Oegstgeests nieuwe Raadhuis
in gebruik genomen
Mogelijkheid tot vestiging
industrie
van
VRIJDAG 2 DECEMBER 1949
DE LEIDSE COURANT
rWEEDE BLAD PAGINA I
In aansluiting op ons verslag van
gisteren moesten wij onder de ge
nodigden nog vermelden oud-bur
gemeester A. J. Gerrevink en jhr. van
Kinschot, burgemeester van Leiden.
Toespraak van de commisaris.
Na de welkomstwoorden van bur
gemeester Baumann verkreeg de
Commissaris der Koningin, mr. L. A.
Kesper, het woord. Met veel genoe
gen, aldus spr., ben ik naar Oegst-
geest gekomen, en ditmaal niet als
toeschouwer, maar om een hoofdrol
te vervullen. Oegslgeest is een aan
trekkelijke gemeente de ligging is
mooi en er is veel natuurschoon.
Oud-Indischgasten en gepensioneer
den vooral strijken hier gaarne neer.
En zoals overal zijn er ook hier moei
lijkheden met huisvesting. Voor het
Gemeentebestuur echter is het pro
bleem van de huisvesting met deze
nieuwbouw opgelost. Voor burgemees
ter Baumann is het een verheugend
feit, dat deze vernieuwing nog tijdens
zijn ambtsperiode haar beslag heeft
gekregen, al zal hij slechts tot 1 Ja
nuari daar de voordelen van onder
vinden. Spr. prees de burgemeester
om zijn ondernemingslust en durf,
en de Raad vanwege zijn wiize van
dienen van het Gemeentebelang,
zonder dit aan de politiek op te offe
ren. Hij releveerde de goede naam
die het secretarie-personeel bezit en
ve-klaarde toen het verbouwde Raad
huis voor geopend.
De voorzitter van de Oranie-
verenisring, de heer N. van Wei
zen, gaf vervolgens een uitleg
van de serie gebrandschilderde
ramen in d° Raadszaal die door
de burgerij van Oegstrest ziin
ar^eboden en de verschillende
takken van nijverheid uitbeelden.
Een viertal kinderen van de di
verse lagere scholen kwamen een
bijbehorende oorkonde aanbie
den. De heer van Weizen bracht
de burgerij dank voor de offer
vaardigheid en verzocht de bur
gemeester het geschenk te wil
len aanvaarden.
Daarna nam de directeur van Ge
meentewerken van het verbouwings
plan, de heer A. Hoekstra, het woord.
Spr. achtte met deze opening zijn
taak beëindigd, en sprak zijn dank
uit voor het in hem gestelde ver
trouwen, waardoor zijn taak werd
vergemakkelijkt; voor de gedurige
belangstelling van de beide wethou
ders, waarbij de belangstelling van
wethouder de Neef zich tevens sterk
richtte op de mogelijkheid, dat spr.
mischien boven de begroting zou
gaan. (Het was op het gezicht van
bedoelde wethouder niet af te lezen
in hoeverre deze belangstelling ook
effectief was geweest!) Ook het per
soneel van Gemeentewerken kreeg
nog een pluim voor de getrooste
opofferingen.
Erepenning voor de commissaris-
Burgemeester Baumann sprak
enige dankwoorden en bood aan
de Commissaris der Koningin als
bewijs van erkentelijkheid voor
zijn belangrijke arbeid aan de
behartiging van de belangen de
zer gemeente de zilveren ere
penning der gemeente Oegst-
geest met oorkonde aan.
Vervolgens betuigde spr. dank
namens het gemeentebestuur
voor de gebrandschilderde ra
men.
Uit de spontaneïteit, waarmede uit
de burgerij een comité is gevormd
met het doel op de dag van de ope
ning van het "Raadhuis aan de ge
meente een blijvend aandenken te
schenken aldus de burgemeester
spreekt aanhankelijkheid en lief
de voor de gemeente. Een dergelijke
uiting van medeleven het kan
niet anders zal voor de besturen
de gemeentelijke organen tot steun
zijn als ook een spoorslag om het
werk, dat door hen verricht moet
worden en vaak zo moeilijk is, met
kracht, beleid en voortvarendheid
voort te zetten.
