Hachelijk avontuur van twee Polen Pogingen exporteurs en kwekers tot elkaar te brengen „Marelita'' opende speelweide en clubhuis ingtóneeuiude MAANDAG 11 APRIL 1949 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD PAGINA 2 BEGRAFENIS MEVROUW NOORDERWIER—REDDINGIUS. Het stoffelijk overschot van de zan geres mevr. Aaltje Noorderwier Reddingius is te Hilversum ter aarde besteld. De plechtigheid ving aan met een rouwdienst. Dr. Anthon van. der Horst opende de dienst met een or gelsolo, het praeludium in bes kl. terts van Baeh. Vervolgens werd een aria uit Bachs Mattheus Passie"' ge zongen, welke de overledene in vroe ger jaren zelf talloze malen zo be zie'd en ontroerend heeft gezongen: ..Aus Liebe wiU mein Heiland ster ben". De sopraan, mevr. Dora van DoornLindeman zong deze aria, be geleid door de fluitist Nic, Klasen en dr. v. d. Horst aan het orgel. Nadat dr. J. B. A. Kipp, zwager van mevr. Noorderwier namens de familie de overledene had herdacht, vertolkte d^ cellist Carel van Leeuwen Boon kamp het „E'egie" van Gabriël Fau- ré. De dienst werd besloten met de aria uit het „Requiem" van Brahms. ..Ihr habt nun traurigkeit". Onder de velen, die de grote zangeres de laat ste eer kwamen bewijzen bevonden zich dr. N. R. A. Vroom als verte genwoordiger van de Minister van Onderwijs. Kunsten en Wetenschap pen. Aan de groeve sprak allereerst dr. Vroom. De burgemeester van Deurne, haar geboorteplaats, her dacht haar jeugd en de grootse huldi ging. welke Deurne mevr. Noorder- wier bij haar 60ste verjaardag in haar geboortehuis bereidde, waarna dr. Anthon v. d. Ho-st het woord voerde namens het Amsterdams Conserva torium en de vele leerlingen. Ten slotte sprak mevr. Dora van Doorn Lindeman tot haar ..zang-moeder"" een laatste afscheidswoord. TELEFOON GESPREKKEN AFGELUISTERD. Door politieke gevangenen. Tijdens werkzaamheden in het kamp Crailoo bij Laren, waaruit on langs de laatste politieke delinquen ten zijn vertrokken, hebben ambtena ren van de P.T.T. ontdekt, dat de te lefoonkabel, welke het kamp Laren met het directoraat-generaal verbindt een aftakking had naar de zogenaam de reparatiewerkplaats. Hierdoor zijn de politieke delinquenten in staat ge weest alle gesprekken tussen het kamp en het directoraat-generaal af te luisteren- Aan de aftakking was te zien, dat deze lijn geruime tijd in werking moet zijn geweest. Zij verkozen de vrijheid Aetherklanken DINSDAG HILVERSUM I, 301 meer. 7.00 Nieuws. 7.15 Ocht.gymn. 7.30 Het gedicht van dé dag. 8.00 Nieuws. 8.15 Ochtendvaria. 8.55 Van vrouw tot vrouw. 9.00 New Yorks Philharmo- nisch Symphonic Orkest. 9.30 Auba de,-- 10.15 Arbeidsvitaminen. 10.50 Kleutertje luister! 11.30 De Wekker. 12.00 Het Promenade orkest, 1^.30 Land- en tuinbouwnieuws. 12.33 „Voor ons platteland. 12.40 Gerard van Krevelen, piano. 13.00 Nieuws. 13.20 Dolf van der Linden. 13.50 „Met naald en schaar". 16.25 Honderd be roemde componisten. 16.40 De School bel. 17.00 „Jèicob Hamel". 18.00 Nieuws. 18.15 Tom Erich, piano, „Oud en nieuw, van alles wat". 18.30 Strijdkr. 19.00 Pepi, radiostrip. 19 45 Voor de scheepvaart. 19.50 Wederop bouw,. 20.00 Nieuws. 20.05 Radio-zoek licht. 20.15 Het Divertimento Orkest. 20.45 Hersengymnastiek. 20.55 „Can zones". 21.45 Buitenlands overzicht. 22.00 „Ik zou zo graag22.30 Bijnamen in de kamermuziek. 23.00 Nieuws. HILVERSUM II, 415 meter. 7.00 Nieuws. 7.15 Gramofoonmuziek. 8.00 Nieuws. 8.15 „Pluk de dag". 8.05 Lichtbaken. 9.35 Piano. 10.00 „Wie komt er in mijn hokje?" 10.40 „Mu ziek houdt fit 11.30 „Als de ziele luistert". 11.40 Orgelwerken van Mendelssohn en Schuman. 12.03 „Het orkest zonder naam". 13.00 Nieuws. 13.20 Pierre Boessen, bas. 13.45 Pia nokwartet. 