deze dekking menen wij wegens gemis aan andere middelen zonder enig bezwaar te kunnen aanwenden een gedeelte van het op hoofdstuk I van de kanitaal- dienst gereserveerde batige saldo van 20.000. Voorzichtig! Bij de algemene beschouwingen wees de heer Vergeer, voorzitter van de R.K. fractie, er op, dat wij het aan het beleid van de vorige raad en B. en W. te danken hebben, dat de financiële toestand van Warmond ge zond te noemen is. Wij zijn nu op het punt gekomen dat voor het doen van grote uitgaven de uiterste voor zichtigheid moet worden betracht ter voorkoming van invoering van nieu we belastingen. Spr. erkent ten volle, dat de in de afgelopen jaren gedane uitgaven dringend en noodzakelijk waren, maar in de toekomst zal re kening moeten \yorden gehouden met de financiële toestand der ge meente. De voorz. kon het gesprokene door de heer Vergeer ten volle beamen, hetgeen hij reeds in 1947 heeft ken baar gemaakt. Men moet echter niet vergeten dat in de oorlogsjaren alles stil lag en na de oorlog veei moest worden ingehaald wat noodwendig in die jaren reeds had moeten plaats vinden. De heer van Bladel vindt het jam mer, dat de begroting niet sluit, maar acht de geraamde uitgaven uit so ciaal oogpunt bezien alleszins ge rechtvaardigd en verantwoord. Met de opbrengst van de straatbelasting en wellicht meerdere ondernemings belasting, wanneer de raad zou be sluiten tot vestiging van industrie in deze gemeente, is de begroting wel sluitend te krijgen. De heer van Elburg is van oordeel dat met de verlaging van diverse pos ten de begroting wel sluitend had kunnen worden gemaakt, hetgeen door de voorz. wordt betwist. De brandweer. Bij de artikelsgewijze behandeling van de begroting wees de heer Nij- man er op. dat de raming voor de kosten van het aanbrengen Van een alarmeringstoestel voor de brand weer alleszins gemotiveerd was. het geen hij aan de hand van een onlangs gehouden nachtelijke oefening aan toonde. Wel zou hij het op prijs stel len, indien B. en W eens zouden wil len overwegen, om ook buiten brand een vergoeding toe te kennen aan de orandweerlieden bij oefening, het te genwoordig zijn bij filmvoorstellin gen enz. al is het dan ook een vrijwil lige brandweer. Aan een hieromtrent bestaande verordening wordt geen uitvoering gegeven. De voorz. zegt, dat deze aangelegenheid de volle be langstelling heeft van B en W. en dit college zal binnenkort met voor stellen dienaangaande by de raad komen. De heer van Vliet mist op de be groting een raming van de kosten voor de verdere verlichting (elec- trisch) van de Herenweg en ondanks dat zuinig moet worden omgespron gen met de gemeente-financiën. meent hij dat dit werk toch moet worden afgemaakt. De voorz. zegt. dat deze plannen inderdaad verder uitgevoerd zullen worden. T.z.t. kun nen bij begrotingwijziging de beno digde bedragen op de begroting wor den gebracht. Nadat de begroting was vastgesteld, kwam in bespreking de mogelijkheid tot vestiging van industrie aan de Wasbeeklaan. De voorz. zegt, dat in het College ten opzichte hiervan een minderheid en een meerderheid be staat. Een minderheid is voor vesti ging van industrie wel ten Noorden van de Wasbeeklaan vanaf het Via duct naar de boerderij van van der Geest. De meerderheid van B. en W. is er van overtuigd, dat de industrie zich naar Sassenheim zal richten. Bovendien ziet deze meerderheid in het vestigen van industrie daar ter Dlaatse voor de gemeente grote moei lijkheden als het aanleggen van stra ten. riolering, verlichting enz, Wat betreft het vestigen van indus trie in de ..Driehoek", hiertegen heb ben B. en W. geen bezwaar, mits aan het uiterlijk van het gebouw niets veranderd wordt. Zij doen dit niet. omdat anders de eigenaar van dit gebouw gedupeerd wordt, want toen hij dit gebouw