Het is goed gezien, dat gij daarbij
ook de schoolkinderen hebt betrok
ken. Het bestuur van een gemeente
zullen zij thans waarschijnlijk nog
niet begrijpen, maar wel zal hun le
ven lang bijblijven, dat zij dit raam
schonken. En wanneer zij over enige
tijd dit alles wèl begrijpen, dan is
thans een kiem gelegd, hen later
goede burgers met ware burgerzin
te doen zijn, onvoorwaardelijk het
democratisch staatsbestel aanvaar
dend.
De N.V. Blikman en Sartorius
dankte spr. voor de aangeboden
voorzittershamer, en de fa. Koelman
voor het door haar aangeboden
smeedijzeren inkstel voor de trouw
zaal. Tenslotte dankte spr. de direc
teur der Gemeentewerken voor de
eminente wijze, waarop hij dit ge
bouw heeft ontworpen, opgetrokken
en ingericht Uw volle werkkracht,
geheel uw kunnen en al uw tijd,
I
dikwijls tot in de nacht, hebt gij aan
deze stichting gegeven. De volle te-
I vredenheid en de erkentelijkheid
j van de Raad moge u op deze dag
tot grote voldoening strekken.
I Hiermede was het officiële gedeel
te ten einde. Er werd thee geser
veerd en er werden verversingen
aangeboden.
Onder leiding van wethouder de
Neef maakten de raadsleden een
rondgang door de nieuwbouw, en de
burgemeesters der omliggende ge
meenten deden hetzelfde onder lei
ding van wethouder Dijsselbloem,
waarbij vele genodigden zich aan
sloten.
GEMEENTERAAD VAN WARMOND
De gemeenteraad van Warmond
heeft besloten aan de beide in die
gemeente bestaande muziekkorpsen
een subsidie te verlenen voor elk te
geven openbaar concert, tot een maxi
mum per vereniging van 200.
„Konden wij" aldus het college
van B. en W. „bij de aanbieding
van de begroting er onze vreugde
over uitspreken dat die begroting
sluitend was, thans kunnen wij tot
onze spijt zulks voor deze begro
ting niet doen, aangezien deze nog
een ongedekt tekort heeft van
13.699.96. De voornaamste oorzaak
van deze niet sluitende begroting is
gelegen in de wijzigingen, welke bij
Kon. Besl. zijn- aangebracht in de be-
grotings- en rekenings-voorschriften
der gemeente. Immers in tegenstel
ling tot vroegere dienstjaren is
krachtens die voorschriften thans
niet meer toegestaan batige saldi van
vorige dienstjaren ten bate te doen
komen van de gewone dienst, om
daar te worden gereserveerd. De be
doeling van deze wiiziging is omheen
begroting te verkrijgen waarbij de
uitgaven over een bepaald jaar te
doen. v/orden gedekt door over dat
zelfde jaar te verwachten inkomsten.
Invoering van straatbelasting.
Gezien bovenstaande konden wij
op de begroting 1950 dus niet als
inkomst ramen een batig saldo van
een vorig dienstjaar, zoals dat in de
primitieve begroting voor het dienst
jaar 1949 nog we] het geval was. In
dien wij. evenals in 1949, ook voor
1950 een batig saldo hadden geraamd
van 10.000.zou het tekort slechts
3699.96 hebben bedragen. Bij ver
gelijking van de begroting voor 1950
met die van 1949 is er dus geen spra
ke van grote achteruitgang in onze
financiële toestand.
B. en W. stellen voor een straatbe
lasting in te voeren, waarvan de op
brengst geraamd wordt op ƒ8000.
Invoering van deze belasting heeft
bovendien dit voordeel dat over het
jaar 1950 geen korting meer zal wor
den toegepast op de uitkering, welke
de gemeente ontvangt uit het ge
meentefonds. welke korting bedraagt
1339.12 Het totale tekort wordt
hierdoor teruggebracht tot ƒ4360.83,
voor welk tekort nog dekking moet
worden gevonden. Voor deze dekking
menen wij wegens gemis aan andere
middelen zonder enig bezwaar te
kunnen aanwenden een gedeelte van
het op hoofdstuk I van de kanitaal-
dienst gereserveerde batige saldo van
20.000.
Voorzichtig!
Bij de algemene beschouwingen
wees de heer Vergeer, voorzitter van
de R.K. fractie, er op, dat wij het
aan het beleid van de vorige raad en
B. en W. te danken hebben, dat de
financiële toestand van Warmond ge
zond te noemen is. Wij zijn nu op
het punt gekomen dat voor het doen
van grote uitgaven de uiterste voor
zichtigheid moet worden betracht ter
voorkoming van invoering van nieu
we belastingen. Spr. erkent ten volle,
dat de in de afgelopen jaren gedane
uitgaven dringend en noodzakelijk
waren, maar in de toekomst zal re
kening moeten \yorden gehouden met
de financiële toestand der ge
meente.
