Met de soldaten op de »Volendam' ZATERDAG 13 MAART 1948 DE LEIDSE COURANT TWEEDE BLAD - PAGINA 1 Er werden in Port Said 15000 brieven en briefkaarten gepost! DUIZEND MAN BIDDEN DE ROZENKRANS PORT SAID, 10 Maart. Zeeziek te is nauwelijks voorgekoftien en de stemming aan boord is daardoor best. Van het oude aanzien van het luxe-, »schip „Volendam" is na zeven jaren troepenvervoer en het hachelijke avontuur van twee rake torpedo's in 1941, niet veel meer over. Niemand verwachtte dan ook een luxe-reis te maken. De jongens in de ruimen, die als slaap- en verblijfplaatsen dienen,, liggen nauw op élkaar. Maar het schip is groot en overdag is er op de dekken genoeg ruimte om de l^den te strekken en de frisse zeelucht diep in te ademen. Als ik de manschappen vraag hoe zij het leven aan boord vinden, is het antwoord: „best". Het eten is goed, beter dan in de kazerne volgens ver- scheidenen; de cadi-rantsoenen zijn ruimer dan aan de wal: voor tien da gen 200 sigaretten, twee ons ^zuurtjes, twee doosjes lucifers, drie kwattare- pen, een pakje Goudse stroopwafels, een stuk scheerzeep en een stuk „zee water-zeep". Zoet water is n.l. niet in al te ruime mate aan boord en wordt maar drie maal per dag gedurendé korten tijd vrijgegeven. Daarentegen is er de gehele dag heet en koud zee water. Maar daar kan de gewone zeep niet tegen. Daarom krijgt iedereen een stuk zeep van andere samenstel ling, welke wel schuimt in zout wa ter. Wat alle jongens trekt, zoals uit de gesprekken blijkt, is het avontuur. De nieuwe indrukken, welke zij nu reeds dagelijks opdoen en die hun nog te wachten staan. „De toekomst?" „Ach, daar denken wij later wel aan. Terug kunnen wij toch niet en ze zullen ons niet eerst naar Indië sturen om ons straks in een hoek te gooien!" Het leven aan boord. 's Morgens om zec' uur reveille, was sen, aankleden, ochtendgymnastiek en om half acht ontbijt. Meestal bestaat dit uit pap (met gebrek aan suiker), brood, boter en jam, kaas, of vlees. Na het ontbijt, omstreeks acht uur is er appèl en daarna begint de „dienst", welke in hoofdzaak bestaat uit het repeteren van réeds bekende lessen en het bijwerken vnn de kennis van het Maleis en volkenkunde. Vooral aan dit laatste wordt veel aandacht besteed, zodat de jongens over een ruime kennis kunnen "beschikken, wanneer zij in 'Je tropen aankomen. De dienst gaat door tot vier pur in de middag, met een onderbreking van een klein uur voor de middagmaal tijd, meestal bestaande uit een bprd soep, orood, boter en bijvoorbeeld een bokking of ander soortgelijk beleg. Thee,bij het ontbijt en koffie bij het middagmaal zijn de dranken. Na vier uur zijn de jongens verder vrij in hun doen en laten en wórdt, het een gezellige boel aan boord. Er is limonade om de' dorst te verhelpen, er worden ijverig brieven tiaar huis geschreven. Er passeren steeds kust streken of schepen, welke de aan dacht trekken, zodat er altijd wel wat te zien is. Tegen zes- uur 's avonds is er dan tenslotte het „diner" en ^ïierover heb ben de jongens niets dan lof. De scheepskok verstaat inderdaad zijn vak uitstekend. Hoogstens zouden de porties af en toe iets groter kunnen zijn, doch de zeelucht maakt zo hon gerig, dat vermoedelijk ieder quan tum momenteel naar binnen zou gaan.. Om tien uur 's avonds is het „lich ten uit", maar voor het zover is' heeft eerst de RAO voor de nodige aflei ding gezorgd. Er is een uitstekend ca- De verslaggever van het A.N.P. aan boord van het troepenschip ss. „Volendam", die deel uit maakt van de groep