kocht wist hij wat hij begon. Zij zouden het alleen jam mer vinden als dit gebouw, dat nog solide is, niet meer gebruikt zou wor den. De heer van Elburg zou met de meeste spoed willen overgaan tot wij ziging van het uitbreidingsplan, maar zou aan deze wijziging tevens willen vastkoppelen de aard van de indus trie die daar gevestigd mag worden. De heer Weijers zou er niet voor zijn dat de gemeente voor het vesti gen van industrie daar' ter plaatse grote kosten zou maken, waarvan niets terug zou komen. De heer van Vliet heeft zich ver wonderd over de zienswijze van de meerderheid van het College van B. en W.. speciaal wat betreft de kosten van het aanleggen van straten, rio lering, verlichting, enz. Hij wil deze kosten laten betalen door hen die industrie willen vestigen, hetgeen toch een algemeen gangbare metho de is. Liever geen grote fabrieken. De heer de Greef, wethouder, wil uitdrukkelijk vaststellen, dat hij in geen geval tegen vestiging van in dustrie is, maar wel tegen groot-in dustrie hetgeen het landschap daar zou ontsieren. Wat betreft de kosten van aanleg van straten enz. dit zal voor rekening van hem moeten ko men, die daar industrie wil vestigen, hetgeen volgens spr zeer goed moge lijk is daar de grond daar ter plaatse erg goedkooD zal zijn. De heer Nijman is van oordeel dat, wanneer de gemeente niet overgaat tot aanleg van straten enz. het vesti gen van industrie in deze gemeente een utopie is. Wil men industrie aan trekken dan zal men het ook aan trekkelijk moeten maken. Zo heeft het geen zin een besluit tot vestiging van industrie daar ter plaatse te ne men, hetgeen door de heer van Bla del wordt beaamd. Thans ontwikkelde zich een uitvoe rig debat over de grond die als in dustrieterrein zou moeten worden aangewezen. De heer van Elburg zou willen aanwijzen het terrein van ai de schuur van Nieuwenhuis tot aai de Zandsloot, terwijl de heer d« Greef deze vestiging wilde beperker tot de Wasbeeklaan er de Zandsloot Volgens hem kan later, wanneer dit mogelijk zou blijken, nog altijd een nieuw besluit tot wijziging van het uitbreidingsplan genomen worden. Na een uitvoerig debat werd met 2 tegen 8 stemmen besloten het voor- stel-Van Elburg aangenomen. Alvo rens verdere maatregelen te nemen werd besloten af te wachten, de goedkeuring op deze wijziging door Ged. Staten. Zowel de heer van Bladel als de heer Nijman drongen aan op het spoedig plaatsen van de wachthuisjes bij de autobushalten. De voorz. zal op spoed aandringen. Het Leidse Merenplan. De heer van der Voet vroeg, of als iets naders bekend was met betrek king tot het Leidse Merenplan. De voorz. kon in de openbare zitting al leen mededelen, dat B. en W. van Leiden waren uitgenodigd tot een be spreking met het college van B. en W. te Warmond, welke bespreking inmiddels heeft plaats gevonden. In besloten zitting wilde hij hierop na der terug komen. De heer van Vliet vroeg hoe het stond met de plannen tot de nieuwe brug over het Oegstgeesterkanaal. De voorz. deelde mede dat hij vernomen heeft dat met het bouwen van deze brug in 1950 zal worden begonnen, hoewel hem officieel hiervan niets bekend is. Wandelpad langs de Leede? De heer van Vliet bracht een voor stel ter tafel, om thans eens over te gaan tot het scheppen van een gele genheid woor de ingezetenen, om ook eens te kunnen genieten van de watersport. Dit zou, volgens spreker, gevonden kunnen worden door een wandelpad te maken langs de Hol lede. Uitvoerig lichtte spr. zijn plan toe en dit had de volle aandacht van de Raad. Het was niet zijn bedoeling, dat nu reeds een besluit genomen werd, maar hij zou de leden willen verzoeken deze mogelijkheid eens ernstig te bestuderen, waardoor aan een reeds lang gevoelde behoefte zou worden voldaan. Mede had spre ker voor zich een