Hubertiis
Minister Witteman praatte
met „financiën"
Prins Bernhard danst op een
boerenbruiloft
Een zwarte dag voor de
Colorado-kevers
VRIJDAG II JUNI 1948
DE LEIDSE COURANT
PAGINA 2
TWEEDE KAMER
Enige verbeteringen in de Pensioen
regeling aanvaard
De Tweede Kamer heeft gister
middag de heer Hoogcarspel (C.P.
N.) verlof verleend tot het richten
van vragen over het feit, dat in vele
gemeenten van ons land de burge
meesters van die gemeenten bepaal
de groepen de gelegenheid tot het
houden van bijeenkomsten met de
kiezers onmogelijk maken door zalen
en andere gelegenheden voof derge
lijke bijeenkomsten te weigeren. De
interpellatie zal op een nader te be
palen dag gehouden worden.
COMMUNISTISCHE WETHOUDERS
Vervolgens is voortgezet de behan
deling van het wetsontwerp tot aan
vulling van de Provinciale Wet eil de
Gemeentewet; tussentijds ontslag van
leden der Gedeputeerde Staten en
van wethouders.
De heer. Haken (CPN) verklaarde
er zich vierkant tegen.
i De heer Korthals (WD), die het
ontwerp gelegenheidswetgeving vond,
vreesde, dat de aantrekkelijkheid
van de wethoudersfunctie zeer zal
verminderen. De heer - Steinmetz (K.
V.P.) meende, dat hier niet van ge
legenheidswetgeving gesproken mag
worden. Hij verklaarde zich voor
ongewijzigde aanvaarding. De heer
van Dis (S.G.) had zeer ernstige be
zwaren; de bepalingen hebben z.i. 'n
te algeipeen karakter. Hij diende een
amendement in om de bij deze wet
betrokkenen een behoorlijke rechts
positie te verschaffen i.v.b. met de
situatie, waarin zij ambtelijk verke
ren op het moment, dat het vonnis
over nen wordt uitgesproken.
De heer Joekes (Arb.) wees er o.a.
op, dat men de ogen open moet hou
den voor het gevaar, dat het tussen
tijds ontslag gehanteerd kan wor
den in gevallen, dat het niet ge
grond is. Vandaar het amendement-
Scheps, om de nodige waarborgen
vast te leggen.
De Minister van Binnenlandse za
ken, de heer Witteman, zeide Ijet be
zwaar, dat het voorstel ondemocra
tisch zou zijn, niet te begrijpen. Het'
is juist democratisch, misschien te
democratisch.. Dat het een stukge
legenheidswetgeving zou .zijn kon hij
niet of nauwelijks begrijpen. De wet
is niet bedoeld voor één jaar of voor
één gelegenheid. Ze is van blijvende
aard. Iïet is geen anti-communisten-
wet. Een bezwaar* dat hij niet on
derschreef is, dat de wet te eenvou
dig van conceptie is. Naar zijn oor
deelt hoort 'n omschrijving van „ver
trouwen" in de wet niet thuis. Dat
er misbruik van de wet gemaakt zal
Radio
ZATERDAG.
HILVERSUM I, 301 meter.
7.00 Nieuws. 7.15 Ochtendgymn. 8.00
Nieuws. 8.18 Morgenklanken. 9.15
Composities van Jos Jongen. 10.00
Morgenwijding, ds. F. Oort, Ned.
Herv. pred. te Naarden. 10.20 Feuille
ton. 10.55 Zang. 12.00 Salonorkest.
12.30 Weerpraatje. 12.33 Lichte mu
ziek. 13.00 Ned. Strijdkr. 13.30-Orgel-
spel. 14.00 Het Ned. lied. 14.15 Vau
deville-Orkest. 15.15 Nieuws van -de
platenmarkt. 15.45 The Honolulu
Birds. 16.15 Amateurs. 17.15 Volks
concert. 18.00 Nieuws. 18.30 Ned.
Strijdkr. 19.00 Artistieke staalkaart.
19.30 Vragen en wensen in verbarfd
met Amsterdam. 19.45 Voor de Ne
derlanders in Duitsland. 20.00 Nieuws.
20.15 Bont programma. 21.30 Vindo-
bona-Schammel'n. 22.00 D? Bronzen
Fles. 22.30 The Ramblers. 23.00
Nieuws. 23.15 'Orgel. 23.35 Gram.pL
HILVERSUM II, 301 meter.