14.30 ..Onder ons". 15.00 Lichte klanken. 15.30 Licht piano spel. 16.00 „De Zonnebloem"'. 17.00 Na schooltijd. 17.15 „Lang zullen ze leven!" 17.45 „De Karekieten". 18,20 Actualiteiten. 18.30 Het huis Islam. 19.00 Nieuws. 19.15 Lichte Franse orkestwerken. 19.45 „Dit is leven". 20.00 Nieuws. 20.05 De gewone man. 20.12 Sonate, Debussy. 20.30 Medita tie door pater Eusebius Peters. 2130 Radio Cembalo gezelschap. 22.00 Westeuropese commentaar. 22.10 Col legium Musicum Amstelodamense, o. 1. v. Toon Vranken. 23.00 Nieuws. 23.15 Avondconcert. Twee Polen, die de sfeer in hun vaderland blijkbaar te benauwd vonden, hebben als verstekeling op het 500 ton metende houtschip „Fe- roica", dat Woensdag jl. uit Stettin naar Zaandam vertrok, een hache lijk avontuur beleefd, aldus .Trouw", waaraan het volgende is ontleend. Onderweg ten Oosten van de monding van het Kaiser Wilhelmka naal, hoorde de 16-jarige lichtmatroos Van Drenkelaar uit Rotterdam, klop pen in het vooronder. Terstond waarschuwde hij de kapitein van de „Feroica", die eigendom is van het Rotterdamse bevrachtingskantoor Spiethoff N.V. Men kwam tot de verrassende ont dekking, dat zich in het vooronder twee verstekelingen bevonden, die in een zeer gevaarlijke situatie waren geraakt. Door de woelige zee was de houtlading gaan verschuiven, waar door er voor de mannen nog slechts een zeer kleine ruimte was overge bleven. Daags voor het vertrek had zich nog een derde Pool in het schip ver stopt. Deze was ontdekt en verwij derd. De beide verstekelingen hadden slechte een half kilogram brood en een fles water meegebracht. Twee maal 24 uur hebben zij zonder enig voedsel aan boord vertoefd. Na de ontdekking heeft de bemanning een gat geboord door het metalen z.g. graanschot en daardoor een gummi slang in de kleine ruimte van de vluchtelingen gebracht. Door de slang werd vloeibaar voedsel geleid,, dat de mannen om beurten opzogen. Op dezelfde manier kregen zij gelegen heid nu en dan een sigaret te roken. Terstond na aankomst' in Zaandam om twaalf uur Zondagmiddag is een groep arbeiders geheei vrijwiilig met de lossing van het schip dat be tekent de bevrijding van de verste kelingen begonnen. Veertig last hout van het dek en vijftien last hout uit het ruim moesten daarvoor worden verplaatst. „Wie in Polen niet van de partij is kan geen werk krijgen. Het is in Holland veel beter en daarom zijn wij gekomen Terwijl hij nog in zijn vrijwillige gevangenschap zit, vertelt de oudste Poolse verstekeling, een 24-jarige monteur van vliegtuigmotoren, aldus wat de reden is van zijn vlucht uit zijn geboorteland. Van de jongste ver-stekeling zijn de ouders door de partij wegge haald, zo vertelt hij, zij leven mis schien niet eens meer. Het werken werd Zondagmiddag om half vijf beloond en de versteke lingen van wie "Vrijdag nog gevreesd werd, dat zy omgekomen waren, kon den uit him schuilplaats komen: door en door vervuild met een baard van een week en knipperend tegen het zonlicht, dat zij een week lang niet hebben kunnen aanschouwen. De jongste gooit een kaal versle ten colbert over zijn hoofd en lacht welgemoed. Nu voelt hij pas hoe hij een week lang in een verwrongen houding heeft gelegen. De oudste is er erger aan toe. Men moest hem helpen overeind te komen. Strompe lend gaat hij van dek, ondersteund door een der bootwerkers. Zijn lin kervoet is abnormaal dik. De hout lading heeft hem geraakt. Met een boot van de rijkspolitie worden de Polen naar de kantoorark van de douane gebracht. Daar staat een ziekenauto te wachten, die hen naar het gemeenteziekenhuis ver voert „Ik heb wel meer zware tochten meegemaakt", vertelt kapitein H. Sloots uit Groningen, wanneer wij hem vrijwel direct na aankomst van het schip in zijn hut opzoeken, „maar deze was wel een van de aller zwaarste: storm, mist en dan nog deze twee Polen." Thans verblijven de Polen in het ziekenhuis, waar ook de politie hen aan een verhoor zal onderwerpen. Hun namen zijn nog niet bekend ge maakt. Met J* 1900feest je niet lang. In October 1948 is vanwege een mo demagazijn in de Kalverstraat te Am sterdam aangifte gedaan van verduis tering van een bedrag van f 1900.