van vijftien journalisten, welke de reis mee maakt om een indruk te krijgen van het leven van de soldaten aan boord van een troepenschip, schrijft ons van Port Said de eerste haven welke het schip aandeed: baret-programma, regelmatig worden er films vertoond en af en toe houdt een officier of een der journalisten een lezing over een of ander interes sant onderwerp. Intussen malen de machtige schroe ven van het sóhip gestadig voort iede re dag en hoe snel verlopen deze niet brengt ons dichter bij de eve naar en dus dichter bij de taak, wel ke deze jonge kerels wacht. „Lokt deze taak henV' „Neen, de meesten zouden zo wel willen,, dat de ,-,Volendam"de ster ven wendde en de scheepsomroep be kend zou maken: „Wij gaan terug naar huis!" „Hebben zij er dan een hekel aan?" „Evenmin. Deze jongens gaan, niet uit plichtsbetrachting, want zij gaan niet vrijwillig, maar zij ghan, omdat zij weten, dat het moet en zij gaan met het vaste voornemen er het beste van te maken. De avonturen en het nieuwe lokken sterk. Indië is geen schrikbeeld voor deze soldaten. Het gevecht is voorbij, maar er is nog heel veel te doen en zij zijn stuk voor stuk bereid deze taak te aanvaar den". Merkwaardig is hoe juist deze jon gens allen zijn ingelicht over de toe standen in Indië. Zij weten, dat er weinig en slechte sigaretten zijn en dit is veel en veek belangrijker voor de soldaat, dan zij, die daarvoor verantwoordelijk zijn, blijkbaar be seffen! Zij weten, dat ondanks, de krachtsinspanning van de. Niwin de ontspanning veel te weinig is, zij we ten, dat de geneeskundige behande ling, met uitzondering van de grote centra, vaak tekort schiet én zij we ten ook, dat de dienst zeer zwaar zal zijn. Hieromtrent bestaan geen ge heimen en dit betekent, dat er ook weinig onverwachte teleurstellingen zullen zijn. Dit eerlijke spel dat iedere sol daat veel meer apprecieert dan niet nagekomen beloften, doet meer goed dan menigeen zou denken. Beter ware het natuurlijk, wanneer er wel voldoende en rookbare siga retten zouden zijn, wel voldoende ontspanning om de vermoeidheid van een zware dagtaak kwijt te raken en er wel voldoende geneeskundigén wa ren. Maar dit te verzorgen is iets, dat feitelijk buiten het leger staat en een taak wordt van het gehele Nederland se volk. En dit is het, dat de jongens sfeeds weer opnieuw aan ons, groep je journalisten aan boord, vragen: „U zorgt toch dat wjj en thuis dicht bij elkaar blijven!" Want wanneer er iets is, dat de jongens steeds weer door de moeilij ke uren en dagen, die hen zonder twijfel te wachten staan, heen zal helpen, is het de wetenschap, dat wat zij doen begrepen en geapprecieerd zal. worden, niet in de eerste plaats door hun meerderen, doch in de eer ste plaats door de mensen, die thuis blijven. De godsdienstige verzorging. Het religieuze leven aan boörd van het tropenschip „Volendam" is zeer intens. Uiteraard is de accommodatie primitief. De vroegere rookkamer der eerste klasse is sinds de „Volendam" Nederlandse troepen vervoert, inge richt als kerk- en bioscoopzaal De ruimte ontbreekt nu eenn§aal" om een zaal uitsluitend voor religieuze bij eenkomsten te reserveren. Van de ongeveer twee duizend manschappen, welke aan boord zijn, belijden ruim 130C het Rooms Katho lieke geloof. Ruim 500 behoren tot een Protestants kerkgenootschap. Dit komt doordat het gros der troepen bestaat uit manschappen van het 5-11-R.I.. afkomstig uit Brabant en Limburg. Er zijn een aanmoezenier en drie veldpredikers "op het schip. Een van deze