7.00 Nieuws. 7.15 Gr.pl. 8.00 Nieuws.
8.15 Gr.pl. 9.00 Voor de vrouw. 9.30
Waterstanden. 10.00 Kleuterprogr.
10.15 Opera-progr. 11.00 Ziekenbe
zoek. 11.45 Schoolradio. 12.30 Weer-
overzicht. 12.33 Klaas van Beeck. 12.55
Zonnewijzer. 13.00 Nieuws. 14.10
„Elck wat Wils". 15.15 Tom Hart-
velt. 16.00 Old songs of England. 16.20
De vliegende Hollander. 17.00 De
Wigwam .18.00 Volksliederenkwartet.
18.30 Daviscuptenniswedstrijd. 18.40
„Spineuza". 19.00 Nieuws. 19.15 De
Raaff—Schutte. 20.00 Nieuws. 20.05
De gewone man. 20.12 Merjdelssohn.
20.50 Klein orTcest. 21.25 Pluvier knapt
het op. 22.00 Omreeporkest. 23.00
Nieuws.- 23.15 Concertgebouworkest.
kunnen worden kan z.i. geen reden
zijn haar niet in te voeren. Voor het
amendement-Scheps verklaarde spr.
veel te voelen, voor het stellen van
een termijn aan de wet echter ge
voelde h(j zeer weinig.
BEHANDELING GESCHORST.
Na re- en dupliek kwamen de arti
kelen en amendementen aan de or
de. De heer Scheps (Arb.) lichtte
een amendement toe, beogende in de
wet te waarborgen, dat een voorstel
tot ontslag tenminste acht dagen te
voren aan de leden van Provinciale
Staten wordt toegezonden, teneinde
te verzekeren, dat de leden tijdig kerr
nis krijgen van de behandeling van
een dergelijk besluit.r Verder beoogt
het amendement voor zoveel moge
lijk te waarborgen, dat een besluit
tot ontslag slechts' zal plaats hebben
in de gevallen, waarin de bezwaren
tegen een ambtsdrager zo overwe
gend zijn, dat er aanleiding is tot
tussentijds ontslag over te gaan.
De heer Algera (A.R.) verdedig
de een sub-amendement om in het
door de heer Scheps voorgestelde
nieuwe artikel met waarborgen, te
doen uitkomen, dat het lid vap Ge
deputeerde Staten „op grond van re-
volutionnaire gezindheid" het ver
trouwen van de Staten heeft opge
houden te bezitten.
t)e heer Krol (C.H.) lichtte een
amendement toe ten doel hebbende
buiten twijfel te stellen, dat bij tus
sentijds ontslag aanspraken op
wachtgeld en pensioen blijven be
staan.
De minister gaf te kennen, dat het
amendement-Scheps door de rege
ring kan worden overgenomen. Hij
verklaarde zich echter tegen het sub
amendement.
Het sub-amendement werd in stem
ming gebracht. Daar de stemmen
staakten (3636) werden de beraad
slagingen geschorst tot morgen.
DE PENSIOENWET.
Daarop is de beraadslaging over de
wijziging der pensioenwet hervat.
De minister deelde mede, dat het
overleg, dat hij met zijn ambtege-
noot van financiën heeft gepleegd
tot het resultaat heeft geleid, dat op
enkele punten aan geuite verlangens
kan worden tegemoet gekomen. Uit
zicht op uitgesteld pensioen van voor
1922 gepensionneerden is thans aan
vaardbaar. Eveneens is aanvaardbaar
uitbreiding fan deelgerechtigdheid in
het gezinspensioen door verhoging
van 4500 tot 5000, doch zonder
verhoging van het percentage. Een
weduwe zonder kinderen kan nu ko
men tot ƒ2200, een weduwe met vier
kinderen tot 4000. Voorts ver
klaarde de minister aanvaardbaar
uitbreiding van het eigen pensioen,
echter niet tot 5000, doch tot 4800.
Nadat enige afgevaardigden zich
over de nadere toezegging van de
minister hadden uitgesproken, werd
izonder hoofdelijke stemming de mo
tie-van Sleen aanvaard. Deze luidt:
„De Kamer, van oordeel, dat het on
billijk moet worden ^bacht, dat voor
de voorlopig gepensionneerden niet
zal gelden, dat een bepaald percen
tage van genoten inkomsten buiten
beschouwing blijft, dringt er bjj de
regering op aan artikel 14 van het
reglement op de voorlopige pension
nering op korte termijn in overeen
stemming te brengen met het gewij
zigde tweede lid van art. 67 der
pensioenwet 1922".