—. De 25-jarige cassiêre van dit maga zijn mej. K. S. was namelijk op 5 October, drie weken nadat zij bij de firma in dienst was getreden, met de kas verdwenen. Het gelukte de poli tie niet mej. S. te achterhalen, tot zij dezer dagen een brief stuurde, waar in stond dat zij Weer in Amsterdam was en zich onder bepaalde voor waarden graag wilde melden. Een inspecteur begaf zich naar de in de brief vermelde plaats en nam de vluchtelinge mee naar het bureau. Voorlopig is zij daar opgeborgen, want na haar vlucht was tevens een reeds eerder door haar gepleegde diefstal van o.a. een camera en een schrijfmachine, waarvan aanvanke lijk het bewijs niet kon worden gele verd, opgelost Haar avonturen met de gestolen f I960 vormen een roman op zich zelf. Na het geld uit de kas te hebben ge nomen is zij per taxi naar Putte in Noord Brabant gegaan. Hier was juist kermis, welke zij dapper mee heeft gevierd. Zij maakte kennis met een gezelschap Belgen en is met deze over de grens gegaan. In enkele da gen tijds had zij al f 900 opgemaakt. Zij besloot de rest om te zetten in Franse francs en vertrok naar Parijs. Hier is zij gebleven tot 13 Maart. Toen was zij volkomen platzak en zo ver vuld van verlangen naar Amsterdam, dat zij maar is teruggekeerd. Voor lopig zal zij in bewaring blijven. Daar het verwondering wekte dat Zondagmorgen laat bij een perceel aan de Henseniusstraat te Venray de jalouzieën neergelaten bleven, ver schaften buren zich toegang tot de worïipg. Men vond de beide bewoon sters, de 55-jarige mej. Goemans en de 74-jarige mej. Verbeek in bewus teloze toestand, terwijl er een ster ke kolendamp werd waargenomen. Mej. Goemans is in de loop van de dag overleden, mej. Verbeek ver keert nog in levensgevaar. ALG. VER. VAN BLOEMBOLLENCULTUUR Bij aankomst te Zaandam, was één der verstekelingen zo verzwakt, dat hij met een brancard van boord om bereid te zijn. moest worden gehaald. Op de 207e algemene vergadering1 10 April 1949 der Alg. Vereniging voor Bloembollencvultuur heeft de voorzitter jhr. dr. O. F. A. H. van Nigpen tot Pannerden een openings rede uitgesproken, waaraan het vol gende is ontleend: Als er één onderwerp aldus spr. vandaag en voortdurend de aan dacht vraagt is het wel het or^anisa- tieleven van de beoefenaren van het bloembollenvak. Ik wil nu niet spre ken over de verdeeldheid van belan gen en de daaruit mede voortkomen de verdeeldheid der meningen, hoe droevig ook, doch deze heeft het min- se een natuurlijke oorzaak en zal wel nimmer geheel kunnen worden opgelost. Daarnaast zien wij echter ook een te grote veelheid van instel lingen en lichamen, welke zich met de belangen van ons vak bezighou den en juist door hun veelheid en on voldoende samenwerking zo spoedig aanleiding tot verschillende menings- varming geven. De samenwerking met de „Bond" Als wij zien hpq de onderhandelin gen tussen de Bond van Bloembol lenhandelaren en ons Hoofdbestuur door aanvankelijke toegevendheid en begrip beiderzijds vrijwel tot eeo goed resulitaat voor een nadere rege ling van de betalingstermijnen had den geleid en slechts met een weinig méér goede wil tot een goed einde hadden kunnen worden gebracht, dan dringt zich toch de conclusie op dat de volledige en juiste wil tot samen