plan gemaakt met betrekking tot de uitwerking van de bebouwde kom, hetgeen hij de raad eveneens voorlegde ter kennisne ming. De voorz. prees de voortva rendheid van de heer van Vliet; B. en W. zullen zeer zeker aan de hem voorgestelde plannen hun volle aan dacht besteden. Hierna ging de Raad over in besloten zitting. Toen deze eindigde, had het nachtelijk uur reeds lang VOORSCHOTEN Personalia. Tot klerk ter ge meentesecretarie is benoemd, met ingang van 1 Jan. 1950, de heer J. H. J Wiessing, ambtenaar ter secre tarie van Gendringen. Geboren: Christina Elisabeth d. v. J. Timmers en M. Pleit, Cecilia Maria d. v. T. E. Galesloot en J. M. Dolle, Albertus z. v. N. v. d. Meij en J. de Graaf, Pieter Cornelis z. v. C. P. van Vliet en G. de Vries, Herman Dick z. v. D. Oostergo en A. Varke- visser. Jakobus Johannes z. v. J. J. Schellingerhout en D. Kruit, Dirk Antonie z. v. T. van Tuijl en C. v. d. Berg. Getrouwd: Bonne J. Bekkema 22 jr en Lene v. d. Bent 20 jr te Voor hout, Gerrit Dubbeldam 43 jr te Den Haag en Trijntje van Weert 29 jr, Jan Eggink 25 jr te Rockanje Ma rianne Kaaijk 23 jr. Blijf af toch zonder noodzaak Van ons reddingsmateriaal ,Het gaat om mensenlevens Bedenkt dat allemaal ©e ziCuevea AUTO Door A. HRUSCHKA (Nadruk verboden) 8) „De chauffeur schreeuwde ik schreeuwde tegen hem in, dreigde met een aanklacht tegen de politie, wegens buitensporig snel rijden, maar bekeek (en bewonderde) hei melijk de prachtige auto. Nooit te voren had ik een wagen van die aard gezien. Het portier aan de andere kant van de auto werd toegeslagen, en bijna op hetzelfde ogenblik zette het gevaarte zich weer in beweging en verdween in de duisternis Eerst later, toen ik in het dorp vernam, dat er een schone dame in c'e auto had gezeten, werd mij alles duidelijk. Het lijdt voor mij geen twijfel, dat er een rendez-vous van een verliefd paar, dat om de een of andere reden niet in het oog wilde vallen, in het spel was geweest." ..Wat romantisch! riepen Vera en Lilly Lansberg als uit een mond. Si.as Hempel was bleek geworden. Somber peinzend staarde hij voor zich uit. De vertelling van de jonge advocaat had hem ais een bliksem straal getroffen. Dus toch de zilveren auto? Doch niet een minnaar, maar de moordenaar van Gottfried Kluge, was door de auto afgehaald. Hij keek mevrouw von Turnwald aan en verschrok. Haar gezicht was vaalbleek gewor den; zij lag achterover in haar stoel en scheen op het punt, het bewust zijn te verliezen. Haar zoon Roland sprong op en kwam op haar toegeijld. „Mama, wat is er? Wat deert u? Bent u ongesteld?" Ook de anderen waren ontsteld opgesprongen. Men riep om water, cognac, een dokter. Maar zij spande haar uiterste krachten in. om zich goed te houden, deed zelfs haar best om te glim lachen en zei met zwakke stem „Het is niets.... niets. Een kleine flauwte, omdat ik met mijn bezeer den voet tegen de poot van de tafel stiet, endat deed me verschrik kelijk pijn. Maar het is al gedaan. Geef me een glas koud water, jon gen, en laten we doorpraten." Zij wendde zich onmiddellijk met een vraag tot barones Lansberg, wikkelde haar in een gesprek en was weer de opgeruimde, beminnelijke gastvrouw, die in geheel de streek haars gelijke niet had. Hempel keek haar steelsgewijze met bewondering aan. Welk een vrouw! Wat een zelfbeheersing! Zijn respect voor haar groeide nog. Toen de gasten zich verwijderd hadden, lieten Roland en Vera me vrouw von Turnwald niet met rust. „Laat toch een dokter komen, om uw voet te onderzoeken, moedertje! Doe het voor ons. Zó kan het niet blijven gaan. U hebt te veel pijn om uw gewone wandelingen te maken, en dat gemis werkt slecht op uw gestel. Stelt u geen vertrouwen in dr Thomayer. dan laten we een specia list uit Wenen komen." Mevrouw von Turnwald gaf bei den