drie, ds. A. J. Boss, be hoort tot de vaste staf van de „Vo lendam", de-anderen, evenals de aal moezenier, maken deel uit van de troep. Er is een veel. groter gebrek aan veldpredikers, dan aan aalmoezeniers in Indië. Dit tekort wofdt thans lang zaam ingelopen. Daarom gaan"de laat ste tijd^ met de uitgaande troepen- schepen meestal meer veldpredikers dan aalmoezeniers mede. Bij informatie en uit aanschouwing bleek mij, dat het kerkbezoek, vooral op de Zondagen, zeer groot is. Alle drie Missen van Zondag werden zeer druk bezocht. Het rozenkransgebed, dat 's avonds op een der dekken wordt gehouden, verenigt niet zelden naar schatting duizend manschappen en officieren. Een schrijf-woede heerst alom. Het schrijven van brieven is aan boord van het ss. „Volendam" een ware „woede". Op ieder uur van de 'dag, kan men, op bijna' ieder plekje van het schip, dat buiten de wind ligt, iemand treffen, die of schrijft, of nerveus op zijn penhouder bijt, omdat hij wil schrijven. Er i.« .zeifs- een kampioenschrijver aan boord de journalisten zijn buiten mededin ging die volgens de laatste stand, opgemaakt korte tijd %óór wij in Port Said aankwamen, reeds 36 brie ven had geschreven. De competitie is evenwel niet officieel, zodat ik niet voor de juistheid van dit cijfer insta Bovendien zijn er nog belangrijke wij zigingen te verwachten, want in deze laatste uren, welke het sluiten van de postzakken vooraf gaan, wordt menige „eifidspurt" ingezet. De schatting is, dat de 2400 opva renden in Port £aid ten naaste by 15000 brieven en briefkaarten naar Holland zullen versturen. Boze tongen beweren, dat iedereen' zo ijverig schrijft, niet," omdat men zoveel te vertellen heeft, doch omdat men hoopt op iedere brief een ant woordt te krijgen. En het is nu een maal erg prettig post te ontvangen. Het legernummer. Op de enveloppe moet evenwel het legernummer van de afzender zijn vermeld. Heeft u wel eens zo'n legér. nummer gezien? Een legernummer is eigenlijk een heel eenvoudige code.en bestaat uit de geboortedatum van de betrokkene alsmede een soort "rangnummer. Het wordt als volgt samengesteld. Eerst het jaartal 1917 minus 19 om dat dat voor iedereen gelijk is; dan de maand 11 (November) en tenslotte de dag 26. Daarachter wordt een ge tal van drie cijfers geplaatst, dat aan geeft de hoeveelste man, die op die dag geboren werd, deel uit maakt van het Nederlandse leger, sedert de invoering van dit systeem. Iemand die i\.l. de militaire dienst verlaat blijft zijn nummer behouden. Uit het hierboven gekozen nummer blijkt dus, dat deze militair de achte man is, die geboren op 26 November 1947, na 1945 soldaat werd in het Nederlandse leger. N Het is maar een weet! Met eentroepentransportschip naar Indonesië. Het s.s. „Volendam" is met troepen en een aantal journalisten op weg naar Indonesië. De dienst voor de jongens gaat gewoon door aan boord. Onder een heerlijk zonnetje wordt de theorieles, aan boord een toaar^genoegen. Te weinig dokters in Nederland Het A.N.P. vheeft* te bevo'egder plaatse inlichtingen ingewonnen naar aanleidingvan in de laatste tijd circulerende berichten omtrent onvoldoende medische verzorging in bepaalde fetreken van het land, met name in de Peel. Mén gaf te ver staan, dat in het Zuiden des lands de artsenbezetting *altijd minder sterk is geweest £pn elcters. In Nederland zijn momenteel 7000 artsen, ^specialisten inbegrepen, het geen betekent een op de 1400 per sonen. De toestand is onmogelijk gunstig te noemen 'en is in hoofd zaak te wijten aan