De voorz. kon het gesprokene door
de heer Vergeer ten volle beamen,
hetgeen hij reeds in 1947 heeft ken
baar gemaakt. Men moet echter niet
vergeten dat in de oorlogsjaren alles
stil lag en na de oorlog veei moest
worden ingehaald wat noodwendig in
die jaren reeds had moeten plaats
vinden.
De heer van Bladel vindt het jam
mer, dat de begroting niet sluit, maar
acht de geraamde uitgaven uit so
ciaal oogpunt bezien alleszins ge
rechtvaardigd en verantwoord. Met
de opbrengst van de straatbelasting
en wellicht meerdere ondernemings
belasting, wanneer de raad zou be
sluiten tot vestiging van industrie in
deze gemeente, is de begroting wel
sluitend te krijgen.
De heer van Elburg is van oordeel
dat met de verlaging van diverse pos
ten de begroting wel sluitend had
kunnen worden gemaakt, hetgeen
door de voorz. wordt betwist.
De brandweer.
Bij de artikelsgewijze behandeling
van de begroting wees de heer Nij-
man er op. dat de raming voor de
kosten van het aanbrengen Van een
alarmeringstoestel voor de brand
weer alleszins gemotiveerd was. het
geen hij aan de hand van een onlangs
gehouden nachtelijke oefening aan
toonde. Wel zou hij het op prijs stel
len, indien B. en W eens zouden wil
len overwegen, om ook buiten brand
een vergoeding toe te kennen aan de
orandweerlieden bij oefening, het te
genwoordig zijn bij filmvoorstellin
gen enz. al is het dan ook een vrijwil
lige brandweer. Aan een hieromtrent
bestaande verordening wordt geen
uitvoering gegeven. De voorz. zegt,
dat deze aangelegenheid de volle be
langstelling heeft van B en W. en
dit college zal binnenkort met voor
stellen dienaangaande by de raad
komen.
De heer van Vliet mist op de be
groting een raming van de kosten
voor de verdere verlichting (elec-
trisch) van de Herenweg en ondanks
dat zuinig moet worden omgespron
gen met de gemeente-financiën.
meent hij dat dit werk toch moet
worden afgemaakt. De voorz. zegt.
dat deze plannen inderdaad verder
uitgevoerd zullen worden. T.z.t. kun
nen bij begrotingwijziging de beno
digde bedragen op de begroting wor
den gebracht.
Nadat de begroting was vastgesteld,
kwam in bespreking de mogelijkheid
tot vestiging van industrie aan de
Wasbeeklaan. De voorz. zegt, dat in
het College ten opzichte hiervan een
minderheid en een meerderheid be
staat. Een minderheid is voor vesti
ging van industrie wel ten Noorden
van de Wasbeeklaan vanaf het Via
duct naar de boerderij van van der
Geest. De meerderheid van B. en W.
is er van overtuigd, dat de industrie
zich naar Sassenheim zal richten.
Bovendien ziet deze meerderheid in
het vestigen van industrie daar ter
Dlaatse voor de gemeente grote moei
lijkheden als het aanleggen van stra
ten. riolering, verlichting enz,
Wat betreft het vestigen van indus
trie in de ..Driehoek", hiertegen heb
ben B. en W. geen bezwaar, mits aan
het uiterlijk van het gebouw niets
veranderd wordt. Zij doen dit niet.
omdat anders de eigenaar van dit
gebouw gedupeerd wordt, want toen
hij dit gebouw kocht wist hij wat hij
begon. Zij zouden het alleen jam
mer vinden als dit gebouw, dat nog
solide is, niet meer gebruikt zou wor
den.
De heer van Elburg zou met de
meeste spoed willen overgaan tot wij
ziging van het uitbreidingsplan, maar
zou aan deze wijziging tevens willen
vastkoppelen de aard van de indus
trie die daar gevestigd mag worden.
De heer Weijers zou er niet voor
zijn dat de gemeente voor het vesti
gen van industrie daar' ter plaatse
grote kosten zou maken, waarvan
niets terug zou komen.