werking nog niet aanwezig is. Het Hoofdbestuur is zich zijn roe ping getroifw gebleven om te trach ten de belangen van beiden, expor teurs en kwekers, tot elkaar te bren- I gen, doch het mocht zich niet losma- ken van wat redelijk is en diende «le belangen van allen nauwkeurig af te wegen, zoals ook thans is geschied Het verheugt ons dat de Boni vin Bloembollenhandelaren ons heeft doen weten tot nader overleg weder- Uit hetgeen'ik U reeds heb ge/egd en nu nogmaals wil onderstrepen zal het U allen duidelijk zijn dat naar mijn mening de vrije organisaties in ons vak juist nog veel nauwer dienen samen te werken dan ooit het geval is geweest, willen zij niet in de toekomst bieden als vrije vakorganisaties te gronde gaan. „Dwaze gevolgen.' Als wij vervolgens terugdenken hoe op onze vorige vergadering vol komen tegengestelde voorstellen alle verworpen werden, dan zullen wij toch moeten erkennen da er in onze wijze van vergaderen en in de wijze van het uitbrengen van de stemmen der afdelingen fouten zijn, welke tot zodanige dwaze gevolgen kunnen lei den dat herziening daarvan geboden wordt. De afgevaardigden zullen mèer dan tot nu toe de vertrouwens mannen der afdelingen moeten wor den in plaats van stemautomaten, waartoe de afdeling Grootebroek -reeds een gewaardeerde eerste stap heeft gedaan door in het afdelingsreg- lëment te bepalen dat indien tijdens een vergadering van de Alg. Ver. v Bloembollencultuur voorstellen wor den gewijzigd door amendementen, moties of - anderzins, de afgevaardig den niet gebonden zijn aan hun man daat. Zij dienen echter overeenkom stig de mening van de afdelingsvér- gadering te handelen. De uitvoer-vooruitzichten. Ten aanzien van de afzet onzer pro ducten stemt het tot voldoening dat de export naar Engeland zodanig verruimd dat een hoeveelheid van 1500 ton méér kan worden uitgevoerd en het gewichtscontingent primair is gesteld. De grote teruggang van de verkoop aan de broeiers in Amerika wordt gelukkig' steeds meer gecom penseerd door de afname voor de dro ge verkoop. Het staat wel vast dat de onpersoonlijke Reclame aldaar op -de goede weg is en vruchten begint af te werpen. Juist nu wij voor een gunstige af- zetontwikkeling staan naar deze lan den zou het onvergeeflijk zijn als wij door kortzichtigheid aan hen, die on ze import aldaar ongunstig gezind zijn, zelf dc wapenen in handen zou den geven om deze te weren. Dat met name de aardappelmoeheid en haar bestrijding grote problemen opwer pen en tot haast onoverkomelijke moeilijkheden, met name in de Noord, aanleiding geven, is ongetwijfeld vol komen juist. Even juist is het echter dat deze problemen nog veel groter en., onverkomelijker zouden worden als de afzet onzer producten naar de ze zo belangrijke afnemers zou wor den stopgezet. Het is hier ongetwij feld kiezen tussen twee kwaden, doch niet zonder reden wordt steeds aan bevolen daarvan nog maar de minste te kiezen, zelfs als dit betekent poet sen van onze bollen en wisselteelt van aardappelen. Burgemeester verrichtte de ceremonie In de gure wind, die van het open veld kwam aanwaaien, stonden mensen, diep in hun jas kragen gedoken, en kinderen, koukleumend met handen in hun zakken en een vuile neus, in spanning te wachten op een hoogepunt, waar het Maredijk- kwartier al sedert maanden naar uitzag en dat Zaterdagmiddag eindelijk plaats vond. de opening van de speeltuin „Marelita" en het daarop staande, eigenge- bouwde clubhuis. Links en rechts waaiden de vlaggen en voor de ramen verdrongen zich belang stellende buurtbewoners, die het onaangename weer niet durfden te trotseren. „Laten we maar gauw beginnen", zei burgemeester jhr. mr F. H. van Kinschot, die prompt daarop, per