twee» factoreij,' Achthonderd artsen zijn in militaire diénst geroepen, omdat nu eenmaal de noodzakelijkheid bestaat, Indone sië van geneeskundigen te voorzien. Voorts heeft het afstuderen nage noeg vier a vijf jaren stilgestaan. De ziekenhuizen en universiteits klinieken kunnen dan bok geen as sistenten krijgen- en het is moeilijk waarnemers te vinden voor hen, die in militaire dienst worden opge roepen. Als men nu nog in aanmerking neem* aldus voegde men er aan toe dat de bfhoefte aan artsen door de toèneming der medische 'verzorging (school- en bedrijfsart sen, controle-artsen voor zieken fondsen e.d.) hier te lande is toege nomen, dan is het duidelijk, dat wij met de medische voorziening tijde lijk in een imnasse zitten. Over eni ge'jaren zal dit leed.wel geleden zijn. Intussen, al doen zich hier en daar wel enige moeilijkheden voor, kan van een noodtoestand niet wor den gesproken. HYPOTHEKEN en voor alle anrlere zaken op het gebied van on roerende goederen "ouw-en Makelaarsbedrijf v.cL Drift AMSTERDAM KRIJGT ZIJN COMITÉ VAN ACTIE. Onder de naam „Voorlopig Wel- vaaFt-comité Amsterdam" is thans ook door de Amsterdamse commu nisten een Comité van Actie ge sticht. De kern daarvan wordt ge vormd door de communistische raadsfractie als zodanig. Voorzitter is de communistische wethouder L. Seegers, lid is de communistische wethouder B. Polak. De „diverse maatschappelijke groepen", die aan het comité een bredere basis moeten geven, worden vertegenwoordigd door vier bestuurders v^n de bloe- menhandelarenvereniging „Nieuw Leven" en de vroegere vrijz. dem. wethouder S. 'Abrahams, eertijds als zodanig afgetreden 'in verband met de affaire „Trein 8.28". Het comité bepleit „samenwerking met Oost-Europa" ter afweer van de „Amterikaanse .bedreiging". Het roept op tot het stichten van comi- té's in buurten en. bedrijven en ^ot afvaardiging van de vertegenwoor digers daarvan naar een „stedelijke conferentie" op Zondag 4 April. Culturele betrekkingen met Duitslahd Ongeveer 20 Nederlandse organisa ties-op religieus, sociaal en cultureel gebied hebben zich aaneengesloten tot een „coördinatie-commissie voor culturele betrekkingen met Duits land". Deze commissie Werd op initia tief van het Ned. Rode Kruis en het N"ed. genootschap voor Intern. Zaken ingesteld. Het is de bedoeling dezer, qommissie. ^an Nederlandse kaïüt een bijdrage te leveren tot het geestelijk en cultureel herstel in Duitsland. Men heeft te Burgsteinfurt eens een con ferentie-tehuis geopend, dat wordt geeploiteerd door het Ned. Rode Kruis. Men hoopt binnenkort bij Dusseldorf een tweede tehuis te ope nen. De,commissie en de daarbij aan gesloten organisaties, richten hun werkzaamheden speciaal op West- Duitsland, waarmede van oudsher de nauwste betrekkingen werden onder houden. Men ontvangt grote steun van de Britse bezettingsautorietien en van de Nederlandse militaire missie. Van de' Duitse bevolking, ondervindt men veel waardering. De Nederland se regering heeft besloten dit sociale en culturele contact van Nederland met Duitsland met 75.090.jaar lijks 'te subsidiëren. Uit eigen bron nen brengen de organisaties 30.000 bijeen waarnaast uit andere fondsen nogmaals 10.000 wordt geput. Deze bedragen dekken de totale begroting niet, maar vormen volgens het be stuur der commissie een moedgevend begin. Bij de commissie zijn o.a. aan gesloten het Kath. Genootschap voor Geestelijke Vernieuwing en Ned. Ca ritas Missie. Het toppunt van gemak Ga óók genieten ven het voordeel en gemak der-moderne