Daarna is de Kamer verdaagd tot
hedenmiddag.
Vragen ii^de Tweede Kamer
De vrijlating van de „Kriminal-
direktor" der Sicherheitspolizei
Het Tweede Kamerlid, de heer
Goedhart, zal hedenmiddag te kwart
voor vier in de vergadering der
Tweede Kamer vragen stellen aan de
Minister-President en de Minister van
Justitie. Deze vragen luiden:
1. Is het juist, dat de „Kriminaldi-
rektor der Sicherheitspolizei" Schreie-
der, dia in de bezettingsjaren een rol
speelde in het sindsdien berucht ge
worden England-spiel, op bevel van
de procureur-fiscaal bij het Bijzonder
Gerechtshof te 's-Gravenhage op 7
Juni j.l. in vrijheid is gesteld, daar'
van door hem gepleegde oorlogsmis
drijven .niet gebleken zou zijn?
2. Moet op grond van de commen
taar. die van de zijde der* justitie in
verband met deze aangelegenheid aan
het A.N.P. verstrekt werd, aangeno
men worden, dat:'
a. Scheiieder de uit Engeland
hier neergelaten parachutisten niet
in vier categorieën heeft verdeeld,
t.w.: 1. Degenen, die zonder be
zwaar terstond doodgeschoten kon
den worden; 2. Degenen, die nog
enig belang voor het „England-
spiel" hadden, maar niettemin ge
dood mochten worden. 3. Degenen,
die vóór het „Engla^-spiel" van
waarde waren, zodat zij voorlopig'
niet voor executie in aanmerking
kwanten, en 4. Degenen, die zo
voortreffelijk met de Duitse con-
tra-spiónnage samenwerkten, dat
hun leven gespaard moest worden?
b. Schreieder op geen enkele
wijze betrokken is geweest bij de
dood van enige uit Engeland hier
gekomen agenten, die na hun ont
snapping uit Haaren opnieuw gear
resteerd en daarna in hun cel ver
moord werden?
c. Schreieder niet medeverant
woordelijk gesteld wordt voor de
als „wapen-dropping" te Helvoirt
opgezette hinderlaag, ten gevolge
van welke provocatie verscheidene
Nederlandse jonge mannen de dood
ingejaagd zijn?
d. Schreiieder niét zelf voor de
revolver gezorgd heeft, waarmede
de N.S.B.-er Reydon door mannen
van de verzetsbeweging uit de weg
geruimd werd?
3. Indien het inderdaad juridisch
onmogelijk mocht zijn om de vrijge
laten „Kriminal-direktoi;" op grond
van oorlogsmisdrijven te vervolgen,
achten de ministers het dan op zijn
plaats, dat Schreieders invrijheidstel
ling gepaard gaat met een toelichting
van de zijde der justitie, waarjn dezë
Duitser, die zo nauw betrokken is ge
weest bij een onafzienbare reeks van
tragedies die de vijand in de oorlogs
jaren over de beste zonen van ons
volk heeft gebracht, een „zeer knap
en correct politie-ambtenaar" wordt
genoemd?
4. Weten de ministers overigens,
dat de vele'bijzonderheden, die lang
zamerhand over het „England-spiel"
zijn uitgelekt, in brede kring grote
beroering hebben verwekt, daar nu
wel is1 vast komen te staan, dat door
deze Duitse machinatie tientallen ge
dropte agenten en een zeer groot
aantal Nederlandse verzetslieden in
de cel en voor het executiepeleton
zijn gekomen, terwijl hierdoor even
eens grote hoeveelheden wapens, die
de Nederlandse verzetsbeweging zo
dringend nodig had, in handen van
de vijand zijn gevallen," en kunnen zij
mededelen, wat thans gedaan wordt
of reeds gedaan is om de achtergron
den van dit drama bloot te leggen?
5. Bestaat zekerheid, dat:
a) De vrijlating van de „Krimi-
nal-Direktor" Schreieder het on
derzoek naar het „Engeland-spiel"
niet zal vertroebelen of belemme
ren?
b) Schreieder ter beschikking
blijft van de instanties, die zich
met het onderzoek naar het „Eng
land-spiel" bezighouden, met name
van de parlementaire enquête-com
missie?