microfoon, werd welkom geheten door de voorzitter van „Marelita", de heer P. D. Visscher, en even later zelf -het geïmproviseerde podium be steeg, om te vertellen dat hij blij DE WERKGELEGENHEID IN MAART. De daling van het aantal werklo zen, welke in de loop van Februari een aanvang nam, zette zich als ge volg van het aflopende wintersei zoen voort. Het aantal bij de gewes- te'ijke Arbeidsbureax gereristreerde werkloze mannen nam van 77.439 af tot 63.240. te weten 34.942 geheel werklozen (vorige maand 45.508), 778 wachtgelders (963) en 27.520 bij een duw-object tewerkgestelden (30.968). Deze vermindering van het aantal werklozen kwam voornamelijk tot uiting in de bouwbedrijven (van 11.148 tot 8 499), de veenderijen (van 3.380 tot 1.371), de landbouw (van 20.637 tot 14.344) en in de groep losse ongesclioolde arbeiders (van 11.610 tot 10.197). Het aantal aanvragen voor manne lijk personeel steeg van 25.719 tot 26.449. Vergelijken wij einde Maart 1948 en 1949 de aantallen werklozen, dan zien wij een stijging van 40.409 tot 63.240 of van 57 pet; vergelijken wij daarentegen de aanvragen dan zien wij een daling van 42.804 tot 26.449 of vtn 38 pet. In Nederland zijn er per 1000 mannelijke inwoners gemiddeld 14 werklozen. CACAOFABRIEK TE ZAANDAM UITGEBRAND. Zaterdagnachtis in enkele uren de cacaofabriek „De Halve Maan" te Zaandam uitgebrand. Honderden tonnen grondstoffen (cacao en pinda- afval) en afgewerkte producten (vooral cacaoboter) gingen verloren. De schade, welke honderdduizenden guldens bedraagt, wordt gedekt door de verzekering. Omdat de producten, die in de fabriek opgeslagen lagen, uiterst brandbaar waren en omdat „De Halve Maan" alleen kon wor den bereikt via een wankel brugge tje, kon de. brandweer niet veel suc ces boeken. DE 109.000- De 100.000 is gevallen op 9956. De driejarige A. de K. te Zaan dam is gisteren voor een stilstaande taxi gekropen, toen de chauffeur af rekende met zijn passagiers. De chauffeur, die haar niet had gezien, startte en reed over haar heen. Het kind was op slag dood. was deze speeltuin te mogen ope nen. Het gemeentebestuur ziet im mers zeer goed het grote belang van speeltuinen i* de stad, omdat de kinderen van de straat gehouden worden. Dat de buurtbewoners bo vendien zelf een clubhuis gebouwd hadden, achtte de burgemeester te kenend voor de goede buurtgeest. Met de beste wensen voor de toe komst, eindigde spreker en daalde van het podium af, om met de op een kussen aangeboden schaar, het lint door te knippen, dat de belangstel lenden scheidde van de nieuwe speel tuin. En terwijl het jonge volkje zich onmiddellijk ging vermaken met de prachtige schommels en wippen, kwam een klein gezelschap bijeen in het clubgebouwtje, waar verversin gen werden aangeboden. Hier sprak de heer Visscher een dankwoord tot de schenkers en medewerkers, in het bijzonder tot architect v. d. Kraan en de heren Th. Breuring en P. W. Ammerlaan, die zich zeer verdien stelijk hadden gemaakt. Gelukwensen werden aangeboden door de voorzitter van de „Nuso", de heer E. G. Bergers, de voorzitter van buurtvereniging „Marediikkwar- tier", de heer Sassen, die een dubbele baby-schommel aanbood, de voorzit ter van de Leidse Bond van Speel tuinver., de heer M. I. Smit, tevens voorzitter van de Fed. van Buurt verenigingen, de heer Mulder, namens het Polderbestuur, de heer J. Hek- king, namens het personeel van de Rijnsburgersingel-school en de heer B. Broers, namens de speeltuin ver. „Ons Eiland". Hierna bezichtigden de aanwezi gen het gebouwtje, dat, behalve een recreatiezaaltje, ook een portiers loge en enkele toiletten bevat. Reeds eerder gaven wij een beschrijving van dit clubhuis, dat geheel door