De heer van Vliet heeft zich ver
wonderd over de zienswijze van de
meerderheid van het College van B.
en W.. speciaal wat betreft de kosten
van het aanleggen van straten, rio
lering, verlichting, enz. Hij wil deze
kosten laten betalen door hen die
industrie willen vestigen, hetgeen
toch een algemeen gangbare metho
de is.
Liever geen grote fabrieken.
De heer de Greef, wethouder, wil
uitdrukkelijk vaststellen, dat hij in
geen geval tegen vestiging van in
dustrie is, maar wel tegen groot-in
dustrie hetgeen het landschap daar
zou ontsieren. Wat betreft de kosten
van aanleg van straten enz. dit zal
voor rekening van hem moeten ko
men, die daar industrie wil vestigen,
hetgeen volgens spr zeer goed moge
lijk is daar de grond daar ter plaatse
erg goedkooD zal zijn.
De heer Nijman is van oordeel dat,
wanneer de gemeente niet overgaat
tot aanleg van straten enz. het vesti
gen van industrie in deze gemeente
een utopie is. Wil men industrie aan
trekken dan zal men het ook aan
trekkelijk moeten maken. Zo heeft
het geen zin een besluit tot vestiging
van industrie daar ter plaatse te ne
men, hetgeen door de heer van Bla
del wordt beaamd.
Thans ontwikkelde zich een uitvoe
rig debat over de grond die als in
dustrieterrein zou moeten worden
aangewezen. De heer van Elburg zou
willen aanwijzen het terrein van ai
de schuur van Nieuwenhuis tot aai
de Zandsloot, terwijl de heer d«
Greef deze vestiging wilde beperker
tot de Wasbeeklaan er de Zandsloot
Volgens hem kan later, wanneer dit
mogelijk zou blijken, nog altijd een
nieuw besluit tot wijziging van het
uitbreidingsplan genomen worden.
Na een uitvoerig debat werd met 2
tegen 8 stemmen besloten het voor-
stel-Van Elburg aangenomen. Alvo
rens verdere maatregelen te nemen
werd besloten af te wachten, de
goedkeuring op deze wijziging door
Ged. Staten.
Zowel de heer van Bladel als de
heer Nijman drongen aan op het
spoedig plaatsen van de wachthuisjes
bij de autobushalten. De voorz. zal op
spoed aandringen.
Het Leidse Merenplan.
De heer van der Voet vroeg, of als
iets naders bekend was met betrek
king tot het Leidse Merenplan. De
voorz. kon in de openbare zitting al
leen mededelen, dat B. en W. van
Leiden waren uitgenodigd tot een be
spreking met het college van B. en
W. te Warmond, welke bespreking
inmiddels heeft plaats gevonden. In
besloten zitting wilde hij hierop na
der terug komen.
De heer van Vliet vroeg hoe het
stond met de plannen tot de nieuwe
brug over het Oegstgeesterkanaal. De
voorz. deelde mede dat hij vernomen
heeft dat met het bouwen van deze
brug in 1950 zal worden begonnen,
hoewel hem officieel hiervan niets
bekend is.
Wandelpad langs de Leede?
De heer van Vliet bracht een voor
stel ter tafel, om thans eens over te
gaan tot het scheppen van een gele
genheid woor de ingezetenen, om
ook eens te kunnen genieten van de
watersport. Dit zou, volgens spreker,
gevonden kunnen worden door een
wandelpad te maken langs de Hol
lede. Uitvoerig lichtte spr. zijn plan
toe en dit had de volle aandacht van
de Raad. Het was niet zijn bedoeling,
dat nu reeds een besluit genomen
werd, maar hij zou de leden willen
verzoeken deze mogelijkheid eens
ernstig te bestuderen, waardoor aan
een reeds lang gevoelde behoefte
zou worden voldaan. Mede had spre
ker voor zich een plan gemaakt met
betrekking tot de uitwerking van de
bebouwde kom, hetgeen hij de raad
eveneens voorlegde ter kennisne
ming. De voorz. prees de voortva
rendheid van de heer van Vliet; B.
en W. zullen zeer zeker aan de hem
voorgestelde plannen hun volle aan
dacht besteden. Hierna ging de Raad
over in besloten zitting. Toen deze
eindigde, had het nachtelijk uur
reeds lang
VOORSCHOTEN
Personalia. Tot klerk ter ge
meentesecretarie is benoemd, met
ingang van 1 Jan. 1950, de heer J.
H. J Wiessing, ambtenaar ter secre
tarie van Gendringen.