PRIJZEN HUISHOUDELIJK
AARDEWERK.
In de Staatscourant van 9 Juni is
verschenen de prij zenbeschikking
huishoudelijk aardewerk 1948. Hierin
staat o.a. dat de hoogst toelaatbare
prijs voor een effen kleurig ontbijt
bord 65 ct. bedraagt, gedecoreerd of
meer-kleurig 80 ct. Vobr platte en
diepe borden zijn de prijzen op 70 ct.
en op 85 ct., indien meer-kleurig.
Voor een effenkleurige nestschaal
met een inhoud van 20 cl. is de prijs
30 ct., met een inhoud van 300 cl.
2.05. De prijzen voor een theepot
variëren al naar gelang inhoud en
kleur van 2.15 tot 4.40.
De hoogste prijs voor een theekop
met oor en schotel is 1.De maxi
mumprijs voor een zgn. herenkop met
schotel is vastgesteld op 1.15.
„Alsof ie een lid van de familie was"
EEN WALS voor de bruidegom en een voor de Prins". Deze uitroep
weerklonk gisteravond in de grote deel van de boerderij van de
heer Veltkamp bij Lochem, wiens zoon Hendrik Jan gisteren in de echt
werd verbonden met Jantje Tuiters Exel. Het doel van Prins Bernhards
drie-daags bezoek aan de Achterhoek en de Lijmers was een beter inzicht
te krijgen in de" daar heersende verhoudingen en een inniger contact op
te nemen met de bevolking. En kon er voor dit laatste een betere gele
genheid bestaan dan een echte Achterhoekse bruiloft?
Veertien dagen was het huwelijk
uitgesteld om de Prins toch maar van
dit grootse feest getuige te doen zijn.
Geen wonder dan ook, dat op de
boerderij een gespannen stemming
heerste.
Honderd vijftig families, die allen
vele zielen omvatten, waren opeen
gedrongen op erf en in deel en wacht
ten de komst van de Prins al hos
sende en zingende af. Het verblijf
van Prins Bernhard op boer Velt-
kamps boerderij zal in de annalen
van dit geslacht ingaan.
Het was dan ook geen kleinigheid.
Een aankomst naar goed Achter
hoeks gebruik .met voor de Prins
„een glaasje sterk en een glaasje
zeut", dié de koninklijke gast deel
de met zijn begeleider, de Commis
saris van de Koningin in Gelderland,
jhr. dr. C. G. C. Quarles van Ufford.
En dan omstuwd door de honderden
boeren en boerinnen naar de feeste
lijk versierde deel, waar aan het ein
de een boerenstrjjkje zijn best doet
hoorbaar te blijven boven het lawaai
in de deel uit.
Natuurlijk volgt dan een kijkje in
de „broedskamer" en een naar de
vele geschenken, die hét jonge boe-
renpaar ten deel zijn gevallen.
De Prins vertelt dan, dat hij zo
juist Prinses Juliana aan de telefoon
heeft gehad. „Ook mijn vrouw ver
zoekt mij u van harte geluk te wen
sen".
En clan behoort de Prins niet lan
ger alleen aan zijn gastvrouwe en
gastheer. Naar de deel gaat het, waar
de honderden opeengepakt staan. Met
moeite wordt er een kring gemaakt
en dan begint „het in het lint
draaien", een oud gebruik, waarbij de
bruid en bruidegom al dansende in
serpentine worden gewikkeld, waar
mede de verbondenheid tussen man
en vrouw wordt gesymboliseerd.
VeiVolgens moet het jonge paar op
stoelen plaats nemen en te midden
van de massa worden zij rondgedra
gen, terwijl de muziek moeilijk te
definiëren wijsjes ten gehore brengt.
En dan plotseling, voor men er erg
In heeft, ziet men de Prins eveneens
op een stoel gezeten boven de me
nigte zweven. Minuten Jang, gedra
gen door tientallen armen, balanceert
hij, de sigaar in de mond, boven de
boeren en onder het dak van de deel.
Steeds sneller gaat het in de rondte,
steeds luider speelt de muziek, steeds
groter wordt het enthousiasme van
de Lochemers. Het „Leve de Prins"
is niet van de lucht.
En als Prins Bernhard eindelijk
weer op de begane grond staat weer
klinkt uit een forse mannenkeel de
roep: „Een wals voor de Buidegom
en een voor de Prins".