scheermethode met de „PHILlSHAVE", het Philips electrischdroogscheerapparaat.Vraag Uw handelaar een demonstratie. PHILIPS IPHIU 200 jaar geleden .in de £&y,die OauAanl 13 MAART 1748. Bij Jacob van Velsen te Noord- wijk zijn na gewoonten te beko men, en nu ook-bij zijn zoon Job Jacofcuszn van Velsen in 't Nieuw Noordwijker Kruid-Hof te Haarlem, één a tweejarige Aspersie Planten, extra soort a 25 Stuivers de 100. Zijn Addres is ook ten Huyze van Monfr Sa lomon Looy, Herbergier aan de Visbrug tot Leyden. Te Leyden bij de Delfse Vliet, even' buiten de Koepoort, is te Huur, om ten eersten te aan vaarden, een Bleekery, leggen de ten einde van het Pad*, aan de overzijde van den Aanslag, bij de voorm "Vliet, genaamd het Fortuin, en alwaar de Zaak en verscheidene Jaaren larvg met goed succes zijn geëncerceerd. Te bevragen ten Huyze van de Weduwe F. de Klopper op de Breedestraat bij de te Leyden voorn. Complete Handels- en Kantooropleiding Kon. Erk. PITMANSCHOOL Plantsoen 65 Taleioon 26558 PARTICULIER SECRETARIS VAN MINISTER MANSHOLT GAAT HEEN. Met ingang van 1 April is ir. B. van Dam eervol ontslagen als par ticulier sêcretaris van de minister van'Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening. Zoals men zich herinnert, zijn in December in de Tweede Kamer pro testen geuit tegen de begrotings post, die betrekking had op het sa laris van ir. v. Dam. Minister Mans- holt besloot toen de desbetreffende j post te schrappen. maal u-ooia£ iffeed/elffie [Winieliquiq, KEULEN. Dinsdagmorgen (17 Februari) ben ik met de Rhein-uferbahn naar Keu len getramd Zo ben ik in de gelegenheid geweest, iets van de Keulse ruï nes te zien. Ik teg met opzet iets. Ik ben hoofdzakelijk in dat gedeelte van Keulen geweest dat alweer het best werd opgeruimd. Men vertelde -mij, dat men in het Zuiden van de stad twintig minuten lang over de ruïnes kan gaan zonder dat er een straat te bekennen is. Alles ligt er plat, er staan zelfs geen muurstompen meer overeind. Wat ik gezien heb is overigens g;enoeg om het levenslang niet meer te vergeten Zij. die Rotterdam 1940 gezien hebben, kunnen zich er een voor stelling van maken. Maar ook weder slechts een gedeeltelijke voorstelling. Rotterdam heeft niet die omvang gehad, er is meer door brand dan door de bommen zelf verwoest. Hier ziet men hoe hoge massieve bouwwerker! door voltreffers uiteengerukt, ineengedeukt zijn. IJzeren balken zitten als klu wens in elkaar. Het puin is langzamerhand gaan verweren en er heeft zich vegetatie gevormd tussen de verbrokkelde resten. Het is alsof de hand van moeder natuur de miserie omweven wil met tederheid, 's Zomers moet alles soms voIqp in bloei staan." Ik ben eerst naar mijn Keulse collega gegaan, Pfarrer Falke, waar ik het middagmaal gebruik. Hij heeft een grote kamer in een oud herenhuis aan de Hansa-ring Het trappenhuis heeft nog geen beglazing, verder is het huis alweer aardig opgeknapt. De Studentenpfarrer is tweemaal uitgebrand en heeft daarbij tweemaal zijn bibliotheek verloren. Zij had aanvankelijk 2000 boeken. Toch heeft hij ook nu weer een aardige boekerij met interes sante werken. Hij heeft een deel door erfènis gekregen, de rest hier en daar op de kop getikt .