buurbewöners in hun vrije uren werd gebouwd en. waarvan boven staande foto de voorzijde vertoont. Ook in „De Professorenwijk" de vlag in top. Ongeveer gelijktijdig ging ook in een ander deel van onze stad, „De Professorenwijk", de vlag in top. Hoewel mén in deze omgeving nog wel geen clubhuis in gebruik kon nemen, zijn de omstandigheden vrij wel gelijk aan die als in het Mare- dtikkwartier. Ook hier wordt met man en macht gewerkt aan de bouw van een clubhuis, waarvoor zich een aantal vrijwillige arbeidskrachten •heeft beschikbaar gesteld. Zaterdag middag was men met de uitvoe ringswerkzaamheden zover gevor derd, dat de eerste kapspanten kon den worden geplaatst. Voorzitter P. D. Beversluis greep deze gelegen heid aan om allen te daniken, die in hun vrije tijd zich tot deze bouw hadden gezet. Ofschoon er nog veel moet gebeuren, had spreker goede hoop, dat kort na de wederopenstel- ling van de speelweide, waarvoor men zich de datum van 5 Mei had gedacht, ook het clubhuis kan wor den geopend. Met het uitspreken van de beste wensen voor een vlotte afbouw, besloot de heer Beversluis zijn korte toesoraak, waaraan hij nog de mededeling verbond, dat men op 30 April a.s. met de bouw reeds zover gevorderd denkt te zijn, dat in het dan gereed zijnde gedeel te een bazar kan worden gehouden. LEIDSE UNIVERSITEIT Geslaagd voor het taalkundig can- didaatsexamen Indologie: de heren B. J. Smit te Den Haag,- H. Rotteveel te Leiden en A. H. J. J. Meertens te Maastricht. 50) r SLAAPWAGEN "S DOOR AGATHA CHRISTIE „Ik vergis me niet. Waarom heeft miss Debenham tegen me gelogen?" Kolonel Arbuthnot haalde zijn schouders op. „Vraagt u het haar liever zelf. Ik geloof nog, dat u het mis hebt." Poirot verhief zijn stem en riep Een van de kellners kwam van het ande re eind van de wagen. „Ga de Engelse dame van no. 11 vragen, of ze zo goed wil zijn hier te komen." „Ja mijnheer." De man vertrok. De vier manner. wachtten in stilzwijgen. Kolonel Ar- buthnot's gezicht leek van hout ge sneden, het was strak en onbewecg- lijK De man kwam terug. „De dame komt, mijnheer." „Dank u." Een paar minuten later kwam Ma ry Debenham binnen. HOOFDSTUK XXX Ze had geen hoed op. Haar hoofd hield ze uitdagend achterover. De val van haar haar, haar gezicht, de gehele houding van haar hoofd en hals deden denken aan de vrouwen figuren die vroeger wel aan de boeg van zeilschepen waren aangebracht. Op dat ogenblik was ze werkelijk mooi. Haar ogen gingen even naar Ar- bu'hnot even maar. Ze zei tegen Poirot: „Wilde u me spreken?" „Ik wilde u vragen, juffrouw, waarom u ons vanmorgen heeft voor gelogen." „Voorgelogen? Ik weet niet wat u bedoelt." „U verborg het feit, dat u, in do tijd van het Armstrong-drama woon de in het zelfde huis. U zei me, dat u nooit in Amerka was geweest." Hij zag haar even terugdeinzen, toen herstelde ze zich. „Ja," zei ze. „Dat is waar." Neen, juffrouw, het was niét waar." „U begrijpt me verkeerd. Ik be doel. dat het waar is, dat ik tegen u loog." „O, geeft u dat dus toe?" „Zeker. Nu u het ontdekt hebt." „U is tenminste oprecht, juffrouw". „Er schijnt niets anders op te zit ten." „Ja, dat is waar, natuurlijk. En nu juffrouw, mag ik u de reden vragen van die ontwijkingen?" „Ik zou zeggen, dat de reden dui delijk was, mijnheer Poirot." „Niet voor mij, juffrouw." Ze zei met een rustige vlakke stem, zonc.er een spoor van hardheid er in: „Ik moet mijn brood verdienen." „U bedoelt Ze sloeg haar ogen op en zag hem aan. „Wat weet u. mijnheer Poirot, van de slrijd voor het verkrijgen en be houden van een behoorlijke baan? Denkt u, dat een meisje dat is aan gehouden in verband met een moordzaak, wier naam en, mogelijk, portret, zijn gepubliceerd in