Hendrik Jan walst tussen de hon
derden met zijn bruid en de Prins
kijkt toe, maar dan breekt zijn beurt
Even grijpt hij quasi verlegen naar
het hoofd, doch het volgend ogen
blik zwiert Prins Bernhard over de
ruwe bodem van de deel te midden
van de Lochemer boeren met een
stralende Jantje Tuiters Exel.
Iedereen voelt het. Den Haag en
Amsterdam mogen de Prins vele ma
len binnen haar muren hebben ge
herbergd, Soestdijk moge zijn woon
plaats zijn, een dag als gisteren heeft
EEN JONGE BRUUT.
Zeventien jaar telde de landbou
wersknecht Geert Gerrits uit Weyers-
wold (Coevorden) toen hij zich bij
de landwacht aansloot. Ondanks
die jeugdige leeftijd heeft hij in de
omstreken van Coevorden, in de Z.-
O.-hoek van Drenthe een bijzonder
slechte reputatie verworven bij zijn
optreden tijdens huiszoekingen, arres
taties en patrouilletochten.
Deze jonge blaag ontzag zich niet
zijn arrestanten te mishandelen en
velen, die dit aan den lijve onder
vonden hadden deden hierover Don
derdag op de zitting van het Asser
Bijzonder Gerechtshof een boekje
open. Het Hof veroordeelde Gerrits
tot een gevangenisstraf van 9 jaar
met aftrek en ontzetting uit beide
kiesrechten.
nog geen stad in Nederland beleefd.
De Prins te midden van de boeren
en boerinnen. „Alsof ie een lid van
de familie was" zegt een der Velt-
kamps.
Ten afscheid allemaal op
de kiek!
„Ik vond het heerlijk bij jullie te
mogen zijn", zegt Prins Bernhard, als
hij omstuwd door de bruiloftgangers
de deel om tien uur verlaat. Maar
voor hij in zijn Cadillac stapt, die op
ieder, die niet zou. willen geloven, dat
het erf is geparkeerd, vinden de Velt-
kamps, dat nu hèt ogenblik is êange-
broken voor een familiefoto. Drie
geslachten Veltkamps moeten op de
kiek met de Prins. Die foto zal een
onlóochenbaar bewijs zijn voor een
ieder, die niet zou willen geloven, dat
de Prins in hoogst eigen persoon boe
renbruiloft heeft gevierd bij Jan Hen
drik en Jantje Veltkamp. Het duurt
een volle vijf minuten voor de 78-ja-
rige Opa Veltkamp uit de menigte
is opgevist en dan flitst het blitzlicht
en staan de Veltkamps met hun Prins
op de plaat.
Nogmaals bedankt de Prins voor de
onvergetelijke avond en dan ver
dwijnt hij weer over het zandwegge
tje in snelle vaart.
WEERSVERWACHTING
HETZELFDE WEERTYPE
Droog weer behoudens een
kans op enkele verspreide orf-
weersbuien, voornamelijk in het
Zuiden en Oosten van het land
Overdag zonnig en behalve
langs de Waddenzee warm weer
Zwakke tot matige wind uit
Oostelijk richtingen, doch in de
namiddag op enkele plaatsen
invallen van een koelere zee
wind.
GEMEENTEWERKMAN UIT
HAARLEM VERDWENEN.
Op 7 Juni j.l. vertrok de Haarlem
se gemeentewerkman P. C. van der
Meyden voor het verrichten van
werkzaamheden, het plaatsen van
nieuwe electrische meters, met een
Ford-auto. Hij werd voor het laatst
gezien te Amsterdam omstreeks drie
uur des middags. Een ongeluk wordt
gevreesd.
Torpedo door zomerhitte
ontploft?
Naar „Trouw" verneemt is de mo
gelijkheid niet uitgesloten, dat de ex
plosie op Schaarsbergen, waarbij vijf
manschappen van de hulpverlenings
dienst om het leven kwamen, te wij
ten is aan gasontwikkeling. De in
vloed der zonnestralen op de lucht-
torpedo zou namelijk een dergelijke
ontwikkeling' veroorzaakt hebben,
waardoor het wapen, bij het verdere
transport naar de munitieruimten,
explodeerde. De torpedo, die een ge
wicht had van 4000 Engelse ponden,
was afkomstig uit de omgeving van
Oldebroek. Aanvankelijk had men
haar daar willen „invriezen". Hier
van heeft men moeten afzien. Het
projectiel is toen, na verwijdering'
van het ontstekingsmechanisme, ver
voerd naar de bunker te Schaarsber
gen. De torpedo, die Maandagavond
was overgebracht, was tijdelijk bui
ten de bunkèr neergelegd.