Geboren: Christina Elisabeth
d. v. J. Timmers en M. Pleit, Cecilia
Maria d. v. T. E. Galesloot en J. M.
Dolle, Albertus z. v. N. v. d. Meij en
J. de Graaf, Pieter Cornelis z. v. C. P.
van Vliet en G. de Vries, Herman
Dick z. v. D. Oostergo en A. Varke-
visser. Jakobus Johannes z. v. J. J.
Schellingerhout en D. Kruit, Dirk
Antonie z. v. T. van Tuijl en C. v. d.
Berg.
Getrouwd: Bonne J. Bekkema 22
jr en Lene v. d. Bent 20 jr te Voor
hout, Gerrit Dubbeldam 43 jr te Den
Haag en Trijntje van Weert 29 jr,
Jan Eggink 25 jr te Rockanje Ma
rianne Kaaijk 23 jr.
Blijf af toch zonder noodzaak
Van ons reddingsmateriaal
,Het gaat om mensenlevens
Bedenkt dat allemaal
©e ziCuevea
AUTO
Door A. HRUSCHKA
(Nadruk verboden)
8)
„De chauffeur schreeuwde ik
schreeuwde tegen hem in, dreigde
met een aanklacht tegen de politie,
wegens buitensporig snel rijden,
maar bekeek (en bewonderde) hei
melijk de prachtige auto. Nooit te
voren had ik een wagen van die aard
gezien. Het portier aan de andere
kant van de auto werd toegeslagen,
en bijna op hetzelfde ogenblik zette
het gevaarte zich weer in beweging
en verdween in de duisternis
Eerst later, toen ik in het dorp
vernam, dat er een schone dame in
c'e auto had gezeten, werd mij alles
duidelijk. Het lijdt voor mij geen
twijfel, dat er een rendez-vous van
een verliefd paar, dat om de een of
andere reden niet in het oog wilde
vallen, in het spel was geweest."
..Wat romantisch! riepen Vera en
Lilly Lansberg als uit een mond.
Si.as Hempel was bleek geworden.
Somber peinzend staarde hij voor
zich uit. De vertelling van de jonge
advocaat had hem ais een bliksem
straal getroffen. Dus toch de zilveren
auto? Doch niet een minnaar, maar
de moordenaar van Gottfried Kluge,
was door de auto afgehaald.
Hij keek mevrouw von Turnwald
aan en verschrok.
Haar gezicht was vaalbleek gewor
den; zij lag achterover in haar stoel
en scheen op het punt, het bewust
zijn te verliezen.
Haar zoon Roland sprong op en
kwam op haar toegeijld.
„Mama, wat is er? Wat deert u?
Bent u ongesteld?"
Ook de anderen waren ontsteld
opgesprongen. Men riep om water,
cognac, een dokter.
Maar zij spande haar uiterste
krachten in. om zich goed te houden,
deed zelfs haar best om te glim
lachen en zei met zwakke stem
„Het is niets.... niets. Een kleine
flauwte, omdat ik met mijn bezeer
den voet tegen de poot van de tafel
stiet, endat deed me verschrik
kelijk pijn. Maar het is al gedaan.
Geef me een glas koud water, jon
gen, en laten we doorpraten."
Zij wendde zich onmiddellijk met
een vraag tot barones Lansberg,
wikkelde haar in een gesprek en was
weer de opgeruimde, beminnelijke
gastvrouw, die in geheel de streek
haars gelijke niet had.
Hempel keek haar steelsgewijze
met bewondering aan. Welk een
vrouw! Wat een zelfbeheersing! Zijn
respect voor haar groeide nog.
Toen de gasten zich verwijderd
hadden, lieten Roland en Vera me
vrouw von Turnwald niet met rust.
„Laat toch een dokter komen, om
uw voet te onderzoeken, moedertje!
Doe het voor ons. Zó kan het niet
blijven gaan. U hebt te veel pijn om
uw gewone wandelingen te maken,
en dat gemis werkt slecht op uw
gestel. Stelt u geen vertrouwen in dr
Thomayer. dan laten we een specia
list uit Wenen komen."
Mevrouw von Turnwald gaf bei
den glimlachend een kus.
„Maar kinderen, laat me toch met
rust met je dokters! De voet komt
beslist van zelf in orde Het gaat nu
al beter. Ik heb in de laatste twee
dagen veel minder pijn gehad."
„Alles goed en wel; maar van
daag?"