„Hij weet eraan te komen", zeggen de studenten, men heeft daar tegenwoordig een bijzonder woord voor, „maggeln", maar de Pfarrer weert het lachend maar beslist af. Hij heeft alles eerlijk verworven. Na ne middag heb ik een rondgang door Keulen gemaakt, tenminste in de onmiddellijke omgeving. We zijn eerst naar de kerk van Sinte Urshla gegaan, dat deels Romaanse deels Gothische heiligdom, waar de reli kwieën van Ursula en haar gezellinnen bewaard werden. Zij heeft meer dere "oltreffers gehad, het gewelf was zowat helemaal weg, de spits (de kroont is van de toren af. Men heeft echter niet stil gezeten. Het deel, dat onder het zangkoor lag en ook gewelfd was, heeft men met een muur van de rest der kerk afgescheiden. Zo kan men daar weer kerken. Er was een klein portaal ingebouwd. Pfarrer Falke, die hier kapelaan is geweest, ver telde me, dat hij het zelf gemetseld heeft. Enkele der gtootste kostbaar heden had men al in het begin van de oorlog ingemuürd: die zijn gelukkig gespaard gebleven. Ook de schatkamer is niet geraakt. Men heeft nu al weer een provisorisch dak op de torèn gemaakt. Ook op de kerk zelf zal weer spóedig een nieuw dak gezet worden, de ijzeren spanten lagen.al klaar. Merkwaardig is, dat bij het ineenstorten van het, later ingebouwde Gothische gewelf, de oude Romaanse Kapitelen weer voor de dag kwamen Ook zijn hier en daar Romaanse schilderingen aan het licht gekomen. Men zal nu het Gothische gewelf geheel slopen en de kerk als Romaanse basi lica met platte zoldering herstellen. Sankt Ursula is parochie-kerk. Ik vroeg de Pfarrer, of er nóg wel paro chianen waren. Hij vertelde, dat men onlangs "een voorlopige raming ge maakt had Er wonen in de parochie weer 3500 mensen. Waar zijn die dan? Men ziet hier practisch niets dan ruïnen, slechts enkele huizen staan over eind. Maar velen schijnen in kelders te wonen, Kier en daar heeft men een enkel vertrek weer opgemetseld. Dat er overal veel mensen móeten zitten, blijkt wel uit het totale inwonersaantal van Keulen, dat op het ogen blik wer 540.000 bedraagt, ongeveer twee derde van het geheel. Dat be tekent, dat een half millioen is'teruggekeerd. Toen dfe geallieerden bin nentrokken, waren er nóg 40.000 mensen, vijf procent van de gehele be-' volki^g. KOLPING-GEZELLEN BOUWEN ZELF DE MiNORLTENKIRCHE WEER OP We bezoeken Sankt Kunibert, ook een oude, Romaanse basiliek. Ook deze werd zwaar getroffen, de voorgevel ligt nog grotendeels in puin, maar het achters'uk is uitgeruimd en met een dak van gegolfde, ijzeren platen voor zien. Cck hier bleven de ingemetselde kunstschatten bewaard. Later be zochten we ijog Sankt Gereon, die wonderlijk mooie kerk met zijn oktogo- nale koepel en merkwaardige torens. Een voltrefferheeft een gapende kloof in de koepel geslagen: het geheel maakt een troosteloze irfdruk. Maar de cry pi a bleef gespaard, die heeft men thans voor de kerkdienst ingericht. Het militaire bestuur heeft aan kardinaal Frings aangeboden, deze kerk te herstellen. Tot nog toe is er echter nog niets aan gebeurd. De vijf en twintig oude kerken van Keulen zijn alle verwoest. De prach tige Gross-Sankt-Martin was een triestige ruiïne, ook de oudste, Sankta Maria im Kapitol is droevig verminkt. Een Keulse priester vertelde me, dat drie dagen voor de intocht van de gealliëerden alle kerkeh naar het we zenlijke nog overeind stonden. Maar het laatste bombardement is het erg ste geweest. Toen is het jneeste vernield. En hij stelde me de vraag, die wel nooit beantwoord zal kunnen worden: is het toevallig,'dat juist de mooiste, Kattholieke steden het ergst getroffen werden, Keulen, Munster, Würz- burg? Toch lijkt het mij niet gerechtvaardigd hier aan opzet te-denken. Deze steden waren kwetsbaardef dan de anderen: ze werden het slacht offer van een bepaalde krijgstactiek, die nu ëenniaal geen enkel