Aanval over de gehele linie afgeslagen
De Coloradokever-invasie aan onze
kusten moet wel de grootste kever-in
vasie genoemd worden, die wij tot nu
toe hebben ifieégemaakt, naar het Mi
nisterie van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening ons meedeelt. Ons
land staat hierbij niet alleen. Ook aan
de kusten van Engeland zijn grote
hoeveelheden coloradokevers aange
spoeld, terwijl België en Frankrijk
eveneens aangespoelde kevers signa
leerden.
Reeds thans kan gezegd worden, dat
het grootste gevaar geweken is en
dat, dank zij de ontplooide activiteit
van de schooljeugd, in de eerste linie
veel onheil is voorkomen. De school
jeugd heeft zich dapper geweerd en
heeft vol enthousiasme de gevangen
kevers afgeleverd aan de politie of
ambtenaren van de plantenziekten-
kundigen diénst, die de kevers met
benzine of petroleum overgoten en
verbranden, dan wel in kokende olie
aan hun eind lieten komen.
Het zoeken van kevers door de
jeugd op het strand moet van grote
waarde geacht worden, temeer daar
chemische bestrijding op het strand
niet uitvoerbaar is. Vlammenwerpers
bestrijken slechts een smalle strook,
terwijl voor bestrijding met giftige
middelen de kevers te veel verscholen
zitten tussen zand en aangespoeld
zeewier, e.d. Toch zal het wel voor
gekomen zijn, dat enkele schoolkin
deren of andere helpers enige leven
de kevers in een luciferdoosje mee
naar huis genomen hebben. Hoewel
deze daad volkomen begrijpelijk is.
Hoe gemakkelijk kan een op derge
lijke wijze meegenomen, kever ont
snappen. Het parool is dan ook: ver
nietig de kever ter plaatse! Ouders,
wier kinderen met kevers thuiskomen
zijn verplicht deze kevers te doden,
b.v. door ze plat te trappen.
Er zullen er wel ontsnapt zijn.
Ondanks de activiteit in de eerste
linie is het onvermijdelijk, dat een
aantal kevers aan de speurende ogen
van politie en schoolkinderen ont
snapt is en het land in gevlogen is.
Hier vinden zij evenwel een tweede
barrière op hun weg in de vorm van
de algemene voorzorgen, die de land
en tuinbouw overeenkomstig de voor
schriften van de plantenziektenkundi-
ge dienst te Wageningen heeft geno
men.
In de provincies Noord- en Zuid-
Holland eindigde de verplichte spuit-
periode zoals wij reeds meldden, juist
9 Juni, de dag, waarop de colorado
kever-invasie plaats had. De tuinders
zullen er nu ongetwijfeld nog een
schepje op doen. Zodra de kevers op
de tuinderijen neerstrijken en het
aardappelgewas opzoeken zullen zij
door het in de afgelopen spuitperiode
gespoten vergif verdelgd worden. Ge
vaar, dat de kevers in leven blijven
wanneer zij neerstrijken op een ter
rein met b.v. groenten, dat niet be
spoten is, bestaat er niet, aangezien -
de kever alleen van het aardappel
loof vreet- en al dit loof is met be
strijdingsmiddelen bespoten. Mocht
onverhoopt nog een kever in leven
blijven dan is er nog altijd de tuin
der, die hem, onmiddellijk nadat hij
zijn aanwezigheid heeft geconstateerd,
te lijf gaat en hem zal verdelgen, al
dus de Minister van LandbouW.
De plantenziektenkundige dienst is
uitermate tevreden over het verloop
van de „afweerslag" en vertrouwt,
dat de activiteit van de strandbezoe-
kers in het verdelgen van de kevers
niet zal verslappen nu de grootste in
vasie-golf achter de rug is. De ko
mende dagen is oplettendheid nog
geboden, omdat niet te voorzien is of
nog meer kevers zullen aanspoelen.
Jeugd de lucht in!
Tenslotte kan nog worden medege
deeld, dat het K.L.M.-werkkledingbe-
drijf „Ehco" te Haaksbergen besloten
heeft, gezien de enorme medewerking
van de scholen, het aantal uitgeloof
de gratis vluchten SchipholTwente
met bezichtiging van het bedrijf te
verhogen tot tien.