„Och, het was van weinig of geen
betekenis. Kortom: ik wil geen dok
ter hebben. Ga je mij lastig vallen
met een specialist, dan loop ik een
voudig als 'n haas het huis uit
HOOFDSTUK V.
„Waarom, mevrouw, vroeg Hem
pel de volgende morgen, schrok u
gisteravond, toen men van de zilve
ren auto sprak, zo hevig?"
Na het ontbijt op een zonnig ter
ras waren de jongelui uit wandelen
gegaan, terwijl mevrouw von Turn
wald en de detective nog voor een
poosje achterbleven.
„Ik?"
„Ja mevrouw, ik hield u in het
oog en heb alles gezien Het vertel
sel van de bezeerden voet maakt na
tuurlijk geen indruk op mij
„Bent u zelf geschrokken, mijn
heer Hempel, toen dr Sorel sprak
over de man in het woud, die in de
„zilveren auto" stapte?"
.„Natuurlijk, want ik twijfel er niet
aan, dat die man de moordenaar van
Gottfried Kluge is. Althans voor ons
lijdt dat geen twijfel. Maar dat be
doel ik niet. Reeds vóór dat Sorel
met zijn vertelling begon, was u ge
schrokken. Moet ik u precies zeggen,
op welk ogenblik?"
Mevrouw von Turnwald was der
mate in de beschouwing van het
prachtige landschap verdiept, dat zij
„vergat" op Hempel's vraag te be
antwoorden.
Maar de detective hernam een
weinig korzelig:
„Zo! Dan zal ik het maar vlakaf
zeggen, en u tevens doen opmerken,
mevrouw, dat het nutteloos is voor
mij te willen veinzen."
„Wat bedoelt u daarmede?"
„Dat weet u zeer goed. Wij kunnen
open kaart spelen. Uw houding
werkt mij tegen. Gisteravond ver
schrok u, toen men zei dat de zilve
ren auto en haar eigenaars uit Ame
rika kwamen. Waarom? Hebt u
vijanden in de Nieuwe Wereld?"
Mevrouw von Turnwald was zeer
bleek geworden. Toch keek zij Hem
pel schier uitdagend aan.
„U vergist u, mijnheer Hempel, als
u meent, dat die bijzonderheid in
druk op mij heeft gemaakt. Het was
gisteravond zeer warm in de eetzaal
ik was dorstig en had mijn glas wijn
sneller dan gewoonlijk geledigd. De
gevolgen bleven niet uit. Ik werd
duizelig en voelde mij ongesteld en
juist mijn inspanning om dat verbor
gen te houden deed de rest."
„U wilt dus niet openhartig zijn,
mevrouw? Mij niet verklaren...."
„Ik heb u alles gezegd, wat uit
leg vroeg. Ditmaal maakte Hempel
zich waarlijk boos. Voor de eerste
keer begreep hij mevrouw von Turn
wald niet. Waarom dan had zij hem
naar Sperber-Eck laten komen? Zij
werkte hem tegen, verzweeg dingen,
die hij absoluut moest weten. Onder
zulke omstandigheden moest al zijn
pogen nutteloos blijven.
Diezelfde dag ging Hempel mr So
rel op „Heimdeele" een bezoek bren
gen. Als motief voor zijn zwerven in
de omtrek van Sperber-Eck had hij
van de beginne af liefhebberij voor
kruidkunde opgegeven, en zelden
kwam hij terug zorder een nieuwe
verzameling planten. Ook mr Sorel
interesseerde zich voor kruidkunde
en die wetenschap had reeds her
haaldelijk aanleiding gegeven tot ge
sprekken tussen de twee mannen.
Juist daags tevoren had mr Sorel
Hempel's aandacht gevestigd op een
bijzonder soort slingerplant, die
slechts op énkele plaatsen in die
streek voorkwam.
Een uitstekend voorwendsel voor
de detectieve. Hij zou nadere inlich
tingen vragen omtrent de plaatsen,
waar die planten te vinden waren.
Trouwens mr Sorel was onmiddellijk
bereid, hem naar die plaatsen te
brengen.
Op weg daarheen bracht Hempel
als toevallig de „zilveren auto" ter
sprake, en vroeg:
„Hebt u misschien het nummer
van die auto opgemerkt, meneer So
rel?"
„Neen. Ik heb er zelfs niet aan ge
dacht. Alles ging zo verbazend snel!"
„En de man, die uit het woud
kwam? Hoe zag die er uit?"