risico neemt. De Katholieken laten het er in elk geval niet bij zitten. In verschillende parochies hebben zich vrijwilligers-groepen gevormd, om de kerk weer op te bouwen. De Minoriten kirche wordt door de Kolpings-gezejlen hersteld; hun geestelijke Vader ligt daar begraven. Zij komen beurtelings in ploe gen naar Keulen, óm er drie weken aan te werken. De Kathedraal, de machtige Keulse dom, heeft men klaarblijkelijk wil len sparen. Zij heeft aan de vóór- en zijkai^J enkele treffers gehad, maar bleef in het wezenlijke ongedeefd. Zij heeft het meest geleden door'het dp- blazen van de grote Hohenzollernbrücke. Dit hebben de terugtrekkende Duitsers: zelf gedaan. Het heeft treffend gedemonstreerd, hoe superieur de Middéleeuwse bouwkunst was. De gewelven van het Middeleeuwse koor hebben de schok doorstaan. De "gewelven van het schip, dat eerst in de 19de eeuw gebouwd werd, zijn ingestort. Het dak is er helemaal afgeweesé, maar het is al bijna geheel hersteld. Dat was geen kleinigheid, het betrof een opnervlakte van anderhalve hectare. Het wordt gemaakt van platen van blik, die vertind zijn. - Men is in het koor en in de straalkapellen alweer bezig, de oude glas-in- iood-vensters te plaatsen. Die waren1 bij het. uitbreken van de oorlog tij dig in veiligheid gebracht. Ook de kunstschatten zijn gespaard, m|n had er een apprte bunker voor gebouwd. Na enkele jaren val de dom in zijn oude glorie zijn teruggekeerd. In de onmiddellijke nabijheid van de dom is iets zeer merkwaardigs te zien. Iu het begin van de oorlog wilde men bij aan de zuidkant een grote schuilkelder bouwen. Bij het uitgraven van de bodem ontdekte men de res ten van een paleis, uit de Romeinse tijd, ongeveer 200 na Christus. Het in teressantste was een vloer-mozaiek van 9 bij 7 meter (de grootste van bo ven de Alpen). Het is een verheerlyking van Dionysos, de wijngód. De Keuleraars vertellen, dat de kléuren in de eerste tijd verrukkelijk fris en stralend waren. Sindsdien zijn ze helaas wat verdoft. Men zoekt thans naar een procédé van conservering. De grote Hohenzollernbrücke over de Rijn, spoor- en verkeersbrug *ligt nog ten dele in het water, zij is ten dele alweer opgevijzeld en zal in het begin van April voor het treinverkèer weer geopend worden. Zo ziel men, d£t er wel wat gebeurt. Maar er kon veel meer gebeuren, zeggen de Duitsers als wij maar materiaal hadden. Ook een mogelijk op handen zijn de muntsane^ing zou veel tot de wederopbouw kunnen'bijdragen. Veel mensen zouden dan waarschijnlijk weer,aan het^werk moeten, die nu ir de zwarte handel emplooi vinden. En men zou hopelijk ook tot normalei prijzen ïerugkeren. Het opruimen van het puin van een enkel huis in Keu len had nu b-.v. 40.000 Mark gekost. Gaat men op deze wijze voort dan za allefli net puinruimen tot uitgaven voeren, die slechts in astronomisch* cijfers kunnen worden uitgedrukt. De totaal-indruk van Keulen is verpletterend. Men wordt er stil, bijni physisch onwel van. Vernieling, vernietiging, ellende, stoffelijk, maar wa veel erger is vooral geestelijk. Het opeen gepropt wonen iri te kleine ruim tes schept vrijwel onoplosbare, geestelijke problemen. En toch was er juis- in Keulen een glimp van hoop Deze blijmoedige, hartelijke Rijnlanders die tussen hun ruïnes in nog daverend karnaval vierden, laten de moet niet zinken. Heel diep in»hun hart hebben ze iets bewaard, <Jat de wereld optimisme zou noemen. Maar de echte naam is Christendom.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1948 | | pagina 5