Deze 10 gratis vluchten zullen wor
den verloot onder' die scholen, wier
leerlingen aan de verdelging van de
colorado-kever hebben deelgenomen.
Dit geldt niet alleen voor de scho
len tussen Hoek van Holland en
Zandvoort, doch ook voor die in Zee
land en eventueel andere plaatsen,
wéar de schooljeugd actief is opge
treden.
Het aanwijzen van de winnende
scholen zal geschieden door het Mi
nisterie van Landbouw, Visserij en
Voedselvoorziening. De schoolhoof
den van de winnende scholen zullen
zelf kunnen bepalen wie van hun
leerlingen het meest actief is geweest
en voor een prijs in aanmerking
komt.
EEN ROMAN VAN HET WOUD
Paul Keiler
44)
Ze rent nog wel geagiteerd aoor
erf en tuin op en neer om alle mo
gelijke voorwerpen, die buiten liggen
tegen de regen te beschermen; maar
zodra vallen de eerste druppels, of
ze is binnen, slaat.de handen in el
kaar en schreeuwt „Wat'n weer! Wat
'n weer!" Voor de bliksem schrikt ze
niet zo overmatig. Maar voor de
donder! Dan draait ze haar schort
om haar hoofd en maakt buigingen
ongeveer tot de grond.
Ik heb geprobeerd, die angst van
vrouw Stur$ voor het onweer wat te
matigen.
„Vrouw Sturz," heb ik gezegd,
„van elk kwart millioen mensen dat
er-in Duitsland sterft, komt er maar
één door de bliksem aan z'n end dat
wijzen de statistieken uit; begrijpt u,
dat is nauwkeurig berekend!''
„Maar dat is verschrikkelijk!" riep
het mens uit; „dat is verschrikke
lijk!"
Het was volmaakt vergeefs, haar
van een onweer duidelijk te maken,
haar te bewijzen, dat influenza
honderdmaal gevaarlijker is, zij
bleef erbij: het dondert en dat is
ontzettend!
Balthassar zwierf tijdens het on
weer door het dorp, Hij. droeg dan
een langen gummie jas met kap.
„Ja, ziet u," zei hij me eens, „die
gummiejas heeft me eens iemand in
de stad, toen ik toevallig niet meer
helemaal nuchter was, voor 'n grof
sommetje aangesmeerd. Moet de jas
nu het hele jaar door in de kast
hangen, verschrompelen, en scheu
ren krijgen? Als ik ze bij regenweer
op het land aantrek, lachen de men
sen me uit. Zie je, daarom gebruik,
ik ze maar als onweersjas. Nietwaar:
gumriimi isoleert. Er kan me in d;e
jas dus niets gebeuren.'1
Hij Jachte.
„Ja, en ziet u, als het eens ergens
inslaat uw berekening v^n één
persoon op het kwart millioen komt
misschien uit voor heel Duitsland,
maar zeker niet procentsgewijze
voor ons wouddal als het hier dus
eens ergens inslaat, dan ben je di
rect bij de hand en kun je ingrij
pen."
Vorige week Dinsdag weer bla
kende zonneschijn. Ik was tot 's mid
dags zes uur in het woud geweest;
er hing zo'n vochtige warmte, en de
vliegenplaag was zo hinderlijk, dat
ik niets van het „koele lommer" ge
waar werd, dat de dichters tijdens
„de hete zomertijd'' zo bijzonder
prijzen. De lucht stond tussen de bo-
jpen als de vuurhitte tussen de wan
den van een bak-oven.
Ik ben altijd blij, als ik op het
open veld kom, Daar was wel geen
schaduw, maar er hangt toch een
vrije, enigszins bewogen lucht.
Vader woud heeft gedurende de
zomer geen koel hart.
Ik Héb nog zeven keer bij het oogs
ten geholpen, de achtste maal werd
ik afgewezen.Hoffelijk en glim
lachend, maar toch enigszins .be
schamend. De mensen vertrouwen
noch mijn spieren noch mijn uit
houdingsvermogen, noch mijn han
digheid.
Een boer zei me ronduit:
„Alle respect voor uw goede wil,
mijnheer Hubertus, die doet 'n mens
echt plezier. Maar van landarbeid
hebt u geen verstand. En dan, als u
meehelpt staan de knechten en
meiden te gapen en domme grap
pen te maken en dat houdt meer op
dan dat het voordeel oplevert."