de En gelse kranten denkt u, dat een de cente, gewone, Engelse uit goede kringen dat meisje zou willen aan nemen als gouvernante voor haar dochters?" „Ik zie niet in, waarom niet, als u geen schuld treft." „O, schuld daar gaat het niet om; het is de publiciteit! Tot nu toe mijnheer Poirot, ben ik geslaagd in 'net leven. Ik heb goed-betaald pret tig werk gehad. Ik ga de positie, die ik heb verworven niet riskeren, als er geen goed doel mee te bevorde ren was." „Ik waag het op te merken, juf frouw, dat ik dat het best had kun nen beoordelen, niet u." Ze haalde haar schouders op. „Bijvoorbeeld, u hadt me kunnen helpen in de kwestie van de identi ficatie." „Wat bedoelt u?" „Is het mogelijk juffrouw, dat u in jongere zuster, die u hebt les gece- gravin Andrenyi, mrs Armstrong's ven in New York, niet hebt her- kpnd?" „Gravin Andrenyi? Neen". Ze schudde haar hoofd. „Het mag eigen aardig lijken, maar ik heb haar niet herkend. Ze was nog niet volwassen, ziet u, toen ik haar kende. Dat is meer dan drie jaar geleden. Het is waar, dat de gravin me aan iemand deed denken: ze interesseerde me even. Maar ze is net een vreemdelinge. Ik bracht haar niet in verband met dat Amerikaanse schoolmeisje. Het is waar, dat ik maar vluchtig naar haai- keek, toen ik de restauratie wagen binnenkwam. Ik lette meer op haag kleren dan op haar gezicht," Ze glimlachte flauw. „Zo zijn wij vrouwen! En bovendien wel, ik had mijn eigen zorgen." „Wilt u me uw geheim niet ver tellen, juffrouw?" Poirot's stem was heel zacht en overredend. „Ik kan niet ik kan niet." Er» plotseling zonder waarschu wing, verloor ze de moed, liet haar gezicht op haar uitgestrekte armen vallen en huide of haar hart zou breken. De kolonel sprong op en ging on handig bij haar staan. „Ik.kjjk eens Hij hield op en zich omdraaiend, keek hij woedend naai- Poirot. „Ik breek je alle benen in je lijf, vuil beunhaasje," siste hij. „Mijnheer!" protesteerde mijnheer Bouc. Arbuthnot had zich weer tot het meisje gekeerd. „Mary, om Gods wil Ze sprong op. „Het is niets. Ik ben best. U heb me niet meer nodig, wel, mijnheer Poirot? Wel? Ja, dan moet u maai bij me komen. O, wat stel ik rie idioot idioot aan." Ze snelde de wagen uit. Arbuthnot wendde zich voor hij haar vcflgde, nog eens tot Poirot. „Miss Debenham hééft niets te ma ken met d'ye zaak niets, hoort u? En als ze gehinderd wordt en lastig gevallen, krijgt u met mij te doen." Hij stapte weg. „Ik zie heel graag woedende En gelsen," zei Poirot. „Ze zijn erg ver makelijk. Hoe meer geëmotioneerd ze zich voelen, hoe minder beheer sing ze over hun woorden hebben. Maar mijnheer Bouc was allesbe halve geïnteresseerd in de emotio nele reacties van Engelsen. Hij was eenvoudigd overweldigd door bewon dering voor'zyn vriend. „Mijn beste, je bent geweldig!" riep hij. „Weer zo'n wonderbaarlijke gissing." „Het is ongelooflijk, hoe u die din gen bedenkt," zei dr Constantine be wonderend. „O, hier komt mij de eer niet toe. Het was niet eens een gissing. Gra vin Andrenyi vertelde het me toch." „Wat? Neen toch?" „Je weet wel, ik vroeg haar naar haai- gouvernante of gezelschapsda me. IV had al bij bezelf uitgemaakt dat, als Mary Debenham betrokken was in de zaak, ze een dergelijke po sitie moest hebben bekleed in dat gezin." „Ja, maar gravin Andrenyi be schreef een totaal ander iemand." „Juist. Een lange vrouw van mid delbare leeftijd met rood haar in derdaad, precies het tegenoverge stelde in ieder opzicht van miss De benham zo opvallend, dat het be paald opmerkelijk was. Maai- toen moest ze vlug een naam verzinnen en daar verried de onder bewuste ideeën associatie haar." (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1949 | | pagina 2