glimlachend een kus. „Maar kinderen, laat me toch met rust met je dokters! De voet komt beslist van zelf in orde Het gaat nu al beter. Ik heb in de laatste twee dagen veel minder pijn gehad." „Alles goed en wel; maar van daag?" „Och, het was van weinig of geen betekenis. Kortom: ik wil geen dok ter hebben. Ga je mij lastig vallen met een specialist, dan loop ik een voudig als 'n haas het huis uit HOOFDSTUK V. „Waarom, mevrouw, vroeg Hem pel de volgende morgen, schrok u gisteravond, toen men van de zilve ren auto sprak, zo hevig?" Na het ontbijt op een zonnig ter ras waren de jongelui uit wandelen gegaan, terwijl mevrouw von Turn wald en de detective nog voor een poosje achterbleven. „Ik?" „Ja mevrouw, ik hield u in het oog en heb alles gezien Het vertel sel van de bezeerden voet maakt na tuurlijk geen indruk op mij „Bent u zelf geschrokken, mijn heer Hempel, toen dr Sorel sprak over de man in het woud, die in de „zilveren auto" stapte?" .„Natuurlijk, want ik twijfel er niet aan, dat die man de moordenaar van Gottfried Kluge is. Althans voor ons lijdt dat geen twijfel. Maar dat be doel ik niet. Reeds vóór dat Sorel met zijn vertelling begon, was u ge schrokken. Moet ik u precies zeggen, op welk ogenblik?" Mevrouw von Turnwald was der mate in de beschouwing van het prachtige landschap verdiept, dat zij „vergat" op Hempel's vraag te be antwoorden. Maar de detective hernam een weinig korzelig: „Zo! Dan zal ik het maar vlakaf zeggen, en u tevens doen opmerken, mevrouw, dat het nutteloos is voor mij te willen veinzen." „Wat bedoelt u daarmede?" „Dat weet u zeer goed. Wij kunnen open kaart spelen. Uw houding werkt mij tegen. Gisteravond ver schrok u, toen men zei dat de zilve ren auto en haar eigenaars uit Ame rika kwamen. Waarom? Hebt u vijanden in de Nieuwe Wereld?" Mevrouw von Turnwald was zeer bleek geworden. Toch keek zij Hem pel schier uitdagend aan. „U vergist u, mijnheer Hempel, als u meent, dat die bijzonderheid in druk op mij heeft gemaakt. Het was gisteravond zeer warm in de eetzaal ik was dorstig en had mijn glas wijn sneller dan gewoonlijk geledigd. De gevolgen bleven niet uit. Ik werd duizelig en voelde mij ongesteld en juist mijn inspanning om dat verbor gen te houden deed de rest." „U wilt dus niet openhartig zijn, mevrouw? Mij niet verklaren...." „Ik heb u alles gezegd, wat uit leg vroeg. Ditmaal maakte Hempel zich waarlijk boos. Voor de eerste keer begreep hij mevrouw von Turn wald niet. Waarom dan had zij hem naar Sperber-Eck laten komen? Zij werkte hem tegen, verzweeg dingen, die hij absoluut moest weten. Onder zulke omstandigheden moest al zijn pogen nutteloos blijven. Diezelfde dag ging Hempel mr So rel op „Heimdeele" een bezoek bren gen. Als motief voor zijn zwerven in de omtrek van Sperber-Eck had hij van de beginne af liefhebberij voor kruidkunde opgegeven, en zelden kwam hij terug zorder een nieuwe verzameling planten. Ook mr Sorel interesseerde zich voor kruidkunde en die wetenschap had reeds her haaldelijk aanleiding gegeven tot ge sprekken tussen de twee mannen. Juist daags tevoren had mr Sorel Hempel's aandacht gevestigd op een bijzonder soort slingerplant, die slechts op énkele plaatsen in die streek voorkwam. Een uitstekend voorwendsel voor de detectieve. Hij zou nadere inlich tingen vragen omtrent de plaatsen, waar die planten te vinden waren. Trouwens mr Sorel was onmiddellijk bereid, hem naar die plaatsen te brengen. Op weg daarheen bracht Hempel als toevallig de „zilveren auto" ter sprake, en vroeg: „Hebt u misschien het nummer van die auto opgemerkt, meneer So rel?" „Neen. Ik heb er zelfs niet aan ge dacht. Alles ging zo verbazend snel!" „En de man, die uit het woud kwam? Hoe zag die er uit?"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1949 | | pagina 5