Sedert deze uitspraak -luier ik
weer met een gerust geweten.
Vorige Dinsdag had ik een grote,
tocht gemaakt en na uren ronddo
len was ik weer op de terugweg. Ik
naderde de hut bij het moeras van
de bergzijde. Ik teerde van de pro
viand in mijn rugzak. Laat in de
middag strekte ik mij uit op een
open plek' Zoals vrouw Sturz schrik
heeft voor onweer, zo heb ik een
bijna ziekelijke angst voor adders.
Vóór ik in het bos op de grond ga
liggen, klop ik eerst met een stok
ae hele aardbodem niets zo ontzet
tends, niets waarvan ik lichamelijk
en psychisch zo'n afkeer heb, als
zo'n slag.
Mpe en afgemat lag ik tussen de
heidestruiken. Wilde bijen zoemden
hun hete honing liederen. Een ge
voel van grote eenzaamheid over
meesterde mij, en ik had er spijt
van, dat ik mijn honden niet had
meegenomen. Ik had kunnen door
lopen en begrijp thans nog niet
wat mij toen eigenlijk zo lange tijd
aan die eenzame plek, waar ik ze^fs
geen uitzicht had, gebonden hield.
Ik lag er meer dan een uur.
Plotseling kraakte en ritselde het
achter me. Mijn oude angst voor
slangen ontwaakte onmiddellijk, ik
sprong overeind en keerde me om.
Ik stiet een kreet uit.
Voor mij stond Emil Bönisch.
De voortvluchtige.
Hij schrok hevig als ik. We ver
bleekten beiden, stotterden en sta
melden.
„Emil Bönisch... waar... komt u"
Hij slaakte een kreet en balde zijn
vuisten, „U mag niet-weten, dat ik
hier ben... u mag het tegen nie
mand zeggen!... ik waarschuw u,
als u.
Hij keerde zich om.
„Emil, Wijf... spreek'met mij!"
„Neen! Neen! Neen!"
Wild stootte hij dat uit en rende
toen weg. Ik probeerde hem te vol
gen, maar hij was spoorloos verdwe
nen.
Ik voelde me ijskoud worden.
„Waar... waar is mijn hoed?"
Ik duizelde, terwijl ik zo tegen me
zelf sprak. Ik vond m'n hoed 'en be
reikte eindelijk de hoofdweg. Daar
begon ik te lopen alsof ik acntervolgd
werd, alsof een moordenaar me op
de hielen zat. Weldra was ik bij de
moerashut. Ik schrok er van als van
een rovershol. Het heksengezicht
van de oude vrouw Krügel verscheen
voor het raam en verdween weer on
middellijk. De weg naar het dorp
legde ik grotendeels op een draf af.
Ik moest iemand spreken. Wie?
Balthassar was ergens op he't land.
Dus snelde ik naar de school. Ik
smeekte Erica Isenloh, mij een eind-
weegs te vergezellen, daar ik haar
iets te vertellen had. Dit meisje was
in werkelijkheid reeds mijn levens
gezellin; ik had de dringende be
hoefte haar van al mijn belangerij-
kere ervaringen mededeling te doen.
„Hebt u hem werkelijk gezien?"
vroeg ze verschrikt.
„Ik heb hem zelfs gesproken. Het
was ontzettend, omdat het zo on
verwachts gebeurde."
„U ziet bleek ondanks de warmte.
We moeten over het geval naden
ken."
„Zeg eens, Erica, waarom zwerft
hij hier plotseling rond?"
„Uit heimwee of..."
„Of?"
„Omdat zijn misdaad hem hier
heen drijft."
„Of om beide redenen."
„Ja wij moeten het Balthassar mel
den. Emil Bönisch' aanhouding is
verzocht. Eindelijk komt er dan licht
in deze zaak. We moeten het ook
doen om wille van de oude Krüge.1."
Wij begaven ons naar het landgoed
en vernamen, dat Balthassar op het
gersteveld was. Vrouw Schubert, de
huishoudster, was beleefd genoeg
om ons uit te nodigen, in de tuin
plaats te nemen; zij zou dadelijk een
boodschap naar mijnheer Balthassar
sturen.
Op een blaadje van een notitie
boekje schreef ik:
(Wordt vervolgd)